Fritz Habener is de moordenaar van 10 april 1945

Op 4 mei worden elk jaar bij het oorlogsmonument op het marktterrein aan het begin van de Bosweg in Deever de in de Tweede Wereldoorlog omgekomen burgerslachtoffers herdacht waarvan de namen zijn gegraveerd in de koperen plaat, die is vastgeschroefd aan de zwerfsteen van het monument. De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde foto van het oorlogsmonument gemaakt op 27 april 2008.

Op deze koperen plaat staan ook de namen van de tien burgers, die op 10 april 1945 op brute wijze op het marktterrein zijn vermoord:
– Nicolaas Houwer, geboren op 8 mei 1882 in Deever;
– Kornelis Kerssies, geboren op 15 maart 1885 in Wittelte;
– Harman Bennen, geboren op 4 augustus 1891 in Deever;
– Roelof Hunneman, geboren op 5 juni 1898 in Deever;
– Hendrik Akkerman, geboren op 15 februari 1904 in Zwolle;
– Klaas Daleman, geboren op 22 mei 1906 in Wittelte;
– Jan Houwer, geboren op 23 juli 1911 op Kalter’n;
– Koop Houwer, geboren op 16 mei 1915 in Deever;
– Antonius Maria Gerardus Janssens, geboren op 26 mei 1926 in Tilburg;
– Joseph Cornelis Maria Janssens, geboren op 10 oktober 1930 in Berkel.

De beruchte Duitse S.S. Hauptscharfüher Fritz Habener -zie de afgebeelde foto- is de moordenaar van de tien onschuldige mannen, hij schoot ze eigenhandig met een machinegeweer dood. Dat was op ut maarktterrein teeg’n de wal van de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever. Op deze stee staat nu een rododendronbosje.

S.S. Hauptscharfüher Frits Habener is geboren op 17 mei 1909 in Hamburg in Duitsland. Op 30 september 1950 is hij wegens oorlogsmisdaden in het Fort de Pontessy bij Lyon in Frankrijk gefusilleerd. De foto van Frits Habener is afkomstig uit de collectie van het Bundesarchif in Berlijn, Duitsland.

Meer gegevens over dit oorlogsmonument zijn te vinden in de webstee Traces of War en in de webstee van het Nationaal Comité 4 en 5 mei.

De heer J.G.S.E. Borg reageerde op 15 januari 2018 als volgt.
Fritz Habener is volgens mij ook betrokken geweest bij de executie van zes personen in Kallenkote.
Ik weet niet of hij het bevel voerde over het executiepeloton, dat uit twaalf mannen bestond.
Ik weet ook niet of hij degene was die na de executie het genadeschot gaf.
Ik heb twee vragen.
Werd er na een executie altijd een genadeschot gegeven ?
Werden de soldaten van een executiepeloton ook vervolgd ?

Abracadabra-1226

Abracadabra-1227

Posted in 10 april 1945, Bosweg, Deever, Oorlogsmonement, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

Sukersakkie uut 1963 van openluchtspel Deever

In 1963 werd in het openluchttheater in het Grünedal bee’j Deever op negen avonden in de zomer als openluchtspel het toneelstuk Juultje Keizer van Sjakie uut Spier opgevoerd. Het was in 1963 de eerste keer dat dit stuk werd gespeeld en is tot nu toe niet weer gespeeld.
In de pauze van het openluchtspel konden de bezoekers in het halfdonker en bijna op de tast buiten het theater bijvoorbeeld een kopje koffie of een kopje thee drinken. De kristalsuiker voor de koffie en de thee zat in een speciaal voor dat jaar gemaakt sukersakkie.
Op bijgaande afbeelding van het sukersakkie uit 1963 is de voorkant van het door W. van Oordt & Co. uit Rotterdam geleverde sukersakkie te zien. En er waren natuurlijk altijd bezoekers die dat sukersakkie of misschien wel een paar van die sukersakkies leeg of nog gevuld in de zak stak of in de zak staken, mee naar huis namen en vervolgens opnamen in hun verzameling sukersakkies, jaar in jaar uit.
Dit sukersakkie en andere soortgelijke sukersakkies uit andere jaren zijn wel als eerste heel lichte symptomen van de Shakespearitis-besmetting van Deever te beschouwen.
De redactie van ut Deevers Archief is in zijn geheel niet met het Shakespearitis-virus besmet, maar is vanwege het vastleggen van het verleden van Deever wel naarstig op zoek naar het sukersakkie uit 1962, toen de toen nog gewone echte eenvoudige talentvolle onbezoldigde amateur-toneelspelers uut de dörp’m van de gemiente Deever met heel veel geestdriftigheid het openluchtspel Twelfth Night, Or What You Will van Sjakie uut Spier opvoerden.
De redactie zou graag van een zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief een goede scan van dat sukersakkie toegezonden willen hebben. De redactie is die bezoeker bij voorbaat bijzonder erkentelijk.

