Bee ut café-losement van Roef Seinen

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag mooie oude beelden van het dorp Deever aan de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief. In dit bericht is een afbeelding van een sepiakleurige prentbriefkaart uit 1904 te zien. Het is een topstuk. Ut is Deevers fotografies aarfgood. Deze prentbriefkaart heeft als titel ‘Diever. Café Seinen’. De prentbriefkaart is uitgegeven door H. ten Brink in Möppel.

Het hier getoonde sepiakleurige straatbeeld bij het café-logement van Roelof (Roef) Seinen an de Heufdstroate van Deever is de prent (afbeelding 1) van een prentbriefkaart, die op 12 november 1904 in Meppel en in Rotterdam van een poststempel voorzien. De prentbriefkaart is verstuurd naar Jongejuffrouw A.C.D. van der Kamp, Delftschestraat 81, Rotterdam.
In 1904 mocht de adreskant (afbeelding 2) van een prentbriefkaart nog niet worden beschreven, daarom liet de uitgever van de prentbriefkaart onder de prent enige schrijfruimte vrij, die uiteraard bijna altijd werd benut.
De met inkt geschreven tekst onder de prent van deze prentbriefkaart luidt als volgt:
11 november 1904,
Lieve Ans,
Wanneer ik niet word opgehouden, kom ik 5.32 station Maas.
Laat Ma dus met het diner er op rekenen.
Wees met Ma en zus gegroet van je vader.

De zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief worden voor meer informatie verwezen naar de berichten:
Ut café-losement van Roef Seinen op un klenderblad;
De Heufdstroate bee ut café-losement van Roef Seinen.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Posted in Ansigtkoate, Cafe-Logement Roelof Seinen, Heufdstroate, Topstuk | Leave a comment

Ut café-losement van Roef Seinen op un klenderblad

De redactie van ut Deevers Archief heeft voor de kalenderjaren 2003, 2004, 2005, 2006, 2007 en 2008 een zo nodig zo genoemde ‘historische kalender’ gemaakt voor de zeer gewaardeerde toen nog vele leden van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Deever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. De redactie heeft in de kalender voor het jaar 2003 aandacht besteed aan de eerste en oudste prentbriefkaarten waarop objecten en mensen uut de gemiente Deever zijn te zien.

De redactie had de euvele moed bij elke afgebeelde prentbriefkaart enige begeleidende tekst op te nemen en dat was zeer tegen de wil van de meedogenloze, angstaanjagende en niemandontziende wil van De Almachtige Voorzitter en De Nog Almachtiger En Zich Volstrekt Onmisbare Vindende Secretaris en De Alleralmachtigste Niemandaankijkende Penningmeester van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever. Om de woorden van een in Deever en omstreken niet geheel onbekende Engelse toneelschrijver te gebruiken: The Fear In The Board Is The Ending Of Freedom.

De redactie voorzag de op het kalenderblad voor de maand april van het jaar 2003 afgebeelde ansichtkaart van ‘Diever. Café Seinen’ uit 1904 van de volgende begeleidende tekst.

Diever –  Hoofdstraat – 1903
Tot 1905 mocht op de achterkant van een ansichtkaart alleen een adres worden geschreven. Vandaar dat in de ondermarge van de voorkant vaak in kleine letters en vaak met de kroontjespen hele verhalen werden geschreven. Achter de leilinden staat het café-logement van Roelof Seinen en Hilligje Wichers. In een kamer van hun boerderij is nog het gemeentehuis ondergebracht geweest. In de boerderij achter de voerman op de brikke woont de familie Jan Mulder. De boerderij in het midden is van Jan Manden. In het huis aan de rechterkant wonen kleermaker Roelof van Kampen en Aaltje Noorman
.

De redactie verwijst voor meer informatie over de op het kalenderblad afgebeelde kalenderblad naar de berichten:
Bee ut café-losement van Roef Seinen;
De Heufdstroate bee ut café-losement van Roef Seinen.

Afbeelding 1

Afbeelding 2
De redactie van ut Deevers Archief heeft deze zwart-wit foto gemaakt op 13 juni 2002.
Deze foto is in een kleiner formaat min of meer te zien in afbeelding 1.
De in 1903 aanwezige deur in de voorgevel is in 2002 niet meer aanwezig.

De redactie verneemt bijzonder graag van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief wie op 13 juni 2002 in de zichtbare panden woonden.

Afbeelding 3
David Samson heeft deze foto van de voorgevel van de vakantieboerderij ‘Onder de Eiken’, Hoofdstraat 76, gemaakt op 14 juni 2019.

Posted in Heufdstroate, Historische kalender | Leave a comment

Un inekleude ansigtkoate van de Heufdstroate

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag mooie oude beelden van het dorp Deever op ansichtkaarten aan de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief. Het streven is in elk geval van alle ooit vóór 1970 uitgegeven ansichtkaarten een afbeelding op te nemen in ut Deevers Archief.
In dit bericht is een afbeelding van een ingekleurde ansichtkaart uit omstreeks 1920 te zien. Het is een topstuk. Ut is Deevers fotografies aarfgood. Deze ansichtkaart heeft als eenvoudige titel ‘Diever’. Op de hier afgebeelde ansichtkaart zijn panden aan de Hoofdstraat in de richting van Kalteren te zien.
De redactie beschikt nog niet over een afbeelding van de zwart-wit versie van deze ansichtkaart. Daarom is bij dit bericht een afbeelding van de ingekleurde versie van deze ansichtkaart opgenomen. Wel zo mooi toch ?
Boekhandel Hendrik ten Brink in Möppel was omstreeks 1920 de uitgever van de zwart-wit en de ingekleurde versie van deze ansichtkaart (kaartnummer 211/2973), dat is inmiddels meer dan honderd jaar geleden. De redactie weet niet welke neringdoende in Deever deze kaart heeft verkocht.

De redactie verwijst voor meer informatie over de hier afgebeelde ansichtkaart naar het bericht De heufdstroate in de richting van Kaltern.

Posted in Ansigtkoate, Heufdstroate, Topstuk | Leave a comment

De oldste ansigtkoate uut de gemiente Deever

De redactie van ut Deevers Archief laat de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief graag meegenieten van alle prachige oude ansichtkaarten uut de gemiente Deever.
Bijgaande zwart-ansichtkaart van het boerencafé van Harm Pieter Hummelen is in 1903 verstuurd en is daarmee de bij de redactie oudst bekende ansichtkaart uut de gemiente Deever. Het is een topstuk. Het is tot nu toe ook de enig bekende afbeelding, waarop het boerencafé van Haarm Hummel van dichtbij is te zien.
Bij de redactie is de verblijfplaats van slechts vier exemplaren van deze ansichtkaart bekend. Jij kunt als verzamelaar van ansichtkaarten uut de gemiente Deever een gelopen exemplaar van deze kaart, dat wil zeggen voorzien van postzegel en poststempels, maar beter wel als topstuk in jouw kostbare verzameling hebben, want anders hoor jij echt niet bij de club.

Harm Pieter Hummelen werd in de Deeverse volksmond natuurlijk gewoon Haarm Hummel genoemd.
Uit het ‘Register der Localiteiten waar Vergunning voor den Verkoop van Sterken Drank in het Klein in de Gemeente Diever is verleend’ blijkt dat Burgemeester en Wethouders op 18 maart 1893 aan Harm Pieter Hummelen een vergunning ‘voor den verkoop bij hoeveelheden van minder dan tien liter voor gebruik ter plaatse of elders’ verleenden.
Het boerencafé aan de brink had als adres Diever 6. Het verlof gold voor de beide op de afbeelding zichtbare voorkamers. Op 19 april 1906 werd de vergunning ingetrokken, omdat Harm Pieter Hummelen en zijn gezin verhuisden naar de Peperstraat.
Harm Pieter Hummelen is geboren op 27 juli 1863 in Deever en is overleden op 18 september 1933 in Zwolle.
Anna List is geboren op 26 januari 1874 in Eursinge in de gemeente Havelte en is overleden op 24 maart 1941 in Almelo. Zie het bijgevoegde rouwbericht (afbeelding 4). Harm Pieter Hummelen en Anna List trouwden op 23 april 1902 in Deever.

De redactie van ut Deevers Archief verwijst voor meer informatie over dit dorpsbeeld naar het bericht Ut boer’ncafé van Haarm Hummel an de Brink in 1903.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3
De redactie heeft de kleurenfoto van café Brinkzicht op woensdag 22 april 2020 gemaakt.


Afbeelding 4

Posted in Ansigtkoate, Brink, Café Brinkzicht, Topstuk | Leave a comment

De organisasie van ut daarde student’nwaarkkaamp

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 22 juni 1934 een artikel, waarin een en ander helder wordt uitgelegd over het ontstaan en het doel van de studentenwerkkampen in Nederland.
Het eerste kamp werd in 1931 in Havelte gehouden.
Het tweede studentenwerkkamp werd in 1932 in Bakkeveen gehouden.
In 1933 kon de organisatie geen geschikt project vinden.
In 1934 is het derde studentenwerkkamp in de gemiente Deever gehouden. De studenten werden ondergebracht in de boerderij De Uilenhorst in de Olde Willem. De studenten moeten voor en onder leiding van Staatsboschbeheer een rijweg van 3 kilometer lengte met rijwielpaden er naast aanleggen.

Studentenwerkkamp
Voor de derde maal zullen de Nederlandsche studenten een werkkamp organiseeren, ditmaal bij Diever.
Langen tijd meende men, dat  “student” en “werken” begrippen waren, die niet bij elkaar pasten. Hoe het kwam, dat er jaarlijks weer eenige honderden hun examens meer of minder goed bestonden, begreep men niet. Geheel ongelijk had die “men” indertijd niet. Maar de tijden veranderen en met hen ook de studenten. Een ernstiger streven kenmerkt hen thans, dat zich niet alleen met theoretiseeren wil bezig houden, maar dat gericht is op het werkelijke leven !
Het doel van de studentenwerkkampen in ons land is een poging om, zij het voor korten tijd, te leven in een geheel andere sfeer dan er in de collegezalen heerscht en aldus de voor- en nadeelen van den handenarbeid te leeren kennen.
Het idee van de studentenwerkkampen is uit Duitschland en Zwitserland afkomstig. De Nederlandsche kampen zijn echter het best met de Zwitsersche te vergelijken.
In Duitschland namelijk zochten de studenten gelegenheid groote congressen te houden, zonder dat hun dit geld kostte. Voor het vele werk, dat zij deden, werd dan ook betaald. Bovendien waren de kampen gemengd, dat wil zeggen fabrieks- en landarbeiders namen er ook aan deel. Het werk was bijzaak, de besprekingen in den middag daarentegen hoofdzaak.
In Zwitserland is het geheel anders. Daar is de hoofdzaak het werk. Daar wil men helpen werken tot stand te brengen, die noodzakelijk zijn, maar voor de uitvoering waarvan de regeering geen geld kan vinden. Het eerste werk, dat de Zwitsers uitvoerden, was de restauratie van het historisch belangrijke kasteel Misox in het kanton Tessina.
Ook bij de Nederlandsche studenten is het werk nummero één. De deelnemers dragen zelf in de onkosten bij, die zeer gering zijn. De vrees, dat de studenten, juist doordat zij geheel onbetaald werk verrichten, den arbeiders concurrentie zouden aandoen, is niet geheel gerechtvaardigd. De kampleiding neemt slechts dan werk aan, wanneer zij er van overtuigd is, dat dit werk zonder haar zeker nooit of niet eerder dan over eenige tientallen jaren, zou uitgevoerd worden.
Het eerste kamp werd in 1931 in Havelte gehouden, waar een nieuw rijwielpad, totale lengte plusminus 1 kilometer, werd aangelegd. Het aantal deelnemers bedroeg 80, onder wie 16 buitenlandsche gasten waren.
In 1932 werd het tweede kamp te Bakkeveen gehouden. Hier was een geheel ander werkobject gekozen. Voor de Vereeniglng tot Stichting van Volkshoogescholen in Nederland werd een openluchttheater gebouwd; voorts een foyer voor het theater en zitbanken uit plaggen; voorbereidingen werden getroffen voor het nieuw te stichten gebouw der volkshoogeschool; een rijwielpad van ongeveer 4 kilometer lengte en 1.20 meter breedte. Het aantal deelnemers bedroeg 132, onder wie 28 buitenlandsche studenten; Tsjechen, Amerikanen, Zwitsers, Polen, Duitschers en Oostenrijkers.
Ook dit jaar verwacht men weer een groot internationaal gezelschap. Hiervoor zorgt de I.S.S., de “International Student Service” te Genève. In dezen tijd, met steeds sterker wordend nationalisme, dat helaas al te veel tot verblinding dreigt te leiden, is heb verheugend, dat de jongeren consequent de verbroedering nastreven. En inderdaad kan men elkander slechts waardeeren, wanneer men elkander kent.
Aangezien men in 1933 te laat een geschikt werkobject vond, werd toen geen kamp gehouden. Het kamp van dit jaar zal weer bij Diever worden opgeslagen. In drie étappes van 8-28 Juli, van 29 Juli-18 Augustus en van 19 Augustus-8 September wordt gewerkt aan het aanleggen van een rijweg van 3 kilometer lengte met rijwielpaden er naast. Hierdoor zal een kortere verbinding van 7 kilometer verkregen worden. Het werk is lang niet gemakkelijk: boomen moeten worden gekapt, een 1½ meter dikke veenlaag moet worden weggegraven; de weg moet verder opgehoogd en het terrein genivelleerd.
Het werk wordt voor het Staatsboschbeheer uitgevoerd en geschiedt onder deskundige leiding. Aan iedere étappe kunnen 50 man deelnemen: 30 Nederlandsche, 10 buitenlandsche studenten, 8 damesstudenten, kampleider en kampleidster. Zooals steeds zullen dit jaar de leerlingen van Gymnasia, H.B.S. en M.T.S., die eindexamen hebben gedaan, kunnen deelnemen.
De deelnemers zullen, zooals uit het te volbrengen werk blijkt, niet stilzitten. Des ochtends om 5 uur gaan de jonge mannen aan den slag en werken tot 8 uur door. Dan wordt in het kamp ontbeten, waarvoor de damesstudenten al een paar uur in touw geweest zijn: voor 50 hongerige magen valt heel wat te doen. Daarna wordt weer verder gewerkt tot 1 uur. De rest van den dag is men vrij te doen wat men wil. Om 10 uur wordt rust geblazen.
Ook ditmaal is de animo voor het kamp geweldig groot.

Posted in de Olde Willem, de Uilenhorst, Student'nwaarkkaamp | Leave a comment

Monement Meule in Deever in Hollaand

De redactie van ut Deevers Archief toont in ut Deevers Archief bijzonder graag getekende en geschilderde objecten uut de gemiente Deever aan haar zeer gewaardeerde bezoekers. Hoe meer afbeeldingen van tekeningen en schilderijen getoond kunnen worden, hoe liever het de redactie is.

In 2016 vond de redactie op het internet een prachtige tekening van korenmolen De Vlijt in Oll’ndeever. Deze tekening heeft als titel: Monument Molen in Diever Holland. De welbekende beeldend kunstenaar en schrijver Willem van Spronsen heeft deze tekening gemaakt. Hij is lid van de Gooise Kunstkring.
Willem van Spronsen heeft in het verleden in Deever gewoond en is daar nog voorzitter van de PvdA-fractie in de gemeenteraad geweest. Ook zijn kinderen zijn in Deever geboren. Hij komt regelmatig in Deever, omdat hij daar een atelier heeft.
De redactie toont deze tekening met toestemming van Willem van Spronsen. De redactie is hem daar bijzonder erkentelijk voor. Daarbij stelde hij wel enige voorwaarden:
a) de afbeelding alleen tonen als de webstee ut Deevers Archief niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt;
b) de afbeelding mag niet worden ingekort;
c) de afbeelding alleen tonen in de webstee ut Deevers Archief;
d) alleen met schriftelijke toestemming van de maker mogen derden voor andere doelen van deze foto’s gebruik maken.
De redactie hoopt dat de kunstenaar Willem van Spronsen nog veel tekeningen en schilderijen (al dan niet in opdracht) van objecten in de gemiente Deever mag maken.
De redactie heeft bijgaand afgebeelde kleurenfoto gemaakt op 13 november 2014.


Posted in Kuunst, Meule van Oll’ndeever, Tiekening, Willem van Spronsen | Leave a comment

Noaberskop bij geboorte, seekte en staar’m

Toen boer en dorpsfiguur en dorpshistoricus Jan Hessels nog leefde sprak de redactie van ut Deevers Archief regelmatig met hem bij hem thuis in zijn boerderij an de Krususstroate in Deever over het oude Deever. Jan hield van het vertellen van annekkedotes, zoals hij zijn korte en altijd grappige verhaaltjes noemde. Maar Jan kon ook serieus over andere zaken schrijven, zoals mag blijken uit zijn hier weergegeven herinneringen aan de noaberhulp bij geboorte, ziekte en overlijden. 
De redactie verwijst tevens naar het bericht De begrafenisvurening is gien neeje noaberskop.van Jan Boesjes, dat verscheen in het provinciaal Drents maandblad Drente, jaargang 26, nummer 2, februari 1955,

Noaberhulp bij geboorte, ziekte en overlijden

Vroeger waren hier in de buurt heel wat gebruiken, gewoonten en bijgeloven. Vaak wordt gezegd dat het jammer is dat deze zijn verdwenen, maar het heeft zo moeten zijn. Sommige hiervan heb ik zelf nog meegemaakt, andere weet ik van verhalen van mijn ouders en grootouders.

In het nabije verleden waren de buurplichten van de zeer groot belang. Zonder deze plichten kon het leven in het dorp niet voortgaan. Een ieder was hier op zijn tijd zeer van afhankelijk.

We zullen beginnen met de geboorte, want dat is uiteindelijk een belangrijk punt in ieders leven ! Kraamhulp, zoals dit er tegenwoordig is, was er niet. Bij de bevalling en tijdens de nazorg was men aangewezen op de buurvrouwen. De bevalling zelf werd verzorgd door de baakster en later de arts, waarbij altijd al buurvrouwen aanwezig waren voor de hand- en spandiensten.
Kort na de bevalling gingen de buurvrouwen al met de wegge bij de kraamvrouw en haar jonggeborene kijken. De wegge is een goed gevuld krentenbrood van ongeveer één meter lengte. Ik heb wel eens gehoord dat een familie vier of vijf weggen tegelijk kreeg aangeboden, dus was er op zo moment van honger geen sprake. Later veranderde de gewoonte en werden in plaats van krentenstoet bijvoorbeeld kinderkleertjes gegeven. Ook al ging men met kleertjes, toch bleef men de uitdrukking ik muute mit de wegge hen gebruiken.

Na de geboorte moest de vader het kind aangeven bij de burgerlijke stand. Vroeger was men verplicht hiervoor twee getuigen mee te brengen. Dit waren meestal twee buren. Na het vervullen van de burgerplicht moest er in het café een borrel worden gedronken op de gezondheid van de jonggeborene. Soms kwam het tot te veel goede wensen en daarmee te veel borrels, zodat de vader en de getuigen in beschonken toestand naar huis gingen.

Enkele weken na de geboorte werd een kraamvisite georganiseerd. Alle buurvrouwen werden voor een bepaalde avond uitgenodigd. Dit leverde soms wel eens problemen op als er in de buurt een ruzie gaande was tussen enkele buurvrouwen. Het was dan puzzelen welke dames op één avond bij elkaar konden komen, zonder dat iemand het gevoel kreeg te zijn gepasseerd. Soms kon het probleem opgelost worden door de vrouwen niet te dicht bij elkaar te laten zitten.

Onder de buren werden de bewoners verstaan van vijf huizen ter weerszijden van je huis. Er waren ook buurschappen waar zich de merkwaardige situatie voordeed dat de buren aan de overkant van de straat geen ‘buren’ waren, maar bijvoorbeeld een buur die soms wel een kilometer verder woonde wel.

Een groot aantal buren was in die tijd wel nodig. Een begrafenis in de buurschap werd in zijn geheel geregeld en uitgevoerd door de buren. Behoorden tot deze buren naaste familie, dan vielen deze af voor het uitvoeren van de werkzaamheden. Als er andere buren waren die niet mee konden helpen vanwege ouderdom, ziekte of om andere redenen, dan moesten die zelf voor vervangers zorgen. Het aanzeggen werd door de buren gedaan. De begrafenis geschiedde altijd vanuit het sterfhuis.

Direct na het overlijden van een persoon werd de naaste buurman gewaarschuwd. Deze buurman trommelde dan de benodigde andere buren op om de eerst noodzakelijke werkzaamheden te verzorgen. De buren wasten de overledene en legden het af. Het lijk werd gehuld in een doodskleed. Dit bestond uit een laken met een geplooid kraagje om de hals. Bij de meeste mensen was zo’n doodskleed aanwezig, zo niet dan werd het onmiddellijk gehaald, desnoods midden in de nacht.

De timmerman werd zo snel mogelijk gewaarschuwd om de kist te maken. Meestal had hij de hiervoor benodigde planken in huis. Als men de timmerman met de planken zag lopen, dan wist het dorp dat iemand was overleden en vroeg men zich af wie dat wel kon zijn. Als de kist klaar was, dan werd de overledene er in gelegd. Dit gebeurde altijd in de avonduren. De ramen van het huis waarin de persoon was overleden en lag opgebaard werden geblindeerd door het sluiten van de luiken of de gordijnen.

Net als bij de geboorte is beschreven, moest ook het overlijden worden aangegeven bij de burgerlijke stand. Dit gebeurde de volgende morgen, waarbij eveneens twee buren als getuigen moesten optreden. Daarna verzorgden de buren het luiden van de kerkklokken ten teken dat iemand was overleden.

Het leed aanzeggen gebeurde ook door de buren. Het bericht moest mondeling  worden doorgegeven en dat betekende soms een eind reizen naar familie over ver. Vaak werd hiervoor één persoon aangewezen die voor zijn diensten werd betaald door de familie.

Op de dag van de begrafenis zorgden de buurvrouwen voor de koffie, het brood en dergelijke. De mannen droegen de kist naar de wagen en na aankomst op het kerkhof droegen zij de kist naar het graf. Zij zorgden ook voor het luiden van de klokken. Dat laatste gebeurde niet met een druk op de knop! Er waren vier man nodig om aan de touwen te trekken om de klok in beweging te krijgen en te houden. Onderweg van het sterfhuis naar de kerk stonden mannen te posten om door te geven wanneer er met het luiden van de klokken moest worden begonnen. Als een begrafenisstoet uit Wapse of Wittelte een bepaalde punt passeerde, dan moesten de klokken beginnen te luiden. De posten onderweg seinden dit door met het opsteken van de arm.

Op de manier waarop de klok geluid werd kon men horen of er een man of een vrouw was gestorven. Bij een overleden man begon men te luiden met een zware klok en na enkele slagen viel dan de lichte klok bij. Bij een overleden vrouw begon eerst de klok licht te luiden, waarna de zware klok bijviel. Dit luiden is in Diever nog steeds gebruik.

Een bijkomend probleem bij een begrafenis was het tekort aan serviesgoed. Niemand had voor zoveel mensen voldoende serviesgoed in huis. Van de hele buurt werden kopjes, schoteltjes en dergelijke geleend. Vervolgens was het een probleem om de kopjes weer bij de rechtmatige eigenaar terug te brengen. Men loste dit wel op door verschillende kleuren draadjes aan het oor te binden. Dit loste het probleem niet op voor de schoteltjes en de lepeltjes.

Vroeger werd er vóór de begrafenis koffie gedronken. Sommige bezoekers hadden dan al een hele reis achter de rug. Na de begrafenis werd er weer koffie gedronken. Hoewel dit voor de buitendorpen niet zo’n probleem was, was het in Diever een hele klus om alle kopjes en schoteltjes voor de tweede ronde na de begrafenis weer op tijd afgewassen te hebben en opnieuw voldoende koffie te zetten. Daarbij moet men bedenken dat er toen geen gas en elektriciteit was en dat al het benodigde water op houtkachels moest worden verwarmd en gekookt.

Geboorte en dood waren belangrijke gebeurtenissen waarbij de noaberplicht van groot belang was. Maar ook bij andere zaken was de hulp van de buren en soms het dorp onmisbaar. Bij ziekte hadden de buren de plicht het bedrijf draaiende te houden en het gezin van de zieke te helpen.

Posted in Jan Hessels, Noaberskop | Leave a comment

De grond was deurgreuit mit worg en bente

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant van 11 augustus 1936 verscheen het volgende bericht over de tweede fase van de aanleg van een zandweg door studenten op de grens van de bossen van de Nederlandse staat en de bossen van de N.V. Maatschappij Het Landgoed Berkenheuvel.

De studenten werken weer
Evenals het vorige jaar zijn ook nu weer een aantal studenten, dames en heeren, in het werkkamp van de staatsgronden bij het zogenaamde Hoekenbrink in de nabijheid van ons dorp, bezig met den aanleg van een weg. ’s Morgens al vroeg trekken de heeren – den nacht brengen zij door in de hoeve Uilenhorst, ook eigendom van den Staat – er op uit om hun dagtaak te vervullen, terwijl de dames zorgen voor de inwendige versterking en belast zijn met het eten koken, hetgeen op het werk wordt bezorgd.
Voorwerkers van het Staatsboschbeheer zetten den aan te leggen weg uit en geven verdere aanwijzingen. Het gedeelte, dat thans onder handen wordt genomen, is vooral voor studenten geen gemakkelijk werk. De weg leidt ter plaatse door een moerassig gedeelte van het veld en moet aldaar over een lengte van plusminus 100 meter met 1 tot 1.25 meter worden opgehoogd. Het benoodigde zand wordt met kipkarren aangevoerd.
We gelooven stellig dat dit werk den heeren studenten niet mee zal vallen. Ook toen we hun gereedschap zagen, werden we zeer in onze meening gesterkt. De schoppen waren zoo dik als ploegijzers en het zou voor iemand, die iederen dag grondwerk verricht, bijna onmogelijk zijn om daarmee den grond, die met zogenaamde worg en bente is doorgroeid, te verwerken.
Het wil ons dan ook voorkomen, dat de studenten, die van ’s morgens 5 uur tot ’s middags 2 uur bezig zijn, hun ledematen na afloop wel kunnen voelen. Stellig zal dit de ontwikkeling der spieren ten goede komen. De lijn, welke voor den aan te leggen weg wordt gevolgd, loopt over de grens tussen de Staatsgronden en de gronden van de N.V. ‘Mij. Het Landgoed Berkenheuvel’, alsmede van enkele particuliere aangelanden. Evenwel kan worden geconstateerd, dat de studenten, waarvan nu de tweede ploeg werkzaam is, nuttig werk verrichten.
De aanleg van zoo’n weg is niet alleen noodzakelijk voor de verdere exploitatie van de aangrenzende gronden, ook zal hij zeer zeker het natuurschoon bevorderen, daar de weg, evenals het gedeelte dat vorig jaar is klaargekomen, zal worden beplant.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De in de tekst voorkomende Deeverse woorden worg en bente betekenen respectievelijk wilgenopslag en pijpenstrootje.
De door de studenten aangelegde weg heeft later de naam Studentenweg gekregen. Op de wandelkaart van het Landgoed Berkenheuvel uit 1936 heeft de weg de naam Studentenpad. De redactie heeft het vermoeden dat mr. Albertus Christiaan van Daalen de bedenker van deze naam is.
Pas in 1961 is de weg met de naam Studentenweg (met rijwielpad) in een topografische kaart ingetekend; zie het bijgevoegde detail van die kaart. Op later topografische kaarten is de naam van de Studentenweg gewijzigd in Studentenpad.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van het lezen van oude krantenberichten op papier is, kan het hier weergegeven bericht ook lezen op de bladzijden 35 en 36  van het nummer 22/4 (december 2022) van het papieren blad Opraekelen, dat is samengesteld door de fine fleur van vrijwilligers van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever, zeg maar de nostalgieclub uut Deever. Maar ja, daarvoor moet je dat papieren blad wel in handen hebben. De redactie merkt op dat bij het bericht in de Provinciale Drentsche en Asser Courant van 11 augustus 1936 geen foto’s stonden.

Posted in de Olde Willem, Staatsbosbeheer, Student'nwaarkkaamp | Leave a comment

Ut café-losement van Sjoert Benthem an de Brogge

De hier afgebeelde tamelijk zeldzame zwart-wit ansichtkaart is uitgegeven in 1908 en was te koop in het café-logement van Sjoert Benthem an de Deeverbrogge. De redactie van ut Deevers Archief prijst zich gelukkig in het bezit van een gelopen origineel exemplaar te zijn, dat wil zeggen, voorzien van een postzegel en een poststempel. Hoed u bij ongelopen exemplaren voor namaak.

Op de afgebeelde ansichtkaart is het café-logement te zien, zoals het ná de brand in 1864 is herbouwd.
Er staan nogal wat mensen, sommigen met fiets, te poseren langs de vaart voor het café-logement van Sjoert Benthem, maar de redactie van ut Deevers Archief denkt dat Sjoert Benthem zelf niet op de hier afgebeelde ansichtkaart staat.
Aan de rechterkant van het café-logement is de weg naar Deever te zien.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van afbeeldingen op papier is, kan de hier afgebeelde ansichtkaart ook ten zeerste bewonderen op bladzijde 215 van het boek An de Brogge – Geschiedenis van Dieverbrug in woord en beeld van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Maar ja, dan moet je wel in het bezit van dat papieren boek zijn of dat papieren boek bij iemand in kunnen zien.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van afbeeldingen op papier is, kan de hier afgebeelde ansichtkaart  ook ten zeerste bewonderen op bladzijde 78 van het boek De historie en pre-historie van Diever in woord en beeld van Arend Mulder. Maar ja, dan moet je wel in het bezit van dat papieren boek zijn of dat papieren boek bij iemand in kunnen zien.

Afbeelding 1

Posted in An de Deeverbrogge, Ansigtkoate, Ansigtkoate uut 1908, Café-Logement Sjoert Benthem | Leave a comment

Ansigtkoate van de legere skoele an de Heufdstroate

Boekhandel Hendrik ten Brink uit Meppel is de uitgever van de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart (kaartkenmerk 211/2978). Deze ansichtkaart is in 1914 uitgegeven. Een topstuk ! Op de ansichtkaart is de oude openbare lagere school aan de Hoofdstraat in Deever te zien. De redactie weet niet bij welke neringdoende in Deever deze ansichtkaart te koop was.

Rechts noast de twee jongen bee de glint’n um de skoele is de kast (het houten omhulsel) van de waterpomp te zien.
Aan de linkerkant is eerst het laatste stukje van de Heufdstroate en vervolgens het begin van het Meul’nende (Katt’nende) te zien.
Nadat de nieuwe openbare lagere school an de Tusschendarp in Deever in de Tweede Wereldoorlog in gebruik was genomen, is vlak na de Tweede Wereldoorlog in deze school de U.L.O.-school begonnen.
Nadat de nieuwe U.L.O.-school an de Tusschendarp in Deever in gebruik was genomen, is dit schoolgebouw na een inpandige verbouwing in de vijftiger en zestiger jaren van de vorige eeuw gebruikt als gymnastieklokaal van de school voor openbaar lager onderwijs en de school voor uitgebreid lager onderwijs.
Het gymnastieklokaal werd ’s avonds ook wel gebruikt door voetbalvereniging Deever. De redactie herinnert zich dat hij daar in de winter trainde met de junioren van voetbalvereniging Deever. Gymnastiekvereniging Willen Is Kunnen (W.I.K.) gebruikte het gymnastieklokaal ook als oefenruimte.

Links naast de school staat de boerderij met café van de gebroeders Roelof en Jan Noord. Daarna was deze boerderij van de familie Lambertus (Bertus) Vos en Geesje (Geesie) Moes. Daarna was de boerderij eigendom van de familie Lambertus Moes. Daarna …. ?

De gemeentewoning naast de school is bewoond door de gemeente-veldwachters Johannes Ekkelboom, ….. Folkerts en Yde de Jong. Johannes Ekkelboom is geboren op 13 april 1868. Hij is overleden op 19 december 1939. Hij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever. Later is de woning bewoond door schoolschoonmaker Hendrik Berends en Tonie …..en hun kinderen Aaltje, Joop (Jopie) en Jan.

Op de stee woar de legere skoele stön, doar stön tot in december 2019 nog ut dörpse Dingspilhuus, het voor Deever meest onmisbare gebouw. Deever is niet dood zonder megalomaan gemeentehuis, maar is zeker wel dood geworden zonder ut Dingspilhuus, ut Waarme Hart van Deever.

De redactie nodigt de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief uit te komen met waardevolle aanvullende gegevens.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van afbeeldingen van mooie ansichtkaarten op papier is, kan de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart ook ten zeerste bewonderen op bladzijde 35 van het in 2007 uitgegeven onvolprezen papieren boekwerkje Voormalige Gemeente Diever in oude ansichten, dat is samengesteld door vrijwilligers van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Maar ja, dan moet je wel in het bezit zijn van dat papieren boekwerkje of dat papieren boekwerkje bij iemand in kunnen zien.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van afbeeldingen van mooie ansichtkaarten op papier is, kan de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart ook ten zeerste bewonderen in het papieren blad Opraekelen 94-4 (december 1994) van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Maar ja, dan moet je wel in het bezit zijn van dat papieren boekwerkje of dat papieren boekwerkje bij iemand in kunnen zien.

Afbeelding 1

Afbeelding 2
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op dinsdag 19 april 2022.

Posted in Ansigtkoate, Legere skoele in Deever, Topstuk, Verdwenen object | Leave a comment

Ut Student’npad is veur un diel ut Jeud’npad

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 14 juli 1934 het volgende artikel over het studentenwerkkamp in Diever, lees het studentenwerkkamp, waarvan de studenten waren gehuisvest in de boerderij De Uilenhorst in de Olde Willem.
Het studentenwerkkamp in de boerderij De Uilenhorst in de Olde Willem moet vooral niet worden verward met de christelijke studentenkampen bee ut Mastenveldje an de Woaterseweg in de Deeverse bos.

Studenten werken met hun handen. Het studentenwerkkamp Diever.
We reden door de prachtige bosschen bij Diever op weg naar het Studentenwerkkamp dat daar deze week is geopend.
Je rijdt maar recht door en dan zie je ze vanzelf, was het kort en bondige antwoord van een bewoner van het mooie Drentsche dorp op onze informatie. En dus reden we recht door, genietend van den mooien dag in dit aan natuurschoon zoo rijke deel van het Olde Landschap. Aan beide kanten van den straatweg strekken de bosschen zich uit …. vol beloften voor den wandelaar, den stillen genieter van een rustigen vacantie-dag. Daar zijn ze.
De vacantie-stemming is voorbij. De auto staat stil en we stappen uit op een punt, waar een dertig jonge menschen met schoppen en kruiwagens, bijlen en touwen manoeuvreeren. Ze werken in het zweet huns aanschijns. Ze hebben het niet gemakkelijk, want de overgang van het normale studentenleven naar de werkzaamheden, verbonden aan den aanleg van een fietspad dwars door de bosschen, is groot. Maar ze hebben het naar hun genoegen. De enkele dagen buiten hebben reeds een bronskleur aangebracht op de jonge koppen en de tengere maar meerendeels taaie bovenlijven.
Na de kennismaking met den heer C.G.L.J. Kusters, den kampsecretaris, hadden we de gelegenheid de werkzaamheden van deze vroolijke groep meer van nabij te bekijken.
Dit is nu het derde studentenkamp in ons land. In 1931 werd bij Havelte een rijwielpad gemaakt, dat zich in een druk gebruik mag verheugen. In 1932 waren de studiosi aan den arbeid te vinden op het terrein der Volkshoogeschool te Bakkeveen, waar ook geregeld de kampen voor jeugdige werkloozen worden gehouden. Verleden jaar had men reeds het oog laten vallen op het object, dat nu onder handen is genomen, maar de tijd was toen al te ver gevorderd om nog met kans van slagen een kamp te organiseeren. Deze tegenvaller had evenwel ten gevolge, dat men de voorbereidingen voor dit jaar met te meer zorg kon treffen.
Er wordt nu door de bosschen van Staatsboschbeheer een rijwielpad en brandsingels aangelegd, waarvan de eerste een nieuwe verbinding naar de Smildervaart (in aansluiting op een bestaanden en nog te verbeteren weg) zal geven. Gemakkelijk is het werk niet: er moeten boomen worden gekapt, oneffenheden in het terrein gedeeltelijk worden weggewerkt en dit alles in 9 weken met gemiddeld een kleine 40 enthousiaste, maar ongeoefende krachten.
De algemeene organisatie en oorsprong der studentenwerkkampen (oorspronkelijk in Zwitserland begonnen) kunnen we wel als bekend veronderstellen, zoodat wij ons bepalen tot enkele bijzonderheden over het nu georganiseerde kamp.
Gedurende negen weken zullen er drie groepen van studenten en aanstaande studenten bijeenkomen. Zij vinden een onderkomen in de ruime stal van de boerderij De Uilenhorst, waar zij – zooals wij onder leiding van mr. A.Th.E. Kastein konden constateeren – eenvoudig maar goed zijn gehuisvest. Hier wordt voor het huishouden gezorgd door een achttal dames, van wie mej. J.T. Hylkema het opperbewind voert. Een primitieve buitenkeuken is doelmatig ingericht en de voeding is een steeds weer werk brengende bezigheid, getuige de groeiende behoefte aan stevige maaltijden.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De kampen werden gehouden van 8 juli/28 juli, van 29 juli/18 augustus en van 19 augustus/8 september 1934.
Het project werd tijdens de grote vooroorlogse crisis uitgevoerd. De kampleiding benadrukte echter dat het werk geenszins moest worden opgevat als concurrentie met ‘de werkeloozen’.
De besturen van de rechtse universitaire studentenverenigingen uit diverse steden van het land concurreerden niet alleen met ‘de werkeloozen’, maar ook met de kleine aannemers, kleine ondernemers, die dit soort zandwegen in concurrentie en in opdracht van Staatbosbeheer en met inzet van plaatselijke werklozen, ook hadden kunnen aanleggen.
Nu stuurde het rechtse ons-kent-ons netwerk een gemotoriseerde journalist van het Nieuwsblad van het Noorden op ‘het object’ af voor het schrijven van een snorkend propagandaverhaal, want wat was het toch o zo bijzonder dat studenten met hun handen werkten. Staatsboschbeheer gaf bovendien als dank voor hun inzet het fietspad de naam Studentenpad.
De studenten hebben echter niet de gehele zandweg met fietspad van de Bosweg tot aan de Pastoorszandweg aangelegd, het laatste en op bijgevoegde kaart zichtbare deel van het fietspad is in 1941 door de joden uit de rijkswerkkampen Diever A en Diever B aangelegd. De naam van dat deel van het pad moet daarom uit respect voor de joden in de rijkswerkkampen Diever A en Diever B met turbospoed en in turbodraf worden gewijzigd in Jeud’npad.