Posted in Eup’mlogtspel, Shakespearitis, Sukersakkie | Leave a comment

Henriëtte Ottoline Clara Elisabeth is overlee’n

In de Leeuwarder Courant van 7 december 1886 verscheen het volgende bericht van overlijden van jonkvrouw Henriëtte Ottoline Clara Elisabeth Holmberg de Beckfelt.

Op den 3en December 1886 overleed te Arnhem, in den ouderdom van 66 jaren, mijne geliefde Moeder Jonkvrouw Henriëtte Ottoline Clara Elisabeth Holmberg de Beckfelt, Weduwe van Jacobus Franciscus de Ruijter de Wildt.
Arnhem, 6 December 1886. Mr. A. de Ruijter de Wildt. Volstrekt eenige en algemeene kennisgeving.

Aantekeningen van de redactie van ut Dievers Archief
De koloniaal Jacobus Franciscus de Ruijter de Wildt leerde zijn vrouw Henriëtte Ottoline Clara Elisabeth Holmberg de Beckfelt kennen in de kolonie Nederlands Indië. Zij werd geboren op 19 december 1819 in Semarang. Zij was een dochter van Jonkheer Otto Carel Holmberg de Beckfeldt (geboren op 8 juli 1794 te Culemborg, overleden in 1857) en Henriëtte Marie Claire Smissaert (geboren 20 januari 1802, overleden op 13 augustus 1832).
Bij Koninklijk Besluit van 31 december 1838 werd de uit lage Zweedse adel afstammende Otto Carel Holmberg de Beckfelt in de Nederlandse adelstand opgenomen.
Het overlijdensbericht werd geplaatst door haar zoon mr. Alexander de Ruijter de Wildt (geboren op 2 juni 1841 te Semarang, Nederlands Indië, overleden op 3 januari 1913 in Arnhem), die toen burgemeester op de Smilde was.
Jonkvrouw Henriëtte Ottoline Clara Elisabeth Holmberg de Beckfelt zal zo’n kleine tien jaar op Zorgvliet hebben 
gewoond. Na de verkoop van het landgoed Zorgvliet in 1871 verhuisde ze naar Arnhem.
Dat in het landhuis Zorgvliet een adellijke dame woonde, weliswaar niet afkomstig uit hoge landadel, maar uit laag stedelijk patriciaat, kan er toe hebben bijgedragen dat het statige landhuis in de volksmond de naam ‘het Kasteel’ kreeg.


Posted in de Ruiter de Wildt, Overlijdensbericht, Zorgvliet | Leave a comment

Roef Offerein uut ut bestuur van de Boermarke

In de Olde Möppeler (Möppeler Kraante, Meppeler Courant, van 12 januari 1981 verscheen het volgende bericht over het aftreden van Roelof (Roef) Offerein van de Deeverbrogge als boekhouder-secretaris van de Boermarke van Diever.

Diever. Tijdens de vergadering van de Boermarke, die in café De Lange werd gehouden, trad de heer H. Offerein (75 jaar) uit Dieverbrug af als boekhouder-sekretaris van deze organisatie. De heer Offerein blijft wel volmacht.
Door voorzitter H. Moes Dzn. werd aan de deze functionaris een wandelstok met inscriptie aangeboden. De heer Moes sprak woorden van dank voor het vele werk en de grote plichtsgetrouwheid waarmee de heer Offerein zijn werk heeft uitgevoerd.
De heer Offerein is 45 jaar lang volmacht bij de Boermarke in Diever geweest. Vanaf 1939 was hij boekhouder-sekretaris. Hij volgde toen zijn oom in deze funktie op.
Vier gulden
Deze functie is niet geheel onbezoldigd. Vanaf 1939 ontving de heer Offerein f 4,- per jaar voor zijn werkzaamheden. De heer Jan Hessels Jaczn. die tot zijn opvolger werd gekozen, ontvangt ook hetzelfde honorarium.

Aantekeningen van de redactie van ut Dievers Archief
Het is toch wel handig om zo nu en dan eens bij het archief van de Meppeler Courant langs te gaan om wat meer te weten te komen over het boerenleven in de gemiente Deever.
Het was wel een bijzonder gul gebaar van de ‘dikke boer’n uut Deever’ dat ze Roelof (Roef) Offerein (niet Hendrik Offerein, zie de attente reactie van kleindochter Gea Offerein) voor 45 jaar trouwe inzet voor de boermarke een wandelstok gaven, nota bene eentje met inscriptie. Wat zou de tekst van deze inscriptie zijn geweest ? Hebben de nazaten van Roelof (Roef) Offerein de stok bewaard ?
Van links naar rechts zijn op de foto te zien: Jan Hessels Jaczn, Roelof Offerein, Cornelis Seinen, Harm Moes Dzn. en Hendrik Mulder Jzn.
Jan Hessels (geboren op 4 mei 1934 in Deever, overleden op 20 augustus 2001 in Deever) was een zoon van Jacob Hessels (geboren op 3 mei 1896 in Deever, overleden op 7 maart 1979 in Deever) en Margje Veenhuis (geboren op 25 juni 1899 in Wapse, overleden op 23 mei 1985 in Deever).
Roelof (Roef) Offerein werd op 28 mei 1905 op ’t Kastiel in Deever geboren in de boerderij die nu als adres Van Osstraat 2 heeft en is op 17 mei 1983 overleden an de Deeverbrogge in de boerderij met adres Dieverbrug 33.
Cornelis Seinen (geboren op 8 september 1912 in Deever, overleden op 6 november 1989 in Deever) was getrouwd met Hendrikje Schiphorst (geboren op 5 oktober 1912, overleden op 14 oktober 1989).
Harm Moes (geboren op 3 januari 1906, overleden op 8 februari 1993) was getrouwd met Janna Eggink (geboren op 1 maart 1907, overleden op 6 december 1983). Zijn ouders waren Dirk Moes (geboren op 5 januari 1876, overleden op 14 juni 1952) en Aaltje Timmerman (geboren op 10-april 1880, overleden op 6 juli 1960).
Gegevens van Hendrik Mulder moeten nog worden uitgezocht.
De boermarke stamt uit de middeleeuwen en was van oorsprong een verband van grotere boeren die onderling het beheer en gebruik van hun gemeenschappelijke gronden regelden. Het woord marke betekent grens en werd gebruikt om het gebied aan te geven dat bij een dorp hoorde: de boermarke van Diever, de boermarke van Wapse, de boermarke van Wittelte en de boermarke van Wateren. In de tachtiger van de vorige eeuw ging het in Deever nog om het beheer van kleine resten van de oorspronkelijke boermarke, zoals bijvoorbeeld de ‘boer’nbos an de Grönnegerweg’.
De foto bij het berichtje in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante, Meppeler Courant) is gemaakt door de Deeverse dorpsfiguur en dorpsfotograaf Harm Hessels, broer van dorpsfiguur Jan Hessels.

Aantekeningen van de redactie van ut Dievers Archief
De redactie ontving op 13 juni 2015 de volgende reactie van Gea Offerein.
Beste mensen,
Op jullie heel mooie website kwam ik bij het onderwerp Boermarke een stukje over mijn opa tegen.
Hij heette echter Roelof Offerein, niet Hendrik Offerein.
Hendrik Offerein is een andere persoon uit Diever, inmiddels ook overleden, neef van mijn vader en moest dus oom zeggen tegen mijn opa.
Mijn vader is Cornelis Frederik Offerein.
Met vriendelijke groet,
Gea Offerein

Posted in Aarfgood, Alle Deeversen, An de Deeverbrogge, Boermarke van Deever, Deever | Leave a comment

Wie hef ur olde fotoos van de Wapser botterfubriek ?

De redactie van ut Deevers Archief is zich voortdurend bewust van het feit dat de redactie in het Deevers Archief te weinig aandacht besteed aan Wapse, bestaande uit Ten Darp en de vier omliggende kluften Soerte, ’t Noave, Veenhuus’n en Veldhuus’n en zou dat graag willen veranderen.