Afbeelding 1

Afbeelding 1 – Artikel in het Nieuwsblad van het Noorden van 14 juli 1934.

Posted in de Olde Willem, de Uilenhorst, Student'nwaarkkaamp, Werkkampen Diever A en B | Leave a comment

De koekies bint al op en de sukeloa is al anebreuk’n

Op 4 augustus 1914/1915 stuurde Karel aan zijn oma mevrouw C. Stuffken, Archimedesstraat 38 in Den Haag een ingekleurde ansichtkaart van de Kleine Brink in Deever. Boekhandel H. ten Brink uit Meppel is de uitgever van de hier afgebeelde ingekleurde ansichtkaart. Een topstuk ! Karel zat in een padvinderskamp an de Bosweg in Deever. Hij was lid van De Jonge Verkenners uit Den Haag. Hij moet deze kaart bij een neringdoende in Deever hebben gekocht. Karel schreef met potlood in het schrijfgedeelte op de achterkant van de briefkaart de volgende tekst.  

Lieve oma,
Gisteravond heb ik het pakketje ontvangen.
De koekjes zijn al op en de chocolade is al aangebroken.
Ik maak ’t nu best.
Neemt u mij niet kwalijk dat ik u nog niet geschreven heb.
’t Regent zoo nu en dan wel eens en dat is beroerd.
’t Is hier prachtig om te wandelen en te kamperen, behalve wat water aangaat.
Groet allen en mama en u een dikke zoen.
Karel

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie verwijst gemakshalve naar het bericht Boerdereej’n an de Kleine Brink van Deever.

Posted in Ansigtkoate, Heufdstroate | Leave a comment

Frièrik haar veul leever boer dan tolk ewest

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 29 april 1966 een artikel over Friedrich Wilhelm Ackermann, die in 1919 het nog resterende deel van het landgoed van de erven van Lodewijk Guillaume Verwer kocht en in 1938 zijn landgoed Castra Vetera verkocht.

Frederik was veel liever boer dan tol
Als je één koe had, dan kreeg je veertig gulden; twee van die beesten leverden zestig op; had je drie koeien dan kreeg je niks, want dan was je een hele grote boer in de dertiger jaren” glimlacht Frederik Wilhelm Ackermann, een nog krasse baas van 78 die in afgemeten zinnetjes smeuïg over zijn enerverende leven kan vertellen Op 20 mei 1888 werd hij in Lutkemeerpolder bij Halfweg geboren. Van meet af aan wilde Frederik Wilhelm (“m’n voorvaders waren Duits, m’n vrouw trouwens later ook”) boer worden. Maar omdat zijn vader rond de eeuwwisseling zitting had in de commissie voor bevoorrading van de Stelling Amsterdam moest zoonlief talen gaan leren aan een instituut om pa in zijn internationale contacten taalkundig aan te vullen.

“Best loon”
Toch kocht Ackermann voor zijn vrije tijd een boerderijtje, boerde er naast zijn ambt als tolk er wat op, maar verkocht het spul weer wegens de te hoge lasten.
Volgens de scheurkalenders was het toen 1918, het jaar waarin Frederik Wilhelm Ackermann zijn activiteiten naar onze contreien ging verleggen. Hij tikte voor f 17.000 het landgoed van de Ruiter de Wildt in Zorgvliet bij Diever op de kop, bestaande uit een woonhuis met een twintig kamers, zestig hectare land en een koetshuis. Met behulp van acht arbeiders die ieder een rijksdaalder per dag verdienden (“een best loon voor die dagen”) begon hij zestien hectare als bouwland te ontginnen, de rest werd bos, wat het voor de Eerste Wereldoorlog ook geweest was.

“Rennen geblazen”
Door gebrek aan brandstof was het woud echter in 1917 gekapt en trof Ackermann alleen een groot gebied met verlaten stronken aan. Na veel moeite kreeg hij van de diverse instanties gedaan, dat hij die stronken met behulp van ’n springstof, die ook in zeemijnen werd gebruikt, mocht opblazen. “We groeven eerst met een grondboor een gat onder de wortels, plaatsten dan die springstof, en dan was het rennen geblazen. Die stronken spoten wel een honderd meter de lucht in, en de knal kon je tien kilometer verder horen. Per dag rooiden we zo een honderd stronken.”

“Varkensvoer”
De tijden werden voor Frederik Wilhelm Ackermann in de dertiger jaren ook minder. Eieren leverden hem twee cent per stuk op, een liter melk vier cent, en voor een mud aardappelen maakte hij zes en een halve gulden. “Die tijd kwam de tomaat net uit. Ik begon ze flink te verbouwen, maar je moet niet denken, dat die Drenten er een mond op wilden zetten. Als varkensvoer, anders kon ik ze niet kwijt. Het was hun te vreemd !”, verzucht de heer Ackermann, nu ik op zijn gehuurde kamertje aan de Ernst Casimirlaan 56 in Groningen-stad met hem zit na te praten. Zijn gezicht is hoekig verweerd; zijn brilletje is in de loop der tijden in zijn neus weggegroeid.

“Eten hele land op”
In 1938 verkocht ik dat spul in Zorgvliet; het was niet meer te doen. Ik ging naar Berlijn en zag daar duizenden vliegers en vliegtuigen, die in de grond verdwenen. Ik dacht, dat gaat mis, die eten straks in een week ons hele land op. Ik ben teruggegaan en heb onmiddellijk een schuilkelder in de Drentse bossen gebouwd, met slaapvertrekken en al. Toen ik later, in de oorlog in de stad Groningen woonde, ben ik er een keer naar toe gegaan. Maar toen er dichtbij een Messerschmitt naar beneden kwam, bij de aanval op Havelte, en alles in brand vloog, leek het me in de stad wel veiliger.”
Na de oorlog heeft de heer Ackermann zich beperkt tot het bijhouden van tuintjes, op zijn zeventigste begon hij te schilderen, op zijn vijfenzeventigste sloeg hij aan het fotograferen. Hij is wel tevreden met zijn leven zo op dat kamertje, “waar ze me al jaren uit willen hebben, maar dat lukt ze niet !”

“Handje helpen”
In 1963 kwam hij nog even in het nieuws toen hij de hele buurt sneeuwvrij maakte. Verder kennen weinigen hem. De buren doen wat geheimzinnig over zijn contacten met baronnen en professoren. Hij zelf praat er liever niet over, wel zegt hij dat hij zelf allicht ook van adel is. Wel heeft hij het graag over de landbouw:
“Het is me weer wat met die natte kleiboeren. Ze komen nooit klaar met dat regenweer. Ik las in het Nieuwsblad dat men weer met de hand wil gaan zaaien, maar dat er maar zo weinig mensen zijn die dat kunnen. Nou, ik heb het m’n hele leven gedaan en ik zou best nog eens een handje willen helpen.”

Blikvanger

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie heeft zich een slag in de rondte gezocht naar de naam achter het pseudoniem Blikvanger, maar heeft die naam helaas nog niet kunnen vinden.
Friedrich Wilhelm Ackermann kocht in 1918 het landgoed niet van de Ruiter de Wildt, maar van de erven Lodewijk Guillaume Verwer.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van het lezen van Deeverse artikelen op papier is, kan het hier weergegeven bericht ook ten zeerste lezen op de bladzijden 201, 202 en 203 van het op vrijdag 9 juli 2021 uitgegeven Magnus Opus Fragmenten Uit Het Verleden Van De Vroegere Gemeente Diever van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Maar ja, dan moet je wel in het bezit zijn van dat papieren boekwerk of dat papieren boekwerk bij iemand in kunnen zien.

Posted in Castra Vetera, Zorgvliet | Leave a comment

Ut student’nwaarkkaamp gunk in 1934 wè deur

In de krant Het Volk verscheen op 6 juli 1934 het volgende bericht over de voorbereiding van een studentenwerkkamp in Diever, dat wil zeggen dat de studenten ondergebracht zouden worden in de boerderij De Uilenhorst in de Olde Willem.

Het was de organisatie van het Nederlands Studenten Werkkamp in 1933 niet gelukt een geschikt project te vinden. Het bleek dat de projecten, die voor een studentenwerkkamp in aanmerking kwamen, door het grote aantal werklozen in werkverschaffing konden worden uitgevoerd. In 1933 werd daarom geen studentenwerkkamp gehouden. In 1934 werd wel een ‘geschikt’ project gevonden in de Deeverse bos.

Studentenwerkkamp bijna bezet
Over het Nederlandsche Studenten Werkkamp 1934 deelt men ons mede, dat de kampleiding in Diever is aangekomen ter voorbereiding van het werkkamp, dat aldaar gehouden zal worden van 8-28 Juli, 29 Juli-18 Augustus en 19 Augustus-8 September.
Het werk, dat bestaan zal in den aanleg van een weg en rijwielpad, is geenszins op te vatten als in concurrentie met de werkloozen.
Het meerendeel der plaatsen is reeds bezet. Als propaganda voor de werkkamp-idee zullen ook eenige plaatsen beschikbaar gesteld worden voor hen die nu eind-examen doen aan gymnasium, H.B.S., Handelsschool of M.T.S.
Opgaven kunnen geschieden bij den kampsecretaris C. G. L. J. Küster “Uilenhorst” Diever (Drente).

Posted in de Olde Willem, de Uilenhorst, Student'nwaarkkaamp | Leave a comment

Ut olde vaandel van Advendo is cultureel aarfgood

De redactie van ut Deevers Archief schreef op 23 mei 2024 het volgende bericht aan het bestuur van Muziekvereniging Advendo Diever:

Uw vereniging bestaat in oktober van dit jaar 100 jaar.
Gefeliciteerd !
Ik las op uw webstee dat jullie het 100 jaar oude vaandel nog hebben.
Da’s mooi ! Da’s cultureel erfgoed !
Ik zou met uw instemming graag een foto van het vaandel in ut Deevers Archief willen opnemen.
Als u dit toestaat, dan zou ik daarvoor graag een foto (jpg-bestand) van het vaandel willen ontvangen.
Ik ben u bij voorbaat hiervoor bijzonder erkentelijk.

De secretaris van Muziekvereniging Advendo Diever stuurde op 1 juni 2024 het volgende bericht:

Hartelijk dank voor uw interesse in het 100-jarig bestaan van Advendo en voor ons vaandel.
Het is zeker mogelijk een foto te leveren.
We zullen dit bespreken in de volgende bestuursvergadering  op 10 juni.
Ook heel attent dat u de gemeente Westerveld heeft gewezen op ons 100-jarig bestaan.
We zijn zelf al een tijd bezig met de aanvraag voor het predicaat koninklijk !
We hopen dat het ons zal lukken om voldoende bewijsmateriaal aan te leveren daarvoor.
U hoort nog over het vaandel.

De voorzitter van Muziekvereniging Advendo Diever stuurde op 23 augustus 2024 het volgende bericht met foto’s:

In navolging van uw verzoek doe ik u hierbij een tweetal afbeeldingen van het vaandel toekomen.
U hebt een mooi stukje over Advendo geplaatst in ut Deevers Archief.
We vroegen ons af of u nog beeldmateriaal zou hebben van onze jubilerende muziekvereniging, zou dat het geval zijn dan houden we ons van harte aanbevolen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie is het bestuur van Muziekvereniging Advendo Diever bijzonder erkentelijk voor het beschikbaar stellen van bijgaand afgebeelde kleurenfoto’s en de toestemming deze in ut Deevers Archief te mogen tonen. 

Afbeelding 1
Het vaandel van Advendo

Afbeelding 2
De hier afgebeelde – aan het vaandel bevestigde – medaille won Advendo op donderdag 26 december 1940 (2e kerstdag) in Assen als tweede prijs op een concours van de Bond van Christelijke Harmonie- en Fanfarekorpsen in Drente.

Afbeelding 3
In het Agrarisch Nieuwsblad (waarin opgenomen het orgaan Landbouw en Maatschappij) verscheen op 28 december 1940 het bijgaand afgebeelde bericht.
Advendo won op donderdag 26 december 1940 (2e kerstdag) in Assen een tweede prijs op een concours van de Bond van Christelijke Harmonie- en Fanfarekorpsen in Drente. Zie afbeelding 2.

Posted in Aarfgood, Cultuur, de Deeverse mesiek | Leave a comment

Maxi-tiny houses in the Drentian village of Deever

Een tiny house is een volwaardige en vrijstaande en permanent bewoonde woning met een vloeroppervlak van ten hoogste 50 vierkante meter. Er zijn verplaatsbare en niet-verplaatsbare tiny houses. Een verplaatsbaar tiny house is meestal gebouwd op wielen en staat tijdelijk veelal op een braakliggend terrein. Een niet-verplaatsbaar tiny house is gebouwd op een vaste fundering en staat op een plaats waar ze permanent mag blijven staan.

Het mag de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief na het lezen van dit bericht hopelijk duidelijk zijn geworden dat de gebouwde en nog te bouwen zo nodig zo genoemde microwoningen aan de Bisschopshof in de wijk Kalterbroeken in Deever bepaald geen tiny houses zijn. Integendeel, deze microwoningen, zeg maar het zijn kleine woningen, het zijn maxi-tiny houses, voor de welvarende hypotheekwaardige, vaak veel te ver buiten Deever werkende, happy few, waaraan de Hoge Dametjes en Hoge Heertjes Van Het Grote Neoliberale en Antisociale Woningbouw Beleid En Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever wat eisjes stellen.

Aan een zo nodig zo genoemde microwoning (lees: kleine woning of lees: maxi-tiny house) stellen de hiervoor genoemde Hoge Dametjes en Hoge Heertjes de volgende eisjes:
Eisje 1
Een woning heeft een oppervlakte van ten hoogste 30 vierkante meter, met inbegrip van overstekken, balkons,
overkappingen en andere toevoegingen.
Eisje 2
Een woning met een plat dak heeft een bouwhoogte van ten hoogste negen meter. Als wordt gekozen voor een woning met een kap, dan de heeft de woning een goothoogte van ten hoogste vier meter.
Eisje 3
Een woning heeft een inhoud van ten hoogste 250 kubieke meter, gemeten aan de buitenzijde van de gevel.
Eisje 4
Een woning is ontworpen als één woning (eenduidig volume). Eventuele toevoegingen, zoals balkons, veranda’s en installaties zijn onderdeel van de architectuur van de gehele woning (het hoofdvolume).
Eisje 5
Het is niet toegestaan om ondergronds te bouwen.
Eisje 6
De voordeur van een woning bevindt zich aan de adreszijde.
Eisje 7
De architectuur is eigentijds, onderscheidend, helder en eenvoudig.
Eisje 8
Er is bijzondere aandacht voor kwalitatief hoogwaardig materiaalgebruik en een strakke detaillering.
Eisje 9
Er is extra aandacht voor de aansluiting op het maaiveld, aansluitingen van dak op gevel en kozijn op gevel en gevelhoeken.
Eisje 10
Er worden natuurlijke en neutrale kleuren gebruikt, zoals aardetinten. Het gebruik van signaalkleuren is niet toegestaan.
Eisje 11
De gevel bestaat voor ten minste 30 procent uit glas.

De redactie van ut Deevers Archief heeft op vrijdag 12 juli 2024 bijgaand afgebeelde kleurenfoto’s gemaakt.
De zeer gewaardeerde oplettende bezoeker van ut Deevers Archief mag – zo mogelijk en liefst ter plekke – zelf bepalen of bij de drie gebouwde maxi-tiny houses is voldaan aan het hiervoor vermelde eisje 11.

Afbeelding 1
De eerst gebouwde kleine woning.

Afbeelding 2
De eerst gebouwde kleine woning.

Afbeelding 3
In de reeks van acht gebouwde/te bouwen maxi-tiny houses is de woning op de voorgrond als tweede gebouwd.

Afbeelding 4
In de reeks van acht gebouwde/te bouwen maxi-tiny houses is deze woning als tweede gebouwd.

Afbeelding 5
In de reeks van acht gebouwde/te bouwen maxi-tiny houses is de woning aan de linker kant als derde gebouwd.

Afbeelding 6
In de reeks van acht gebouwde/te bouwen maxi-tiny houses is de woning aan de linker kant als tweede gebouwd en is de woning aan de rechter kant als derde gebouwd.

Afbeelding 7
In de reeks van acht gebouwde/te bouwen maxi-tiny houses is de woning aan de linker kant als tweede gebouwd en is de woning aan de rechter kant als eerste gebouwd.

Posted in Kalterbrook’n | Leave a comment

Advendo wön de ièste pries in de ièste ofdieling

In het tijdschrift ‘Van eigen erf’ (geïllustreerd familieweekblad voor Overijssel en Drente, jaargang 9, nummer 14) van 23 juni 1933 stond bijgaand afgebeelde sepiakleurige foto met kort bijschrift.

Hieronder:
Vorige week woensdag werd te Hoogeveen het concours van den Bond van Christelijke Harmonie- en Fanfarecorpsen in Drente gehouden. Veertien corpsen uit Drente en Overijssel namen daaraan deel. Tijdens den marschwedstrijd kiekten we Advendo uit Diever, die in de eerste afdeling den eersten prijs verwierf.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie is zich bewust van het feit dat hij in ut Deevers Archief veel meer aandacht moet besteden aan oude verenigingen die het fundament en het cement waren en zijn van de Deeverse samenleving.
Een van die verenigingen was de christelijke muziekverenigjng Advendo uut Deever, die is opgericht in oktober 1924 en in oktober 2024 zijn honderdjarige bestaan zal vieren. En dan hopelijk zal worden onderscheiden met het predikaat ‘koninklijk’.
Verenigingen die vijftig jaar of langer bestaan, die kunnen de titel ‘koninklijk’ aanvragen. Dat heeft het bestuur van Advendo gedaan.
De redactie is naarstig op zoek naar oude foto’s en paperassen van Advendo. Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan de redactie op het spoor zetten van oude foto’s en oude paperassen van Advendo ?
En de redactie vraagt ook aan de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief: wie herkent een persoon of personen op bijgaande afbeelding ? En wie weet waar in Hoogeveen de hier afgebeelde foto is gemaakt ?

Posted in de Deeverse mesiek, Vurening | Leave a comment

De sluuswagter woonde vlak an de Deeverse sluus

In de collectie Ansichten van het Drents Archief in Assen is bijgaand afgebeelde zwart-wit ansichtkaart van het huis van de sluiswachter en de Deeverse sluus aanwezig. De foto van deze ansichtkaart van de Deeverse sluus an de Deeverbrogge heeft in het Drens Archief registratienummer DM0207020403.

Boekhandel Hendrik ten Brink uit Meppel is de uitgever van de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart. Deze uiterst zeldzame ansichtkaart is in 1904/1905 uitgegeven. Een topstuk ! De ansichtkaart was te koop in het café-logement van Sjoert Benthem an de Deeverbrogge. De ansichtkaart is verzonden geweest op 5 juni 1905.

De redactie van ut Deevers Archief beschikt helaas nog niet zelf over een exemplaar van de hier afgebeelde uiterst zeldzame ansichtkaart voorzien van een postzegel. Maar het kan ook zo maar gebeuren dat op het internet zo maar opeens plotsklaps een ongebruikt fris exemplaar van de hier afgebeelde ansichtkaart wordt aangeboden. En dat na bijna 120 jaren !! De ansichtkaartwonderen zijn de verzamelwereld zeker nog niet uit !!

De redactie verwijst voor enige toelichting op de hier afgebeelde ansichtkaart naar het bericht De skutsluus in de Voat bee Duunkaark’n.

De redactie zal te gelegener tijd en zeker niet met geschwinde spoed en ook niet in gestrekte draf een kleurenfoto van de huidige situatie aan dit bericht toevoegen. De redactie excuseert zich voor dit ongemak.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van afbeeldingen op papier is, kan de hier afgebeelde ansichtkaart ook ten zeerste bewonderen op bladzijde 160 van het boek An de Brogge – Geschiedenis van Dieverbrug in woord en beeld van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Maar ja, dan moet je wel in het bezit van dat papieren boek zijn of dat papieren boek bij iemand in kunnen zien.

En als klap op de vuurpijl kan de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van afbeeldingen op papier is, de hier afgebeelde ansichtkaart ook nog een keer ten zeerste bewonderen op bladzijde 210 van datzelfde boek An de Brogge – Geschiedenis van Dieverbrug in woord en beeld van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Dus van bladzijde 160 doorbladeren naar bladzijde 210. Maar ja, dan moet je wel in het bezit van dat papieren boek zijn of dat papieren boek bij iemand in kunnen zien.

Posted in An de Deeverbrogge, Ansigtkoate, Deeverse sluus, Topstuk | Leave a comment

Ut botterfubriekie van de fumilie Boarels in Wittelte

In het provinciaal Drents maandblad ‘Drente’, jaargang 26, mei 1955, nummer 5, verscheen het artikel ‘De zuivelfabriek in vroeger dagen’ van Sjouke Cancrinus uut Dwingel. De redactie van ut Deevers Archief toont in dit bericht een afbeelding van bladzijde 7 uit genoemd maandblad, waarop een en ander over boterfabriekjes van particuliere ondernemers is beschreven. Zie afbeeling 1. De redactie van ut Deevers Archief citeert de volgende tekst.

De bordjes waren verhangen. Niet de landbouwproducten bereikten de markt, maar het waren de veeteeltproducten, biggen, vette varkens, boter en vee, die geld in het laatje brachten. De boter werd op het bedrijf zelve bereid. De boerinnen, de knappe botermaaksters niet te na gesproken, maakten in die tijd echter over het algemeen een slecht product. Hoe kon dat ook anders ! In de winter moest men eerst enige tijd de melk verzamelen om voldoende hoeveelheid voor het karnen bij elkaar te hebben. Ook aan de hygiënische omstandigheden, het beschikbare spoelwater zal menigmaal wel het een en ander hebben gehaperd. Thans zou het de best uitgeruste moderne zuivelfabrieken onder die omstandigheden ook onmogelijk geweest zijn, om van die melk als grondstof, een eerste keur product te maken.
Maar daar kwamen de eerste fabriekjes ! Meest op initiatief van particuliere ondernemers. Een uitkomst voor de boer, zowel voor de grote als de kleine en voor de laatste wel het meest.
De kleinste hoeveelheid melk kon nu elke dag aan de fabriek worden afgeleverd. De afvalproducten, ondermelk en karnemelk kreeg men op het bedrijf terug als een welkom en uitstekend voer voor de varkens en kalveren. En regelmatig ontving men om de veertien dagen wat geld op ’t handje, wat toen geen geringe verbetering in de geldcirculatie teweeg bracht.
Het was een economische sprong vooruit.
De ouden van dagen herinneren zich de eerste vestiging van de handkrachtfabriekjes nog wel: te Ruinen aan de Ruinerdijk, Dieverbrug van Hylkemeyer, Wittelte van Veeze, Uffelte van Kingma, Nijeveen van Smit, Eemster van Wiechers, enzovoort.
De oprichters verdienen een pluim, al deden ze het om persoonlijk winstbejag. Een pluim voor het nemen van het initiatief, een pluim voor het nemen van het risico.
Die fabriekjes werden handkrachtfabriekjes genoemd, omdat de centrifuge en de karn door mannekracht gedraaid moesten worden; één aan de centrifuge, twee aan de karn.

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 18 december 1895 het volgende korte bericht over de oprichting van een handkracht-boterfabriek in Wittelte. Zie afbeelding 2.

Diever, 16 december 1895
Naar wij uit goede bron vernemen moet, in navolging van eenige omliggende gehuchten, ook te Wittelte het plan zijn beraamd eene boterfabriek met handkracht te plaatsen.

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 21 februari 1896 het volgende bericht over de ingebruikname van de handkracht-boterfabriek in Wittelte. Zie afbeelding 3.

Diever, 19 februari 1896
Hedenmorgen is voor ’t eerst de boterfabriek met handkracht te Wittelte, geplaatst door den heer J.C. Veeze Pzn. te Dwingeloo, in werking gesteld. Alle veehouders, met uitzondering van twee, hebben hunne melk geleverd. Twee personen brachten zeer gemakkelijk de machine in beweging. In korten tijd was alle melk gecentrifugeerd.

n het ‘Nederlandsch weekblad voor zuivelbereiding en veeteelt’, jaargang 1, nummer 50, 10 maart 1896 verscheen de volgende advertentie over voorwarmers in handkracht-zuivelfabrieken. Zie afbeelding 4.

Voorwarmers in handkracht-zuivelfabrieken
De nieuwe, door mijne firma uitgevonden en gefabriceerde voorwarmer, in werking bij de zuivelfabriek te Wittelte bij Dwingelo, is bepaald onovertroffen; een belangrijk aantal reeds in bestelling.
De werking is geheel automatisch en volkomen secuur.
Brandstof-verbruik uiterst miniem.
Vraagt bijzonderheden en prijzen aan.
H.W. van der Ploeg Jzn., Grouw (Fr.)
Complete zuivelfabriek-installatie’s.

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 1 april 1896 de volgende ingezonden mededeling (zeg maar reclameboodschap) over de melkvoorwarmer van werktuigkundige Van der Ploeg uit Grouw. Zie afbeelding 5.

Melkvoorwarmers
Het lastige en tijdroovende van het melkverwarmen in een kookpot heeft aan de zuivelfabriek ‘de Zwaluw’ alhier opgehouden, tengevolge van het plaatsen van een melkvoorwarmer, uiitgevonden en gefabriceerd door den heer Van der Ploeg te Grouw, em beschreven en aanbevolen in no. 37 en 40 dezer courant.
Het toestel werkt tot ieders genoegen en voldoet uitstekend; de constructie is zeer eenvoudig en doelmatig; de bediening gemakkelijk; het brandstofverbruik uiterst miniem; de toevoer van melk naar de centrifuge en de verwarming voldoende en geregeld; de afwerking netjes en soliede; de prijs zoo billijk mogelijk, terwijl de hoeveelheid heet water, ook voor ander gebruik toereikend is.
Het kan gemakkelijk 600 liter melk per uur verwarmen; in den winter bij felle koude tot ruim 30 graden, welke temperatuur kan verhoogd worden door omwinding der pijpen met isoleerkoord.
De melk, die door buizen naar de centrifuge vloeit, stort men nu eerst door eene zeef, voordat ze in de melkbak komt en verwarmd wordt, waardoor het bovenvat op de separator een daarmede ook de teems overbodig zijn geworden. De draaier der centrifuge kan direct zien op den thermometer, vóór op het trapvormig vertinde oppervlak geplaatst, of de temperstuur der melk daalt of stijgt, terwijl deze tegelijk den toevoer der melk naar den voorwarmer kan regelen. Het fabriekspersoneel is dientengevolge zeer door dit werktuig gebaat; – en rekent men daarbij de besparing van brandstof – dan zal voorzeker niemand betwijfelen, dat het toestel hooge rente afwerpt.
De omringende dorpen, onder andere Oldeholtpade, Oldeberkoop en Noordwolde, zijn van het voordeel en nut van dit werktuig zeer zeker overtuigd, – ten bewijze, dat ze direct tot plaatsing van genoemde voorwarmer overgaan. – Het fabricaat van  gezegden werktuigkundige kan dan ook in alle deele bij andere fabrieken worden aanbevolen, temeer, omdat de soliditeit en moraliteit van Van der Ploeg een zekeren waarborg geven voor eene accurate uitvoering eener bestelling.
Hartelijk dankende voor de opname dezes en andere dag- en weekbladen beleefd in overweging gevende, hunne lezers op deze nuttige uitvinding attent te maken, teeken ik mij met achting.
B. Kremer, administrateur van ‘de Zwaluw’.
Steggerda, 30 maart 1896.

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 23 februari 1899 het volgende korte bericht over de oprichting van handkracht-boterfabriek in Deever. Zie afbeelding 6.

Diever, 21 februari 1899
In eene gisteravond gehouden vergadering van veehouders uit Diever en Wittelte, ten huize van W. Huiskes alhier, is besloten eene onderlinge boterfabriek, voorloopig met handkracht, op te richten. 44 veehouders hebben de melk van hunne 182 koeien toegezegd. Eene commissie bestaande uit de heeren H. Krol, H.H. Hessels, C. Offrein, R. Seinen, K.W. Fledderus, W. Bakker en K. Hessels, is benoemd om verder de zaken te regelen.

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 5 april 1902 het volgende bericht over het voornemen tot oprichting van een coöperatieve boterfabriek in Wittelte. Zie afbeelding 7.

Diever, 3 april 1902
Te Wittelte was men al lang voornemens eene coöperatieve boterfabriek op te richten, doch het bleef bij het bespreken van allerlei plannen. Gisteravond was er met dit doel weer eene vergadering belegd. De aanwezigen waren allen in die mate voor oprichting, dat er nu veel kans bestaat, dat de zaak tot uitvoering zal komen; het getal toegezegde koeien is voldoende voor eene fabriek met handkracht.
De heeren K. Fledderus en P. Barelds werden uitgenoodigd de niet opgekomenen op te wekken tot deelneming en te zorgen, dat men de statuten van eene soortgelijke fabriek ter inzage verkrijgt.
Aanstaande vrijdagavond, 4 april wordt er op nieuw vergaderd ten huize van J. Warnders en dan zal een definitief besluit genomen worden. Ieder belanghebbende bedenke: “Eendracht maakt macht”.

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 7 april 1907 het volgende bericht over het toetreden van Wittelter boeren tot de Coöperatieve Boterfabriek en Korenmalerij in Deever. Zie afbeelding 8.

Diever, 28 maart 1907
In de gisteravond gehouden vergadering van leden der coöperatieve boterfabriek en korenmalerij alhier werd het verzoek van eenige landbouwers uit Wittelte, om in de coöperatie te worden opgenomen, ingewilligd.
Hierdoor ondergaat onze fabriek eene gewenschte uitbreiding, daar toch hierdoor de melk van meer dan 80 koelen wordt gewonnen. Het plaatsen eener nieuwe centrifuge is evenwel nu noodzakelijk geworden.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Hendrik Lefferts Barelds is geboren op 1 april 1834 in Dwingel. Hij is overleden op 11 mei 1895 in Wittelte.
Berendina Veeze is geboren op 15 september 1837 op Koldervene. Zij is overleden op 24 januari 1928 in Wittelte. Zij is een dochter van schoolmeester Pieter Veeze en Margje Eemten.
Hendrik Lefferts Barelds en Berendina Veeze trouwden op 16 april 1864 in Dwingel. Zij kregen twee zonen Bareld en Pieter. Barelds is geboren op 14 februari 1865 in Wittelte. Pieter is geboren op 17 april 1873 in Wittelte

De redactie citeert uit het boek Wittelte – Geschiedenis van de boerderijen vanaf 1770 tot heden (bladzijde 55) de volgende tekst:
Na 1890 werden in bijna alle dorpen boterfabrieken opgericht. Zo was de zuivelfabriek in Dwingeloo, de geboorteplaats van Hendrik Lefferts Barelds, in 1894 gebouwd. In Kolderveen, de geboorteplaats van zijn vrouw, was in 1892 de zuivelfabriek opgericht. Reken maar dan Hendrik Lefferts Barelds en zijn zoon Pieter met die ontwikkelingen op de hoogte waren. Omdat er in Diever/Wittelte niets werd ondernomen heeft de familie Barelds zelf een kleine centrifuge geïnstalleerd in hun karnkamer. Met die centrifuge kon men veel sneller en beter het botervet van de ondermelk scheiden. Uit overlevering is bekend dat ook de buren hun melk in de centrifuge deden en met de gescheiden room en ondermelk naar hun boerderij gingen.

Het bericht in de Provinciale Drentsche en Asser Courant (zie afbeelding 3) vermeldt dat de centrifuge is geplaatst door J.C. Veeze Pzn. uit Dwingel. Jan Christiaan Veeze Pzn. is geboren op 28 april 1847 op Koldervene. Hij is overleden op 17 september 1940 in Dwingel. Hij is begraven op de kaarkhof van Dwingel. Hij is een zoon van schoolmeester Pieter Veeze en Margje Eemten. Hij is de jongste broer van Berendina Veeze, de echtgenote van Hendrik Lefferts Barelds.

Hendrik Lefferts Barelds heeft de ingebruikname van de centrifuge in de karnkamer van zijn boerderij op 19 februari 1896 niet meegemaakt. Hij stierf op 11 mei 1895.
Het boek Wittelte – Geschiedenis van de boerderijen vanaf 1770 tot heden vermeld het adres van de boerderij van Hendrik Lefferts Barelds: Wittelte 121, nu Wittelterweg 12a.
Na de opening van de straatweg Wittelterbrug-Diever in 1905 waren er voor de Wittelter boeren geen fysieke belemmeringen meer lid te worden van de Coöperatieve Zuivelfabriek en Korenmalerij an ut Katt’nende in Deever. Omstreeks die tijd zal Pieter Barelds gestopt zijn met zijn particuliere boterfabriekje en lid zijn geworden van de coöperatieve Deeverse botterfubriek. Zie bijvoorbeeld afbeelding 8.

De redactie heeft de aan het einde van dit bericht afgebeelde kleurenfoto (zie afbeelding 9) van de boerderij met het huidige adres Wittelterweg 12a gemaakt op donderdag 26 april 2018.

 Afbeelding 1


Afbeelding 2

Afbeelding 3

Afbeelding 4

Afbeelding 5

Afbeelding 6

Afbeelding 7

Afbeelding 8

Afbeelding 9

Posted in Botterfubriekie Wittelte, Wittelte | Leave a comment

Mit de stoomtrem van de N.T.M. hen Möppel

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 24 juni 1916 het volgende bericht over de per 3 juli 1916 ingaande dienstregeling van de stoomtrams op de tramlijn Meppel – Hijkersmilde vice versa langs de Drentse Hoofdvaart.
De in Utrecht gevestigde Nederlandsche Tramweg Maatschappij exploiteerde deze tramlijn.
In de gemiente Deever stopte de stoomtram op drie plaatsen, te weten an de Wittelterbrogge, an de Deeverbrogge en an de Gowe. De halte Geeuwenbrug komt echter niet voor in de hier getoonde dienstregeling.
Bij Uffelte (wissel) passeerden de tram van Meppel naar Hijkersmilde en de tram van Hijkersmilde naar Meppel elkaar.
Een ritje met de stoomtram van de Deeverbrogge hen Möppel of van Möppel hen de Deeverbrogge duurde ongeveer een uur en tien minuten, voorwaar in 1916 geen slechte prestatie voor een stoomtram.

Posted in An de Deeverbrogge, de Gowe, Stoomtram, Witteler brogge | Leave a comment

Ut student’nwaarkkaamp in de Uilenhorst

In het periodiek De Nederlander verscheen op donderdag 25 februari 1937 het volgende korte bericht over het studentenwerkkamp dat ondergebracht was in de boerderij De Uilenhorst in de Olde Willem. 

Studenten-werkkamp
Van 11 tot 21 Augustus worden te Diever (Dr.) een tweetal Studentenwerkkampen gehouden, evenals ten vorigen jare.
De deelneming aan het kamp staat slechts open voor studenten aan een universiteit of hoogeschool. Voor meisjesstudenten is er een beperkt aantal plaatsen. Onder toezicht van een kampleidster zorgen ze dan voor het eten van de mannelijke deelnemers.
Evenals vorige jaren werkten ook eenige buitenlandsche studenten mee.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In de crisisjaren van de jaren dertig waren veel mensen werkloos en heerste er grote armoede. Desalniettemin achtte de vereniging Studiosi Iuvare Delectamur (Wij helpen studenten graag), de organisator van de studentenwerkkampen in de Olde Willem, het verantwoord in een streek waar werkloosheidsprojcten werden uitgevoerd weer een studentenwerkkamp te houden. Aan het studentenwerkkamp mochten alleen studenten van universiteiten of hogescholen meedoen, zeg maar studenten uit de hogere sociale klasse.

Posted in de Olde Willem, de Uilenhorst, Student'nwaarkkaamp | Leave a comment

Pentiekening van de Keet 2.0 op de Heezebaarg

De favoriete bezigheid van kunstenaar Arie Goedhart was tekenen met pen en inkt, dat is arceren en werken met natuurlijke structuren, maar vooral het weergeven van de stilte en de rust van de natuur. En waar kan hij dat beter doen dan op de Heezebaarg an de Heezenesch bee Deever.
Op de hier afgebeelde pentekening van Arie Goedhart is tussen de bomen een stukje van de zijgevel van de Keet 2.0, dat wil zeggen de opvolger van de Keet 1.0, op de Heezebaarg te zien.
De Keet 1.0 is de directiekeet van professor doctor Albert Egges van Giffen, die hij in de dertiger jaren van de vorige eeuw gebruikte bij de opgraving van de terp van Ezinge in de provincie Groningen en die hij na beëindiging van die opgraving liet afbreken, naar Deever liet vervoeren en daar weer liet opbouwen op de Heezebaarg. De Keet 1.0 heeft op de Heezebaarg bijna zestig jaren dienst gedaan als zomerhuisje van de familie van Giffen.
De laatste eigenaren van de Keet 1.0, een kleindochter en een kleinschoonzoon van professor doctor Albert Eggen van Giffen hebben de Keet 1.0 in 1997 laten slopen en de Keet 2.0 laten bouwen.
De redactie van ut Deevers Archief heeft voor het tonen van deze fraaie pentekening in ut Deevers Archief toestemming van de maker Arie Goedhart. De redactie is hem daarvoor bijzonder erkentelijk.
De kleurenfoto is op 20 januari 2019 gemaakt door een fotograaf, waarvan de naam bekend is bij de redactie. De redactie heeft voor het tonen van deze fraaie kleurenfoto in ut Deevers Archief toestemming van deze fotograaf. De redactie is hem daarvoor bijzonder erkentelijk.


Posted in Albert Egges van Giffen, Heezerbaarg, Kuunst, Tiekening | Leave a comment

Uffelters hept de reels langs de voat esloopt

In de Leeuwarder Courant van 26 mei 1932 verscheen het navolgende bericht over het stopzetten van de tram langs de Drentsche Hoofdvaart tussen Meppel en Hijkersmilde.

Stopzetting tram Meppel – Hijkersmilde
Verbetering van den verkeersweg langs de Drentsche Hoofdvaart.
Gisteren is bij het gemeentebestuur van Meppel een brief binnengekomen, waarin wordt medegedeeld dat de minister van Waterstaat den directeur der Nederlandse Tramweg Maatschappij machtiging heeft gegeven, den dienst van de tramlijn Meppel-Hijkersmilde stop te zetten en de rails op te ruimen. Onmiddellijk gevolg hiervan zal zijn, dat de veelbesproken gevaarlijke en zeer drukke verkeersweg langs de Drentsche Hoofdvaart belangrijk verbreed en verbeterd kan worden. In een raadsvergadering, die niet voor de pers toegankelijk was, zijn besprekingen gevoerd ter voorziening in de verkeersbehoeften tusschen Meppel en omliggende plaatsen, mede in verband met de opheffing van bedoelde tramlijn.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Bijgaande foto is in 1933 op de löswal bee café Schenkel in Uffelte gemaakt. Een door de sloopaannemer ingehuurde ploeg arbeiders, die voor een groot deel uit Uffelte kwam, heeft de rails van de tramlijn van de Nederlandse Tramweg Maatschappij opgeruimd. Die mannen waren wel nodig om met z’n allen een stuk rails te kunnen tillen en op de wagon te laden.
Het is jammer dat van het slopen van de tramrails an de Wittelterbrogge, an de Oldendeeversebrogge, an de Deeverbrogge en an de Gowe in de gemiente Deever nog geen foto is opgespoord, het is waarschijnlijk dat daar nooit foto’s van zijn gemaakt.
Het slopen begon in Hijkersmilde en eindigde bij het treinstation in Meppel. Zo konden vrijgekomen bielzen en vrijgekomen rails steeds op tramwagons worden geladen en vervolgens over de nog niet gesloopte tramrails worden afgevoerd naar Meppel.
Staande zijn van links naar rechts te zien:
De Uffelter Jan Kuik Gzn., geboren op 28 februari 1891 in Uffelte, overleden op 31 januari 1964, zoon van Gerrit Kuik en Lubbigje Uiterwijk;
De Uffelter Jan Kuik Hzn. (bijnaam: kleine Kuuk), geboren op 7 januari 1905 in Uffelte, overleden op 26 februari 1982 in Uffelte, zoon van Hendrik Kuik en Femmigje Lefferts;
De Uffelter Hendrik Kuik Jzn, geboren op 8 mei 1897 te Uffelte, overleden op 21 december 1966 , zoon van Jannes Kuik en Femmigje van den Bos;
De Hoavelter Jan Holterman. geboren op 19 februari 1890 te Koekange, overleden op ……, zoon van Remmelt Holterman en Klaasje Woltinge;
De Deeverse Jan Kloosterman (bijnaam: rooie Booiman), geboren op  16 juli 1894 te Dieverbrug, zoon van Arent Kloosterman en Hilligje Booiman;
De Uffelter Frederik (Frièrik) Timmerman, geboren op 9 april 1890 te Wemmenhove (Zuidwolde), overleden op ….., zoon van Jan Timmerman en Jantje de Boer;
Hessel Nijholt (ploegbaas van de aannemer), geboren op 22 oktober 1886 te Sint Nicolaasga, overleden op 26 oktober 1944 te Sint Nicolaasga, zoon van Johannes Nijholt en Oeke van der Meer.
Zittend op de rails op de tramwagon zijn van links naar rechts te zien:
De Uffelter Jan Timmerman, geboren op 10 juni 1884 te Pesse, overleden op ……., zoon van Jan Timmerman en Jantje de Boer;
Sent Jonkers, gegevens moeten nog worden uitgezocht;
Albert Koopman, gegevens moeten nog worden uitgezocht;
De Wittelter Roelof Jonker, gegevens moeten nog worden uitgezocht.
Staande op de tramwagon is te zien:
De Uffelter Hendrik Kuik Gzn., geboren op 20 maart 1889 te Uffelte, overleden op ….., zoon van Gerrit Kuik en Lubbigje Uiterwijk.

Posted in Stoomtram, Topstuk, Verkeer en vervoer, Vervoer | Leave a comment

Mit de naachtboot van de Lemmer hen Amsterdam

Bij het verzamelen van ansichtkaarten uut de gemiente Deever gaat het de redactie van ut Deevers Archief in de eerste plaats om de afbeelding, maar vaak is het aanschaffen van een kaart pas echt de moeite waard als op de achterkant iets staat dat verband houdt met het verleden van de gemiente Deever, bijvoorbeeld bekende namen (elke Deeverse maakt deel uit van het verleden van de gemeente Deever) of een mooie tekst.
De afgebeelde ansichtkaart met op de achterkant de hierna weergegeven tekst bevindt zich in de verzameling van ut Deevers Archief. De ansichtkaart van de gemeentelijk toren met het kerkgebouw op de Brink van Deever is op 2 augustus 1931 verstuurd. Deze ansichtkaart is uitgegeven door de weduwe van Johannes Vos an de Heufdstroate in Deever.

De tekst op de achterkant van de ansichtkaart luidt als volgt.
Lieve Zus,
’t Is nu Dinsdagmorgen drie uur en kom ik je even bedanken voor je brief.
Je hoeft niet meer zo lang te wachten voor ik er weer ben. Ik ga vanavond met de vrachtboot uit Lemmer naar Amsterdam en ben dan morgen 3 Augustus weer thuis.
Vanavond was er kampvuur, een fijn vuur.
Van Zondag op Maandag ben ik in bed gebleven, ik was toen verkouden en juist toen onweerde en regende het verschrikkelijk, ’t kampterrein stond blank, maar alles is goed afgelopen.
Nu tot morgen dus. Groeten aan Vader, Moeder en Tante Marie.
Gerrit

In het Nieuwsblad van Friesland: Hepkema’s Courant van 31 juli 1931 stond het volgende korte krantenvulbericht.

Kampeeren.
Diever, 29 juli.
De vele kampeerders in onze bosschen treffen het niet bijster goed. Ongunstig weer werkt voor kampeeren al heel slecht mee. En er zijn momenteel talrijke kampementen in de bosschen.
In het kamp van den V.C.S.B. zijn reeds een tweetal jongens door de kou ziek geworden, van wie een naar de ouderlijke woning is teruggebracht.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Er is wel iets merkwaardigs aan de hand met deze ansichtkaart.
Gerrit heeft de kaart op 2 augustus 1931 ’s morgens om 3.00 uur (na een stevige borrel aan het fijne kampvuur ?) met een gewoon potlood volgeschreven. Hij moet de kaart vervolgens in de loop van de ochtend bij een postkantoor (in Deever of op Zorgvlied ?) hebben afgeleverd, teneinde de volgende dag (dat is wel snel) in Amsterdam te kunnen worden besteld. Gerrit zal de kaart in een enveloppe hebben verstuurd, want het adresgedeelte van de kaart is ook beschreven. Maar waarom verstuurde Gerrit op 2 augustus 1931 een kaart, waarin hij aangeeft dat hij op 3 augustus 1931 in Amsterdam zal zijn. Wellicht arriveerde hij zelf eerder in Amsterdam dan de kaart.
De redactie heeft het donkerbruine vermoeden dat Gerrit de kaart nooit heeft verstuurd, maar dat hij deze gewoon in zijn valiesje of karbiesje mee naar Amsterdam heeft genomen en deze persoonlijk bij lieve zus heeft besteld.
Gerrit zal van het kampeerterrein van de Vrijzinnig Christelijke Studentenbond (V.C.S.B.) bij het Mastenveldje aan de Bosweg tussen Deever en Woater’n zijn gegaan (lopend of op de fiets ?) en vandaar verder zijn gereisd. Maar waarom reisde Gerrit zo ingewikkeld ? Hoe kwam hij vanuit Deever of Zorgvlied in de Lemmer ? Reisde hij met het sukkeltrammetje van Elsloo naar Steenwijk ? En hoe reisde hij dan van Steenwijk naar de Lemmer ? Met de bus ? En dan die nachtelijke boottocht van de Lemmer naar Amsterdam over de Zuiderzee (de dijk tussen Friesland en Noord-Holland was nog niet gesloten).
Waarom reisde Gerrit niet gewoon via de Deeverbrogge met het boemeltrammetje langs de Drentse Hoofdvaart naar Meppel ? Het eindpunt van het trammetje was bij het treinstation in Meppel. Vandaar kon Gerrit met de trein naar Amsterdam reizen. Wie het weet mag het vertellen.

Abracadabra-1242Abracadabra-1241Abracadabra-1243

Posted in Ansigtkoate, Bosweg, Kaarke an de brink, Mast'nveltie, Student’nkaamp | Leave a comment

Un braandtoor’n van boomstamm’m in de Olde Willem

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 10 december 1935 het navolgende bericht over de bouw van een brandtoren aan de Woaterse weg in de Olde Willem.

Diever, 9 december. Naar we vernemen wordt door het Staatsboschbeheer nabij de woning van den voorwerker Duin aan den weg van hier naar Wateren een uitkijktoren gebouwd. De toren zal voornamelijk bestemd worden als zogenaamde brandtoren doch ook in den zomer wel dienst doen als uitkijktoren voor de toeristen.

Op de fotobladzijde van de Leeuwarder Courant van dinsdag 17 december 1935 werd een foto van de bouw van een houten uitkijktoren in de Olde Willem getoond. 

Bij de foto is de volgende tekst opgenomen. Te Diever wordt uit stevige boomstammen een uitkijktoren gebouwd. Deze zal voornamelijk bestemd zijn als zogenaamde brandtoren, doch zal ook in den zomer dienst doen als uitkijktoren voor de toeristen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het lag voor de hand om in die tijd in de uitgestrekte aaneengesloten bossen in de gemiente Deever een houten brandtoren, beter gezegd een uitkijktoren voor de bosbrandwacht, te bouwen. In de buurt stonden immers genoeg geschikte dennebomen. De toren werd an de Woaterseweg achter de boswachterwoning in de Olde Willem gebouwd. De vraag is wel hoe het op de grond vervaardigde bouwwerk rechtop is gezet.

Posted in Braandtoor’n, de Olde Willem, Uutkiektoor’n, Verdwenen object | Leave a comment

Veiling van wat begön as de Saandkaamp

Bonds café pension restaurant annex bar ‘de Zandkamp’ van de familie Kamphuis an de Shakespearebrink (voorheen Bolderbrink) in ut Grünedal an de Heezeresch bee Deever kwam in 1989 in handen van Roelof en Gea ter Wal. Zij gaven hun hotel-restaurant de naam ‘de Walhof’.
Eind 2003 nam voormalig opticien Henk Jippink uit Hoogezand de zaak over. In 2009 ging zijn zaak failliet. Op 21 september 2015 is het pand en de ruim één hectare bijbehorende grond geveild.
De redactie van ut Deevers Archief weet niet of het pand met bijbehorende grond met succes is geveild en zo ja wie de erg gelukkige eigenaar is geworden. Wel heeft de redactie gezien dat na 21 september 2015 behoorlijk is gesleuteld aan het pand. Dat is goed te zien op de kleurenfoto die de redactie op woensdag 19 september 2018 heeft gemaakt. Het voormalige bonds café pension restaurant annex bar de Zandkamp bleek op die dag behoorlijk opgeknapt en helemaal wit gekalkt te zijn.

Posted in de Saandkaamp, Heezeresch | Leave a comment

Greinspoaltie 47 is neet op deselde stee nièr eset

In de Olde Möppeler (Móppeler Kraante, Meppeler Courant) van 30 juli 2012 én vervolgens in het Dagblad van het Noorden van 1 augustus 2012 verscheen ongeveer hetzelfde volgende mini-berichtje.

ZORGVLIED – Grenspaal op nieuwe plaats
De gerestaureerde grenspaal is herplaatst op de oude landweer bij de Willingehoek van camping Groot Bartje in Zorgvlied. De grenspaal is onder het puin vandaan gehaald. Henk Schurer doopte op de historische grens tussen Elsloo en Zorgvlied de paal met water uit de Linde. De vinder van de paal, Hans Salverda, werd als voogd van de paal benoemd. Met het vinden van de paal wordt de historische grens tussen Friesland en Drenthe zo langzamerhand weer zichtbaar.

In het Dagblad van het Noorden van 1 augustus 2012 verscheen het nagenoeg zelfde volgende mini-bericht.

ZORGVLIED – Historische grenspaal tussen Drenthe en Friesland
De gerestaureerde paal die de historische grens markeert tussen Friesland en Drenthe, is op de oude landweer bij de Willingehoek in Zorgvlied herplaatst. Op de historische grens tussen Elsloo en Zorgvlied werd de paal gedoopt met water uit de Linde. Vinder Hans Salverda werd als voogd van de paal benoemd. Door de herplaatsing van de paal wordt de historische grens tussen Friesland en Drenthe langzaam weer zichtbaar.

Aantekeningen van de redactie van ut Dievers Archief
De schrijver van de veel op elkaar lijkende mini-berichten gebruikt de term ‘historische grens’, echter om de ligging van deze grens is in het verleden nooit enige strijd geweest, in feite gaat het om een greinspoaltie op de kunstmatige scheidingslijn tussen twee bestuurlijke eenheden, te weten de provincie Fryslân en de provincie Drente.
Greinspoalties worden in elk geval geplaatst op het punt waar de grens een knik maakt, zo ook de greinspoalties tussen de provincies Fryslân en de provincie Drente in de gemiente Deever. Van oudsher moet bij het ene greinspoaltie het volgende greinspoaltie zijn te zien.
Het artikel geeft niet aan om welk grenspoaltie het gaat, maar het is waarschijnlijk dat het hier om greinspoaltie XLVI (greinspoaltie 46) gaat.

De heer Harry ten Veen reageerde op 9 april 2019 als volgt.
Goedemiddag.
Ik kijk weleens op de site vanwege de grenspalen.
Dat is mijn grootste interesse.
Bij de herplaatsing van deze grenspaal was ik aanwezig.
Ik heb ook veel foto’s.
Het nummer van de grenspaal is 47.
Dat is absoluut juist.
Het filmpje dat te vinden is op http://www.gemeentediever.nl/dorpen/zorgvlied/index.html (even naar beneden scrollen) is trouwens van mij.
Groet, Harry ten Veen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief van 9 april 2019
De redactie is de heer Harry ten Veen bijzonder erkentelijk voor zijn reactie.
De redactie heeft in de titel van het bericht het romeinse nummer XLVI (nummer 46) gewijzigd in het romeinse nummer XLVII (nummer 47).
De redactie verwijst ook naar het bericht Paal maakt oude grens zichtbaar in de digitale krant Nieuwe Ooststellingwerver.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De heer Hans Salverda heeft op 19 april 2023 met zijn smartphone de coördinaten van grenspaal 47 opgemeten:
52°55’34.7″ Noorderbreedte en 6°15’11.9″ Oosterlengte.

Posted in Aarfgood, Greinse, Greinspoal, Zorgvliet | Leave a comment

Ik heb in de kaamp eseet’n van juni 1969 tot juni 1970

De redactie van ut Deevers Archief ontving op 25 oktober 2015 bijgaande reactie van de heer Henk Kuiper uit Diemen over zijn verblijf in het jongenskamp ‘de Eikenhorst’ an de Gowe. Henk Kuipers is op zoek naar zijn oude kameraden.

Ik heb in het kamp gezeten van 1969 tot juni 1970. De jongens die reageren ken ik natuurlijk nog. Ik heb zelfs nog foto’s van Ben en Kor.
De barakken waren als volgt: 1. Alaska, 2. Peru, 3. Transvaal en de laatste was Klondike.
In Klondike zaten de oudere jongens, die langer op het kamp zaten. Die gingen ook naar school buiten het kamp.
Het is inderdaad zo dat je de eerste 40 jaar van je leven de boel geblokt hebt, maar naarmate je ouder wordt ga je toch steeds meer over de jongens nadenken.
Ik ben al een paar jaar op zoek naar de jongens waar ik heb beste mee om ging. Hyves en Facebook hebben wel een beetje geholpen, maar een heleboel jongens zijn nog verstopt.
Als u eventueel meer wilt weten mag u mij altijd mailen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie wil natuurlijk nog veel meer weten van het reilen en zeilen in het jongenskamp ‘de Eikenhorst’ an de Gowe. De redactie wil ook graag de genoemde foto’s, compleet met namen publiceren. Henk Kuiper doelt op de jongens Ben van Erp en Kor. De lezer wordt gemakshalve verwezen naar het artikel Ben van Erp vraagt: Herkennen jullie dit ook ? en naar het artikel Ik heb ook nog een paar medailles van klei.

Posted in de Gowe, Jongenskamp de Eikenhorst | Leave a comment

Johannes Franciscus was gien schout-bee-naacht

Op 20 september 1983 schreef een achterkleinzoon (!) van Johannes Franciscus De Ruiter de Wildt, de grondlegger van het dorp Zorgvliet een brief aan een kleinzoon (!) van Lodewijk Guillaume Verwer, de ontwikkelaar van het dorp Zorgvliet.

Aan de heer mr. L.G. Verwer
(straat en woonplaats hier weggelaten)

Zeer Geachte Heer Verwer,

Hiernevens zend ik U, onder dankzegging terug, de ansichtkaart van het door mijn overgrootvader gebouwde landhuis en de fotocopie van een ansichtkaart, waarop zijn afgebeeld de vier bejaardenwoningen op de plaats alwaar het landbouwinstituut van de Maatschappij van Weldadigheid heeft gestaan met daarnaast het eenvoudige kerkje.
De tekst onder deze kaart “Een bakermat van Neerlands Zeehelden” houdt waarschijnlijk verband met het feit, dat in de periode 1831 tot en met 1840 van de 145 vertrokken leerlingen van het Instituut niet minder dan 57 jongens beroepsmilitair [1] werden, terwijl wellicht de afstamming van Johannes Franciscus de Ruijter de Wildt daarbij ook een rol heeft gespeeld.
In uw toespraak op 2 september j.l. in Zorgvlied hebt u voorts gezegd, dat mijn overgrootvader een gepensioneerde schout-bij-nacht is geweest, doch dit is diens broer Johan Willem de Ruijter de Wildt geweest.
Het beroep van Johannes Franciscus de Ruijter de Wildt in Oost-Indië was employé bij het agentschap van de factorij te Semarang van de Nederlandse Handelsmaatschappij.
Uit het artikel in de “Landbouwcourant” van 21 oktober 1869 (overgenomen uit de Purmerender Courant van 25 augustus 1869) is mij gebleken dat mijn overgrootvader veel ontginningswerk heeft verricht.

Ik wens U met Uw echtgenote een mooie vakantie op Rhodos toe.

Met vriendelijke groeten, mede namens mijn vrouw,
H.O.J. de Ruijter de Wildt
(straat en woonplaats hier weggelaten)

[1] F.W. Fabius. De Maatschappij van Weldadigheid, in hare werking, strekking en geldelijken toestand. Amsterdam, 1841, bladzijden 59 en verder.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In deze brief zet de achterkleinzoon (!) van Johannes Franciscus de Ruijter de Wildt het -ook onder Zorgvlieders, Zorgvlieters, Zorgvliedenaren, Zorgvlietenaren- wijdverspreide misverstand recht dat niet zijn grootvader, maar de broer van zijn overgrootvader schout-bij-nacht was. Dus dorpskrachten, leden van het plaatselijke filiaal van de heemkundige vereniging uut Deever, let op: Johannes Franciscus de Ruiter de Wildt was geen schout-bij-nacht !!

Wie kan de redactie helpen aan een digitale kopie van het bedoelde artikel uit de ‘Landbouwkrant’ ?
Bijgaand is te zien een afbeelding van een oude ansichtkaart van het armoedig uitziende ‘kleine kerkje’, zoals genoemd in de brief. Deze ansichtkaart is op 23 maart 1917 verzonden.
In het op vrijdag 9 juli 2021 uitgegeven Magnus Opus Fragmenten Uit Het Verleden Van De Vroegere Gemeente Diever van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever is in het hoofdstuk Zorgvlied op bladzijde 189 een nogal bijgeknipte afbeelding van een exemplaar van de hier afgebeelde ansichtkaart opgenomen.

Posted in Ansigtkoate, de Ruiter de Wildt, Kattelieke Kaarke, Lodewijk Guillaume Verwer, Sint Anthonij Gasthuis, Zorgvliet | Leave a comment

Kaarke an de brink van Deever in mei 1963

Bijgaand afgebeelde zwart-wit ansichtkaart van de koorkant (de oostkant) van het kerkgebouw an de brink van Deever was te koop bij Hendrik Mulder, die in de volksmond altijd Henduk Moessie of Moessie Peep (Hendrik Mulder had astma) (alle Mulders in ut olde Deever hadden een bijnaam) werd genoemd. Hij was eigenaar van drogisterij ‘de Gaper’ an de Heufdstroate in Deever. Deze ansichtkaart is in mei 1963 uitgegeven door JosPé in Arnhem.
Als deze zwart-wit ansichtkaart wordt vergeleken met de ansichtkaart van de kaarke an de brink van Deever in 1905, dan valt ook op dat de restaurateurs wel heel erg flink aan de consistoriekamer hebben zitten sleutelen.

Posted in Deever, Kaarke an de brink | Leave a comment

Op de Baarg op ut Kastiel in de winter van 1962-1963

Op de Baarg op ut Kastiel in Deever is links het boerderijtje van de weduwe Evertje Davids-Vierhoven en rechts nog net het boerderijtje van de weduwe Elsje (Elle) Smit-Oost te zien in de strenge winter van 1962-1963.
Evertje Vierhoven werd op 29 juli 1896 in Deever geboren als dochter van Albert Vierhoven en Trijntje Andree (Andrea ?, Andreae ?). Zij trouwde op 27 juni 1925 met Albert Davids, beroep arbeider, zoon van Hendrik Davids en Magrieta Sidonia Wibier. Albert Davids werd op 26 oktober 1881 geboren in Deever.
In de webstee nieuwenhuis-genealogie is een mooie foto uit 1950 te zien van Albert Davids, Evertje Vierhoven en hun dochter Trijntje (Trientie). Die foto is genomen aan de voorkant van het boerderijtje.
Elsje (Elle) Oost werd op 20 maart 1893 in Deever geboren als dochter van Helprig Oost en Hilligje Prikken. Zij trouwde op 31 augustus 1912 met Hilbert Smit, beroep arbeider, zoon van Jan Smit en Margje Hilberts de Wit.
Hilbert Smit werd op 18 september 1888 geboren in het Leggelerveld (gemiente Dwingel), hij overleed op 5 juli 1931 in Deever, hij was toen landbouwer.
De bezoekers van ut Deevers Archief worden uitgenodigd aanvullende teksten bij deze foto in te brengen.

Posted in Boerdereeje, Deever, ut Kastiel | Reacties uitgeschakeld voor Op de Baarg op ut Kastiel in de winter van 1962-1963

Woap’m van Deever an de Meulakkers in Deever

Het direct na de Tweede Wereldoorlog bij elkaar gefantaseerde en op 3 september 1946 door de Hoge Raad van Adel goedgekeurde wapen van de gemiente Deever is her en der binnen de grenzen van de gemiente Deever terug te vinden op bewaard gebleven ‘grensstenen’. Deze stonden voor het ontstaan van de gemeente Westenveld op 1 januari 1998 ergens op de gemeentegrens langs een weg.
Op het erf van de woning aan de Meulakkers 20 in Deever staat een kennelijk redelijk goed exemplaar, maar de eigenaar is van mening dat zijn object wel een keertje mag worden geverfd. Het wapen dat gemaakt is van beton staat op zijn originele fundering in de voortuin. De eigenaar was er, net als een paar anderen, op tijd bij, anders was zijn exemplaar begin 1998 met de andere verzamelde greinsstien afgevoerd naar een puinbreker.
Op de achterkant van deze greinsstien staat Havelte. De eigenaar wist te vertellen dat deze grenssteen in de Stienbaarger bochte van de weg langs de vaart in Wittelte heeft gestaan, op de grens met de gemeente Havelte.
De bewoners van het huis aan de Meulakkers waren zo vriendelijk de redactie van het Deevers Archief op 21 januari 2016 toegang te geven tot hun erf voor het maken van deze twee kleurenfoto’s, daarvoor veel dank.
Gegevens over het wapen van de gemiente Deever zijn te vinden in het Nederlandse deel van de webstee van Heraldry of the World (Internationale Overheidsheraldiek). De in die webstee opgenomen verklaring bij het wapen van Deever bevat helaas enige historische onjuistheden.

Abracadabra-1543Abracadabra-1542

Posted in Aarfgood, Gemiente Deever, Woap'm van Deever | Leave a comment

De vudieling van de boermarke van Deever

In de Provinciale en Asser Courant verscheen op 12 maart 1856 het navolgende korte bericht over het besluit tot de verdeling van de ongescheiden marke van Deever.

Diever, 8 maart.
Op vrijdag den 7 dezer heeft alhier eene vergadering plaats gehad van deelgeregtigden in de ongescheidene markte van Diever, ten einde te beraadslagen over de verdeeling der markte.
Er is besloten de markte te verdelen en voorts eene commissie te benoemen, die de zaak zal regelen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De boeren van het dorp Deever hebben de gronden van de boermarke van Deever eeuwenlang gemeenschappelijk in bezit, beheer en gebruik gehad.
Aan het einde van de achttiende eeuw vormden de boermarken een belemmering voor meer ontginning. In 1809 en 1810 kwam er wetgeving voor de verdeling van boermarken, maar deze hadden niet het gewenste effect. Bij Koninklijk Besluit van juli 1837 werd de wetgeving van 1809 en 1810 opnieuw onder de aandacht gebracht. Veel boermarken werden als gevolg daarvan wel verdeeld, waaronder die van Deever. Maar die van Deever werd pas ná 1856 verdeeld, maar wel vóór de inwerkingtreding van de échte Markewet van 10 mei 1886.

Posted in Boermarke van Deever, Canon van de gemiente Deever | Leave a comment

Ansigtkoate van Villa Nova op Zorgvliet

Van het pension Villa Nova van de familie Jan Krans op Zorgvliet (an de aandere kaante van de Deeverse bos) zijn na de Tweede Wereldoorlog in het tijdperk van de zwart-wit foto enige mooie ansichtkaarten uitgegeven, waaronder de bijgaand afgebeelde ansichtkaart.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de kleurenfoto van hotel-restaurant Villa Nova op woensdag 6 november 2019 gemaakt.

Posted in Ansigtkoate, Villa Nova, Zorgvliet | Leave a comment

De uutsigttoor’n op ut Kiekduun

De redactie van ut Deevers Archief mocht van wijlen Albertus (Bert) Christiaan Doorman aan het einde van de vorige eeuw van enige door zijn grootvader mr. Albertus Christiaan van Daalen uit Bennekom op Berkenheuvel gemaakte foto’s een scan maken. Opnieuw hartelijk dank daarvoor.
Op bijgaand afgebeelde zwart-wit foto uit 1925 is de houten uitkijktoren op het nog vrij kale Kijkduin op Berkenheuvel te zien. Kijkduin is ergens aan de Torenweg bij de Van Daalenweg te vinden. In die omgeving is Kijkduin de hoogste heuvel, daarvóór was het natuurlijk een natuurlijk zandduin. Het is wel even lastig zoeken naar Kijkduin, want de huidige eigenaar van de helft van Berkenheuvel heeft alle aan bomen gespijkerde naambordjes van boswegen blijkbaar in zijn deel van Berkenheuvel verwijderd. Wandelaars worden vooral geacht erg te verdwalen.
De toren op het hoge zandduin was bedoeld om van boven af uit te kijken naar bosbrand op Berkenheuvel. De uitkijktoren is aan het begin van de veertiger jaren van de vorige eeuw afgebroken. De vier betonnen fundamenten zijn nog wel aanwezig.
Over Kijkduin loopt wel een pad voor bergfietsen, zeg maar een pad voor fietsen met dikke banden. De Engelse vertaling van bergfiets is mountainbike. Op een van de hier afgebeelde kleurenfoto’s is het pad aan de westzijde van Kijkduin te zien. Voor de jeugd uut Deever was dit een hele mooie helling om bij sneeuw met de slee vanaf te glijden.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde kleurenfoto’s van de fundamenten van de uitzichttoren op 21 januari 2016gemaakt,  onder zeldzame enigszins winterse omstandigheden.

Abracadabra-1562

OLYMPUS DIGITAL CAMERAOLYMPUS DIGITAL CAMERAOLYMPUS DIGITAL CAMERAOLYMPUS DIGITAL CAMERA

Posted in Albertus Christiaan van Daalen, Braandtoor’n, Landgoed Berkenheuvel, Uutkiektoor’n, Verdwenen object | Leave a comment

Pier Obe Posthumus hef moar 10 joar ekreeg’n

In het Nieuwsblad van het Noorden van 21 januari 1949 verscheen het navolgende bericht over de strafzaak bij het Bijzonder Gerechtshof in Assen tegen de N.S.B.’er Pier Obe Posthumus, ex-burgemeester van de gemiente Deever.

Tien jaar voor ex-burgemeester van Diever
Gisteren heeft de advocaat-fiscaal bij het Bijzonder Gerechtshof te Assen, een gevangenisstraf van 10 jaar met aftrek geëist tegen de ex-burgemeester van Diever, de 62-jarige Pier Obe Posthumus uit Haren (Gr.).
In april 1944 werd hij burgemeester van Diever, waar hij -en dat werd hem ernstig aangerekend- zich heeft bezig gehouden met de opsporing, de arrestaties en het verhoor van verschillende personen, in samenwerking met de later zo berucht geworden ‘Bloedploeg’, welke hij naar Diever liet komen.
In de korte tijd van zijn burgemeestersperiode (waarin hij een grote slaafsheid voor der Duitsers aan de dag legde) heeft hij zich niet bepaald gelukkig getoond bij dat edele ambt, naar de A.F. (advocaat-fiscaal) in zijn requisitoir opmerkte. Met de landwacht en de Duitsers verrichtte hij zoveel mogelijk daden, die wijzen op een egoístische en kleinzielige mentaliteit.
De advocaat-fiscaal achtte de gepleegde feiten wel ernstig, maar in ’t algemeen getuigen zij van de houding van een bijloper, hij is zeker geen voorman geweest. Als bijkomende straf eiste hij ontzetting uit de kiesrechten en uit het recht ambten te bekleden.
Mr. S. Boersma bepleitte de uiterste clementie, daarbij de leggende op het feit, dat de verdachte onder invloed van Balsma heeft gestaan en op diens leeftijd en ziekte.
Posthumus betuigde aan het slot zijn spijt over de houding. ‘Innerlijk ben ik van de dwalingen mijns weegs genezen.’

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Pier Obe Posthumus (geboren op 22 maart 1887 in Groningen, overleden op 13 augustus 1956 in Groningen) werd in april 1944 waarnemend burgemeester van de gemiente Deever, nadat burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de volksmond altijd ome Kees werd genoemd) op dringend en dwingend advies van het Deeverse verzet moest onderduiken. De Duitsers ontsloegen Jan Cornelis Meiboom (die in de volksmond altijd ome Kees werd genoemd) op 8 mei 1944 als burgemeester van de gemiente Deever.

 

Posted in N.S.B.'er, Pier Obe Posthumus, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

Ut olde landhuus op Baark’nheuvel in 1891

In het in 1999 verschenen Deeverse fotoboekje ‘Diever, ie bint ’t wel …’ is de volgende tekst over het verleden van het landgoed Berkenheuvel opgenomen bij afbeelding 5, zijnde een afbeelding van een foto uit 1891 van mr. Albertus Christiaan van Daalen van het Huis op Berkenheuvel.

Kalteren – Huis op Berkenheuvel – 1891
De ontginning van de woeste gronden ten noorden van Diever en Wapse is rond 1850 begonnen toen J. B. Stoop de eerste gronden kocht van de boermarken van Wapse en Diever. In 1854 verkocht hij het terrein van 365 ha aan mr. Petrus van der Veen, Cornelis Hoekwater en mr. Samuel Hartogh Heys. Deze verkochten in 1885 het inmiddels 772 ha grote gebied aan mr. J. Hoekwater.
In juli 1890 kochten mr. Albertus Christiaan van Daalen en zijn neven H. T. van Rees en J. Praeger Berkenheuvel voor 46000 gulden. Daarmee waren zij eigenaar geworden van ruim 950 ha grond, bestaande uit 320 ha bosgrond, 130 ha heideveld, 500 ha zandgrond, 4 ha bouw en weiland en het hier zichtbare huis, met het adres Kalteren 35.
Het voorste deel stond ter beschikking van de eigenaren. Het achterhuis werd bewoond door Marten Wouwenaar en zijn vrouw Arendina Frederika Huiberts. Zij trouwden op 9 mei 1858 op de Smilde. Hun drie kinderen werden hier geboren, Geertje op 9 maart 1859, Jacob op 19 november 1860 en Hendrik op 10 juni 1864. In dit huis overleed Arendina Frederika Huiberts op 28 januari 1881 en Marten Wouwenaar op 6 december 1899.
Marten Wouwenaar was van 1856 tot in 1894 de bosbaas van Berkenheuvel. Voor de eigenaren van Berkenheuvel kocht hij ook grond. Zo kocht hij op 12 februari 1866 op de verkoop van vastgoed van de erven Jan en Geesje Tijmes Mulder het heideveld genaamd ‘het Kaltersche veld aan het Zand’, groot 1 bunder, 6 roeden en 68 ellen en een perceel zandduinen in het Dieverder Zand, groot 8 bunder, 37 roeden en 70 ellen.
In 1940 werd het hier zichtbare voorhuis vervangen door een nieuw door ir. Mello van Daalen in Alpenstijl ontworpen voorhuis.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Mr. Albertus Christiaan van Daalen maakte de hier afgebeelde zwart-foto in 1891. Let bij deze zwart-wit foto vooral ook op het rikke met de melkbus tegen de zijmuur van het achterhuis. Blijkbaar was boschbaas Marten Wouwenaar ook een beetje boer en hield hij een paar koeien. Wellicht verkocht hij zijn melk aan het particuliere melkfabriekje van Jan Frederik Hilkemeijer an de Deeverbrogge ? Of wellicht gebruikte Arendina Frederika Huiberts de melk voor het karnen van boter.