Bijgaande afbeelding toont een zwart-wit ansichtkaart, een door verzamelaars zo genoemd vierluik, omdat op de ansichtkaart vier kleine foto’s zijn te zien. Deze kleine foto’s tonen de Wapser zuivelfabriek ‘Ons Belang’, een gezicht op één de kluften (welke kluft ?), een veenplas (welke veenplas ? Diepenveen ?) en de boerderij van de familie Veenhuis aan de Ten Darperweg. Wie woonden in 1970 in het huis links naast de zuivelfabriek ?
Van wie was het Volkswagen-busje vóór de fabriek ?
De uitgevers van deze kaart waren Henny Koning’s Zelfbediening en Café Louwes in Wapse, nu niet meer bestaande neringdoenden. De redactie weet niet, maar zou wel graag willen weten, welk bedrijf deze ansichtkaart heeft gedrukt.
De zwart-wit ansichtkaart is op 28 juli 1970 verzonden. De afzendster is Trijntje Berends, die woonde op het adres Wapse 83. Wat is het tegenwoordige adres van de woning die in 1970 als adres Wapse 83 had ?
Wie was toch die Trijntje Berends en waar is toch die Trijntje Berends gebleven ? Wie het weet, die mag het de redactie natuurlijk melden. Ze stuurde de ansichtkaart naar J.W.J. de Wit, Paterswoldseweg 111, Groningen met de uitdrukkelijke tekst Ver-geet-mij-niet.

Waar het de redactie bij het tonen van deze afbeelding met name om gaat, dat is om de te kleine afbeelding van ‘de botterfebriek’  De coöperatieve landbouwvereniging voor boterbereiding en aanschaffing van veevoeder en kunstmeststoffen ‘Ons Belang’ te Wapse, gemiente Deever werd in 1897 opgericht. In november 1966 fuseerde de zuivelfabriek van Wapse met de zuivelfabriek van Deever. Op 1 mei 1970 werden beide fabrieken gesloten.

De redactie wil graag meer afbeeldingen van binnen en buiten de zuivelfabriek ‘Ons Belang’ in ut Deevers Archief tonen en roept zijn bezoekers op de foto-albums in te duiken, mooie afbeeldingen te scannen en deze de redactie te doen toekomen. Bij voorbaat bijzonder hartelijk dank voor de te nemen moeite. De Wapser gemeenschap verdient het.

Posted in Ansigtkoate, Boerdereeje, Neringdoende, Süvelfubriek Wapse, Wapse | Leave a comment

Arbeidsman Knelus hef in ut N.A.D.-kaamp eseet’n

Arbeidsman Cornelis (Knelus) van der E…. (zijn achternaam is bekend bij de redactie van ut Deevers Archief), een boerenzoon uit de polders ten noorden van Schiedam, heeft in den tijd van 7 juli 1943 tot 15 december 1943 in het kamp van de Nederlandsche Arbeidsdienst (N.A.D.) an de Gowe in de gemiente Deever zijn Arbeidsdienstplicht vervuld.
Als dank voor het vervullen van deze dure tijdrovende plicht kreeg de jonge arbeidsman een snorkerig waardeloos kartonnen plakkaat mee naar huis. Het plakkaat werd niet door den Afdelings Commandant ondertekend, maar door ene Reuter voor den Afdelings Commandant.
De schop is het wapen van de N.A.D. Onder aan het plakkaat is het motto van de N.A.D. te lezen: Ick dien.
In het N.A.D.-kamp an de Gowe diende als een bewaker van de arbeidsmannen een Duitsgezinde zoon van een N.S.B.’er van ’t Noave in Wapse.

Abracadabra-354

Posted in de Gowe, N.A.D.-kamp, N.S.B.'er, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

De Doldersumse kemping ‘de Zonnekamp’

In de Leeuwarder Courant – Hoofdblad van Friesland verscheen op 10 februari 1962 voor het eerst een advertentie van camping ‘de Zonnekamp’. Deze luidt als volgt.