De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto op 9 april 2013 gemaakt.

Posted in Albertus Christiaan van Daalen, Diever, ie bint 't wel ..., Landgoed Berkenheuvel, Landhuis Berkenheuvel, Marten Wouwenaar | Leave a comment

Wittelermoase heuilaan’n hept gien veldnèème mièr

In 1886 trad de Markewet in werking. Die wet had als doel de verdeling van de gemeenschappelijke gronden in zandgebieden te regelen. In de gemiente Deever waren dat de gemeenschappelijke gronden van de boermarke van Deever, de boermarke van Wapse, de boermarke van Wittelte en de boerkmarke van Woater’n. In 1924 was de Ruilverkavelingswet de opvolger van de Markewet. Krachtens deze wet was het niet langer nodig dat alle individuele eigenaren moesten instemmen met een ruilverkaveling. In 1985 is de Ruilverkavelingswet vervangen door de Landinrichtingswet.

In de publicatie Kadastrale Atlas van Drenthe – 1832 – Deel XV – Diever is opgenomen een kaart van ‘Gemeente Diever – Wittelte – Sectie D – Derde blad, Wittelte’, waarop de percelen hooiland in de Wiitelermoa zijn te zien. Zie afbeelding 6 voor een detail van deze kaart.
In de periode 1928-1932, al kort na de inwerkingtreding van de Ruilverkavelingswet, is in de Wittelermoa (Witteltermade) met een oppervlak van ongeveer 100 hectare de eerste ruilverkaveling van dit gebied voorbereid en uitgevoerd. Als gevolg van de ruilverkaveling zijn de oude (na 1832 versnipperd of samengevoegd geraakte) hooilanden opgegaan in nieuwe veelal grotere hooilanden.
De verdeling van de hooilanden vóór de ruilverkaveling in de periode 1928-1932 is te zien in afbeelding 7.
Vergelijking van de situatie in 1832 (afbeelding 7) met de situatie in 1928 (afbeelding 6) leert dat veel hooilanden in de periode 1832 – 1928 door diverse redenen versnipperd zijn geraakt.
De verdeling van de hooilanden ná de ruilverkaveling in de periode 1928-1932 is te zien in afbeelding 8.
In de periode 1928-1932 hebben werklozen uit de vier grote steden uit het Westen van Nederland in het kader van de werkverschaffing gewerkt aan de kanalisatie (bochtafsnijdingen) van de Dwingeler Stroom langs de Wittelermoa (Witteltermade).
Het mag de zeer gewaardeerde oplettende bezoeker van ut Deevers Archief duidelijk zijn dat als gevolg van de ruilverkaveling van de Wittelermoa (Witteltermade) in de periode 1928-1932 vele, zo niet alle nog gebruikte veldnamen van vóór 1928 verloren zijn gegaan. De bezoeker vergelijke daartoe de vele kleine perceeltjes hooiland in afbeelding 7 met de aanzienlijke grotere percelen hooiland in afbeelding 8.

De redactie van ut Deevers Archief vond bij een korte zoekactie op het internet enige advertenties van vóór 1928, waarin wordt aangekondigd dat in de Wittelermoa (Witteltermade) percelen hooiland worden verkocht of geveild.

In de Opregte Steenwijker Courant verscheen op 26 april 1880 de volgende advertentie (zie afbeelding 1).

De notaris Mr. W. O. Servatius te Dwingelo, zal op aanstaanden woensdag den 28 April 1880, des morgens om tien uren, ten huize van Klaas Jans Haveman te Wapse, gemeente Diever, ten verzoeke van Jantje Roelofs Bralten, Jan Bartelds Bolding en de erven Jacob Uffels, publiek bij palmslag verkoopen:
Drie stukken hooiland, De Zuidmade, De Hoekjes en Het Groote Stuk, in de Witteltermade gelegen.
Drie stukken hooiland, het Dagwerk in de Heugenmaat, de Roede of Bigge en het Halve Dagwerk, gelegen onder Wapse.
En een stuk hooiland, de Maat bij Moerhoven, in de gemeente Vledder.

Afbeelding 1

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 24 november 1874 de volgende advertentie (zie afbeelding 2).

De notaris Mr. W. O. Servatius te Dwingelo zal, ten verzoeke van de erven Beene Jans Tingen, op vrijdag 27 november 1874, des morgens om elf uren, ten huize van de erven Jan Blok te Wapserveen, publiek bij inzate veilen:
Eene boerenplaats.te Wapserveen, bestaande uit huis en erf, bouwland, groenland en heideveld, zoo en in voegen die boerenplaats door Beene Tingen is bewoond en gebruikt geweest.
Twee daarbij behoorende stukken in do gemeente Diever, de Maat en het Broek genaamd.
En vijf perceelen hooiland in de Wittelter Made, Het Broek, De Molenkolk, Het Kleine Blik, Het Lange Blik en Bij de Berkenboom genaamd.

Afbeelding 2

In de Opregte Steenwijker Courant verscheen op 7 oktober 1905 de volgende advertentie (zie afbeelding 3).

Notaris Stuart te Dwingelo, zal op donderdag 12 october aaanstaande, des voormiddags elf uur, ten huize van C. Bouwer te Viedder, voor Aaldert Jonkman te Vledder en mede-eigenaren, publiek bij inzate veilen:
1e. Een huis en erf, te Vledder, bjj verkoopers in gebruik, ter grootte van 10 are. 2e. Twee stukken groenland te Vledder, de Kamp, groot 1.43.50 hectare en de Slate, groot 93 are 40 centiare. 3e. De onverdeelde helft in een stuk hooiland, in de Witteltermade, De Helle, geheel groot 44 A. 4e, Diverse akkers bouwland op den Vledderesch, als: de Zilverakker, het Njjeland, de Haking in 2 percelen, de Aanwenning in 2 percelen, het Slaatakkertje, de Zolakker en het Leegeakkertje.

Afbeelding 3

In de publicatie Veldnamen gemeente Diever omstreeks 1832 van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever zijn bij ‘Gemeente Diever – Wittelte – Sectie D – Derde Blad’ de volgende veldnamen genoemd:
Het Spijk/De Anderhalve Dagwerker in het Hofspijk, Het Hofspijk, Het Kleine Hofspijk, Het Hofspijk (2e keer), De Dagwerker in Het Hofspijk, De Stobbert, Scholtenbroek, De Westerhoek, Het Middelste Broek, Het Broek, De Middelste Broek van Abel, Het Oosterbroek, De Oosterhoek, Roeland, De Erf Gee in de Ma, De Viergee/De Kleine Viergee, De Groote Viergee,De Roolanden en Hummelhoeken, De Meunenkolk/Meunekolk, De Molenkolk, Het Hoekblik/Het Kleine Blik, De Hoeken/Meeuwenkolk, De Oosterhoek, Het Blik van Thijs Hessels, Het Kleine Blik, Het Groote Blik, De Aoren/Toren, De Westerhoek, Het Groote Stuk en De Aoren, Lange Blikken aan het Groote Stuk, Het Blik/Lange Blikken, Het Lange Blik voor de Brouwerslanden, Het Brouwersland, Het Westerbroek, Hoge Stok, Het Nije Hooiland, De Prakkemaat, Stobbert voot de Vaart, De Noordmade.

In de advertenties uit 1874, 1880 en 1905 genoemde hooilanden met de veldnaam De Hoekjes, Het Groote Stuk, Het Broek, De Molenkolk, Het Kleine Blik, Het Lange Blik en De Helle bestonden al in 1832. Blijkbaar (maar je weet het nooit zeker) waren deze hooilanden sinds 1832 niet versnipperd geraakt.
Vergelijking van de veldnamen in de Wittelermoa (Witteltermade) in de drie vermelde advertenties met de hiervoor vermelde veldnamen in Gemeente Diever, Wittelte, Sectie D, Derde Blad in de publicatie Veldnamen gemeente Diever omstreeks 1832 geeft als te vermelden verschil de veldnamen De Zuidmade, Bij de Berkenboom en De Helle.
De redactie van ut Deevers Archief heeft het vermoeden dan het hooiland met de veldnaam De Zuidmade na 1832 is ontstaan als een afsplitsing van het hooiland met de veldnaam De Noordmade. De redactie stelt vast dat het hooiland met de veldnaam Bij de Berkenboom niet voorkomt op de lijst uit 1832, dus waarschijnlijk een afsplitsing van een hooiland is. De redactie heeft het vermoeden dat het hooiland met de veldnaam De Helle niet in de Wittelermoa (Witteltermade) ligt, maar in de buurt van het Oude Schut.

In het Algemeen Nederlandsch Landbouwblad verscheen op 16 februari 1928 het volgende bericht (zie afbeelding 4).

Ruilverkaveling
Onder voorzitterschap van den heer Huges, lid van Gedeputeerde Staten van Drente, vond te Dwingelo de stemming plaats, bedoeld in art. 22 der Ruilverkavelingswet, inzake de Wittelter Made en een deel der Boeren Made onder de gemeenten Diever, Havelte en Dwingelo.
Van de 170 stemgerechtigden in het 134.66.80 hectare groote blok stemden 3 personen tegen, een oppervlakte vertegenwoordigende van 3.30.31 hectare.
Deze ruilverkaveling werd derhalve met groote meerderheid aangenomen.

Afbeelding 4

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 30 september 1930 het volgende bericht (zie afbeelding 5).

Ruilverkaveling Witteltermade
De rechter-commissaris, onder wiens leiding de Ruilverkaveling van de Witteltermade zal geschieden, geeft hierbij kennis, dat hij de rechthebbenden bij gemelde ruilverkaveling bij aangeteekend stuk heeft opgeroepen om in persoon of bij schriftelijk gemachtigde bij te wonen, de door hem op donderdag 6 November 1930, des voormiddags te 11 uur, in een der localen van het Paleis van Justitie te Assen bepaalde bijeenkomst, waarop alle rechthebbenden of hunne schriftelijk gemachtigden voor hem kunnen verschijnen, den einde voor zooveel noodig te geraken tot vaststelling van het ‘plan van ruilverkaveling en van de schattingen.
De rechter-commissaris voornoemd, G. M. Doornbos.

Afbeelding 5

De eerste ruilverkaveling van de Wittelermoa (Witteltermade) met een omvang van 100 hectare vond plaats in de periode 1928/1932. De Wittelermoa (Witteltermade) is in de periode 1971-1985 opnieuw verkaveld. Bij de ruilverkaveling in de periode 1928-1932 en in de periode 1971-1985 ging het vooral om de verbetering van de toegankelijkheid van de percelen door de aanleg of het verbeteren van wegen, het vergroten van de gemiddelde omvang van de percelen door deze te herschikken en uit te ruilen en de verbetering van de waterhuishouding door het graven van nieuwe watergangen.

De Wittelermoa (Witteltermade) heeft met de uitvoering van de ruilverkaveling in de periode 1928-1932 en vervolgens in de periode 1971-1985 alle oude herkenbaarheid ingeleverd doordat schaalvergroting plaatsvond.
Het mag de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief duidelijk zijn dan ná de ruilverkaveling van 1971-1985 in de Wittelermoa (Witteltermade) geen enkel oorspronkelijk stuk hooiland met zijn eigen veldnaam van vóór 1928 is aan te wijzen.
De redactie van ut Deevers Archief weet niet of bij uitvoering van de twee ruilverkavelingen ook een landschapsplan voor meer aandacht voor natuurwaarden, recreatie en cultuurhistorie is uitgevoerd. De redactie heeft het vermoeden van niet.

Afbeelding 6

Afbeelding 7  – De Wittelermoa vóór 1928.                      Afbeelding 8 – De Wittelermoa ná 1932.

Afbeelding 9  – De Wittelermoa vóór 1928.                      Afbeelding 10 – De Wittelermoa ná 1932.

Posted in Ruilvurkaveling, Wittelte | Leave a comment

Adriaan Vermeulen hef de Aagterstroate eskildert

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen van onderwerpen/objecten in de gemiente Deever. De redactie heeft al heel wat afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen van onderwerpen/objecten in de gemiente Deever opgenomen in ut Deevers Archief.
Maar hoe meer afbeeldingen van schilderijen, tekeningen en etsen van onderwerpen/objecten in de gemiente Deever de redactie in ut Deevers Archief kan tonen, hoe liever het hem is.
De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief kan na het aanklikken van het onderwerp Kuunst een indruk krijgen van onderwerpen/objecten in de gemiente Deever, waardoor kunstenaars zich hebben laten inspireren.

De redactie vond op het internet een afbeelding van een schilderij met passe-partout en lijst van de kunstenaar Adriaan Vermeulen (Den Haag 1900 – Rolde 1987). Zie afbeelding 1. Is het een olieverfschilderij, een waterverfschilderij of een guache schilderij ? Het schilderij is linksonder gesigneerd.  Zie afbeelding 3.
De redactie heeft het vermoeden dat Adriaan Vermeulen het schilderij van huizen en boerderijen an de Aagterstroate en het kerkgebouw an de brink van Deever omstreeks 1960 heeft gemaakt. In elk geval ná 1957, want de wijzerplaat van het uurwerk in de gemeentelijke toren is naast het galmgat geschilderd. De redactie heeft het vermoeden dat Adriaan Vermeulen het schilderij niet ter plekke heeft gemaakt, maar dat hij bijgaand afgebeelde zwart-wit foto of een daarop lijkende foto als bron van inspiratie heeft gebruikt. Zie afbeelding 2.

Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan de redactie aanvullende gegevens van dit schilderij verschaffen ? Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan de redactie aanvullende gegevens van Adriaan Vermeulen verschaffen ? Wellicht heeft hij meer schilderijen in de gemiente Deever gemaakt.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3

Posted in Aagterstroate, Kuunst, Skildereeje | Leave a comment

De soldoat’nkaamp op ut heideveld De Oer’n

Drukkerij en Boekhandel Roelof (Roef) van Goor an de Kruusstroate in Deever heeft het boek De historie en pre-historie van Diever in woord en beeld in januari 1975 uitgegeven. De Deeverse boerenzoon Arend Mulder is de schrjjver/samensteller van dit boek. In het boek is op bladzijde 120 een afbeelding van een ansichtkaart uit 1905 te zien. Onder de afgebeelde ansichtkaart staat de volgende tekst.

Soldatenkamp op de Oeren te Wapse
Volgens zegsman Hilbert Kleene, 95 jaar oud te Wapse, betreft dit hier een kamp voor herhalingsoefeningen van soldaten uiit Leeuwarden en Groningen. Wellicht ook van Assen. De vroegere veearts Brandenburg, destijds wonende aan de Dieverbrug, moet hier ook gelegerd zijn geweest.
Kleene had daar ‘een dikke bult geld’ verdiend. Des zaterdags bracht hij de kapiteins met de omnibus naar de trein in Steenwijk voor f. 2,50 heen en terug. Ook haalde hij hooi voor de paarden vanaf Steenwijk uit de boot en ook wel aardappelen.
Koop Boer van Dieverbrug verkocht pap, worst, pannekoeken, enzovoort aan de soldaten.
In dit kamp lagen twee bergen waar een zandweg doorheen liep, de zogenaamde Tweeënberg, waarover in dit boek meer.
Tegenover het kamp aan de rechterkant van de straatweg Diever – Wapse, richting De Nul, stonden de kogelvangers. Ze zijn al voor ’t grootste deel gesloopt, terwijl van het soldatenkamp niets meer over is.
De norton-pompjes waren nog lange jaren de stille getuigen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie besteed in ut Deevers Archief in een serie berichten uitgebreid aandacht aan ut soldoat’nkaamp op de Oer’n.
De redactie verwijst met name naar het bericht De soldoat’nkaamp hef op un urn’veld estoane.
Hilbert Kleene is geboren op 5 oktober 1879 in Wapse. Hij is overleden op 7 mei 1975 in Wapse. Hij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever.
Gegevens van veearts Nanne Brandenburg zijn elders in ut Deevers Archief te vinden.
De redactie is in de openbare bronnen nog op zoek naar gegevens van Koop Boer van de Deeverbrogge.
Het negende Regiment Infanterie hield zijn veldoefeningen in 1905 van 25 juli tot 3 augustus, in 1906 van 15 juli tot 15 oktober, in 1907 van 7 tot 16 augustus en voor het laatst in 1908 van 12 tot 21 september.
Het soldatenkamp stond op de Oeren op de heidevelden van Jan van der Veen, Johannes Haveman Fzn, Hendrik Mulder, Meine Kiers, Hendrik Zagt, Jan Jans Veenhuis, Johannes Hilberts en Johannes Hilberts Hzn.
In totaal werd voor de percelen 929, 933, 1228, 1229, 1230, 1400 en 1401 in sectie E een huur van 146,25 gulden per jaar betaald.

Posted in de Kaamp op de Oeren, Publicatie, Wapse | Leave a comment

Boerdereeje van Haarm Hessels in febewoarie 1933

Schooljuffrouw Christina Augusta Johanna ter Hors maakte deze zwart-wit winterfoto op 21 februari 1933. Zij was van 1 maart 1930 tot 1 maart 1937 werkzaam aan de Witteler skoele. Na Wittelte ging ze werken in Harderwijk.
Ze had zelf een fotocamera, iets wat in die tijd nog erg weinig voorkwam.
Ze maakte deze foto staande op het schoolplein van de Witteler skoele. Rechts op het schoolplein is de waterpomp te zien. Wittelte had in die jaren nog geen drinkwaterleiding.
Links achter de bomen is de boerderij van Harm Hessels en Johanna Louissen te zien. Deze boerderij ligt aan de weg die tegenwoordig de meester Broerweg wordt genoemd. Hendrik (Henk) Broer was de laatste hoofdmeester van de Witteler skoele Later werd de boerderij bewoond door Albert de Weerd en Grietje Hessels. Zij was een dochter van Harm Hessels en Johanna Louissen ?

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van afbeeldingen van mooie foto’s op papier is, kan de hier afgebeelde foto ook ten zeerste in fors ingekort formaat bewonderen op bladzijde 1 van het blad Opraekelen 10/4 (december 2010), dat is samengesteld door vrijwilligers van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Maar ja, dan moet je wel in het bezit zijn van dat papieren boekwerkje of dat papieren boekwerkje bij iemand in kunnen zien.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van afbeeldingen van mooie foto’s op papier is, kan de hier afgebeelde foto ook ten zeerste in fors ingekort formaat bewonderen op bladzijde 75 van het in 2008 uitgegeven papieren boekwerkje Diever, zoals het was in de voormalige gemeente. 1930 – 1980, dat is samengesteld door vrijwilligers van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Maar ja, dan moet je wel in het bezit zijn van dat papieren boekwerkje of dat papieren boekwerkje bij iemand in kunnen zien.

De redactie van ut Deevers Archief ontving op 12 augustus 2024 de volgende zeer gewaardeerde korte reactie van Johanna Hessels:
Prachtige foto van de boerderij van mijn grootouders. In de zomervakanties logeerden we in Wittelte. Ik heb mooie herinneringen aan die tijd.

Posted in Boerdereeje, Witteler skoele, Wittelte | Leave a comment

Tweeloeks wètervaarftiekening van ut hunnebedde

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen van onderwerpen/objecten in de gemiente Deever. De redactie heeft al heel wat afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen van onderwerpen/objecten in de gemiente Deever opgenomen in ut Deevers Archief. Maar hoe meer afbeeldingen van schilderijen, tekeningen en etsen van onderwerpen/objecten in de gemiente Deever de redactie in ut Deevers Archief kan tonen, hoe liever het hem is.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief kan na het aanklikken van het onderwerp Kuunst een indruk krijgen van onderwerpen/objecten in de gemiente Deever, waardoor kunstenaars zich hebben laten inspireren. Ut hunnebedde D52 an de Grönnegerweg bee Deever is een object dat door veel kunstenaars is getekend en geschilderd.

De redactie zag in de indrukwekkende en leerzame webstee/blog truigys.be een waterverftekening van ut hunnebedde D52. De redactie heeft van de Belgische kunstenares Trui Gysseling toestemming deze tekening in ut Deevers Archief te tonen. Zij is de maker van deze tekening. De redactie is mevrouw Trui Gysseling bijzonder erkentelijk voor deze toestemming.

De zeer gewaardeerde creatieve leden van Schilderskring Diever wordt vooral aangeraden haar leerzame blog Reizen als inspiratie te lezen.

Kunstenares Trui Gysseling schrijft over aquarel impressies:
Neem een draagbare aquarelset mee en schilder kleine impressies van de landschappen, stedelijke scènes, of culturele ervaringen die je tegenkomt. Deze snelle schetsen kunnen de sfeer en je gevoelens op dat moment vastleggen.

Maar wat is het formaat van haar schetsboek ? A4, A3 of A2 ?

De redactie ontving op 21 augustus 2024 de volgende zeer gewaardeerde aanvulling van kunstenares Trui Gysseling
Bedankt voor het mooie artikel op je blog.
De tekening is inderdaad ter plekke gemaakt, op een mooie en zonnige namiddag, in een moleskine schetboek (komt niet overeen met de A-formaten) over de twee naast elkaar liggende pagina’s.
Dat doe ik dikwijls, maar is natuurlijk een beetje lastig om te scannen.
En het is inderdaad met aquarel gemaakt. 

Afbeelding 1
Kunstenares Trui Gysseling heeft deze waterverftekening van hunnebedde D52 op 18 september 2018 ter plekke gemaakt.
Afbeelding 2
De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde kleurenfoto van hunnebedde D52 gemaakt op maandag 8 juni 2020.

Posted in Hunnebedde D52, Kuunst | Leave a comment

Ut eulievaarfskilderee Wittelermoa van Fred Klaassen

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen van onderwerpen/objecten in de gemiente Deever. De redactie heeft al heel wat afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen van onderwerpen/objecten in de gemiente Deever opgenomen in ut Deevers Archief.
Maar hoe meer afbeeldingen van schilderijen, tekeningen en etsen van onderwerpen/objecten in de gemiente Deever de redactie in ut Deevers Archief kan tonen, hoe liever het hem is.
De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief kan na het aanklikken van het onderwerp Kuunst een indruk krijgen van onderwerpen/objecten in de gemiente Deever, waardoor kunstenaars zich hebben laten inspireren.

De redactie vond op het internet een afbeelding van het olieverfschilderij op linnen van Fred C. Klaassen. Zie afbeelding 1. Het schilderij heeft een breedte van 45 cm en een hoogte van 35 cm. Het schilderij is rechtsonder gesigneerd. Op de achterkant van het schilderij is te lezen dat het schilderij de naam Witteltermade heeft. Zie afbeelding 3.
In de verzameling afbeeldingen van schilderijen, tekeningen en etsen in ut Deevers Archief is het hier afgebeelde olieverfschilderij het eerste kunstwerk waarop een Witteler dorpsbeeld is te zin. Driefwerf hulde voor Fred. C. Klaassen: hulde, hulde, hulde.
De redactie heeft het vermoeden dat Fred. C. Klaassen een zoon is van boer Hendrik Jan Klaassen en Anna Zantinge. Hun boerderij stond (staat) op de hoek van de Wittelterweg en de Wapserveenseweg in Wittelte.
Ter oriëntatie en ter vergelijking met het schilderij is bijgaand afgebeelde kleurenfoto van het begin van de weg met de naam Witteltermade in Wittelte opgenomen.

Afbeelding 1

Afbeelding 2
© https://www.google.com/maps; deze opname is gemaakt in maart 2022.

Afbeelding 3

Posted in Kuunst, Skildereeje, Wittelte | Leave a comment

Iene grote vlakte van heide, russchen en bente

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 9 november 1937 het volgende artikeltje over de ontginning van woeste gronden in de gemiente Deever

Diever. Verdwijnend heideveld
Wanneer we een klein aantal jaren terug zien, dan moet worden geconstateerd, dat het heideveld in onze gemeente in een snel tempo vermindert. We weten ons nog te herinneren, dat voor plusminus 30 jaar het Oude-Willemsveld ten Noorden van de Drentsche Aa vanaf den Waterschen weg tot over de Friesche grens nog in zijn natuurlijken staat verkeerde. Het was een onafzienbare vlakte van heide, russchen en bente. Slechts een 2-tal arbeiderswoningen stonden er eenzaam. Die menschen hadden zich daar vermoedelijk neergezet met het doel er schapen te kunnen houden en ook hadden ze een kleine oppervlakte grond omgespit en bewerkt, waarop iets werd verbouwd.

De schaapherder van Wateren – verschillende boeren van Wateren hielden toen nog schapen – was daar de meeste dagen van het jaar om er de dieren te hoeden. Om telkens weer jong voedsel voor de schapen te krijgen, werden oppervlakten heide, die te grof werden, afgebrand en zoo ontstond later weer jonge heide, die met graagte door de dieren werd genuttigd.

Het was ook ongeveer in dien tijd, dat ondernemende heeren van elders hun geluk aldaar beproefden. Van ontginningen op grote schaal was toen in deze omgeving nog weinig of niets te merken. Toch waren er enkele particulieren uit Diever, die ten Zuiden van de Aa aldaar kleine perceeltjes heide in cultuur hadden gebracht.

Door zooeven genoemde ondernemers werden toen van verschillende eigenaren groote complexen heidevelden aangekocht, met de ontginning waarvan begonnen werd. Men wilde naar het scheen de zaak flink aanpakken. Stoomploegen verschenen op het terrein, die voor vluggere uitvoering moesten dienen. Ook op de bemesting werd niet gespaard. Toch gelooven we, dat verschillende van deze heeren niet zeer heide-deskundig waren en er niet bepaald zijde bij hebben gesponnen, althans, de gronden verwisselden nogal eens van eigenaren. Maar, hoe het zich ook heeft toegedragen, er is na verloop van een 25-tal heel wat veranderd.

De onafzienbare heidevlakte is herschapen in vruchtbaar groen- en bouwland, waarop de laatste jaren al verscheidene flinke boerderijen zijn verrezen. Ook ten Zuiden van de Aa, in het Dieverveld, is het ontginnen van heideveld gedurende dien tijd voortgezet door particulieren en zijn een groot aantal hectares in vruchtbaar land omgevormd.

Voor enkele jaren kocht het Staatsboschbeheer van verschillende eigenaren een groot complex heideveld ten Oosten van den Waterschen weg vanaf den Berkenwal tot en met de boerderij Uilenhorst bij het zo genoemde Prinsbosch. Dit complex grond is na verloop van deze jaren bijna geheel bewerkt. Wegen zijn aangelegd, verschillende gedeelten zijn met bosch beplant en andere oppervlakten zijn bezaaid met lupinen. We hoorden, dat het in de bedoeling ligt om al deze gronden met bosch te beplanten. Het is dus te voorzien, dat na verloop van enkele jaren aldaar bosch in plaats van heide of woesten grond is gekomen. Het is thans wel al de moeite waard er eens een kijkje te nemen.

Voor ongeveer een jaar kocht het Staatsboschbeheer opnieuw een complex heideveld ten Westen van den Waterschen weg tot aan de grens van het landgoed Berkenheuvel. Vele handen vinder er werk en woeste grond wordt omgezet in cultuurgrond.
Het is nog niet lang geleden, dat onderhandelingen plaats vonden over de aankoop van een groote oppervlakte heide in het Wapserveld. En hoewel die plannen toen mislukt zijn, is het toch niet onwaarschijnlijk, dat mettertijd opnieuw dusdanige pogingen zullen worden aangewend.

Ten laatste willen we nog wijzen op het Oldendieverveld, dat met rassche schreden van heideveld in cultuurgrond wordt omgezet. Het was ook naar aanleiding daarvan, dat de snelle vermindering van heide in deze gemeente onze aandacht trok.
De tractorploeg speelt er momenteel de boventoon, en gedeelten die niet geploegd kunnen worden, worden met overheidssubsidie in werkverschaffing uitgevoerd.

Uit deze gegevens blijkt het dus, dat het heideveld in onze gemeente in snel tempo.

Posted in de Olde Willem, Landbouw, Ontginning | Leave a comment

Groepsbarakk’n Perú en Klondike an de Gowe

De houten barakken voor de arbeidsmannen van het kamp van de Nederlandse Arbeidsdienst (N.A.D.) an de Gowe werden na de Tweede Wereldoorlog gebruikt voor het huisvesten van de jongens van het Kamp voor Sociale Jeugdzorg De Eikenhorst.
Op de hier afgebeelde ansichtkaart, die dateert uit het begin van de zestiger jaren van de vorige eeuw, zijn de houten barakken met de cynisch aandoende namen Perú en Klondike te zien. Barak Perú is de barak aan de linkerkant en barak Klondike is de barak achter barak Perú.
In Perú is het mythische goudland El Dorado gedacht, maar nooit gevonden. In de internetencyclopedie Wikipedia zijn enige gegevens over El Dorado te vinden, voor wat deze waard zijn.
In Klondike in Canada, in de ‘goldrush’ aan het einde van negentiende eeuw, die maar een paar jaar duurde, vonden heel erg veel goudzoekers heel erg weinig goud. In de internetencyclopedie Wikipedia zijn enige gegevens over Klondike te vinden, voor wat deze waard zijn.
Hopelijk hebben veel jongens gedurende hun verblijf in jongenskamp De Eikenhorst an de Gowe toch wel enig ‘mentaal goud’ gevonden.

De redactie ontving  op 31 juli 2024 de volgende zeer gewaardeerde reactie van de heer Wim Ingenhoven
Beste mensen,
Ik ben in 1953 geboren.
Ik was 10/11 jaren oud toen ik in kamp De Eikenhorst heb gezeten.

Ik woonde in barak Perú.
Onze leider was de heer Klein Hofmeier.
….en ik mocht ook in de keuken werken.
En ik heb cantharellen geplukt in het bos. Vlak bij camping Ellert & Brammert !
Met vriendelijke groet

Posted in Ansigtkoate, de Gowe, Jongenskamp de Eikenhorst, N.A.D.-kamp, Verdwenen object | Leave a comment

D’r sit wièr un dikke skoerkerd aagter de skure

Bijgaand artikeltje is door Lammert Joustra uit Zuidwolde geschreven en gepubliceerd in het blad Opraekelen, jaargang 12, nummer 2, juni 2005. Opraekelen is het papieren blad van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. De redactie van ut Deevers Archief heeft toestemming gekregen van Lammert Joustra om zijn artikeltje in ut Deevers Archief op te nemen. De redactie is hem daarvoor bijzonder erkentelijk. De redactie heeft destijds de inleiding bij het artikeltje geschreven

Wie denkt ut Deevers volledig te beheersen, maar willekeurig een paar bladzijden in het ‘Woordenboek der Drentse dialecten’ leest, komt er zeer snel achter dat op elke bladzijde van dit onmisbare standaardwerk wel enkele woorden staan die hij of zij niet meer gebruikt of die bij hem of haar niet bekend zijn. Dat kan ook het geval zijn met het prachtige woord ‘schoere’ of ‘schoerkerd’. Het gebruik van dit woord is al lang uit de tijd geraakt. Wie heeft meer voorbeelden ? Is ut Deevers gedoemd te verdwijnen ?

We waren met een paar jongens en meisjes van zo’n jaar of vijftien op visite bij mijn opa Harm Mulder aan de Hoofdstraat in Diever. Op een gegeven moment riep hij: ‘Verdikkemee, d’r sit wièr een dikke skoerkerd aagter de skure.’ We waren nogal onder de indruk van dit alarmerende bericht. We vroegen hem wat dat zou kunnen zijn. ‘Jonges, goa moar ies ee’m hen kiek’n.’, zei hij. We gingen eens poolshoogte nemen, maar we konden niets bijzonders ontdekken achter de schuur en ook niet achter de woning. We vroegen weer aan mijn opa wat dat toch wel mocht wezen, zo’n schoerkerd. We vermoedden dat het een dier moest zijn of iets vreemds dat zich daar verborgen hield. Mijn opa Harm zei toen lachend: ‘Ach jonges, da’s gien biest of so, moar een dikke onwièrsbeuie.’

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De honderd procent echt Deevers pratende Harm Mulder (Haarm Bakker) woonde an de Heufdstroate in Deever in het huis aan de rechterkant van bijgaand afgebeelde kleurenfoto. De redactie heeft deze foto gemaakt op maandag 3 september 2018.
Zie ook het bericht Gebroeders Harm en Jaap Mulder weten er alles van.

Posted in Deevers, Dorpsfiguur | Leave a comment

Buut’nlaanders koomt ok hen ut student’nwaarkkaamp

In de krant Het Volk van 8 juni 1934 verscheen het volgende bericht over de organisatie van en de deelname aan het studentenwerkkamp van onder meer dertig buitenlandse studenten. De studenten worden ondergebracht in de koestal van de boerderij De Uilenhorst in de Oude Willem.

Dertig buitenlanders komen
Studentenwerkkamp al voor driekwart “volgeboekt”
Amsterdam, – Vrijdag. Men deelt ons mede, dat voor het werkkamp, dat van 8 tot 28 Juli, 29 Juli tot 18 Augustus en 19 Augustus tot 8 September gehouden zal worden in Diever (Drente), reeds meer dan 70 procent van de plaatsen bezet zijn.
Het werk, dat bestaan zal in den aanleg van een weg en een rijwielpad, moet geenszins opgevat worden als in concurrentie met de werkloozen.
Ook ditmaal zullen ongeveer dertig buitenlandsche studenten het internationale element in het kamp vormen.
Als propaganda voor de werkkamp-idee zullen ook eenige plaatsen beschikbaar gesteld worden voor hen, die nu eindexamen doen aan Gymnasium, H.B.S., Handelsschool of M.T.S.
Zij, die nog wenschen deel te nemen, gelieven zich zoo spoedig mogelijk op te geven bij den kampsecretaris, C. G. L. J. Küster, Karel du Jardinstraat 57, Amsterdam.

Posted in de Olde Willem, Student'nwaarkkaamp | Leave a comment

Oldste ansichtkoate van de uutkiektoor’n

Een afgedankte stalen boortoren van de Nederlandse Aardolie Maatschappij (N.A.M.) heeft van 1950 tot 1976 dienst gedaan als uitkijktoren voor de brandwacht en in de zomer ook als uitkijktoren voor toeristen. De uitkijktoren is in 1950 in gebruik genomen en is in 1976 gesloopt.
De uutkiektoor’n stön an de Bosweg in Deever teeg’nover paviljoen VierhovenAs de toor’n dichte was, dan klöm’m wee’j gewoon langs ut gèès en over ut prikkeldroad noar boo’m hen ’t ièste budes.
De zwart-wit foto voor deze ansichtkaart moet in het voorjaar van 1950 kort na de plaatsing van de uitkijktoren zijn gemaakt.
Ansichtkaarten met daarop de hier getoonde afbeelding behoorden gedurende zeker vijftien jaren zeker tot de best verkopende ansichtkoat’n uut de gemiente Deever. Deze ansichtkaart is wellicht ook de meest verkochte zwart-wit ansichtkoate uut de gemiente Deever.
Bij de redactie van ut Deevers Archief zijn op dit ogenblik de volgende uitgaven bekend.
In mei 1950 werd een oplage van deze kaart uitgegeven door Roelof (Roef) van Goor, Kantoorboekhandel, an de Kruustroate in Deever (zie de afgebeelde ansichtkaart, die is voorzien van een witte rand).
In juli 1957 werd een oplage van deze kaart (met witte rand) uitgegeven door Lubbert (Lub) Wanningen, Luxe en huishoudelijke artikelen an de Heufdstroate bee’j de brink in Deever.
In augustus 1958 werd een oplage van deze kaart (met witte rand) uitgegeven door de firma A. Kuiper (Aubert Kuper), Bakker en Kruidenier, Diever, Telefoon 221 en Dieverbrug, Telefoon 259.
In maart 1961 werd een oplage van deze kaart (met kartelrand) uitgegeven door Levensmiddelenbedrijf A. Kuiper (Aubert Kuper), an de Peperstroate in Deever.
In januari 1963 werd een oplage van deze kaart (met witte rand) uitgegeven door Van Goor’s boekhandel, an de Kruusstroate in Deever.
In december 1964 werd een oplage van deze kaart (met kartelrand) uitgegeven door Pension, Lunchroom, Cafetaria Wanningen, Brink 2, Diever, Telefoon 05219-1335.
In november 1965 werd een oplage van deze kaart (met kartelrand) uitgegeven door Hotel Brinkzicht, Diever, Telefoon 05219-1213.
In november 1965 werd ook een oplage van deze kaart (met kartelrand) uitgegeven door Lunchroom, Cafetaria Wanningen, Brink 2, Diever, Telefoon 05219-1335.
Ongetwijfeld zullen in de jaren 1951-1956 ook oplagen van deze kaart zijn uitgegeven door neringdoenden in Deever. De redactie verneemt graag van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief of in die jaren ook oplagen zijn uitgegeven.

Posted in Ansigtkoate, Braandtoor’n, Uutkiektoor’n, Verdwenen object | Leave a comment

Ik hep ut neet edoane, ut gebeurde aagter mee

Lammert Joustra uit Zuidwolde schreef bijgaand bericht en publiceerde dit in het blad Opraekelen, jaargang 11, nummer 3, september 2004. Opraekelen is het papieren blad van  Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. De redactie van ut Deevers Archief heeft toestemming gekregen van Lammert Joustra om zijn berichtjes in ut Deevers Archief op te nemen. De redactie is hem daarvoor bijzonder erkentelijk.

Bee de scheerboas
Een heel bekend figuur in het dorp Deever was Geert Dekker. Deze man bezat een radio en dat was in de ogen van mijn opa Harm Mulder, mijn oom Hendrik Mulder en mijn oom Jaap Mulder wel heel erg vooruitstrevend.
Geert had de vaste gewoonte om één keer per dag in de kapsalon verslag te doen van het weerbericht van die dag. Hij kwam een keer binnen met het volgende advies: “Ie kunt wel goan heu’n vandèège, want ut blef dreuge”.
En dat advies werd prompt opgevolgd door de gebroeders Mulder (redactie: in de volksmond werden ze Gaarke Bakker’s jongen genoemd, want de vele Mulders in Deever werden allen onderscheiden met een bijnaam).
Mijn opa en mijn ooms zijn echter nooit overgegaan tot het aanschaffen van een radio: “Nooit van oons lee’m. D’r komp neet zo’n neeierwets ding bee oons in huus.”
Mijn oom Hendrik Mulder was ook jager. Wij jongens vonden het leuk om mee te gaan met een drijfjacht. De jagers gingen vaak samen naar het jachtterrein, ze kwamen bij elkaar bij het boerderijtje van mijn opa. Tijdens het wachten op de laatste jager werd iedereen al gespannen. Zelfs de honden, want plotseling riep één van de jagers: “Pas op, ut hontie mut mieg’n.”, maar het kwaad was al geschied. De hond had zijn achterpoot opgelicht en piste tegen de broek en in de laars van één van de drijvers.
Op het landgoed Berkenheuvel werden ook regelmatig drijfjachten gehouden door heren jagers van buiten de streek. Dat was nog spannender, want wij als drijvers werden ook verwend met worst en brood en snert. Eén van de heren jagers had in al die jaren nog nooit een dier geschoten. Aan het einde van één van die drijfjachten kwam hij echter aan met een fazant, maar voordat iemand commentaar kon geven, zei hij: “Deze fazant kreeg een hartaanval, terwijl ik schoot.”
Geert Dekker meldde op een morgen in de kapsalon dat die avond toch wel iets heel bijzonders op de radio zou komen. “Hé, jonges”, zei Geert, “vanoam’nd koompt Louw ban dij en Wil lij der bij (net zo uitspreken als het er staat) op de radio.” Het ging om een optreden van de artiesten Lou Bandy en Willy Derby op de radio. Die waren in die dagen zeer bekend. Geert kende geen Engels. Hij probeerde wat hij gelezen had zo goed mogelijk te verwoorden.
In Deever was Geert Dekker toch wel heel bekend. Het navolgende werd mij verteld door mijn opa Harm Mulder. Geert Dekker ging als jonge knaap naar de catechisatie in de Hervormde Kerk. Tijdens één van de godsdienstlessen liet Geert een nogal behoorlijk luidruchtige wind. De dominee reageerde direct met: “Nou nou Geert, moet dat zo?” Waarop Geert antwoordde: “Domeneer, ik hep ut neet edoane, ut gebeurde aagter mee.”

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De foto van de 84-jarige Geert Dekker stond in het weekblad De Spiegel van 6 juni 1956.

Posted in Alle Deeversen, Deevers, Dorpsfiguur, Geert Dekker | Leave a comment

Ansichtkoate van de boerdereeje van Klaas Fledderus

De redactie van ut Deevers Archief heeft de eerst afgebeelde foto van panden op ut 7Kastiel in Deever gemaakt in april 1996 en heeft daarbij helaas niet de precieze datum genoteerd. De redactie van ut Deevers Archief heeft de tweede foto zo’n 22 jaren later op vrijdag 3 mei 2018 gemaakt.
Aan de boerderij waar vroeger Klaas Fledderus (geboren op 17 januari 1908, overleden op 26 juni 1988) en zijn echtgenote Fransien (Sientie) Fledderus (geboren op 23 april 1903, overleden op 1 februari 1994) en kinderen woonden en waar in april 1996 de familie Otten woonde en waar op 3 mei 2018 de Stichting Zorgboerderij Fledderus was gevestigd en in de omgeving van deze boerderij is door de jaren heen (vooral de laatste jaren) heel wat veranderd.
Klaas Fledderus was lid van de coöperatieve zuivelfabriek Diever. Hij had na de hernummering in het boekjaar 1949/1950 het lidnummer 12. Dit nummer stond ook op zijn melkbussen.
Let bij de tweede afgebeelde foto vooral op de reet’n doake van de boerdereeje met vijf grote dakramen en de zonnepanelen op het pannendak.
De redactie herinnert zich uit zijn jeugd dat in het vervallen keuterijtje aan de rechterkant van de boerderij van de familie Fledderus de gezusters Jannoa (Janna) van Ankör’m (Ankorven) (geboren op 20 januari 1903, overleden op 10 juni 1990) en Roefie (Roelofje) van Ankör’m (Ankorven) (geboren op 24 januari 1909, overleden op 23 juni 1996) woonden. Zij liggen beiden hopelijk nog begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever. Hun vader was Geert van Ankör’m (Ankorven) (geboren op 10 februari 1877, overleden op 14 september 1956) en hun moeder was Lammigje Oost (geboren op 30 juli 1879 en overleden op 28 juni 1973).
Geert van Ankör’m (Ankorven) was lid van de coöperatieve zuivelfabriek Diever. Hij had na de hernummering in het boekjaar 1949/1950 het lidnummer 13. Dit nummer stond ook op zijn melkbussen (melkbus ?)
Op de hier afgebeelde kleurenfoto, die de redactie op 3 mei 2018 heeft gemaakt, is te zien dat het vervallen keuterijtje is vervangen door een (soort van gelijkend op het oude) pand van een wonderbaarlijk oogstrelende architectonische schoonheid, maar gelukkig wel met heel veel zonnepanelen op de doake an de südkaante.

Posted in Boerdereeje, Keutereegie, Sunnepaneel, ut Kastiel | Leave a comment

S.S.-Jongeskaamp in ut olde N.A.D.-kaamp

In de krant De Heerenveensche Koerier (onafhankelijk dagblad voor Midden-Zuid-Oost Friesland en Noord-Overijssel) verscheen op 5 februari 1947 het navolgende bericht.

S.S.-Jongenskamp te Diever
Diever. 3 februari.
Het kamp van de voormalige N.A.D. te Geeuwenbrug, dat de laatste maanden buiten gebruik was, heeft thans een nieuwe bestemming gekregen. Het kamp is overgegaan in beheer bij het departement van onderwijs. Er zullen thans jongens van 16 tot 21 jaar in ondergebracht worden, die behoord hebben tot de S.S. en dergelijke. In de afgelopen week is de eerste groep reeds gearriveerd,

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het kamp Diever van de Nederlandse Arbeidsdienst (N.A.D.) lag in de buurt van de Geeuwenbrug, in het begin van de vijftiger jaren van de vorige eeuw werd daar het jongensinternaat ‘de Eikenhorst’ gevestigd.
Het was bij de redactie van ut Deevers Archief lang niet bekend dat het voormalige kamp van de N.A.D, na de Tweede Wereldoorlog ook gebruikt is voor het onderbrengen van jongens die in de Tweede Wereldoorlog lid waren geweest van de S.S. en dergelijke.
De Germaansche S.S. was de verzamelnaam van verschillende paramilitaire groepen, die van 1939 tot 1945 ontstonden in door Duitsland bezette gebieden. De Germaansche S.S. was gebaseerd op het model van de Schutzstaffel (S.S.) en had als doel de nationaalsocialistische rassendoctrine en het antisemitisme op te leggen. Dit deed zij voornamelijk door lokale politietaken op zich te nemen en eenheden van de Gestapo, de Sicherheitsdienst (S.D.) en andere afdelingen van de Reichssicherheitshauptamt te versterken.
De Nederlandse organisatie werd opgericht onder de naam Nederlandsche S.S., maar later omgedoopt tot Germaansche S.S. Ze was betrokken bij razzia’s tegen joden voor deportatie naar vernietigingskampen. Na de oorlog werden de meeste leden van de Germaansche S.S. in Nederland gebrandmerkt als landverraders en werd een deel veroordeeld wegens oorlogsmisdaden.

Abracadabra-1278

Posted in de Gowe, Jongenskamp de Eikenhorst, N.A.D.-kamp, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

Un tiekening van de kalkoo’ms an de voat

In de beeldbank van de Vereniging Oud Uitgeest is een afbeelding van bijgaand afgebeelde tekening van de overgebleven twee kalkovens bij de Drentse Hoofdvaart tussen de Deeverbrogge en de Gowe aanwezig. De kunstenaar Jan Deckwitz heeft deze tekening in 2018 gemaakt. Hij meldde het volgende over deze tekening: “De kalkovens in Dieverbrug geven een mooi beeld van hoe deze zijn gevormd. Ik heb in Dieverbrug een foto gemaakt en deze later als voorbeeld gebruikt voor het maken van een tekeningetje voor de rubriek ‘kalkovens’ van de beeldbank van de vereniging”
Het bestuur van de Vereniging Oud Uitgeest vindt het prima dat deze tekening (met databasenummer 25050) wordt getoond in ut Deevers Archief. De redactie van ut Deevers Archief is het bestuur van de Vereniging Oud Uitgeest bijzonder erkentelijk voor deze toestemming.
Indertijd vervoerden schippers schelpen uit de Noordzee en de Waddenzee naar onder meer de kalkovens in Drente en op de terugreis werd de brandstof turf uit de Drentse venen meegenomen.
De redactie heeft de bijgaand afgebeelde kleurenfoto van de kalkovens gemaakt op 22 juni 2022.

De redactie ontving op 25 juli 2024 de volgende zeer gewaardeerde reactie van de heer Devon Seamoor
Die kalkovens. Prachtig ! In Engeland heb ik ook dergelijke bouwsels gezien. Soms waren ze in een klifwand gehakt waar een luchtkanaal voor afvoer zorgde. “Lyme kilns” worden die genoemd.
Ik kom zeker eens op de fiets naar Diever. Misschien als er tegelijk ook de Shakespeare spelen zijn. Die kant op ben ik nog niet veel geweest. Ik woon in Utrecht.
Een mooie website is dit. Met interessante historie en de taal is ook mooi. Mijn moeder was Fries, van Holwerd, haar hoorde ik ook graag praten in haar eigen taal. Veel verwantschap met het Engels, plus elementen van Scandinavische talen.

Afbeelding 1 – Tekening van Jan Deckwitz

Afbeelding 2

Posted in An de Deeverbrogge, de Kalkoo’ms, Kuunst | Leave a comment

Ut nep-Jan-Haarm-Pol-baankie an de Woaterseweg

Dierendokter dr. Jan Haarm Pol is in 1942 geboren in de boerderij vlak bij de hoek van de Woaterseweg en de Appelschaseweg op Woater’n. Hij is in Nederland nogal tamelijk wereldberoemd van de tillevisieserie The Incredible Dr. Pol (De Ongelooflijke Dr. Pol).

Hij kreeg in september 2016, alweer enige tijd geleden, bij Obadja an de Dorpsstroate op Zorgvliet (an de aandere kaante van de Deeverse bos) van de gemeente Westenveld een eigen zitbankje aangeboden. Wat een eer. Dierendokter dr. Jan Haarm Pol was nota bene helemaal uit Weidman in Michigan in de Verenigde Staten van Amerika naar Zorgvliet gekomen om hoogstpersoonlijk in eigen persoon aanwezig te zijn bij de plechtige onthulling van zijn prachtige kunstzinnig gemaakte paardehoofdbankje.

De redactie van ut Deevers Archief zag op woensdag 17 mei 2023 tot zijn stomme verbazing dat het paardehoofdbankje van dierendokter dr. Jan Haarm Pol niet meer bij Obadja stond. Zie de kleurenfoto die de redactie op die dag ter plekke heeft gemaakt. De Hoge Dametjes En Heertjes Van De Voorkant Van Het Genadeloze Zitbankjes Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever hebben het paardehoofdbankje geliquideerd en lieten het vervangen door een oersaai standaard bankje van geperst absoluut-niet-duurzaam plastic.

Als uiterst ongeloofwaardige smoes voor het liquideren van het paardehoofdbankje werd aangevoerd dat het bankje verrot was en daardoor te onveilig was om op te zitten. Maar hoe kan een 10 centimeter dikke duurzame zitting al na zes jaar zo ongelooflijk snel zijn verrot ? Oeioeioei !! Olalala !! Ammehoelalala !! Die zitting was natuurlijk helemaal niet verrot !!

Maar al zou die 10 centimeter dikke duurzame zitting wél verrot zijn geweest, dan had kettingzaagvirtuoos Henri Koeling uut de Peperstroate in Deever, ten behoud van zijn paardehoofd, die duurzame zitting van het door hem gemaakte paardehoofdbankje uiteraard erg graag en gemakkelijk en misschien wel gratis willen vervangen door een nieuwe 10 cm dikke duurzame zitting. Hoe duurzaam wil je het hebben ? Dus de grote vraag is: wat was de werkelijke reden voor het liquideren van het paardehoofdbankje van dierendokter dr. Jan Haarm Pol ?

Weet dierendokter dr. Jan Haarm Pol dat de Hoge Dametjes En Heertjes Van De Voorkant Van Het Genadeloze Zitbankjes Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever hem hebben geschoffeerd met het liquideren van zijn eigen eigen paardehoofdbankje ? Weet Henri Koeling van deze schoffering af ?

De redactie heeft echter het vermoeden dat het kerkbestuur van Obadja en of de omwonenden bij nader inzien de grote belangstelling van toeristen voor het paardehoofdbankje niet aanstond en stampij hebben gemaakt bij de Hoge Dametjes En Heertjes Van De Voorkant Van Het Genadeloze Zitbankjes Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever.

Maar als het paardehoofdbankje daar zo nodig zo ongelooflijk snel en om wat voor redenen dan ook moest worden geliquideerd, dan had het bankje, al dan niet voorzien van een nieuwe duurzame tien centimeter dikke zitting, kunnen worden verplaatst naar bijvoorbeeld het Tiedzatplein tegenover Villa Nova of naar de berm op de hoek van de Woaterseweg en de Appelschaseweg.

De redactie van ut Deevers Archief las op de webstee van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever de volgende onnozele lulkoektekst.
In opdracht van onze vereniging is donderdag 25 april 2024 een nieuwe Dr. Pol bank geplaatst bij zijn geboortehuis op het brinkje op de hoek van de wegen Wateren/Appelschaseweg in Wateren. Een voorloper van deze bank was geplaatst in Zorgvlied voor de kapel Obadja aan de Dorpsstraat. Dit exemplaar was door houtrot aangetast en vanwege onveiligheid verwijderd.
Jan Veenstra heeft samen met Homme Geertsma het initiatief genomen om een nieuwe Dr. Pol bank te plaatsen. Zij waren van mening dat de bank meer thuis hoort bij zijn geboortehuis. Van de gemeente Westerveld kregen ze alle medewerking en was de gemeente bereid het brinkje te herinrichten. De bank is ontworpen en vervaardigd door Boomzaagkunst uit Rolde.
Bij de bank gaan we nog een gedenkconsole plaatsen met de volgende tekst:
The incredible dr. Pol, de wereldberoemde dierenarts

In deze boerderij werd in 1942 Jan-Harm Pol geboren. Voor zijn studie diergeneeskunde in Utrecht bracht hij zijn stageperiode door in Michigan in de Verenigde Staten van Amerika en vond daar zijn grote liefde Diane. Samen vestigden ze zich daar en begonnen een succesvolle dierenartsenpraktijk.

De redactie maakt ten zeerste bezwaar tegen de lulkoektekst ‘op het brinkje’. Er had moeten staan ‘in de berm’. De redactie wijst ten zeerste op het foute gebruik van het woord ‘voorloper’. De redactie twijfelt ten zeerste aan het waarheidsgehalte van de zin ‘Dit exemplaar was door houtrot aangetast en vanwege onveiligheid verwijderd.’ Ongelooflijk ! Ongeloofwaardig ?
De heer Jan Veenstra, uitbater van het paardespul Ludanchelo Hoeve, en de heer Homme Geertsma, de voorzitter van muziekvereniging Advendo, hadden uiteraard absoluut niet het initiatief voor het laten vervaardigen van een vervanger van het paardehoofdbankje van dierendokter dr. Jan Haarm Pol moeten en mogen nemen, want dat hadden die lamzakkige labbekakkerige Hoge Dametjes En Heertjes Van De Voorkant Van Het Genadeloze Zitbankjes Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever zelf moeten doen. Als doekje voor het ambtelijke bloeden en het verhullen van lomp ambtelijk falen verleende de gemeente Westenveld wellicht met knarsende tanden zijn medewerking aan het onverhoopte burgerinitiatief. De redactie betreurt het ten zeerste dat kettingzaagvirtuoos Henri Koeling uut de Peperstroate in Deever niet zelf de vervanger van zijn eigen paardehoofdbankje mocht maken. Hoe grof en onbeschoft en geschoffeerd wil je het hebben ? Maar is het prachtige paardehoofd van het geliquideerde paardehoofdbankje van dierendokter dr. Jan Haarm Pol eigenlijk wel teruggegeven aan Henri Koeling ??

So what the hell was going on ??

De redactie heeft de bijgaand afgebeelde kleurenfoto’s van het kitcherige niet-duurzaam lijkende boerenlompe nep-Jan-Haarm-Pol zitbankje met de veel te dunne rottingsgevoelige zitting op de hoek van de Woaterseweg en de Appelschaseweg gemaakt op vrijdag 12 juli 2024.

Posted in Jan Haarm Pol, Woater’n | Leave a comment

De hüsies van de Stichting Sint Anthony Gasthuis

Op bijgaande afbeelding van een zwart-wit foto (afdruk van een 6 cm bij 6 cm negatief), die in april 1976 door een fotograaf van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed is gemaakt, is in een min of meer oorspronkelijke staat de voorgevel van de huisjes van de toen nog bestaande liefdadigheidsinstelling Stichting Sint Anthony Gasthuis van de familie Verwer naast het kerkgebouw van de rooms-katholieke geloofsgemeente op Zorgvliet an de aandere kaante van de Deeverse bos te zien.
De voordeur in het midden van het rijtje van vijf woningen bood via een tot de achtergevel doorlopende gang toegang tot twee woningen. Alleen die twee woningen hadden un dakkapelle an de kaante van de Dorpsstroate.
De huisjes in hun oorspronkelijke staat waren Deevers aarfgood, ech wè.
De redactie van ut Deevers Archief heeft enige berichten over de Stichting Sint Anthony Gasthuis in ut Deevers Archief opgenomen; de zeer gewaardeerde bezoeker gelieve voor het openen van deze berichten te klikken op de categorie Sint Anthony Stichting onder aan dit bericht.

Posted in Aarfgood, De aandere kaante van de Deeverse bos, Sint Anthonij Gasthuis, Zorgvliet | Leave a comment

Uutkiektoor’n an de Bosweg bee Deever wöd esloopt

In de Leeuwarder Courant verscheen op 17 april 1976 het bericht dat de uitkijktoren aan de Bosweg in Diever zou worden afgebroken.

Uitkijktoren bij Diever wordt gesloopt
Diever. De uitkijktoren aan de Bosweg in Diever wordt afgebroken. De toren, beheerd door de Vereniging voor Vreemdelingenverkeer, bood de toeristen jarenlang een schitterend uitzicht over het dorp en de bossen.
Bij de woning van Staatsbosbeheer is een nieuwe uitkijktoren gebouwd.
Leden van de personeelsvereniging van de gemeente Diever hebben de taak op zich genomen de toren te slopen. De sloopwerkzaamheden worden in vrije tijd uitgevoerd; de opbrengst van het werk zal worden gestort in de kas van de vereniging.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De stalen uitkijktoren stond op een heuvel tegenover Paviljoen Berkenheuvel aan de andere kant van de Bosweg. De beklimmer van de toren kon inderdaad bij helder weer zelfs de toren van Steenwijk zien.
Op het bovenste platform stond een houten hokje met een telefoon voor de dienstdoende brandwacht.
Buiten het toeristenseizoen was de toren afgesloten, maar was voor de Deeverse jeugd met enige moeite via het beklimmen van de paar meter hoge afrastering van gaas en het passeren van wat lastig prikkeldraad wel binnen te komen.       

De nieuwe brandtoren werd gebouwd achter de woning Staatbosbeheer in de Olde Willem. Deze toren bestaat nog steeds.
Met de opbrengst van het werk zal de opbrengst van het oude staal en ijzer zijn bedoeld.

 

Posted in Braandtoor’n, Uutkiektoor’n, Verdwenen object | Leave a comment

De twee fageus sylvatica atropunicera bint dood

Twee rode beuken (fagus sylvatica atropunicera) an de brink van Deever, die in de tuin vóór het huis met adres Brink 5 staan, zijn vergiftigd, zijn een langzame dood gestorven en zijn tijd gekapt. De kapvergunning vermeldde herplant.
Zie ook het artikel Wie is de moordenaar van twee beuken an de brink elders in ut Deevers Archief.
Deze twee rode beuken zijn in de meer dan honderd jaren van hun bestaan Deevers erfgoed geworden. Ech wè. Een rode beuk kan wel een leeftijd van vierhonderd jaren bereiken.
Het is natuurlijk volstrekt onbestaanbaar en dus volstrekt ondenkbaar dat deze twee oude prachtige en beeldbepalende rode beuken door iemand uit de nabijheid van deze bomen, laat staan een bewoner van Brink 5, is vergiftigd. Ech neet.
Nee, de vergiftelaar zal zeker elders moeten worden gezocht, bijvoorbeeld onder beukenhaters of beukenvernielers van ergens buiten, misschien wel heel ver buiten de gemiente Deever, die er niet tegen kon dat aan de niet-origineel Saksische brink van het dorp Deever twee mooie oude prachtige en veel schaduwgevende en beeldbepalende rode beuken staan te pronken. Ech wè.
Op de bijgevoegde afbeelding van een zwart-wit ansichtkaart, die is verstuurd op 31 augustus 1958, zijn achter het witte hekje langs het voetpad de bedoelde twee rode beuken te zien. Deze twee beuken waren zestig jaar geleden al uitgegroeid tot flinke bomen.
De hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart is uitgegeven door Lubbert (Lub) Wanningen, neringdoende in luxe- en huishoudelijke artikelen, die later een cafetaria uitbaatte. Zijn winkel en later zijn cafetaria waren gevestigd in het pand an de Brink waar nu cafetaria ’t Keernpunt is gevestigd.
De redactie van ut Deevers Archief prijst zich bijzonder ongelukkig dat hij voor het onverbiddelijke maar noodzakelijke vastleggen van vrogger in de gemiente Deever bijgaande kleurenfoto treurig genoeg toch nog op vrijdag 30 november 2018 toevallig in het voorbijgaan heeft kunnen maken.
De redactie kan het niet nalaten te melden dat hij vindt dat de voorgevel van het huis met adres Brink 5 in augustus 1958 veel mooier en brinkwaardiger was dan in november 2018.

Posted in Aarfgood, Ansigtkoate, Brink, Toevallige waarneming | Leave a comment

See woll’n Balsmoa de doodstraf gee’m

In de Heerenveensche Courant verscheen op 8 april 1947 het volgende bericht over het Drents Bijzonder Gerechtshof in Assen inzake het proces tegen de beruchte N.S.B.’er Klaas Marcus Balsma uut Deever

DRENTS BIJZONDER GERECHTSHOF.
3 april.
DOODSTRAF GEËIST.
De vijand diensten bewezen in de oorlogstijd.

Klaas Marcus Balsma, 54 jaar, caféhouder te Diever, gedetineerd, heeft als landwachter de gehele omgeving van Diever onveilig gemaakt. Bij de landwachters was hij sectie-commandant en deed steeds actief mede aan vele huiszoekingen, aan arrestaties en vooral het opsporen van onderduikers.
Het dikke dossier van hetgeen deze man ten laste wordt gelegd, bevat een aantal bewijsstukken van verdachtes wandaden.
Getuige H. Dijkstra, wachtmeester, die in de bezettingstijd bij de A.K.D. te Meppel gedetacheerd was, zeide dat de verdachte als gids dienst deed, om met zijn kameraden (?) in Diever jacht op onderduikers te maken.
Getuige weduwe Kiers deelt mee, hoe de verdachte aanwezig was bij de arrestatie van haar man en vier onderduikers. Haar man kwam helaas nimmer terug.
Verdachte was zeer ijverig en actief bij de arrestatie van Zwanenburg te Beilen, die door de Moffen gefusilleerd is geworden.
De beide getuigen Jacob Hessels en Jan Hilberts uit Diever, verklaren dat ze de gevolgen van verdachte’s handelen aan den lijve hebben gevoeld.
De advocaat-fiscal meent, dat deze verdachte met zijn volle verstand heeft gehandeld en eist voor deze verdachte, ‘de duivel van Diever’ meermalen genoemd, de doodstraf.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In ut Deevers Archief is inmiddels al heel wat gepubliceerd over de beruchte N.S.B.’er Klaas Marcus Balsma, de eigenaar van café Brinkzicht an de brink in Deever.
De A.K.D. is de Arbeidscontroledienst.
De beruchte N.S.B.’er Klaas Marcus Balsma maakte in Deever en omstreken met name jacht op mannen die de Arbeitseinsatz ontliepen.

Posted in Café Balsma, Café Brinkzicht, Klaas Marcus Balsma, N.S.B.'er | Leave a comment

De ofsender is K. Dijkstra- 9R3K3B

Soldaat K. Dijkstra stuurde op 17 september 1906 de hier afgebeelde ansichtkaart naar de heer H. Stuut in de Pluimerstraat in de stad Groningen. Soldaat K. Dijkstra was gelegerd in het soldatenkamp op de Oeren tussen Kalteren en Soerte. De Hoge Heren Van De Voorkant Van Het Grote Gelijk hebben de weg langs het vroegere soldatenkamp de naam de Kamp gegegeven, maar moet natuurlijk de naam de Kaamp op de Oeren krijgen.
Soldaat K. Dijkstra gaf aan dat hij behoorde tot 9R3K3B (derde bataljon van de derde compagnie van het negende regiment infanterie van de Landweer), maar dat is niet juist. Hij had moeten aangeven 9R3B3K (derde compagnie van het derde bataljon van het negende regiment infanterie van de Landweer).
Het is toch wel jammer dat soldaat K. Dijkstra het linker deel van de kaart wel heeft benut voor het plakken van de postzegel van 1 cent en niet heeft benut voor het delen van enige ongetwijfeld nu historisch waardevolle kampervaringen met de geadresseerde. Bijzonder fraai is wel het scherpe poststempel van het postkantoor in de stad Groningen.
Op de ansichtkaart is de 1899 opgerichte stoomzuivelfabriek aan het Katteneinde in Deever te zien.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van afbeeldingen op papier is, kan de hier afgebeelde foto ook ten zeerste in zwart-wit weergave bewonderen op bladzijde 27 van het papieren blaadje Opraekelen nr. 23/3 (september 2023) van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Maar ja, dan moet je wel in het bezit van dat papieren blaadje zijn of dat papieren blaadje bij iemand in kunnen zien.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3 – Zuidgevel van de zuivelfabriek aan het Katteneinde in Diever na de verbouwing in 1914.

Posted in de Kaamp op de Oeren, Meul’nende, Süvelfubriek Deever | Leave a comment

N.S.B.’ers saat’n vaaste in de skure van Balsmoa

In de gemiente Deever hielden de leden van de Binnenlandse Strijdkrachten (B.S.) zich in de eerste dagen na de Tweede Wereldoorlog met name bezig met het opsporen en vastzetten van N.S.B.’ers en pro-Duitse Nederlanders uit de omgeving van Deever.
Ze werden vastgezet in de schuur van café Brinkzicht an de Brink in Deever, dit café was eigendom van de beruchte N.S.B.’er Klaas Marcus Balsma, die zelf eerst ook in zijn eigen schuur bij zijn café werd vastgezet, nadat hij in Appelscha was opgepakt.
Voor het luchten van deze mensen was een omheind stuk grond buiten de schuur van het café beschikbaar.
Na verhoor en na opmaak van een eerste proces verbaal door de leiding van de Binnenlandse Strijdkrachten (B.S.) mochten sommigen naar huis, anderen kwamen terecht in kamp Westerbork.
Het is een goede zaak dat betrokkenen over het gebeurde in de Tweede Wereldoorlog willen getuigen.
In de webstee easy.dans.knaw.nl van Data Archiving and Networked Services zijn getuigen-verhalen van N.S.B.’ers die hebben vastgezeten in kamp Westerbork te vinden. Zo ook interview 16 waarin een in de Tweede Wereldoorlog pro-Duits gezinde vrouw uut Oldendeever vertelt over haar ervaringen in en na de Tweede Wereldoorlog.

Posted in Café Brinkzicht, Klaas Marcus Balsma, N.S.B., Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

Rooms Katholiek Vacantie Centrum op Zorgvliet

Het Olde-Willem-Groot- en Klein Wateren-Zorgvliet filiaal van de heemkundige vereniging uut Deever an de aandere kaante van de Deeverse bos heeft in de beschrijving van de historische wandeling op Zorgvliet en op Wateren de volgende tekst (voor wat deze waard is) over het op de ansichtkaart afgebeelde pand opgenomen.

Dit huis stond aanvankelijk in Oldeterp. Een tegenover het huis wonende freule vond het een lelijk huis en wilde dat het afgebroken zou worden. Dat geschiedde rond 1900. Timmerman Dalstra kocht het huis en bouwde het in Zorgvliet weer op. Daarna was het een timmerwinkel en een boerderij, annex kruidenierswinkel. Ook was het enige tijd een vakantiecentrum voor Rooms Katholieken.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het was rond 1900 toch wel een komen en gaan van huizen op Zorgvlied.
Het zo genoemde Amsterdamse huis aan de Dorpsstraat kwam volgens zeggen uit Amsterdam.
Het hier afgebeelde lomp ogende pand aan de Dorpsstraat kwam volgens zeggen uit Oldeterp.
Villa Laanzicht aan de Dorpsstraat werd afgebroken en weer opgebouwd an de Deeverbrogge.
Diverse boerderijtje zouden in Friesland zijn afgebroken en weer zijn opgebouwd op Zorgvlied.

Als verzamelaar van ansichtkaarten uut de gemiente Deever moet je bij een nieuwe aanwinst soms wel een beetje geluk hebben. De redactie kocht deze kaart van het Rooms Katholieke Vacantie Centrum aan de Dorpsstraat op Zorgvliet (of is het de Zorg Vliedt ?) voor een grijpstuiver op een ansichtkaartenverzamelaarsbeurs bij Rotterdam.
De redactie laat de zeer gewaardeerde bezoekers van ut 
Deevers Archief graag meegenieten van al het moois uut de gemiente Diever.

Posted in Ansigtkoate, Dorpsstroate, Zorgvliet | Leave a comment

Excelsior in de consistoriekèmer op 22 mei 1954

De redactie van ut Dievers Archief publiceerde in nummer 07/1 van Opraekelen, het blad van de Historische Vereniging Voormalige Gemeente Diever, zeg maar de plaatselijke heemkundige vereniging, het volgende bijschrift bij een foto van muziekvereniging Excelsior. De foto is bij deze tekst opgenomen.  Deze foto komt uit de verzameling van Arent Ekkelboom, die ook op de foto staat.

Oude in binnenruimten in de gemiente Deever gemaakte groepsfoto’s zijn zeer zeldzaam. Deze foto van muziekvereniging Excelsior, opgericht op 22 mei 1924, is vermoedelijk op 22 mei 1954 ter gelegenheid van het dertigjarig bestaan van de vereniging gemaakt in de oude consistoriekamer van de Nederlands Hervormde Kerk in Deever.
Arent Ekkelboom heeft het vermoeden dat niet alle leden van de vereniging op deze foto staan, want in zijn tijd waren en man of twintig lid. Zo ontbreken op deze foto onder meer smid Frederik (Freerk) Offerein en schoenmaker Jan Mulder (Jan Pikkie).
Achteraan zijn van links naar recht te zien:
Anne Vierhoven (met tuba, geboren op 22-10-1918, overleden op 10-11-1963);
Ido Hunze (gegevens niet bekend),
Reinder van Leeuwen (gegevens niet bekend, wonende te Vledder, hij wordt verzocht te reageren op deze foto);
Hendrik Broekman (met trompet, geboren op 26-7-1930, wonende te Steenwijk);
Arent Ekkelboom (met piston, geboren op 27-10-1938, wonende te Joure);
Frederik (Freek) Bremer (met trompet, geboren op 18-11-1922, overleden op 28-12-1992)
Frederik (Freek) Klok (met bugel, geboren op 8-7-1937, overleden op 20-5-1987)
Hendrik Jan Rolden (met klarinet, geboren op 10-3-1921, overleden op ….);
Hilbert Bijker (met tuba, geboren op 16-9-1900, overleden op 20-1-1983).
De rij zittende muzikanten bestaat van links naar rechts uit:
Hendrik Oost (met klarinet, geboren op 21-3-1915, overleden op 12-2-2000);
Dirk van Leeuwen (met tuba of bariton in handen, maar blies eerst cornet, geboren op 4-1-1896, overleden op 17-9-1985);
Hendrik Nijzingh (met de ringbas, geboren op 18-7-1901, overleden op 12-5-1969);
Menno (Minne Pieter) de Raaf (met trombone, geboren op 19-3-1923, overleden op 18-4-1992);
Willem Krol (met piston, geboren op 20-10-1920).
Zittend voorzaan zijn van links naar rechts te zien:
Mans Nijzingh (met klarinet, geboren op 17-2-1940, wonende te Dwingelo);
Anne Nijzingh (met kleine trommel, geboren op 16-8-1932, wonende te Diever);
Jan Thalen (gegevens niet bekend, wonende te Assen, hij wordt verzocht te reageren op deze foto).