Doldersum (Dr.), camping ‘het Zonnekamp’, prachtige natuur, midden in bossen. Kampeerboerderij en kampeerterrein en zomerhuisje. J. Reinbergen, Doldersum 1, post Zorgvlied (Dr.), tel 05212-457.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Camping ‘de Zonnekamp’ had wel een uniek adres, te weten Doldersum 1 in de gemeente Vledder. Dus ligt niet in de gemiente Deever. Dus valt in principe buiten het aandachtsveld van de redactie.
Eigenaar J. Reinbergen wilde zich blijkbaar met de advertentie op het Friese publiek richten.
Dit is ook wel begrijpelijk, want van oudsher stond de bevolking van Zorgvliet altijd al een beetje met de rug naar ‘de aandere kaante van de Deeverse bos’ in de richting van Friesland te kijken.
Tegenwoordig heeft camping Zonnekamp als adres: de Ruyter de Wildtlaan 7, 8437 PC, Zorgvlied.
Een van de eerste zwart-wit ansichtkaarten die de Doldersumse camping ‘de Zonnekamp’ heeft uitgegeven is op bijgaande afbeelding te zien. Deze kaart is in augustus 1964 uitgegeven.
Het kan van belang zijn dat de historische werkgroep ‘Groot-en-Klein-Wateren-Oude-Willem-Zorgvlied’ in een aanstaand populair-wetenschappelijke boek over de geschiedenis van Zorgvliet, Groot- en Klein Wateren en Oude Willem aandacht besteedt aan het ontstaan en de opkomst van de toeristenindustrie in de streek, en recreatie-ondernemingen ook met naam en toenaam te vermelden in het boek, temeer omdat dit de kans op sponsoring van het boek door deze ondernemingen sterk vergroot. Te denken valt bijvoorbeeld aan het opnemen van advertorials of publireportages.

Abracadabra-1590
Abracadabra-1575

Posted in Ansigtkoate, Camping De Zonnekamp, De aandere kaante van de Deeverse bos, Toeristenindustrie, Zorgvliet | Leave a comment

De bool van Vesalius Mobachius wöd vukogt

In de Amsterdamse Courant van 3 februari 1767 plaatste mr. J. Kymmel, Raad en Landschrijver der Landschap Drenthe, uit Havelte, de volgende advertentie over de executie van de boedel van apotheker Vesalius Mobachius uit Deever. Opvallend is dat de advertentie in de marge van de krant is geplaatst, wat in die tijd gebruikelijk moet zijn geweest, een pagina werd voor bijna honderd procent bedrukt. 

Alzo den Boedel van Wijlen Vesalius Mobachius, in leven Apotheker te Diever, in het Landschap Drenthe, Grasvellig is verklaard; zo worden mids dezen alle Crediteuren verwittigd, dat een ieder, die op dezen Boedel eenige Schulden of Actien heeft te pretendeeren, binnen den tijd van 3 Weeken na dato dezes, zijne geprentendeeerde Schulden en Actien bij den Heer en Mr. J. Kymmel, Raad en Landschrijver der Landschap Drenthe tot Havelte, zal moeten laten aantekenen, en daar bij zijn Bescheid, Brieven en Documenten, tot Verificatie van de Schulden en Actien dienende, in Originali of in Copia Authentica vertoonen, en een van beiden bij den Landschrijver laaten verblijven, bij poene, dat die in gebreken blijft zulks te doen, op deze Boedel geen verder Regt zal hebben te pretendeeren.

Aantekeningen van de redactie ut Deevers Archief
Grasvellig verklaren  =  ter executie aan de schuldeisers overgelaten; bij poene = op straffe.
Vesalius Mobachius is een verlatijniseerde naam. Het is wel vaker voorgekomen dat mensen die zichzelf belangrijk en onmisbaar en boven iedereen verheven voelden hun werkelijke naam latiniseerden.
Het geslacht Mobach (verlatijniseerd tot Mobachius) is uit Kleef in de buurt van Wesel (verlatijniseerd tot Vesalius) afkomstig. De letterlijke vertaling van Vesalius Mobachius is Jongensachtige Schurk.
Predikant Petrus Mobach, een voorvader van hem, noemde zichzelf ook Vesalius Mobachius.
Zijn vader Joachim Mobach (geboren 19 juli 1699 te Groningen, overleden op 7 december 1790 te Den Bosch) werd op 2 december 1725 gereformeerd predikant in Deever.
Bijzonder is wel te lezen dat in Deever al in 1767 een apotheker was gevestigd.
Ook bijzonder is dat de Landschrijver mr. J. Kymmel uit Havelte een advertentie in de Amsterdamse Courant plaatste om mogelijke schuldeisers, die wellicht allemaal uit Deever en omgeving kwamen, op de hoogte te stellen van de executie van de boedel van Vesalius Mobachius. Maar wie in Deever en wijde omgeving las in die tijd de Amsterdamse Courant ?