Posted in Cultuur, Deever, Kaarke an de brink, Opraekelen, Vurening | Leave a comment

Ut ièste sunnepaneel’npaarkie in de gemiente Deever

In het gemeenteblad van de gemeente Westenveld verscheen op 30 augustus 2021 de aanvraag voor de vergunning van het plaatsen van vijftig zonnepanelen in veldopstelling in een weiland aan de Kastanjelaan bij de woonboerderij met adres Holtenweg 2 in Oll’ndeever.
De laatste boer in deze boerderij was Klaas Hofstee. Hij is geboren op 30 juli 1902 in Wapse. Hij is overleden op 21 mei 1988 in Assen. Hij is begraven op de kaarkhof in Dwingel. Hij was getrouwd met Jentje Schoenmaker. Het echtpaar verhuisde in het begin van de zestiger jaren van de vorige eeuw naar een boerderij in Dwingel, waarna de boerderij in Oll’ndeever jaren leeg heeft gestaan.
Het zonnepanelenparkje aan de Kastanjelaan in Oll’ndeever is wellicht in 2022 aangelegd, maar is pas te zien op een luchtfoto uit 2023. Zie afbeelding 1. Op de hier afgebeelde luchtfoto zijn 3 even lange rijen zonnepanelen te zien. Dus de verwachting is dat in het weiland ten hoogste 3 x 16 zonnepanelen zijn opgesteld, want bij 3 x 17 panelen is niet voldaan aan de verleende bouwvergunning. Echter uit waarneming ter plaatse bleken het 3 x 17 panelen te zijn. Duidelijk is in het weiland te zien waar de grondkabel voor het afvoeren van de opgewekte elektriciteit is begraven.
Het zonnepanelenparkje in het weiland aan de Kastanjelaan in Oll’ndeever is volgens de waarnemingen van de redactie van ut Deevers Archief vooralsnog het eerste parkje binnen de grenzen van de gemiente Deever. Voorwaar een historisch hoogtepunt in de energietransitie (= van de fossiele energiebronnen af) in de gemiente Deever. De redactie nodigt de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief uit de redactie te attenderen op oudere zonnepanelenparkjes.
De redactie heeft bijgaand afgebeelde kleurenfoto gemaakt op vrijdag 13 juli 2024. Zie afbeelding 2.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Posted in Oll'ndeever, Sunnepaneel | Leave a comment

De kaarke van de Sint Andreas parochie

De redactie van ut Deevers Archief wil graag alle ooit uitgegeven ansichtkaarten van de aandere kaante van de Deeverse bos tonen aan de zeer gewaardeerde trouwe bezoekers van ut Deevers Archief.
De foto voor de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart is gemaakt in het najaar van 1968. De kaart is uitgegeven in maart 1969 en werd blijkbaar goed verkocht, want deze kaart werd in elk geval heruitgegeven in juni 1972 en in juli 1973, de heruitgave vond plaats in de nadagen van de zwart-wit ansichtkaart.
De hier afgebeelde ansichtkaat was te koop in het levensmiddelenbedrijf A. v.d. Heide op Zorgvliet, telefoon 7242.
De redactie zal nog enig populair-wetenschappelijk onderzoek naar de geschiedenis van deze neringdoende. Wie van de bezoekers van ut Deevers Archief kan bruikbare gegevens aanleveren ?
Op de kaart is onder meer het kerkgebouw van de rooms-katholieke Sint Andreas parochie te zien. De fotograaf heeft zijn best gedaan om tussen de bomen door ook de spits van de toren geheel zichtbaar op de foto te krijgen.
De redactie heeft bijgaande afgebeelde kleurenfoto gemaakt op vrijdag 12 juli 2024.

Posted in Ansigtkoate, De aandere kaante van de Deeverse bos, Kattelieke Kaarke, Zorgvliet | Leave a comment

Skildereeje van de boerdereeje van Henduk Neeboer

Op 9 juni 2022 ontving de redactie van ut Deevers Archief een foto van een schilderij van de boerderij van Hendrik Nijboer en Hendrikje Oosterveen an de Wittelerweg in Oll’ndeever van hun jongste zoon Hendrik (Henk, Henkie) Nijboer. Hij schrijft: ‘Deze foto is genomen van het schilderij van de boerderij, zoals m’n ouders deze hebben laten bouwen in 1939. Een bevriend kunstschilder heeft dit schilderij gemaakt. Later heeft Willem Krol een flink stuk aan de boerderij laten bouwen en het een en ander verbouwd.’
Op 18 juni 1922 meldde Hendrik (Henk, Henkie) Nijboer dat Harm Hagen het schilderij in 2001 heeft gemaakt, met een oude foto als voorbeeld en op basis van zijn uitleg over hoe de boerderij er toen uitzag.
Het oude boerderijtje van Hendrik Nijboer en Hendrikje Oosterveen brandde in 1939 af.
De redactie is oud-straatgenoot Hendrik (Henk, Henkie) bijzonder erkentelijk voor zijn toestemming een afbeelding van dit schilderij te mogen tonen in ut Deevers Archief.
De redactie heeft bijgaand afgebeelde kleurenfoto gemaakt op vrijdag 12 juli 2024. Zoek de verschillen.

Posted in Boerdereeje, Kuunst, Oll'ndeever, Skildereeje | Leave a comment

Ut Deeverse vuset overvöl ut gemientehuus

In de verzetskrant De Waarheid verscheen op 24 december 1943 tussen korte berichten over liquidaties van Nederlandse S.S.’ers, S.D.’ers, N.S.K.K.-mannen en andere foute Nederlanders in diverse dorpen en steden het navolgende korte bericht van slechts drie woorden.

DIEVER – Plaatselijk distributie-kantoor leeggehaald.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het plaatselijke verzet overviel in de nacht van 9 op 10 november 1943 het gemeentehuis aan de brink in Deever. Uit het gemeentehuis, waar ook het ‘distributie-kantoor’ was gevestigd, werden onder meer distributie-bonkaarten en een deel van het persoonsregister weggehaald.

Posted in Deever, Gemientehuus, Tweede Wereldoorlog, Verzet | Leave a comment

De olde ULO-skoele an de Tusschendarp in Deever

De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde  zwart-foto van de olde ULO-skoele an de Tusschendarp in Deever op 11 november 1999, kort voor de millennium-wisseling, in het nauwelijks meer gebruikte 6 cm x 6 cm formaat, gemaakt.
Leerlingen van deze school, waar uitgebreid lager onderwijs werd gegeven, worden uitgenodigd verhalen en foto’s over de tijd dat zij les kregen in het hier zichtbare gebouw in te sturen. De redactie zal deze verhalen zeker in ut Deevers Archief publiceren. Links achter de olde ULO-skoele is nog net een stukje van de olde legere skoele an de Tusschendarp te zien. Aan de rechterkant is een stukje van de vroegere woning van de veearts te zien.

Posted in Tusschendarp, U.L.O.-skoele | Leave a comment

Begreu’m wödd’n in de kaarketuun van Deever

In de Drentse Almanak (dus niet de Nieuwe Drentse Volksalmanak) voor het jaar 1988 (de eerste jaargang) schreef de Hoogevener Lammert Huizing het sympathieke artikel ‘Oude gebruiken rond de groeve in Drenthe’. De redactie van het Deevers Archief citeert uit dit artikel het volgende korte stukje tekst.

In de dertiger jaren van de vorige eeuw werd het verboden om nog langer in de kerken te begraven of op de meestal te kleine karcktunen: de ruimte rondom het godsgebouw. Toen werden elders in de kerspels de eerste nieuwe begraafplaatsen aangelegd. Toen verdween ook geleidelijk de oude traditie van de lijkpredikatie in de kerk.
Pas in deze eeuw kwam het gebruik in vernieuwde vorm terug: de rouwdienst in een kerk of uitvaartruimte. Men hoefde nu geen kou meer te lijden, zoals vroeger toen de begrafenistoespraken nog bij het graf werden gehouden. Als men dan met de hoed af en in de wind aan het graf stond te luisteren, moest men rekening houden met het gezegde: ‘Van een groeve koo’j miestal tot een groeve’.
De plaats waar de dominee vroeger stond als de kist voor de laatste maal op de deel onder het balkenslop werd geopend, was aan het hoofdeinde van de kist. Hij ging in de stoet ook dicht achter de doodwagen lopen, om onheilsmachten af te weren. Dat gebeurde niet bewust. Maar men zag een dominee als drager van een hogere macht, als vertegenwoordiger van een andere, eeuwige wereeld. Een vaag besef van onheil en angst voor onbekende gevaren en machten, die rondwaren bij de dood, konden door Woord en Gebed worden afgeweerd.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Dat de kaarketuun of de kaarkhof, dat is de ruumte um de kaarke an de brink van Deever, an de suudkaante van de kaarke veule groter is dan an de noordkaante, dat komp umdat vrogger alle mein’s, riek en aarm, allennig an de suudkaante van de kaarke begreu’m woll’n wödd’n, dat was een olde misschien wel bijna heidn’se gewoonte.
An de suudkaante van de kaarke was dus veule meer kaarketuun of kaarkhof neudig. De suudkaante van de kaarketuun lig an de kaante van de Heufdstroate, de noordkaante van de kaarketuun lig an de kaante van de Peperstroate.
De lèèste skelett’n in de kaarketuun an de suudkaante van de kaarke bint bee de grote resterasie van de kaarke in 1956/1957 eruumd.
De redactie hef de eerste kleurenfoto emeuk’n op 19 september 2018 en de dree aandere kleurenfoto’s op 30 november 2018.
In de somer wödt de suudkaante van de kaarketuun gewoon in beslag eneu’m deur de uutbater van ut cafetaria an de brink, dan is de suudkaante van de kaarketuun ut grote patat- en eiswalhalla van Deever.
Hept de Hoge Damegies En 
Hièrties Van De Veurkaante Van Ut Grote Geliek In Ut Roadhuus An De Gemientehuuslèène de uutbater doar un vurgunning veur egee’m ? Möt de uutbater ok precario betèèl’n an de gemiente ? Of döt die uutbater moar gewoon woar hee sin an hef ?
De Abe-Brouwer-promenade mit die kienderkoppies en mit die rère rooie tiek’ns tuss’n de kienderkoppies heude vrogger ok bee de kaarketuun en neet bee de Heufdstroate en de brink.


Posted in Abe Brouwer, Brink, Kaarke an de brink | Leave a comment

Un acrylskildereeje van de bos aagter de Titanialaan

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen van objecten in de gemiente Deever. De redactie heeft al heel wat afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen opgenomen in ut Deevers Archief. Maar hoe meer afbeeldingen van schilderijen, tekeningen en etsen van objecten in de gemiente Deever de redactie in ut Deevers Archief kan tonen, hoe liever het hem is. De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief krijgt na het aanklikken van het onderwerp Kuunst in de gemiente Deever een indruk van onderwerpen waardoor kunstenaars zich in de gemiente Deever hebben laten inspireren.

Jacob Eisse Mulder is geboren op 24 mei 1922 in de boerderij ‘De Morgens ter’ in de Oostpolder, achter Spijk, in de provincie Groningen. Hij is overleden op 16 juli 2018 in Uithuizen. Hij is zijn hele leven boer geweest in Zijldijk in de provincie Groningen. Hij heeft tot eind 1992 geboerd. Hij was 70 jaren oud toen hij stopte als boer. Hij en zijn vrouw verhuisden naar Uithuizen. Daar begon hij eindelijk aan zijn tweede carrière, namelijk die van kunstschilder. Als kind had hij al aanleg voor tekenen en schilderen, maar tot aan zijn pensionering als boer had hij geen tijd genomen deze aanleg verder te ontwikkelen. Maar was Jacob Eisse Mulder maar als jonge man begonnen met tekenen en schilderen !!

Jacob Eisse Mulder was 87 jaren oud toen hij in 2009 bijgaand afgebeeld acrylschilderij (40 cm x 50 cm, geschilderd op board) maakte. Het prachtige kunstwerk heeft als eenvoudige titel Berkenheuvel. Dit schilderij heeft hij thuis in Uithuizen gemaakt aan de hand van een foto vanuit de achtertuin van het huis van zijn dochter Annie aan de Titanialaan in Park Midzomer bee Deever.

De redactie is dochter Annie bijzonder erkentelijk voor haar toestemming een afbeelding van dit schilderij in ut Deevers Archief te mogen tonen. De redactie verwijst uiteraard graag naar haar zeer informatieve webstee JacobEisseMulder.nl.

De redactie nodigt de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief bijzonder graag uit hem te attenderen op kunstwerken van onderwerpen in de gemiente Deever.

Posted in Kuunst, Park Midzomer, Skildereeje | Leave a comment

Doctor in de regten Lodewijk Guillaume Verwer

In de Leeuwarder Courant van 2 oktober 1868 verscheen het volgende korte bericht over de promotie van mr. Lodewijk Guillaume Verwer van Makkum tot doctor in de regten aan de hooge school te Leijden, tegenwoordig Rijks Universiteit Leiden. Wat de titel van zijn dissertatie was, dat moet de redactie van het Deevers Archief nog uitzoeken.
Niet lang daarna kocht mr. dr. Lodewijk Guillaume Verwer het landgoed Zorgvlied in de gemiente Deever.
Ongetwijfeld heeft hij zijn over Nederland verspreide in Leiden opgebouwde netwerk gebruikt voor de voorspoedige ontwikkeling van zijn ondernemingen in Friesland en Drenthe.

Posted in Lodewijk Guillaume Verwer, Zorgvliet | Leave a comment

So ai’j seet bin ik nog in Deever

Ansichtkaarten zijn een belangrijke bron van gegevens voor het schrijven over vrogger in de gemiente Deever.
De hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart is op zondag 23 juli 1939 in Deever in het postkantoor an de Heufdstroate gestempeld, wellicht door postkantoorhouder Lambert Schoemaker.
Een ansichtkaart van dit type wordt een vierluik genoemd; op de kaart worden vier kleine fotootjes getoond, in dit geval gebouwen in het dorp Deever. De vier kleine fotootjes staan elk apart ook afgebeeld op een gewone ansichtkaart.
Aan de linkerkant van de ansichtkaart is het café Centrum van Berend Slagter an de Kruusstroate te zien; dit nu wit geschilderde gebouw bestaat in enigszins verbouwde vorm nog steeds.
Boven in het midden van de ansichtkaart is het café Brinkzicht van de N.S.B.’er Klaas Marcus Balsma te ziet, dit gebouw bestaat in enigszins verbouwde vorm nog steeds.
Onder in het midden van de ansichtkaart is de oude kerk van de gereformeerde geloofsgemeente an de Kruusstroate te zien, dit gebouw -met uitzondering van het torentje- bestaat niet meer, op deze plek staat nu een andere kerk van de gereformeerde geloofsgemeente, die Kruiskerk is genoemd, maar gelukkig wel met het oude torentje. Het oude torentje moet toch èch wè as Deevers geriffemièd aarfgood worden beschouwd.
Aan de rechterkant van de ansichtkaart is de kaarke an de brink van Deever te zien. De kaarkhof (ook wel kaarketuun genoemd) was volkomen terecht afgezet met glint’n. De kaarkhof of kaarketuun behoort duidelijk niet tot de niet-origineel Saksische brink van Deever. De al in 1939 sterk vervallen kerk aan de brink is in 1956/1957 grondig gerestaureerd.
Het is jammer dat het fotootje aan de linkerkant van de ansichtkaart iets wordt overlapt door het fotootje boven in het midden van de ansichtkaart; dat was helemaal niet nodig.
De ansichtkaart is op vrijdag 21 juli 1939 door Joop geschreven aan mejuffrouw Mathilde L. Groenewoud, Wilhelminastraat 39, Den Haag. Afzender Joop schreef de volgende tekst op de achterkant van de ansichtkaart:
Zooals je ziet ben ik nog te Diever. Zondag als ’t goed weer is, ga ik met Cor een tocht maken en ga dan in Meppel slapen en Maandag naar huis, trein Roosendaal, verder fietsen. Ik kom misschien nog wel eens naar den Haag, maar er ligt zooveel werk thuis, dat ik er nu tegenop zie. Wees hartelijk gegroet van Cor en Joop en tot een volgende keer.

Posted in Aarfgood, Ansigtkoate, Café Balsma, Café Centrum, Deever, Griffemiède kaarke, Kaarke an de brink | Leave a comment

Fraanse veteraan hef ut over sien Deeverse avontuur

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 3 januari 2000 het volgende bericht over de memoires van de Franse parachutist Maurice Domingo.

Franse Veteraan beschrijft zijn avonturen in Drenthe
Diever. Vlak voor de bevrijding in 1945 werd N.S.B.-burgemeester Posthumus van Diever gearresteerd en naderhand uitgeleverd aan de geallieerden. Een deel van de Dieverder bevolking denkt nog altijd dat Posthumus door eigen ingezetenen werd gegrepen en vastgezet, anderen houden tot op de dag van vandaag vol dat de burgemeester door Franse parachutisten in de kraag werd gevat. Dit volksmysterie, voor zover de officiële kronieken al ruimte lieten voor raadsels op dit terrein, kan nu definitief als opgelost worden beschouwd.
Tot ieders verrassing arriveerde onlangs bij het postagentschap in de Golf-supermarkt van Diever een dik pak papier, dat de avontuurlijke memoires bleek te bevatten van de gewezen Franse parachutist Maurice Domingo. De 76-jarige luchtveteraan beschrijft hoe hij samen met 17 andere Franse para’s op 6 april 1945 boven Drente werd gedropt. Eén van de opdrachten van de eenheid was, burgemeester Posthumus van Diever te arresteren. En aldus geschiedde.
De nietsvermoedende burgemeester werd overrompeld toen hij net aan de koffie zat. De para’s ontmoetten geen enkele weerstand, toen ze de hevig ontstelde Posthumus mee naar buiten namen en hem achter de Ossenkoel aan een boom vastsnoerden. Hierbij verzuimden zij niet, de N.S.B.’er een flink pak slaag te geven. Maurice Domingo vertelt, hoe hij tijdens de overval het zilveren koffielepeltje van de burgemeester achterover drukte. Dit heeft hij tot op de dag van vandaag in zijn bezit.
De weg die de memoires aflegden, is curieus te noemen. Als adres wist de geestelijk vader niets anders te verzinnen dan ‘La Postière Diever, Hollande’. En ziedaar: het kwam in de bus ! Maurice Domingo vertrouwde blijkbaar op de oude banden, die hij met het Dieverse postwezen heeft. Tijdens hun missie in Drente werden de Franse parachutisten namelijk geholpen door een plaatselijke postbeambte, die er voor zorgde dat ze adequaat konden verplaatsen.
De memoires bleken geheel in het Frans te zijn geschreven en daarom zijn ze eerst maar eens vertaald. De para’s werden in afwachting en ter voorbereiding van de geallieerde opmars achter de Duitse linies gedropt. Eén van hun opdrachten was ook, de met explosieven geladen schepen die lagen afgemeerd in de Drentse Hoofdvaart, te saboteren. Toen daarbij één der schuiten in de lucht vloog, raakte Maurice Domingo gewond. Dat betekende meteen het einde van zijn optreden in Drenthe. Hij werd overgebracht naar de oprukkende 1e Canadese Divisie en verbleef daarna voor zijn herstel een poos in Schotland.
Uit de memoires, die 60 losse pagina’s beslaan, wordt duidelijk dat de gewezen parachutist kan terugzien op een turbulent verlopen jongelingstijd, waarin hij zich ontpopte als een echte mannetjesputter. Hij werd 19 mei 1921 geboren in Narbonne. In 1938 werd hij bokskampioen van het departement Languedoc. In 1940 werd hij fabrieksarbeider. Hij hield niet van de Duitsers en viel in handen van de Gestapo, die hem doorzond naar Spanje. Domingo wist echter te ontsnappen en kwam na allerlei wederwaardigheden terecht bij de Franse para’s, die buiten hun bezette vaderland opereerden. De missie in Drente was de derde waaraan hij meedeed.
Maurice Domingo, die later een aantal keren terug is geweest in Drente, vertelt dat in de dagen vlak voor de bevrijding rond Diever een aantal Duitse soldaten is gesneuveld. De Historische Vereniging van Diever, die de memoires nu in beheer heeft, wil graag weten hoe hun naam luidde en waar ze zijn begraven.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie heeft dit enigszins rammelende bericht in ut Deevers Archief opgenomen voor wat het waard is.
De redactie verwijst naar het bericht Ik heb bij deze actie een zilveren theelepel gestolen, het bericht Operatie Amherst: de parachutisten van stick 49, het bericht Geesje van der Werf-Schoemaker is overleden en het bericht Gees de postbeambte kijkt me triomfantelijk aan.
La Postière Diever Hollande was Geesje Schoemaker, de dochter van de postkantoorhouder van het postkantoor an de Heufdstroate in Deever.

Posted in Fraanse parachutist, Geese Schoemaker, N.S.B.'er, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

Studiosi Iuvare Delectamur regelde de waarkkaamp’m

In het periodiek De Standaard verscheen op 17 augustus 1934 het volgende bericht over het studentenwerkkamp, dat was gehuisvest in de boerderij De Uilenhorst in de Olde Willem. In het periodiek Christelijk Dagblad voor Nederland – De Amsterdammer verscheen op 18 augustus 1934 hetzelfde bericht.

Studenten maken een verkeersweg.
Werken om niet.
Het te weinig bekende Drentsche landschapsschoon.
Lichamelijke vermoeienis staalt bij geestelijke studie.
In het Nederlandse studentenwerkkamp bij Diever.

“Inden beginne was het woest en ledig op de heide. Des daags was de heerschappij aan den arend en ’s nachts aan de oehoe, beer en wolf waren koning over het land en heerschten over alle schepselen. Niemand, die hun de heerschappij betwistte, de paar armzalige zwervers, die van jagen en visschen leefden, waren al blij als zij ’t leven hadden en gingen dat gedierte graag uit den weg. Toen kwamen er op een avond andere menschen met blanke gezichten en gele haren. Paarden en wagens, kinderen, honden en kippen brachten zij mee. Elk zocht een plek op en bouwde daar een breed huis met een spits dak, dat met riet en plaggen werd gedekt.”

Aldus begint een der romans van Herman Löns, “De Weerwolf”; en telkens weer moet ik daaraan denken, wanneer een reis naar het verre Drente, het land van hei en struiken, op mijn programma staat.
Niet geheel Drente geeft denzelfden troostloozen aanblik, welken bovenstaand citaat suggereert, er zijn ook sappige gedeelten, daar waar het malsche groen beloften biedt. Vooral op dezen morgen, nu ik mij op weg begeef naar het Nederlandsche Studentenwerkkamp, op de hoeve „De Uilenhorst” tusschen Diever en Klein Wateren, is het aspect van het landschap van een gigantische en majesteitelijke bekoring.
In den vroegen morgen blonk de zon als een diamant en de nevel glom als vochtige parels. In zulke spaarzame dagen van witten nevel en amberkleurige zon komen er maar enkele zoo in het jaar is het Drentsche land een van de schoonste plekken op aarde. Zilverwit, vochtig als kinderoogjes, met glanzend groen beneden en luchtig blauw daarboven; een enkele boom kleurt nu reeds roestig en de lange vaarten zijn staalhard, met de koele glanzen van een mes.
Maar dan komen, plotseling, je weet eigenlijk niet vanwaar zoo eensklaps, de echt-Hollandsche wolkformaties zich opstapelen, groote bolle wolken, die zich al hooger torenen. Eerst zijn het statig zeilende blanke wolkenkolossen, dan verzwaren ze zich tot bundelende en tornende grauwe gevaarten in onweerszwangere luchten. En eensklaps stort het water in ondoorzichtbaren grijzen sluier met geweld naar omlaag.
Maar dan komt straks weer de avond met een breede baan van gloeiend oranje aan den horizon. Het wordt een betooverend spel van langzaam vervloeiende tinten boven een paarsende hei dan breekt het licht in kwijnend rood, en vallen violette schaduwen en aan den hemel is een ster verschenen, die voor den nacht haar plaats herneemt.
Elken dag opnieuw zijn de studenten, die voor eenige weken hun intrek in het werkkamp genomen hebben, getuige van dit natuurverschijnsel en elken dag opnieuw valt er midden onder hun drukke conversatie, onder hun werk, onder hun ontspanning en hun jolijt even een stilte, wanneer de Hollandsche luchtkoepel op z’n schoonst te prijken staat.
Wat deze studenten in het werkkamp doen ? Geen overbodige vraag, want, naar de leider ons mededeelde, blijkt hierover zelfs in de naaste omgeving van het kamp nog een groote mate van onkundigheid te bestaan.
Het Nederlands Studentenwerkkamp is georganiseerd door de Organisatie voor Studentenhulp “Studiosi iuvare delectamur”, de bekende vereeniging, die tijdens de Olympiade haar werk begon met als tolk en gids voor vreemdelingen op te treden in samenwerking met het Nederlands Comité van de Internationale Student Service.
Er zijn studenten geweest, die gezegd hebben: “eigenlijk zijn wij parasieten van de maatschappij; wij verkeeren in een bevoorrechte positie en hoe kunnen wij dit eenigszins goed maken ?” Anderen hebben hun dat nagezegd en zoo werd naar een gelegenheid gezocht om zijn krachten ten dienste te stellen van de samenleving. Men deed dit door hulpverleening bij liefdadigheidswerken enz., men doet dit sinds eenige jaren ook in werkkampen, waarvan er reeds te Havelte en Bakkeveen ingericht zijn geweest en zooals er thans één bij Diever geopend is.
De studenten verrichten hier handenarbeid. Het is werk, waarmede men de werkverschaffing niet dwars zit, omdat steeds naar objecten uitgezien wordt, die anders toch niet uitgevoerd zouden worden en waarvan het toch wel wenschelijk zou zijn, dat zij tot stand kwamen.
Zoo is men thans bezig met den aanleg van een breeden verkeersweg ter lengte van 3 kilometer, loodrecht staand op den weg van Diever naar Zorgvliet en loopende tot de Smildervaart; is deze eenmaal gereed, dan zullen de bewoners van deze streek niet meer genoodzaakt zijn een omweg van 7 kilometer rondom het Dieverderveld te maken. Het Staatsboschbeheer heeft het werk aangewezen en onder toezicht van deze instelling wordt het ook uitgevoerd.
Gedurende negen weken worden op de Drentsche heide door studenten de spaden in den grond gestoken. Op 8 Juli is het eerste kamp geopend, dat 3 weken duurde. En zoo zal het tot 8 September doorgaan; drie kampen, ieder van drie weken, zullen dan gehouden zijn. leder kamp bevat ongeveer 20 jongens en 8 meisjes. De jongens, die de schoppen en de kipkarren en de zagen hanteeren, de meisjes, die hun stroozakken opschudden, hun eten verzorgen en de boel schoon houden.
Durft ge beweren, dat een studeerend meisje geen verstand van huishouden heeft en geen oog kan houden op den inhoud van haar portemonnaie ? Ziet gij kans, lezeres, een man, die den geheelen dag in de vrije natuur is en zwaren handenarbeid verricht, voor 41 cent per dag den kost te verschaffen? Ans Prange, de kampmoeder, studente in de rechten te Leiden, zal het u leeren. En de kampdeelnemers hebben geen klacht over haar, noch over haar assistenten. Er zitten zelfs geen zwarte pitjes in de gekookte aardappelen en de messen en lepels zijn kraakzindelijk, zóó dat menige hospita er een voorbeeld aan nemen kan.
Garnalencroquettes of warme amandelbroodjes kent men hier natuurlijk niet, maar wel dikke boterhammen met hagelslag en jam en vergeet dat heerlijke roggebrood niet ! Vijf-en-twintig brooden gaan per dag schoon op.
Van den boer op De Uilenhorst hebben de studenten een stal en een loods gehuurd, welke op kostelijke wijze in een slaapgelegenheid en een conversatievertrek gemetamorphoseerd zijn. De jongens slapen op stroozakken ter plaatse waar ’s winters de koeien staan, de meisjes op den zolder bóven het conversatie- en eetlokaal. Geen spoor meer van het verblijf der wintersche gasten is er te ontdekken, het is er alles even netjes en frisch. Het fornuis buiten rookt wel eens, maar daar is men voor in een kamp en rappe handen hebben er gauw een schuttinkje voor en een dakje boven getimmerd, primitief, maar het helpt. En de regen stuurt wel eens een opzet in de war, maar „dat geeft water in de put en ten deele reeds gratis gewasschen emmers”, zegt de practische kampmoeder.
Als ’s morgens om tien minuten vóór vijven het fluitje van den kampleider klinkt, ten teeken dat het reveille is, springt ieder naar de waschgelegenheid. Veel tijd te verliezen is er niet, want reeds om kwart over vijven volgt de afmarsch naar het werk, per fiets langs smalle heidepaadjes. Om half zes wordt de eerste spade in den grond gestoken en met alle krachten werkt men door tot 8 uur. Dan komen de meisjes met het ontbijt, brood en thee met verbluffende techniek hebben zij de ketels en emmers langs de smalle sporen op haar fietsen vervoerd. En gezamenlijk ontbijten mannen en vrouwen in de openlucht. Een half uur slechts duurt de pauze, want tot elf uur klinkt er weer het lied van den arbeid dan wordt opnieuw een half uurtje gepauzeerd en het laatste overgebleven brood, door de meisjes achtergelaten, verorberd. Half twee is het: einde van het werk en terug naar de boerderij, waar de dames inmiddels haar krachten beproefd hebben op het middagmaal.
Alleen wanneer groote regenval het werk ’s morgens belemmerd heeft, wordt er ’s middags overgewerkt; anders zijnde middagen en avonden na een 7-urigen arbeidsdag vrij. En het loon ? Niemand ontvangt loon. De kampdeelnemers moeten zelfs nog ƒ 15 toe betalen om drie weken in deze werkgemeenschap opgenomen te worden. Immers, een deel van de boerderij moest worden gehuurd, er dient heel wat gecorrespondeerd te worden, enz. enz., de onkosten dienen toch goedgemaakt te worden?
En wordt er geluilakt ? Het is een lust de jonge menschen te zien werken. In gestadig tempo gaat het voort, niemand treuzelt er. Velen zien dit werk als idealistisch, ze willen ook eens ervaren wat het is lichamelijk moe te zijn, ze willen zelf aan den lijve constateeren wat ’n wegwerker voelt als hij ’s avonds thuis komt; anderen beschouwen het als een vacantie of als een welkome afleiding tusschen het verblijf temidden van muffe studieboeken. „’k Moet er niet aan denken”, aldus de kampleider, de student J. P. A. Jonker, „dat ik de volgende week over m’n boeken en dictaten zit. Het zijn m’n eenige vacantieweken, want ik zit vlak voor m’n doctoraal. En dan het afscheid van het kamp en van het Drentsche landschap valt ons allemaal zwaar. Juist als we een beetje gewend zijn, moeten we weer weg.”
Hoogstwaarschijnlijk zal het volgend jaar dit werk worden voortgezet, aangezien de studenten er slechts tot de helft mee gereed komen. Dan hebben zij tegelijk een nieuw werkobject en behoeven zij niet, zooals in 1933, tevergeefs naar nieuw werk om te zien. Dan komen vast de deelnemers allen terug, want zij willen ook af zien, wat zij begonnen zijn. De grammofoon ’s avonds in de conversatiezaal trekt hen, ook de gezamenlijke fietstochten in den namiddag en de uren van uitgelaten scherts in de slaapzaal of rondom het kampvuur, maar niet het minst het werk zelf, het voortduwen van de kipkarren, het plaggen steken, het boomen zagen en het hanteeren van de schop. En de onvergetelijke, te weinig bekende schoonheid van het Drentsche land ! Bruingebrand zullen ze ook het volgend jaar weer naar hun colleges terugkeeren. Ja, misschien komen zelfs de Polen en Amerikanen, die dit jaar bij Diever werkten, ook wel weer terug. Au revoir !

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In 1931 werd het eerste studentenwerkkamp gehouden in Havelte.
In 1932 werd het tweede studentenwerkkamp gehouden in Bakkeveen.
In 1933 kon de organisatie geen geschikt werkobject vinden en werd het studentenwerkkamp niet gehouden.
In 1934 vond het derde studentenwerkkamp onderdak in de boerderij De Uilenhorst in de Olde Willem.
De vereniging voor studentenhulp Studiosi Iuvare Delectamur (Wij helpen studenten graag) organiseerde van 8 juli tot 8 september 1934 drie studentenwerkkampen van elk drie weken, die waren gehuisvest in de boerderij De Uilenhorst in de Olde Willem.
De vereniging Studiosi Iuvare Delectamur (Wij helpen studenten graag) ontstond in 1928, toen zij op de Olympische Spelen in Amsterdam optrad als tolk en gids voor vreemdelingen in samenwerking met het Nederlands comité van de Internationale Student Service.
De redactie kan volstrekt geen chocola bakken van de titel van het bericht: Lichamelijke vermoeienis staalt bij geestelijke studie. De redactie verwachtte eerder de titel: De geest staalt zich door lichamelijke vermoeienis en niet door studie.

Posted in de Olde Willem, de Uilenhorst, Student'nwaarkkaamp | Leave a comment

De Matchless moter mit nummerbröt D-5389

De griffie van de provincie Drente in Assen heeft het kenteken D-5389 op 1 juli 1927 afgegeven aan Jan Slagter. Hij plaatste zijn kenteken op zijn motorrijwiel van het Engelse merk Matchless.

Op de hier afgebeelde zwart-wit foto is Jan Slagter samen met zijn zuster Janna Slagter te zien bij de ingang van café De Veemarkt van hun vader Berend Slagter an de Kruusstroate in Deever. De redactie schat in dat de zwart-wit foto ver vóór het begin van de Tweede Wereldoorlog is gemaakt. Want het café heeft als naam De Veemarkt, dat was in de tijd dat de Deeverse veemarkten nog van belang waren. Wellicht in juli 1927 ?

De hier afgebeelde foto was aanwezig in de verzameling van Alberdina Doorten-Slagter.
Na haar overlijden op 7 januari 2008 kwam haar verzameling van oude familiefoto’s terecht op de zolder van dorpsfiguur en alles-van-Deever-weter Jans Roelof Tabak uut de Aagterstroate in Deever.

Na het overlijden van Jans Roelof Tabak op 20 november 2019 is vanwege de verkoop van het door hem bewoonde voorhuis van zijn boerderij an de Aagterstroate in Deever. het voorhuis helemaal leeggeruimd. Heel veel spullen, heel veel papperassen, heel veel oude foto’s, heel veel oude ansichtkaarten en heel veel geschiedkundig waardevol materiaal, enzovoort, enzovoort, zijn toen in de afvalcontainer gegooid. Een historische ramp.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van afbeeldingen van mooie oude zwart-wit foto’s op papier is, kan de hier afgebeelde zwart-wit foto ook ten zeerste bewonderen op bladzijde 43 van nummer 006/3 (september 2006) van het papieren blad Opraekelen van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Maar ja, dan moet je wel in het bezit zijn van dat papieren boekwerkje of dat papieren boekwerkje bij iemand in kunnen zien.

Posted in Café Berend Slagter, D-nummer, Kruusstroate, Olde moter | Leave a comment

Skildereeje van ut veentie an de Doldersummerweg

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen van objecten in de gemiente Deever. De redactie heeft al heel wat afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen opgenomen in ut Deevers Archief. Maar hoe meer afbeeldingen van schilderijen, tekeningen en etsen van objecten in de gemiente Deever de redactie in ut Deevers Archief kan tonen, hoe liever het hem is. De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief krijgt na het aanklikken van het onderwerp Kuunst in de gemiente Deever een indruk van onderwerpen waardoor kunstenaars zich in de gemiente Deever hebben laten inspireren.

Jacob Eisse Mulder is geboren op 24 mei 1922 in de boerderij ‘De Morgens ter’ in de Oostpolder, achter Spijk, in de provincie Groningen. Hij is overleden op 16 juli 2018 in Uithuizen. Hij is zijn hele leven boer geweest in Zijldijk in de provincie Groningen. Hij heeft tot eind 1992 geboerd. Hij was 70 jaren oud toen hij stopte als boer. Hij en zijn vrouw verhuisden naar Uithuizen. Daar begon hij eindelijk aan zijn tweede carrière, namelijk die van kunstschilder. Als kind had hij al aanleg voor tekenen en schilderen, maar tot aan zijn pensionering als boer had hij geen tijd genomen deze aanleg verder te ontwikkelen. Maar was Jacob Eisse Mulder maar als jonge man begonnen met tekenen en schilderen !!

Jacob Eisse Mulder was 87 jaren oud toen hij in 2009 bijgaand afgebeeld acrylschilderij (40 cm x 50 cm, geschilderd op board) maakte. Het prachtige kunstwerk kreeg de titel Kikkervijvertje. Dit schilderij heeft hij thuis in Uithuizen gemaakt aan de hand van een foto van het veentje aan de Doldersummerweg bij Park Midzomer. De redactie piekert zich al dagen suf wat de echte naam van het Kikkervijvertje is. Wie van de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief weet wel de naam van het veentje aan de Doldersummerweg bij Park Midzomer ?

De redactie is dochter Annie van Jacob Eisse Mulder bijzonder erkentelijk voor haar toestemming een afbeelding van dit schilderij in ut Deevers Archief te mogen tonen. De redactie verwijst uiteraard graag naar haar zeer informatieve webstee JacobEisseMulder.nl.

De redactie nodigt de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief bijzonder graag uit hem te attenderen op kunstwerken van onderwerpen in de gemiente Deever.


Afbeelding 2
Afbeelding van een zwart-wit ansichtkaart van de veenplas aan de Doldersummerweg. De kaart is in maart 1961 uitgegeven door JosPé in Arnhem en was te koop in drogisterij De Gaper van Hendrik Mulder an de Heufdstroate in Deever.

Posted in Ansigtkoate, Kuunst, Meer, veen, ven, plas, enzovoort, Skildereeje | Leave a comment

Bint klinkers uut un Nazi-vliegveld aarfgood ?

In de nieuwsbrief ‘Brinkenplan Diever op Dreef’ van juni 2020, die te vinden was in de webstee van het zo genoemde Brinkenplan van de gemeente Westenveld, is aanwezig het artikeltje ‘Cultureel erfgoed in de brink van Diever’. Dit artikeltje is hier als afbeelding opgenomen. Het ‘Brinkenplan Diever op Dreef” is de naam die de gemeente Westenveld heeft gegeven aan de in 2019 en 2020 uitgevoerde en miljoenen euro’s belastinggeld gekost hebbende herbestrating van de straten van ut olde centrum van Deever. De afbeeldingen in het artikeltje ‘Cultureel erfgoed in de brink van Diever’ zijn overgenomen uit het bericht Fliegerhorst Havelte van de provincie Drente.

Cultureel erfgoed in de brink van Diever
In Diever liggen op een aantal plaatsen nog stenen die afkomstig zijn van het vliegveld dat tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Duitsers is aangelegd op het Holtingerveld in Darp.
Deze stenen (broodjes) lagen in de startbaan waarvan op het Holtingerveld twee waren aangelegd (kleine startbaan en grote startbaan).
Veel jonge mannen uit de omgeving waren door de Duitsers hier te werk gesteld om het vliegveld aan te leggen. Het vliegveld werd tijdens de oorlog veelvuldig door de geallieerden gebombardeerd, waardoor het vliegveld vaak onbruikbaar was.
Na de oorlog is het vliegveld ontmanteld en zijn de stenen gebruikt bij de aanleg van wegen. In Diever liggen deze stenen in de brink en de Brinkstraat. Dit straatwerk is dus een stukje cultureel erfgoed waar we zuinig op moeten zijn.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In de Tweede Wereldoorlog was de Duitse Luftwaffe in dienst van nazi-Duitsland. De nazi-Duitsers werkten vanaf oktober 1942 aan de aanleg van een groot militair vliegveld bij Havelte voor gebruik in de luchtstrijd tegen de geallieerden. De redactie verwijst voor meer gegevens naar het bericht Fliegerhorst Havelte van de provincie Drente.

Veel overblijfselen van dit vliegveld zijn nog steeds terug te vinden in het Havelter landschap. Ook voormalige taxibanen of rolbanen, het Duitse woord voor rolbaan is Rollbahn, zijn nog steeds terug te vinden. In de volksmond heet een van die taxibanen nog steeds de Rolbèène. In de verharding van de Kolonieweg, een voormalige nazi-Duitse-rolbaan die na de Tweede Wereldoorlog is versmald, zijn de originele broodjes, een type straatklinker, nog aanwezig. Voorstelbaar is dat de straatklinkers, die vrij kwamen bij de versmalling van de Kolonieweg, in Deever zijn gebruikt voor de verharding van een stuk van de Brinkstroate en de stroate op de brink.

De redactie wist tot het lezen van het bericht ‘Cultureel erfgoed in de brink van Diever’ absoluut totaal volstrekt agin neet dat in de bestrating vóór het Schultehuis straatklinkers uit een nazi-Duitse-startbaan zijn gebruikt. Nota bene in de Tweede Wereldoorlog heeft de beruchte in dienst van nazi-Duitsland staande bloedgroep Norg het Schultehuis als martelkamer gebruikt.

De redactie ergert zich aan de laatste zin van het bericht ‘Cultureel erfgoed in de brink van Diever’, te weten de zin ‘Dit straatwerk is dus een stukje cultureel erfgoed waar we zuinig op moeten zijn’.
De redactie ergert zich bij het lezen van die zin aan het pleonasme ‘cultureel erfgoed waar we zuinig op moeten zijn.’
De redactie ergert zich bij het lezen van die zin nog het meest aan het gebruik van het autoritaire, domweg iedereen de mond willen snoerende woordje ‘dus’. 

De wet van 9 december 2015, houdende bundeling en aanpassing van regels op het terrein van cultureel erfgoed, in het dagelijks gebruik gewoon de Erfgoedwet genoemd, bevat het volgende artikel.
Artikel 3.16. Gemeentelijk erfgoed
1. De gemeenteraad kan een erfgoedverordening vaststellen.
2. De verordening ziet op het beheer en behoud van cultureel erfgoed gelegen binnen de desbetreffende gemeente, dat van bijzonder belang is voor die gemeente vanwege de cultuurhistorische of wetenschappelijke betekenis.
3. Het college van burgemeester en wethouders houdt een gemeentelijk erfgoedregister van aangewezen cultureel erfgoed bij.

Vast staat wel dat de straatklinkers uit de nazi-Duitse-startbaan in Deever geen cultureel erfgoed van de Nederlandse staat of de provincie Drente zijn. Dus cultureel erfgoed is dus alleen gemeentelijk cultureel erfgoed als dus het betreffende object dus in het gemeentelijk register van aangewezen cultureel erfgoed staat. Het is de redactie dus niet duidelijk wie in de gemeente Westenveld dus de grote wijze aanwijzer van cultureel erfgoed is. Is dat dus de burgemeester ? Is dat dus de wethouder van cultuur ? Is dat dus het college van burgemeester en wethouders ? Is dat dus de gemeenteraad ? Is dat dus de beleidsregisseur erfgoed en cultuurhistorie ? Is dat dus een heemkundige vereniging ? Is dat dus in het geval van de aanwezige straatklinkers uit een nazi-Duitse-startbaan in bestrating in Deever dus een op drift geraakt ambtenaartje die dus belast is met de uitvoering van het ‘Brinkenplan Diever op Dreef’ ? Is dat dus de redacteur van het artikeltje ‘Cultureel erfgoed in de brink van Diever’ ?

De redactie kan zich dus niet voorstellen dat enige vierkante meters hergebruikte straatklinkers uit een nazi-Duitse-startbaan in bestrating in Deever zijn gebombardeerd tot gemeentelijk cultureel erfgoed. Als dus de Kolonieweg of een klein stukje van de Kolonieweg met de oorspronkelijke straatklinkers uit de nazi-Duitse-rolbaan dus al geen gemeentelijk erfgoed is, dan zijn dus die enkele vierkante meters hergebruikte straatklinkers uit een nazi-Duitse-startbaan in Deever al helemaal geen gemeentelijk erfgoed. Die hebben dus voor Deever een negatieve cultuurhistorische betekenis, een negatieve historische waarde en een negatieve historische bijsmaak. Als die in Deever liggende straatklinkers uit een nazi-Duitse-startbaan onverhoopt dus wel in het gemeentelijk erfgoedregister zijn opgenomen, dan moeten die dus ‘mit groszer Geschwindigkeit und im geraden Trab’ uit het gemeentelijk erfgoedregister worden geschrapt. En die straatklinkers uit een nazi-Duitse-rolbaan moeten dus ‘mit groszer Geschwindigkeit und im geraden Trab’ worden gesloopt. Than it will be right, but with just another filthy memory !  

Posted in Brink, Brinkstroate, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

De karre van Klaas Echten in de Kloosterstroate

Van Leer’s Fotodrukinsdustrie N.V. uit Amsterdam heeft de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart, waarop een deel van de Kloosterstroate in Deever is te zien, in juli 1960 uitgegeven. Deze kaart was te koop in het dorpswarenhuis (de Wiba) van Jan Brugging en Griet Oost an de Heufdstroate in Deever. Een gevleugelde uitdrukking in die tijd was: Ee’m hen de Wiba.
In de linker woning (Kloosterstraat 12) woonde het echtpaar Egbert (Eppie) van Leeuwen en Griet Grit. In de woning daarnaast (Kloosterstraat 13) woonde de familie Berend Vos. In de woning daarnaast (Kloosterstraat 14) woonde het echtpaar Arend Noorman en Trijn Oosterhof. In de woning daarnaast (Kloosterstraat 15) woonde de familie Jan Brugging en Trijn Houwer.
De redactie van ut Deevers Archief weet niet zeker wie in die tijd in de andere woningen, die op de hier afgebeelde ansichtkaart aan de linkerkant zijn te zien, woonden. Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan hierover mooie gegevens verschaffen ?
In de Kloosterstroate staat de door een paard getrokken geelgeverfde venterkar van bakker en kruidenier Jan Echten uit Wittelte. Bij de venterskar staan venter Klaas Echten en mevrouw Hendrikje de Leeuw, echtgenote van Jan Buiter.
Let op de vuilnisemmer aan de kant van de straat vóór de woning van Egbert (Eppie) van Leeuwen. Let vooral op de trottoirbanden langs één kant van de Kloosterstroate.

Afbeelding 1

Afbeelding 2
© https://www.google.com/maps; deze opname is gemaakt in maart 2022.

Posted in Ansigtkoate, Kloosterstroate | Leave a comment

Boortoor’n van de N.A.M. wöd braandtoor’n

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 18 januari 1950 het navolgende korte bericht over het de bouw van een uitkijktoren aan de Bosweg bij Deever, tegenover Paviljoen Vierhoven.

In het bos van Berkenheuvel te Diever is een door het Staatbosbeheer overgenomen boortoren gebouwd, welke van trappen en bordessen zal worden voorzien, en dan als uitkijktoren dienst zal doen.
Het stalen gevaarte steekt een heel eind boven het bos uit en geeft een prachtig overzicht over de omgeving.
De toren zal na gereedkomen worden beheerd door de V.V.V. Diever.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De hergebruikte boortoren van de Nederlandse Aardolie Maatschappij (N.A.M.) stond aan de Bosweg tegenover Paviljoen Vierhoven op een heuvel aan de kant van het openluchttheater. De uitkijktoren voor de toeristen aan de Bosweg was tevens uitkijktoren voor de brandwacht. 
Met V.V.V. wordt bedoeld de plaatselijke Vereniging voor Vreemdelingen Verkeer.

Posted in Braandtoor’n, Uutkiektoor’n, Verdwenen object | Leave a comment

Ut roadhuus an de Gemientehuuslèène in Deever

eDe bezoekers van de webstee van ut Deevers Archief zullen zoveel als mogelijk is worden geïnformeerd over de geschiedenis van de gemeentehuizen in de gemiente Deever.

Het huis van de gemeente Westenveld, zie de afgebeelde foto, is helaas niet in Oavelte of Dwingel of Vledder gebouwd, maar in Deever. Het gebouw had net zo goed, zo niet beter op het centraal liggende bedrijventerrein an de Deeverbrogge kunnen staan.
Is het op de afbeelding zichtbare gebouw het raadhuis, dat wil zeggen het huis van de raad van de gemeente ? Ja, maar in het gebouw zitten ook ambtenaren ! Is het gebouw het huis van de ambtenaren van de gemeente ? Ja, maar in het gebouw is ook een beetje het politiebureau gevestigd, want alleen op afspraak geopend.
Dit gebouw wordt volgens gegevens die te vinden zijn in de webstee van de gemeente Westenveld gewoon het gemeentehuis genoemd. Het adres van het gemeentehuis is echter Raadhuislaan 1.
Enig zoekwerk in webstees op het internet leerde dat in Nederland in veel meer plaatsen het gemeentehuis aan de Raadhuislaan staat, dus wat dat betreft is het niet nodig dat De Hoge Heren Van Het Grote Raadhuis Gelijk Van De Gemeente Westenveld zich niet te schamen of aangesproken te voelen.
Wel zou in navolging van bijvoorbeeld de gemeente Noordbroek het enigszins voorzichtig en met de nodige slagen om de arm en met de pet in de hand aan te raden zijn de naam Raadhuislaan te veranderen in Gemeentehuislaan.
De redactie van ut Deevers Archief heeft het in in zijn berichten in elk geval voor alle zekerheid en voor alsnog over het Raadhuis aan de Gemeentehuislaan, want het is Kafkiaans bijna onvoorstelbaar dat het Gemeentehuis aan de Gemeentehuislaan staat of dat het Raadhuis aan de Raadhuislaan staat.
In het Raadhuis aan de Gemeentehuislaan bevindt zich ook het papieren archief van de gemiente Deever. Als een geïnteresseerde in de geschiedenis van de gemiente Deever dit voor de belastingbetalende burger moeilijk toegankelijk gemaakte archief wil raadplegen, dan moet hij of zij eerst een passende afspraak maken met de verantwoordelijke ambtenaar. En dat in een tijd waarin de digitalisering van historische bronnen zich wereldwijd in een heel rap tempo aan het voltrekken is. Maar zo niet in het gezapige Raadhuis aan de Gemeentehuislaan in Deever.

Posted in Deever, Gemeente Westenveld, Gemiente Deever | Leave a comment

De Citroën mit veurwielandrieving van Willem Seinen

De redactie van ut Deevers Archief ontving op 28 juni 2024 de volgende zeer gewaardeerde korte reactie van de heer Dirk Strijker: “Ik kan nergens een contactmogelijkheid vinden op jullie website. Daarom maar op deze manier. In de beeldbank Old Steenwiek van de Historische Vereniging Steenwijk en Omstreken staat een foto van een auto met kenteken D-4746. Jullie zoeken deze foto.” De redactie is de heer Dirk Strijker bijzonder erkentelijk voor de attendering op deze foto. Zo is weer een stukje van de Deeverse D-nummer puzzel gelegd. 

Fotograaf Klaas van Buiten is de maker van de hier afgebeelde foto. Hij heeft deze foto – volgens de gegevens bij de foto in de beeldbank Old Steenwiek van de Historische Vereniging Steenwijk en Omstreken – gemaakt omstreeks 1948. In de beeldbank Old Steenwiek heeft de foto registratienummer 1841973.

Op de hier afgebeelde foto is de restauratie van de topgevel en het torentje van de Kleine Kerk aan de Molenstraat in de binnenstad van Steenwijk te zien. Het huis achter de verkeersborden op de hoek van de Vrouwenstraat en de Scholestraat is van kapper de Jong, Hij verhuisde later naar de Oosterstraat in Steenwijk. Rechts op de hoek van de Molenstraat en de Scholestraat is de VIVO-kruidenierswinkel van de dames de Klerk te zien. Daar woonde ook Schurink, een wildhandelaar.

In de Molenstraat staat een automobiel van het merk Citroën, type Traction Avant. De eerste in serie geproduceerde automobiel met voorwielaandrijving ! Aan de voorbumper is nummerbord D-4746 vastgemaakt. De provinciale griffie in Assen verstrekte het kenteken D-4746 op 10 mei 1926 aan veehandelaar Willem Seinen van de Deeverbrogge.
Willem Seinen is geboren op 12 maart 1892 in Leggel. Hij is overleden op 21 juni 1969. Hij is een zoon van boer Pieter Seinen en Geertje van Essen. Hij trouwde op 22 september 1917 met Frederica Kiers.

Waar woonde Willem Seinen an de Deeverbrogge ?
Was Willem Seinen ook boer ?

Een kenteken werd destijds aan een persoon afgegeven en hoorde niet bij de auto. Als de bezitter van een kenteken een andere auto kocht, dan zette hij het nummerbord gewoon over op de andere auto. Dat zal ook hier het geval zijn geweest, want de automobiel die veekoopman Willem Seinen in 1926 had, die zal hij niet meer in 1948 hebben gehad. En tussen 1926 en 1948 zat de Tweede Wereldoorlog. De Duitse bezetter zal niet nagelaten hebben de automobiel van Willem Seinen te vorderen. Of heeft de automobiel van Willem Seinen de oorlog overleefd ? Bijvoorbeeld onder een berg hooi ?

Wellicht beschikken de nazaten van Willem Seinen, bijvoorbeeld zijn kleinzonen Willem en Harrie Seinen, over andere foto’s van de automobiel met kenteken D-4746, en kunnen ze het een en ander vertellen over de automobielen van hun grootvader ? Wie brengt de redactie in contact met deze nazaten ? De redactie wil bijzonder graag een goede scan van mogelijk andere foto’s in ut Deevers Archief opnemen.

Afbeelding 1

Afbeelding 2
De Molenstraat in Steenwijk

Posted in D-nummer, Olde auto | Leave a comment

Ansichtkoate van de camping an de Bosweg

Deze in november 1965 uitgegeven zwart-wit ansichtkaart, met daarop een afbeelding van de gemeentelijke camping an de Bosweg in Deever, was te koop bij lunchroom annex cafetaria Wanningen, Brink 2, Diever, telefoon 05219-1335.
Lubbert (Lub) Wanningen was in die jaren in de zomer ook de uitbater van een kiosk aan de Bosweg bij het zwembad Dieverzand.
Lubbert (Lub) Wanningen en zijn echtgenote zijn begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever.

Posted in Ansigtkoate, Bosweg, Gemeentelijke camping | Leave a comment

Coöperatieve Zuivelfabriek Ons Belang in Wapse

De coöperatieve landbouwvereniging voor boterbereiding en aanschaffing van veevoeder en kunstmeststoffen ‘Ons Belang’ in Wapse, gemiente Deever werd in 1897 opgericht. In november 1966 fuseerde de zuivelfabriek van Wapse met de zuivelfabriek van Deever. Op 1 mei 1970 werden beide fabrieken gesloten.
Deze ansichtkaart is in maart 1968 uitgegeven door een combinatie van twee wakkere neringdoenden in Wapse, te weten Zelfbediening Hennie Koning en Café Louwes.
In maart 1968 was de zuivelfabriek van Wapse nog in bedrijf, gelet op de melkbussen bij de fabriek.
Tussen het woonhuis aan de linkerkant en het fabrieksgebouw is nog net een stukje van de kaasmakerij te zien, waar in de laatste jaren -in elk geval in 1966- grote en zware Cheddar kazen werden gemaakt in de vorm van een cilinder met een diameter van ongeveer 30 cm en een hoogte van ongeveer 30 cm. De gerede kazen werden afgevoerd naar het kaaspakhuis van de N.C.Z. aachter ut spoor in Móppel.
Deze afbeelding van zuivelfabriek ‘Ons Belang’ komt ook voor op een zo genoemd vierluik met Wapser afbeeldingen.

Posted in Ansigtkoate, Süvelfubriek Wapse, Wapse | Leave a comment

Un skiere kleur’ntiekening van Willem van Spronsen

De redactie van ut Deevers Archief laat bijzonder graag getekende en geschilderde objecten uut de gemiente Deever aan de zeer gewaardeerde trouwe bezoeker van ut Deevers Archief zien. Hoe meer afbeeldingen van tekenin gen en schilderijen de redactie kan tonen, hoe liever het hem is.

Onlangs vond de redactie bij toeval het artikel Oud-raadslid laat mooiste plekjes Diever zien in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante, Meppeler Courant) van 8 september 2021. Zie afbeelding 3. In het artikel is aanwezig een afbeelding van een prachtige tekening van de zuid- en oostzijde van de gemeentelijke toren en het kerkgebouw an de brink van Deever. Zie afbeelding 1. De welbekende beeldend kunstenaar Willem van Spronsen heeft deze tekening in 2021 gemaakt. Hij is lid van de Gooise Kunstkring.
Willem van Spronsen heeft in het verleden in Deever gewoond en is daar nog voorzitter van de PvdA-fractie in de gemeenteraad van Deever geweest. Ook zijn kinderen zijn in Deever geboren. Hij komt nog regelmatig in Deever, omdat hij een atelier in de Sprakelingen heeft.
De redactie toont de hier afgebeelde tekening met toestemming van Willem van Spronsen. De redactie is hem daar bijzonder erkentelijk voor.
Daarbij stelde hij wel enige voorwaarden:
a) de afbeelding mag niet worden ingekort;
b) de afbeelding mag in de webstee ut Deevers Archief worden getoond, mits deze niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt.
c) alleen met schriftelijke toestemming van de maker mogen derden voor andere doelen van deze foto gebruik maken.
De redactie hoopt dat de kunstenaar Willem van Spronsen nog veel tekeningen en schilderijen (al dan niet in opdracht) van objecten in de gemiente Deever mag maken.
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto van de gemeentelijke toren en het gebouw van de Nederlands hervormde kerkgemeente an de brink van Deever gemaakt op vrijdag 19 november 2021.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3

Posted in Kaarke an de brink, Kuunst, Tiekening, Toor'n an de brink, Willem van Spronsen | Leave a comment

De brink van Deever in de snee

In het in 1999 verschenen fotoboekje ‘Diever, ie bint ’t wel …’ is als afbeelding 38 een zwart-wit ansichtkaart van de brink en de gemeentelijke toren en het kerkgebouw an de brink opgenomen. De zwart-wit foto voor deze ansichtkaart is in 1925 gemaakt door Willem Egbert Mulder. In de tekst bij de afgebeelde ansichtkaart is onder meer enige aandacht aan de gemeentelijke toren en het kerkgebouw an de brink. Een afbeelding van de betreffende bladzijde uit het fotoboekje ‘Diever, ie bint ’t wel …’ is in dit bericht opgenomen.

38 – Diever – Brink met Hervormde Kerk – 1920
Een onderhoudend reisverslag uit die tijd vermeldt het volgende:
Voor den zuidkant van de kerk is een pleintje met een brandput in het midden, waaraan pastorie en gemeentehuis en aan de andere zijde het vroegere schultehuis staan. De kerk is een imposant gebouw. Onder de schaduw der hooge boomen die het voormalige kerkhof omgeven, rijzen de grauwe, verweerde muren op. De zware toren is binnen de kerk opgetrokken, zoodat de westzijde een vlakken gevel vormt.
In tegenstelling met de meeste Drentsche kerken uit denzelfden tijd die meestal één schepping zijn, bestaat deze kerk uit een middenschip en twee zijbeuken. Acht zware vierkante zuilen droegen de gewelven, waarvan alleen nog maar die van de noorder zijbeuk over zijn. In het middenschip en de zuidelijke zijbeuk zijn zij verdwenen. In augustus 1759 werd de toren door de bliksem getroffen en het dak der kerk door brand vernield. Bij die gelegenheid zijn de gewelven ingestort of zoodanig beschadigd dat zij moesten worden afgebroken. In de plaats daarvan kwam een vlakke zoldering van ruwe balken en planken. Ook het kruisgewelf onder de toren is weggebroken.
Niettemin is het binnenaanzicht der kerk door zijn strenge lijnen en goede verhoudingen nog altijd indrukwekkend en zou het zeker de moeite loonen het gebouw in zijn ouden toestand te herstellen. Boven den ingang wordt van den herbouw in 1760 in rijmvorm gewag gemaakt.
De brink en de Nederlands Hervormde Kerk zijn vaak op de foto gezet, maar dit is tot nu toe de enige bekende prentbriefkaart van dit dorpsbeeld in een winterse omgeving. Mooi is in de sneeuw te zien hoe de wegen over de brink lopen. Binnen het omheinde gedeelte op de brink ligt de braandkoele. Het kleine gebouwtje links naast de kerk is het boarhusie. De openbare ruimte werd toen nog in het donker met petroleumlampen verlicht.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Willem Egbert Mulder heeft de foto van de olde brink in Deever in de winter is gemaakt. Willem Egbert Mulder is geboren in Deever op 30 maart 1904 in de boerderij an de Heufdstroate, tegenover bejaardencentrum de Weier, waar eerder ‘de Koetsenman’ woonde, waar daarvoor de familie Roelof Fransen woonde, waar daarvoor de familie Jan Mulder woonde. Willem Egbert Mulder is boer geworden in Geetern en is daar overleden op 30 december 1965.
De zwart-wit ansichtkaart is in juli 1925 uitgegeven. De redactie weet helaas nog niet welke neringdoende in Deever deze ansichtkaart heeft verkocht. Het bij de redactie bekende oudste verzonden en gestempelde exemplaar van deze ansichtkaart dateert uit 1926.
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto van de brink in de sneeuw gemaakt op 16 januari 2021.



Posted in Brink, Diever, ie bint 't wel ..., Kaarke an de brink, Toor'n an de brink, Winter | Leave a comment

Roef Smit skref over ut N.A.D.-kamp an de Gowe

De redactie van ut Deevers Archief bezocht in het voorjaar van 2019, alweer een paar jaren geleden, Roelof Jannes Smit in zijn aanleunwoning van het bejaardenhuis in De Weier an de Heufdstroate in Deever. Heel veel Deeverse en Deeverbrogse onderwerpen waren al aan de orde geweest, totdat op een gegeven moment Roelof Smit vroeg: ‘Mor wat kooi’j hier doon ?’
De redactie vertelde hem dat hij was gekomen om onder meer zijn toestemming te vragen het artikel ‘Roelof Smit over het N.A.D.-kamp aan de Geeuwenbrug’, dat hij in 2002, toen hij nog in Nieuwe Pekela woonde, over het N.A.D.-kamp an de Gowe schreef, en dat in maart 2003 is gepubliceerd in het papieren blad Opraekelen (nummer 03/1) van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever
, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever, in ut Deevers Archief op te nemen. Dat mocht, die toestemming gaf hij. De redactie is Roelof Jannes Smit bijzonder erkentelijk voor deze toestemming.
Roelof Jannes Smit heeft in het artikel ‘Roelof Smit over het N.A.D.-kamp aan de Geeuwenbrug’ wat herinneringen aan dit N.A.D.-kamp op papier gezet in de hoop zo een steentje bij te dragen aan het vastleggen van de geschiedenis van dit kamp. Dat is hem zeker gelukt. De redactie is hem daar postuum veel dank voor verschuldigd.

De jongens die in de Tweede Wereldoorlog in het N.A.D.-kamp aan de Geeuwenbrug zaten, hadden zo nu en dan enige vrijheid van beweging. Ze mochten bijvoorbeeld op zondag ter kerke gaan. Sommigen kregen wel contact met mensen uit de omgeving, zo ook met ons gezin aan de Dieverbrug. Na de dienst in de Nederlands Hervormde Kerk in Diever kwamen Arie Kos uit Huizen, Jan Koelewijn uit Spakenburg en Toon Compier uit Amsterdam wel eens bij ons thuis koffie drinken. Met name met Arie Kos hebben wij later nog lang contact gehad.
Arie Kos had een broer Jan, die was ondergedoken in Diever, voor zover ik weet op ’t Kasteel. Zijn schuilplaats wisselde volgens mij nog wel eens. Zeker weet ik dat Jan Klok, Willem Fledderus en Klaas Fledderus op ’t Kasteel en Jan Fledderus aan de Rijksweg bij de kalkovens er mee te maken hadden, maar ook Albert Fledderus, de kruidenier aan de Kruisstraat in Diever en Steven Dolsma op Kalteren.
Jan Kos kreeg na enige tijd vreselijke heimwee naar zijn ouders en familie in Huizen. De mensen bij wie hij was ondergedoken, besloten toen om deze jongeman in een uniform van de Nederlandse Arbeidsdienst toch een keertje naar huis te laten gaan. Zijn broer Arie kon zo’n uniform in het kamp bemachtigen. Met hem werd afgesproken dat hij dit uniform buiten het kamp zou verstoppen onder een hoop bladeren. Ik kreeg de opdracht om dit pakket na het vallen van de avond daar weg te halen en naar ons huis te brengen. Na enig zoekwerk in de omgeving van het kamp vond ik het pakket. Op zaterdagmiddag vond de verkleedpartij bij ons boven op de slaapkamer plaats. Daarna werd eerst wat met hem geoefend in het groeten, want de jongens uit het N.A.D.-kamp moesten hun meerderen ook buiten het kamp groeten. Dit was voor Jan natuurlijk onbekend. De gebroeders zijn toen samen een weekeinde op verlof gegaan. Na soms wel wat angstige ogenblikken kwamen ze veilig in Huizen aan. Arie en Jan keerden zonder problemen terug naar respectievelijk het kamp en het onderduikadres. Ik weet niet wat er daarna met het uniform is gebeurd. Ik heb het in elk geval niet teruggebracht.
Arie is later ook ondergedoken in de omgeving van Diever. Het is zelfs in een onderduikershol door dokter Sebastiaan van Nooten geopereerd aan een oor. Ik meen dat het onderduikershol zich bevond in de Oosterse Kampen achter de kalkovens aan de weg naar de Oude Groningerweg. We zijn aan het eind van de tachtiger jaren nog een keer naar Bussum geweest, waar Arie toen als gepensioneerd politieman woonde, daarna zijn we het contact met hem verloren.
Niet zo lang geleden waren mijn vrouw en ik in Eindhoven op bezoek bij een kennis die ook in het N.A.D.-kamp aan de Geeuwenbrug heeft gezeten. Deze nu 82-jarige man heb ik gevraagd of hij iets wou schrijven over die periode. Hij wilde dat niet. Hij zei: “Ik vond het een beroerde tijd en een verloren tijd. Ik heb het verdrongen.”
Deze man kwam in de tijd dat hij zijn ‘arbeidsdienstplicht’ in het kamp vervulde, nogal eens bij mijn schoonouders, de familie Kloezen, aan de Geeuwenbrug, dus vlak bij het N.A.D.-kamp. Mijn schoonvader Dinand Kloezen was daar bakker. Hij bakte toen voor veel N.A.D.’ers met stroop gevulde roggepunten. Die deden dienst als extra voeding, want deze toch jonge mensen, die veel voeding nodig hadden, kregen in het kamp niet altijd genoeg te eten.
De voerman van het N.A.D.-kamp heette Huub Scholten. Hij had een wagen en twee paarden en zorgde voor het vervoer van onder meer eten en kleding. Wij mochten wel eens mee op de bok.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Roelof Jannes Smit is geboren op 8 april 1931 an de Deeverbrogge. Hij op overleden op 17 mei 2021 in Deever. Zie het overlijdensbericht elders in ut Deevers Archief. Hij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever.
Arie Kos is geboren op 1 december 1924 en hij is overleden op 27 februari 2001. Hij is begraven op de Algemene Begraafplaats in Bussum.
De redactie verwijst voor de ligging van het N.A.D.-kamp an de Gowe naar een afbeelding in ut Deevers Archief.

Posted in de Gowe, N.A.D.-kamp | Leave a comment

De Grönnegerweg was tot an de Gowe un saandweg

De Hamburgse zakenman Joseph Peter Welker was naamgever en eigenaar van één van de grootste drukkerijen en uitgeverijen van ansichtkaarten in Nederland, te weten JosPé uit Arnhem. Tussen 1925 en 1989 maakte het bedrijf duizenden ansichtkaarten van plaatsen in heel Nederland, veelal van straatgezichten en gebouwen.

JosPé heeft ook vele tientallen, wellicht honderden ansichtkaarten van dorpsgezichten in de gemiente Deever uitgegeven.
Zo ook de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart, die in 1951 is uitgegeven, waarop aan de linkerkant het begin van de Grönnegerweg bee de Kruusstroate in Deever is te zien. De Grönnegerweg was toen gelukkig nog van Deever tot an de Gowe  un saandweg. Naast de saandweg lag het fietspad, dat was verhard met schelpen uit de Waddenzee.
Links naast het fietspad zijn betonnen palen en buizen te zien. Dat zijn resten van het vroegere paardemarktterrein. Naar de Deeverse maarkt aangevoerde paarden konden aan die buizen worden vastgebonden. Bestond de Deeverse veemaarkt nog in 1951 ?
Aan de rechterkant is de straatweg over ut Kastiel te zien, die toen nog abusievelijk de naam Burgemeester van Oslaan had.
In de boerderij achter de eikebomen, toen met adres Burgemeester van Oslaan 1, nu Kasteel 1, woonden het echtpaar Harm Moes Dzn, en Janna Eggink en hun kinderen.

De hier afgebeelde ansichtkaart was te koop bij kantoorboekhandel Roelof (Roef) van Goor in de Kruusstroate in Deever. Bedaankt Roef, disse ansichtkoate is een topstuk; un echt Deevers fotografies aarfstuk !
Dit topstuk zou mooi als voorbeeld kunnen dienen voor het jaarlijkse schilderskampioenschap van de vijftig leden van Schilderkring Diever.

In het papieren blad Opraekelen 03/2, jaargang 10, juni 2003 van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever verscheen in de Nieuwsbrief het volgende korte bericht.

Herkenning veemarkt in Diever komt terug
Het bestuur van de Historische Vereniging Gemeente Diever heeft afgelopen jaar de gemeente Westerveld schriftelijk benaderd over het opknappen van het terrein nabij het kerkhof. Er worden door de gemeente bij het V.V.V.-kantoor vele paaltjes geplaatst. Deze paaltjes zijn er ook weer heel gemakkelijk uit te halen.
Het bestuur zou graag het hek langs het fietspad en langs een gedeelte van de Groningerweg willen plaatsen, zoals dat op oude foto’s is te zien. Van 1870 tot 1940 was het ‘marktterrein’ de plaats van de Deeverse veemarkt. Het vee werd vastgemaakt aan hekken. Die wil het bestuur graag voor een deel in ere herstellen.
De gemeente heeft ingestemd met het verzoek. De gemeente heeft de materialen inmiddels besteld. Voor het plaatsen van het hekwerk moet een beroep gedaan worden op vrijwilligers. Wie meldt zich aan ?

Echter het door vrijwilligers met veel toewijding geplaatste gemeentelijke hekwerk – de redactie beschikt helaas nog niet over een foto van dit hekwerk- naar het voorbeeld van het hekwerk op afbeelding 1, sneuvelde in de periode 2019-2021 genadeloos en rücksichtlos bij de uitvoering van het overdadig en onverantwoord veel belastinggeld gekost hebbende overbodige herbestratingsproject met de naam Diever Op Dreef van de gemeente Westenveld. Een bewijs temeer dat de Hoge Dametjes en Heertjes Van De Voorkant Van Het Onaanvechtbare Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever totaal geen historisch besef hebben en totaal geen respect hebben voor gemaakte afspraken en dorpsinitiatieven. De zijkant van wat nog over is van dit deel van de Grönnegerweg is nu afgezet met uiterst saaie betuttelpaaltjes van geperst plastic. Hoe respectloos wil je het hebben ?

De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op 19 april 2024.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Posted in Ansigtkoate, Grönnegerweg, Topstuk, ut Kastiel | Leave a comment

Ut café mit de concetsèèle van Klaas Marcus Balsma

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 27 januari 1927 het volgende bericht over de uitslag van de publieke aanbesteding van de bouw van een café met concertzaal voor rekening van Klaas Marcus Balsma. 

Diever, 26 januari.
Voor rekening van den heer K.M. Balsma te Jubbega had heden alhier de publieke aanbesteding plaats van een café met concertzaal enzovoort aan de Brink te Diever.
I. Timmerwerk, enzovoort, hoogste inschrijver J. Coenraads te Noordwolde, f. 12479, laagste Mos en Zoer te Dwingelo, f. 11475.
II. Schilderwerk. Hoogste inschrijver G. Koster, alhier, f. 1290,-, laagste B. ter Wal, alhier, f. 1175.
III. Betonwerken. Hoogste inschrijver G.F. Bijl, Meppel, f. 879.30, laagste D. Faber te Assen, f. 348.
IV. Grondwerk. Hoogste inschrijver M. Punt, alhier f. 400, laagste L. Klok te Dieverbrug, f. 335.

Posted in Brink, Café Balsma, Deever, Klaas Marcus Balsma | Leave a comment

Ut olde plèèsnèèmbröt Wapse – Gemiente Deever

De redactie van ut Deevers Archief toont bijgaande foto van het fraaie plaatsnaambord ‘Wapse – Gemeente Diever’ graag aan de trouwe bezoekers van ut Deevers Archief.
Het plaatsnaambord stond langs de Ten Darperweg tussen Kalteren en Wapse, toen de gemiente Deever gelukkig nog een zelfstandige gemeente was. Op 1 januari 1998 werden de zelfstandige gemient’n Oavelte, Vledder, Dwingel en Deever gedwongen te fuseren. De afgebeelde foto moet een aantal jaren vóór die fusie zijn genomen.
De nijvere werkertjes voor de Voorkant Van Het Grote Plaatsnaamborden Gelijk In De Gemiente Deever hebben ongetwijfeld de opdracht van de Hoge Heren Van De Voorkant Van Het Grote Plaatsnaamboden Gelijk In De Gemeente Westenveld gekregen op 1 januari 1998 om 0.00 uur alle oude plaatsnaamborden in de fusiegemeente uit de grond te rukken en met gezwinde spoed naar de schroothoop te brengen.
De redactie vraagt zich af of her en der soms door een echte Deeverse een plaatsnaambord met de naam van één van de plaatsen in de gemiente Deever van de schroothoop is gered en voor het nageslacht is bewaard ?
De redactie wil graag weten waar het hier afgebeelde plaatsnaambord stond ?
Wie van de oplettende bezoekers zou willen reageren ?
De redactie meent vanwege het bericht Wapse hef sien olde naèmbröt terogge dat de foto van het plaatsnaambord Wapse in januari 1995 is gemaakt.

De redactie van ut Deevers Archief ontving op 21 juni 2016 de volgende reactie van mevrouw Carla:
Het plaatsnaambord ‘Wapse – Gemeente Diever’ stond tussen de woningen met huisnummer 12 en huisnummer 14 aan de Ten Darperweg, de weg van Diever naar Wapse, ter hoogte van het hectometerpaaltje 14.6. Nu staat op dezelfde plek het plaatsnaambord met de tekst ‘Wapse – Gemeente Westerveld’. Zie de volgende afbeelding. Die weg kan ik nog steeds dromen, dat mag met deze reactie blijken.

Abracadabra-1269

Posted in Gemiente Deever, Ten Darperweg, Wapse | Leave a comment

De Heufdstroate in de richting van Kalter’n

Drukkerij en Boekhandel Roelof (Roef) van Goor an de Kruusstroate in Deever heeft het boek De historie en pre-historie van Diever in woord en beeld in januari 1975 uitgegeven. De Deeverse boerenzoon Arend Mulder is de schrjjver/samensteller van dit boek. In het boek is op bladzijde 117 is een afbeelding van een ansichtkaart uit 1920 te zien. Onder de afgebeelde ansichtkaart staat de volgende tekst.

Hoofdstraat (richting Kalteren)
Ook hier is in de loop der jaren al veel veranderd
Het eerste huis werd destijds bewoond door Hendrik Hessels en later de weduwe van de Beij.
Het tweede huis werd bewoond door Gez. Kuiper (gebouwd op de brandkuil).
Het derde huis door Jacob Krol met Aaltje Odie (mussenstijfster).
Het vierde huis door Luute Brommer (later H. Smit).
Als sluitstuk is nog te zien de nieuw gebouwde gemeente-woning voor dokter A.L. van Eldik.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In dit deel van de Heufdstroate in Deever is inderdaad veel veranderd. Dit is te zien op een foto van de huidige situatie ter plekke van het oude dorpsbeeld.

Op de hier afgebeelde ansichtkaart is de Griffemeerde Skoele (Ofescheid’n Skoele) tussen het tweede en het derde huis niet te zien. Ook is de woning van de hoofdmeester van de Griffemeerde Skoele (Ofescheid’n Skoele) niet te zien. Deze woning was wellicht in het jaar van uitgave van de zwart-wit versie van deze ansichtkaart nog niet gebouwd ? De redactie zal dit uitzoeken.
De redactie moet nog uitzoeken wie Hendrik Hessels, weduwe van de Beij en Gez. Kuiper waren.
Jacob (Joapie) Krol is geboren op 1 augustus 1889 in Deever en is overleden op 4 november 1948 in Deever. Aaltje (Oaltie) Odie is geboren op 28 maart 1891 en is overleden op 24 december 1959 in Deever.
Luite (Lute) Brommer is geboren in Vledder op 10 december 1859 als zoon van Anne Brommer en Albertien Scheper. Hij trouwde op 28 april 1898 met Aaltje Trompetter. Hij is overleden in Deever op 27 maart 1906. Hij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee’j Deever. Het is merkwaardig dat de in 1906 geboren Arend Mulder bij het in 1975 kijken naar een ansichtkaart uit 1920 zich eerst de in 1906 overleden Luite (Lute) Brommer herinnerd, terwijl omstreeks 1925 de bewoners waarschijnlijk Harm Smit en Janna Seinen waren.
Dokter Alexander Leonardus van Eldik is in 1868 geboren in Utrecht. Hij was van 1898 tot in 1918 geneesheer in Sint Philipsland. Hij werd daar op 13 oktober 1898 benoemd op een jaarwedde van fl. 350,- en voor de doodsschouw fl. 50,-. Hij was daarvoor arts te Hekelingen. Hij werd in 1901 ontslagen als gemeentegeneesheer wegens zijn benoeming als raadslid. In 1918 is hij vertrokken naar Deever.

Posted in Heufdstroate, Publicatie | Leave a comment

Ur wöd laand mit un veldnèème vukogt

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 11 januari 1935 het navolgende bericht over de verkoop van onroerend goed in de gemeente Diever.

Diever, 10 januari.
Ten overstaan van den heer notaris Heering te Dwingelo vond alhier heden de publieke verkoop plaats van de volgende onroerende goederen ten verzoeke van de weduwe en erven F. Westerhof te Diever:
1. Huis en erf, koopster, weduwe F. Westerhof, Diever, f. 820;
2. en 3. Groenland =, wal en boschgrond ‘de Iemenkanp’, Js. Smit, Diever, f. 1150;
4. Bouwland ‘Schoolakker’, Vereeniging School met den Bijbel, Diever, f. 290;
5. Bouwland ‘Trienenkamp’, R. Oost, Diever, f. 60;
6. Bouwland en heide ‘Kalterscheveld’, weduwe N. Houwer, Kalteren, f. 13.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Kleermaker Fredrik Westerhof is geboren op 23 september 1866 in Deever. Hij is overleden op 28 november 1934 in Deever. Hij was een zoon van Jan Westerhof en Geeske de Boer. Hij is gehuwd geweest met Margje Houwer. Zij is geboren op 24 februari 1866 in Deever. Zij is overleden op 27 november 1900 in Deever. Zij was een dochter van Hendrik Houwer en Roelofje van der Veen). Frederik Westerhof hertrouwde op 30 april 1910 in Diever met Christina Houwer. Zij is geboren in Appelscha. Zij is overleden op 22 november 1949 in Deever. Met de weduwe F. Westerhof wordt Christina Houwer bedoeld.
De Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever, presenteerde op zaterdag 18 februari 2013 de publicatie ‘Veldnamen van de gemeente Diever omstreeks 1832’. Het is een enige uitgave, waaraan de zogenaamde werkgroep ‘Veldnamen’ ruim vijf jaar heeft gewerkt. Van de publicatie is helaas maar een beperkt aantal exemplaren gedrukt en verkocht. Veel bezoekers van ut Deevers Archief zullen niet beseffen wat de cultuurhistorische waarde van de veldnaam is.
In 1811 werd in Nederland het kadaster op Franse wijze in gebruik genomen. Het proces van kadastrering werd in 1832 voltooid. In het kadaster werd h
et eigendom van grond op systematische wijze vastgelegd. Dat was in de gemiente Deever niet zo moeilijk, want iedereen in de omgeving wist welk stuk grond bijvoorbeeld de veldnaam ‘de Iemenkamp’, ‘de Stienakkers’, ‘Scholtens bultie’, ‘de Kwabbik’ of ‘de Buunst’  had en wie de eigenaar daarvan was. Tot in de zestiger jaren van de vorige eeuw werden deze veldnamen gelukkig nog in de volksmond gebruikt.
In de genoemde publicatie zijn de veldnamen uit 1832 vastgelegd, welke nieuwe namen na deze periode zijn ontstaan, als gevolg van opdeling of samenvoeging, is niet terug te vinden in deze publicatie. Het kan best zo zijn dat de veldnaam ‘Trienenkamp’ nog niet bestond in 1832.

Posted in Cultuurhistorie, Landbouw, Veldnème | Leave a comment

Feest op ut plein veur de skoele an de Heufdstroate

De op 31 augustus 1880 geboren Wilhelmina, prinses van Oranje-Nassau, werd op 6 september 1898 in Amsterdam ingehuldigd als koningin der Nederlanden. Ze was al op haar tiende verjaardag de ongekroonde koningin van Nederland (ze volgde toen haar vader Willem III op), maar tot haar achttiende was koningin-moeder Emma haar regentes.
De hier afgebeelde foto (afbeelding 1) is gemaakt op donderdag 6 september 1928 op het plein veur de legere skoele an de Heufdstroate in Deever. De redactie van ut Deevers Archief zou van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief wel graag willen weten wie de maker van de hier afgebeelde foto is.
Bij de in 1907 gebouwde gemeentelijke woning van de gemeentelijke veldwachter hangt de Nederlandse vlag -weliswaar zonder oranjewimpel- uit, maar koningin Wilhelmina was op 6 september 1928 toch echt wel dertig jaar koningin.
Veur de legere skoele an de Heufdstroate in Deever is het een drukte van belang. Het halve dorp lijkt uitgelopen te zijn. Links op de voorgrond staan twee (oudere) vrouwen met een wit wangmussie, ut was nog veul te vrog veur ut oorieser.
Op het plein staan leden van een muziekvereniging te spelen. Zouden het leden van muziekvereniging Excelsior kunnen zijn ? Brengen de muzikanten een aubade, een vroege muzikale ochtendhulde, aan de jubilerende koningin ? Dat zou best kunnen, want uit de lange schaduw van een paar kinderen, en de richting van de schaduw, is te concluderen, dat de zon nog laag in het oosten stond en dat het dus vroeg was.
Rechts op de voorgrond staan kinderen met thuisgemaakte draagbare oranjebogen. Die staan klaar voor een feestelijke optocht door het dorp.
De redactie van ut Deevers Archief heeft op een hier afgebeelde uitsnede van een in 2023 gemaakte satelietfoto (afbeelding 2) de plaats van het schoolplein vóór de openbare lagere school aangegeven.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Posted in Legere skoele in Deever | Leave a comment

Eise Winters deud ut onderhold an de sneeploog

In de Friese Koerier (onafhankelijk dagblad voor Friesland en aangrenzende gebieden) verscheen op 26 januari 1968 het bijgaande bericht over de sneeuwploeg van de gemiente Deever.

Sneeuwploeg ruimt taart
Dat de sneeuwploeg van de gemeente Diever behalve goed sneeuwruimen ook goed taart kan ruimen bleek woensdagmiddag tijdens een bijeenkomst op de cultuurzolder van het gemeentehuis. De sneeuwploeg werd gehuldigd, omdat zij de wegen in Diever zo fraai schoon had weten te houden. Uit een enquête in Drente is gebleken dat Diever op een na de schoonste straten had tijdens de sneeuwperiode. Alleen Beilen was nog schoner.
Een onbekende, die hierover kennelijk erg voldaan was, had een taart gestuurd, die woensdagmiddag in het bijzijn van onder andere burgemeester J.C. Meiboom werd verorberd. De taart werd officieel aangesneden door de heer Jans Jansen, de man die het grootste gezin heeft van de sneeuwploeg.
Gemeente-architect G. Keulen vertelde dat sinds 19 december 1967 maar liefst 200.000 kilogram zout op de wegen in de gemeente is gegooid. In totaal waren zo’n 200 overuren gemaakt.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie meent slechts twee mannen op de foto in het bericht in de Friese Koerier te herkennen. Zie afbeelding 1. De man aan de linkerkant van de foto zal Jans Jansen zijn. Woonde het grote gezin Jans Jansen in 1968 al in de Kloosterstroate in Deever ? De man daarnaast is zeer zeker Jan Jurjen de Boer. Dat kan niet missen. Die woonde in 1968 op het adres Kloosterstroate 8 in Deever. Samen met zijn vrouw Griet Sinnema. De redactie heeft de andere twee mannen niet herkend. Wellicht weet een zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief wel met zekerheid de naam van (één van) de vier mannen.  De redactie verneemt het bijzonder graag. De redactie heeft het vermoeden dat dorpsfiguur, dorpsfotograaf en boer Harm (Haarm) Hessels de maker is van de foto in het bericht in de Friese Koerier. De redactie zou bijzonder graag een scherpe scan van deze foto willen opnemen in ut Deevers Archief.
Het zo fraai sneeuwvrij weten te houden van de straten in de gemiente Deever kon de gemeentelijk sneeuwploeg onnatuurlijk bereiken door het strooien van wel erg veel zout en dank zij het gebruik van de gemeentelijke sneeuwploeg vóór een gemeentelijke vrachtwagen, die vast en zeker werd bestuurd door gemeente-chauffeur Jan Brugging of gemeente-chauffeur Hendrik Wiltinge.
Op afbeelding 2 is te zien dat gemeente-timmerman Eise Winters in de gemeente-werkplaats achter het nieuwe gemeentehuis an de brink van Deever bezig is met het onderhoud aan de gemeentelijke sneeuwploeg. De redactie zou wel bijzonder graag willen weten in welk jaar (1968 ?) de hier afgebeelde kleurenfoto is gemaakt.
In 1968 vér voordat de grote neoliberale privatiserings- en uitbestedingsstorm door de gemiente Deever raasde, werden alle gemeentelijke taken nog door gemeentelijke ambtenaren gedaan.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Posted in Alle Deeversen, Gemiente Deever, Winter | Leave a comment

Deeverse oorlogsgrafstien’n stoat bijna in Duutslaand

In het ontzagwekkende Museum Collectie Brands – ga vooral daar eens kijken- in Nieuw-Dordrecht, in het zuidoosten van Drenthe, op nog geen vijf kilometer van de Duutse greinse, zijn de grafsteen van het oorlogsgraf van vader Nicolaas Houwer en de grafsteen van het oorlogsgraf van zoon Klaas Houwer gelukkig wel bewaard gebleven. Zie de twee bijgevoegde kleurenfoto’s.
De twee grafstenen, die èch wè tot ut Deeverse aarfgood beheurt, ook al staan ze in Nieuw-Dordrecht, zijn bewaard gebleven dank zij de onstuitbare verzamelwoede van topverzamelaar Jan Brands. Hij verzamelde weliswaar voorwerpen, maar het ging hem daarbij vooral om het verhaal bij de voorwerpen. Bij deze twee Deeverse oorlogsgrafstenen is wis en zeker een verhaal te vertellen. Zie onder meer de berichten Frits Habener is de moordenaar van 10 april 1945 en Plotseling en wreed stond de dood voor de broers.
Deze twee kleurenfoto’s zijn op 5 februari 2019 gemaakt door Henk Meijer, fotograaf van het Museum Collectie Brands. De redactie van ut Deevers Archief is hem bijzonder erkentelijk voor zijn moeite deze foto’s te willen maken en voor zijn toestemming deze foto’s in ut Deevers Archief te mogen tonen.
De twee oorlogsgrafstenen stonden op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever bij de graven van de andere oorlogsslachtoffers,  maar zijn bij of na de overdracht van de grafrechten van de familie van beide mannen aan de Oorlogsgravenstichting op 1 januari 1964 (en niet op 13 april 1965, twintig jaar na de begrafenis van beide mannen ?) zeer erg helaas door die stichting vervangen door die kille, steriele en anoniemachtige standaardgrafsteen van die stichting.
De Hoge Heren Van De Voorkant Van Het Gelijk In Ut Gemientehuus Van De Gemiente Deever, onder aanvoering van burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de Deevese volksmond altijd ome Kees werd genoemd) hebben in 1964 blijkbaar geen enkele moeite gedaan deze oorlogsgrafstenen voor de gemiente Deever te behouden.
De grote vraag is natuurlijk hoe kwam de niet te stoppen superverzamelaar Jan Brands achter het feit dat de Oorlogsgravenstichting op 1 januari 1964 of daarna de twee voor haar overbodig geworden Deeverse oorlogsgrafstenen kwijt moest ?
De medewerkers van Museum Collectie Brands hebben wel moeite gedaan de letters, cijfers en tekens op de oorlogsgrafstenen die meer dan zestig jaren in weer en wind hebben gestaan, weer goed leesbaar te maken. Daarvoor driewerf hulde: hulde, hulde, hulde. Daarvoor dank aan de conservator mevrouw Hilde van den Berg.
Nu kunnen we lezen dat op de oorlogsgrafsteen van vader Nicolaas Houwer staat:
Onschuldig werd hij uit het leven weggerukt door de wreede vijand 2 dagen voor de bevrijding.
Nu kunnen we lezen dat op de oorlogsgrafsteen van zoon Koop Houwer staat:
Zijn jong leven eindigde 2 dagen voor de bevrijding door vijands wreede moordenaars hand.
De redactie verwijst voor de volledigheid naar de met dit bericht verband houdende berichten Het oorloggraf van Nicolaas en Klaas Houwer en Nicolaas en Klaas Houwer zijn niet geruimd.

Bij de navolgende afbeelding van een zwart-wit ansichtkaart uit 1965 is het volgende te berichten.
In de Tweede Wereldoorlog woonden in dit huis aan het begin van de Bosweg (nu Bosweg 4) in Deever het echtpaar Nicolaas Houwer en Willempje Been en hun kinderen Koop, Albert, Margje en Christina (Stina). Ze hadden wat land op de Noordesch waarop een en ander werd verbouwd en ze hielden een paar varkens. Nicolaas Houwer werkte bij de Concordia an de Deeverbrogge.
Op 10 april 1945 waren Willempje Houwer-Been, Margje Houwer en Christina (Stina) Houwer getuige van wat op die dag op en om het marktterrein gebeurde. Op de afbeelding is het huis te zien, nadat Gerard Krol dit huis had laten ombouwen tot pension.

Posted in Aarfgood, Alle Deeversen, Ansigtkoate, Kaarkhof an de Grönnegerweg, Oorlogsgraf, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

Disse stee wödde agin neet ut Bultie enuumt

In de collectie topografische foto’s van het Drents Archief in Assen is bijgaand afgebeelde bijna sepia-kleurige foto (zie afbeelding 1) aanwezig. Deze foto heeft als registratienummer D3202503. Bij deze foto staat de tekst: “Gezicht op Diever vanaf het Bultje. Op de achtergrond de Nederlands hervormde Sint-Pancratiuskerk.” Maar hoe is het toch mogelijk dat een gebouw van de hervormde kerkgemeente van Deever/Dwingel an de brink van Deever een rooms-katholieke naam heeft ? 

De redactie van ut Deevers Archief is in het bezit van een exemplaar van het onvolprezen fotoboekje Voormalige Gemeente Diever in oude ansichtkaarten. Dit boekje is met geschwinde spoed en in gestrekte draf samengesteld door de heren amateurhistorielogen Bart Buiter, wijlen Jans Tabak, wijlen Jan Blaauw en Henk Daleman van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge verening uut Deever. Het boekje is in september 2007 uitgegeven door de toen nog bestaande Golff Supermarkt op de hook van de Heufdstroate en de Tusschendarp in Deever.

Het viel de redactie bij het bladeren in het onvolprezen fotoboekje op dat in de teksten onder de zestig afbeeldingen nogal wat onvolkomenheden vóórkomen. Dat had voorkómen kunnen worden als de heren amateurhistorielogen wat zorgvuldiger de teksten hadden samengesteld. En het was ook wel zo netjes geweest als de heren samenstellers van het hiervoor genoemde boekje bij de afbeelding op bladzijde 30 de bron hadden vermeld.

De redactie kwam na enig koekeloeren naar de afgebeelde foto op bladzijde 30 (zie afbeelding 3) van het hiervoor genoemde onvolprezen fotoboekje tot de conclusie dat vanwege het zicht op de gemeentelijk toren en het kerkgebouw bij het niet-origineel-saksische brinkje in Deever in elk geval de tekst onder de afbeelding op bladzijde 30 niet klopt. Die is bijna  klakkeloos overgenomen van de tekst die bij afbeelding D3202503 (zie afbeelding 1) in het Drents Archief is vermeld.

De redactie schat vanwege de oriëntatie van het kerkgebouw en de gemeentelijke toren in dat de maker van deze foto zeker niet op ut Bultie stond. Een horizontale translatie van afbeelding 1 levert afbeelding 2 op. En afbeelding 2 levert een voor de redactie van ut Deevers Archief volstrekt niet bestaand Deevers dorpsbeeld op. Dus de redactie denkt dat de onbekende fotograaf bij benadering op een weiland of een akker achter de huizen aan de Hoofdstraat stond, waarbij aan de rechterkant de boerderij van Cornelis Seinen en aan de linkerkant de boerderij mit de koe boo’m de deure is te zien. Stond de fotograaf op de Paalakkers of de Iekakkers of de Sepiepenkaampe ?

De redactie verneemt graag van de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief op welke plek de hier afgebeelde foto daadwerkelijk is gemaakt. De redactie zou ook graag willen weten in welk jaar de hier afgebeelde foto is gemaakt. In elk geval vóór de grote restauratie van het kerkgebouw en de gemeentelijke toren in de vijftiger jaren van de vorige eeuw, want aan de westkant van de gemeentelijke toren is geen wijzerplaat van het torenuurwerk te zien.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van afbeeldingen van oude foto’s op papier is, kan de hier afgebeelde foto (afbeelding 1) dus slechts ten dele, want zwaar bijgesneden, ten zeerste bewonderen op bladzijde 30 van het in 2007 uitgegeven onvolprezen papieren boekwerkje Voormalige Gemeente Diever in oude ansichtkaarten. Maar ja, dan moet je wel in het bezit zijn van dat papieren boekwerkje of dat papieren boekwerkje bij iemand kunnen bekijken.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3

Posted in Dorpsgesigte | Leave a comment

Ut is drok bee de löswal an de Deeverse brogge 

De Dwingeler bovenmeester Engelke Jan Boneschanscher is de maker van de hier afgebeelde sepiakleurige foto. Deze foto is aanwezig in de collectie Engelke Jan Boneschanscher van het Drents Archief. De foto heeft registratienummer DA99301123. De foto is niet auteursrechtelijk beschermd. De redactie weet niet of de originele glasplaat van deze foto ook aanwezig is in de hiervoor genoemde collectie. Engelke Jan Boneschanscher heeft de foto ná 1903, maar vóór 1905 gemaakt. De redactie beschouwt deze foto als een fotografisch topstuk uut de gemiente Deever. Ech wè !

Fotograaf Engelke Jan Boneschanscher stond voor het maken van deze foto bij de Deeverse brogge
De fraaie horizontaal draaibare Deeverse brogge is op bijgaande afbeelding op de voorgrond te zien.
Aan de rechterkant is achter de leilinden het witte café-logement van Sjoert Benthem te zien.
Links daarvan is de opslagloods van Sjoert Benthem te zien.
Links naast de loods is achter de leilinden het huis van de brugwachter te zien.
Ut is drok bee de löswal an de Deeverse brogge  Voor het café-logement ligt de snikke van Sjoert Benthem afgemeerd. Voor de löswal liggen twee vrachtschepen. Op de löswal staat een grote wagen bij een vrachtschip, waar mannen bezig zijn met het laden of het lossen van het schip. Zijn ze bezig met het lossen van törf  ? Links naast de masten van de schepen is het in 1903 gebouwde huis van den opzichter van den Waterstaat te zien. Dit pand bee de Deeverse sluus bestaat nog steeds.
De hier afgebeelde foto van Engelke Jan Boneschanscher is ook te zien op een in 1905 uitgegeven ansichtkaart. Deze ansichtkaart was te koop in het café-logement van Sjoert Benthem.
De redactie van ut Deevers Archief verwijst de zeer geachte bezoeker van ut Deevers Archief voor veel meer informatie graag naar het bericht Veul heil en seeg’n in 1906.
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op 18 november 2022.

De redactie van ut Deevers Archief weet niet of de hier afgebeelde sepiakleurige foto is opgenomen in het in 2006 uitgegeven boek “Uit het album van meester Boneschanscher. Dwingeloo en omgeving in foto’s, circa 1895 – 1930” van Mark Goslinga en Erwin de Leeuw.

In het onvolprezen populair-niet-wetenschappelijke bladerboek An de Brogge. Geschiedenis van Dieverbrug in woord en beeld (het boek is merkwaardig genoeg niet voorzien van een ISBN-nummer), dat de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever, in 2015 heeft uitgegeven ter gelegenheid van haar 20-jarige bestaan, is enige aandacht besteed aan het huis van den opzichter van den Waterstaat bee de Deeverse sluus an de Deeverse brogge.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Posted in An de Deeverbrogge, Snikke, Topstuk | Leave a comment

De Nederlaanse Volksdeenst en de Winterdeenst

In het Drentsch dagblad, het officiële door de Duitse bezetter gecontroleerde orgaan voor de provincie Drenthe van 4 augustus 1942 (eerste jaargang, nummer 56), verscheen het navolgende bericht van een bijeenkomst in café Balsma an de brink in Deever.

Diever. In café Balsma was een vergadering belegd om te komen tot een vrijwillige organisatie van den Nederlandschen Volksdienst en Winterhulp Nederland. De leiding van deze avond berustte bij het wijkhoofd den heer Muggen te Dieverbrug. De spreker de heer Zuurveen gaf een uiteenzetting van den N.V.D. en de W.H.N.
Het doel van deze vergadering is volkomen geslaagd aangezien een voldoend aantal personen aanwezig was om een vrijwillige organisatie tot stand te brengen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De Nederlandsche Volksdienst (N.V.D.) werd in juli 1941 op initiatief en met hulp van de Duitse bezetter opgericht naar het voorbeeld van de National Sozialistische Volkswohlfahrt in Duitsland. De oprichters wilden al het sociale werk in Nederland bundelen in de Nederlandsche Volksdienst (N.V.D.). Het ging de bezetter om de nazificering van het maatschappelijk werk in Nederland. Door zich in te zetten voor de Nederlandsche Volksdienst (N.V.D.), steunde men in feite de vijand. De Nederlandsche Volksdienst (N.V.D.) was per gemeente georganiseerd.
Uit de zuinig geformuleerde laatste alinea van het bericht mag blijken dat de Nederlandsche Volksdienst (N.V.D.) niet zo’n succes zou worden in de gemiente Deever.
De Stichting Winterhulp Nederland (W.H.N.) was de nationaalsocialistische organisatie die tijdens de Tweede Wereldoorlog alle maatschappelijke hulpverlening, zoals verleend door de overheid, particuliere en kerkelijke organisaties in Nederland moest overnemen.
Tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog werd de woning van het wijkhoofd Muggen an de Deeverbrogge in brand gestoken.

Abracadabra-1245

Posted in Café Balsma, Café Brinkzicht, Klaas Marcus Balsma, N.S.B., N.S.B.'er, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

Zorgvliet hef sien eup’mlogtmuseumpie

Op 6 juni 2024 plaatste een medewerker van het ontwerpbureau In Ontwerp uit Assen op Zorgvliet, an de aandere kaante van de Deeverse bos, op vijf robuust uitgevoerde betonnen sokkels, in de openbare ruimte tegenover Villa Nova, vijf panelen met aan weerskanten een poster met fragmenten uit de rijke geschiedenis van Woater’n en Zorgvliet.
De redactie van ut Deevers Archief is de heer Hans Salverda uit Zorgvliet en het ontwerpbureau In Ontwerp uit Assen bijzonder erkentelijk voor de toestemming voor het tonen van de bijgaand afgebeelde kleurenfoto’s. De genoemde personen hebben deze kleurenfoto’s gemaakt op 9 juni 2024.
De tien posters met fragmenten uit de rijke geschiedenis van Woater’n en Zorgvliet vormen tezamen een soort van historisch museumpje in de open lucht. Nu kan eindelijk in de gemiente Deever weer een museum worden bezocht, weliswaar een soort van museumpje en weliswaar in de open lucht, maar toch !!
En de bezoeker kan vóór, tijdens of ná het bekijken en lezen van de posters met fragmenten uit de rijke geschiedenis van Woater’n en Zorgvliet, plaats nemen op een bankje bij de panelen. Heeft het ontwerpbureau In Ontwerp uit Assen het ontwerp voor de twee bankjes gemaakt ?
Wethouder Jacob Boonstra van de gemeente Westenveld heeft het openluchtmuseumpje in de openbare ruimte tegenover Villa Nova op 11 juni 2024 officieel geopend. De redactie las tot zijn grote schrik dat de openbare ruimte tegenover Villa Nova is omgedoopt tot Museumplein. Uhhhh !? Hèèè !? Watttt !?
Jacob Boonstra (CDA) is de wethouder van het sociaal domein met inbegrip van zorg en onderwijs, recreatie en toerisme met inbegrip van het programma vitale vakantieparken, financiën, grondexploitatie, volksgezondheid en participatie.
De redactie zal te gelegener tijd aan dit bericht enige aanvullende foto’s toevoegen en ook de tekst op elke poster toevoegen aan dit bericht..


 

Posted in Museum, Zorgvliet | Leave a comment

Un olde foto van Engelke Jan Boneschanscher

De Dwingeler bovenmeester Engelke Jan Boneschanscher is de maker van de hier afgebeelde sepiakleurige foto. Deze foto is aanwezig in de collectie Engelke Jan Boneschanscher van het Drents Archief. De foto heeft registratienummer DA99301014. De foto is niet auteursrechtelijk beschermd. De redactie weet niet of de originele glasplaat van deze foto ook aanwezig is in de hiervoor genoemde collectie.
De redactie van ut Deevers Archief weet ook niet of de hier afgebeelde sepiakleurige foto is opgenomen in het in 2006 uitgegeven boek “Uit het album van meester Boneschanscher. Dwingeloo en omgeving in foto’s, circa 1895 – 1930” van Mark Goslinga en Erwin de Leeuw.
Fotograaf Boneschanscher stond voor het maken van deze foto op de Deeverbrogge. Op de achtergrond zijn de sluisdeuren van de Deeverse sluus in de Drentse Hoofdvaart te zien. Op de achtergrond staat rechts naast de Deeverse sluus de in 1903 gebouwde woning van de opzichter van de Rijkswaterstaat. Aan de rechterkant liggen twee vrachtschepen veur de löswal.
De redactie heeft weinig aanknopingspunten voor het dateren van de foto van Engelke Jan Boneschanscher en houdt vooralsnog een datering van 1905-1910 aan.
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op 18 november 2022.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Posted in de Voat, Deeverse sluus | Leave a comment

De ièste kroeg an de aandere kaante van de bos

In de Nederlandsche Staatscourant Nummer 261 van zaterdag 3 november 1888 verscheen het volgende bericht over de verlening van een vergunning voor het uitoefenen van een kleinhandel in sterke drank, zeg maar voor het uitbaten van de eerste kroeg met een vergunning op Zorgvliet.

Plaatselijke besturen
Burgemeester en wethouders van Diever brengen naar aanleiding van artikel 8, alinea 2, der wet van 28 juni 1881 (Staatsblad nummer 97), zooals dat is luidende na de wijziging bij de wet van 16 april 1885 (Staatsblad nummer 78), ter kennis:
1°. dat zij, ingevolge machtiging van Gedeputeerde Staten van Drenthe, bij resolutie van 24 augustus 1888, nummer 13, aan Johannes Steenbergen, koffie- en bierhuishouder en winkelier te Wateren, vergunning hebben verleend tot het uitoefenen van den kleinhandel in sterken drank in het door hem bewoonde huis nummer 8a te Zorgvlied;
2°. dat heeren Gedeputeerde Staten hebben overwogen:
a. dat in Wateren en Zorgvlied, welke te zamen eene afzonderlijke buurtschap uitmaken en respectievelijk 1½ en 2 uur zijn verwijderd van de kom van het dorp Diever, op geen enkele plaats sterke drank in het klein wordt verkocht;
b. dat vooral Zorgvlied door verschillende omstandigheden druk wordt bezocht en het belang en het gemak der bezoekers het wenschelijk maken daar een lokaal aanwezig te doe zijn, waarin het tappersbedrijf wordt uitgeoefend.
Diever, 31 October 1888.
Burgemeester en Wethouders, voornoemd,
L.W. van Os, Burgemeester.
K. H. Smidt, Wethouder,

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In de gemiente Deever waren vanwege de jaarmarkten ook veel illegale kroegen, kroegen zonder vergunning, kroegen die sterke drank onder de tafel verkochten, zo genoemde stille kroegen,
Het verkrijgen van een vergunning voor het tappen van sterke drank was in die jaren toch wel een heel bureaucratisch en betuttelend gedoe, tot en met het publiceren van de verlening van de vergunning in de Nederlandsche Staatscourant.
Burgemeester Leonard Willem van Os – waarvan de Deeverse volksmond zei dat hij ‘er niet in speejde’ – zal bij de verlening van de sterke-drank-vergunning aan Johannes Steenbergen vast en zeker niet in zijn objectieve overwegingen hebben meegenomen dat hij zelf woonde op een jong en groeiend dorp, dat in het bericht van het plaatselijke bestuur toen nog Wateren werd genoemd, dat blijkbaar pas later de naam Zorgvliet kreeg.
De redactie is met het publiceren van dit berichtje wel twee uitdagingen rijker geworden, want waar stond het pand van Johannes Steenbergen met adres Zorgvliet 8a en waar woonde burgemeester Leonard Willem van Os op Zorgvliet ?

Abracadabra-1270

Posted in Burgemeisterwoning, De aandere kaante van de Deeverse bos, Gemientebestuur, Woater’n, Zorgvliet | Leave a comment

Veiling van veer vielaas van Verwer

In het Nieuwsblad van Friesland verscheen op 6 augustus 1915 de navolgende advertentie over de veiling van vier huizen, twee boerenwoningen met landbouwgrond  en een perceel boschgrond op Zorgvlied.

Veiling huizen en land Zorgvlied
Notaris Bon te Dwingelo zal op woensdag 6 october bij palmslag, telkens des middags 12 uur, te Zorgvlied, gemeente Diever, in de herberg van den heer Meijerink, ten verzoeke van de Noordelijke Hypotheekbank, gevestigd te Zwolle, en van de familie Verwer, publiek verkoopen:
a. Een 4-tal huizen, bevattende 6 à 7 kamers en keuken, met tuinen, staande en gelegen te Zorgvlied, gemeente Diever, in boschrijke, rustige omgeving, alle zeer geschikt voor buitenverblijf.
Aanvaarding dadelijk na den verkoop. De huizen zijn solide gebouwd en goed onderhouden.
b. Twee boerenwoningen, elk met circa 5 hectare land.
c. Een perceel boschgrond, groot circa 12 hectare.
Op het verkochte kan ongeveer 60% der koopsom als eerste hypotheek gevestigd blijven. Inmiddels uit de hand te koop.
Een en ander gelegen op ongeveer 15 minuten afstand van de halte Boijl der stoomtram Steenwijk-Oosterwolde.
Dagelijks te zien op aanvrage bij den tuinbaas Boetje te Zorgvlied.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De vier huizen moeten Villa Nova, Villa Aurora, Villa Cornelia en Villa Laanzicht zijn geweest. De drie eerst genoemde villa’s bestaan nog steeds op Zorgvlied. Volgens de vastgoed-deskundigen van de in Diever gevestigde heemkundige vereniging zou Villa Laanzicht nog bestaan en an de Deeverbrogge staan.
De vraag is of de vier villa’s van de erven van de in 1910 gestorven mr. Lodewijk Guillaume Verwer waren. Op basis van de advertentie zou kunnen worden geconcludeerd dat de toen al niet meer op Zorgvlied gevestigde Noordelijke Hypotheekbank eigenaar of mede-eigenaar was van Villa Aurora.

Posted in Lodewijk Guillaume Verwer, Noordelijke Hypotheekbank, Villa Aurora, Villa Cornelia, Villa Laanzicht, Villa Nova, Zorgvliet | Leave a comment

Plèètie 88 uut Bussink’s album Mien laand – Drente

Het boekwerk ‘Bussink’s Album – Mijn land – deel VIII – Drenthe’ is geschreven door G.J. Nijland. Het album is in 1934 uitgegeven door Bussink’s Koekfabriek uit Deventer. Het album was verluchtigd met 100 plaatjes en 2 platen. Bijgaande kleine afbeeldingen tonen de voorkant en de achterkant van plaatje nummer 88. De redactie van ut Deevers Archief toont dit verworven prachtige plaatje graag aan de trouwe bezoekers van zijn webstee,
Op de voorkant van het plaatje is de Kleine Peperstroate en de gemeentelijke toren en het kerkgebouw aan de brink van Deever te zien. En zoals het meestal met getekende onderwerpen uut de gemiente Deever ging, is voor dit plaatje ook een ansichtkaart als voorbeeld gebruikt. Deze ansichtkaart uit 1933 is hier ook afgebeeld.
De overtekenaar van de ansichtkaart heeft op zijn tekening de op de ansichtkaart zichtbare mensen en de twee zichtbare houten palen van de electriciteitsvoorziening niet overgetekend. Wel heeft de overtekenaar zijn tekening ingekleurd, bepaald niet slecht gedaan. Of de aan de rechterkant zichtbare schuur van de beruchte N.S.B,’er Klaas Marcus Balsma inderdaad met rode pannen was gedekt, dat is bij de redactie niet bekend, maar valt wel te betwijfelen, want de overtekenaar van de ansichtkaart is waarschijnlijk niet in Deever geweest

Abracadabra-1271Abracadabra-1272
Abracadabra-1273

Posted in Ansigtkoate, Deever, Kaarke an de brink, Klaas Marcus Balsma, N.S.B.'er, Peperstroate, Tiekening | Leave a comment