Posted in Deever | Leave a comment

De webstee van ut museum Radio Wereld in Deever

Het blijft maar een komen en gaan van particuliere museums in de gemiente Deever. Het mooie glasmuseum ‘de Spiraal’ an ’t Meulenende in Deever is gekomen en is gegaan. Het mooie koetsenmuseum ‘de Koetsenman’ an de Heufdstroate in Deever is gekomen en is gegaan. Het mooie museum Dieverza an de brink van Deever is gekomen en is gegaan. Het museum Dieverhof an de Aachterstroate in Deever is gekomen en is gegaan. Het mooie Oldtimermuseum in Wittelte is gekomen en is gegaan. Het natuurmuseum het Drents-Friese-Wold op Woater’n is gekomen en is gegaan. Het mooie (oerlelijke ?) Oermuseum an de brink van Deever is gekomen en wanneer zal het gaan … ? Het Shakespearemuseum zal komen en zal gaan … ? Het Midwintertoetermuseum zal komen en zal gaan … ? Het Groevemuseum zal komen en zal gaan … ?
Wat is er toch mis met de toeristenindustrie in de gemiente Deever ? Wat is er toch mis met de toeristische bedrijvigheid in de gemiente Deever ? Wat is er toch mis met het culturele en economische beleid van de Hoge Dames en Heren Van De Voorkant Van Het Grote Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan ? En heeft het misschien allemaal te maken met het gegeven dat de gemiente Deever in een krimpgebied ligt en eigenlijk alleen maar als massaproduct de Deeverse Bos heeft ?

In de Olde Möppeler (Möppeler Kraante, Meppeler Courant) van 4 september 1999 verscheen in de rubriek @penstaart een kort stukje tekst over het museum Radio Wereld in Deever:
Iets geheel anders is de site www.radio-wereld.demon.nl van museum Radio Wereld in Diever. De teller staat hier op 286 hits en heeft grafische mogelijkheden voor een zescijferige teller Het blijft voorlopig bij een begin met zes nullen (000286). De site bevat informatie over het museum, natuurlijk, de oprichting, de expositie, excursies, doe-dingen en museumnieuws. Onder het kopje museumnieuws brengt eigenaar Wim Stuiver de activiteiten voor de komende weken, onder meer over de Shakespeare-spreukenwandeling door de omgeving van Diever. De site is aardig vormgegeven met een enkele foto, die een aardig beeld geeft van het museum  

Ook het mooie museum Radio Wereld (voorheen museum ‘d’ Olde Radio’) an de Aachtertroate in Deever is gekomen en is gegaan. Na 15 jaar (1985 t/m 1999) actief met het museum Radio Wereld bezig te zijn geweest, besloten de eigenaren Sjoukje en Wim Stuiver, het museum per 1 oktober 1999 voor het publiek te sluiten.
Wat valt nog te achterhalen van de korte geschiedenis van het museum Radio Wereld ? Digitaal is in elk geval gelukkig nog wel een en ander van het museum te vinden.
Een hele geruststelling is dat de webstee van het Internetarchief (The Internet Way Back Archive) (archive.org/web) als doel heeft voor altijd (voor altijd is wel erg lang) universele toegang te bieden tot alle via het internet bereikbare menselijke kennis.
Zo ook tot de kennis die is opgeslagen in alle versies van de webstee radio-wereld.demon.nl van het museum Radio Wereld. Klik op de navolgende link voor het raadplegen van de laatste versie van radio-wereld.demon.nl.

De redactie van ut Deevers Archief toont graag afbeeldingen van Museum Radio Wereld. Op bijgaande ansichtkaart is de markante vormgeving van de Philips radio uit de periode 1930-1940 te zien. Deze ansichtkaart is uitgegeven door Museum Radio Wereld, Achterstraat 9, 7981 AS, Diever, (Dr.), telefoon 05219-2386.

De redactie heeft bijgaand afgebeelde kleurenfoto van de boerderij an deAagterstroate (de Saandhook), waarin Museum Radio Wereld was gevestigd, gemaakt op vrijdag 19 november 2021.

abracadabra-534

Posted in Aagterstroate, Ansigtkoate, Cultuur, Deever, Museum, Toeristenindustrie | Leave a comment

De burgemeister is de boas van de hypotheekbaank

In het Algemeen Handelsblad van 10 juni 1887 verscheen de volgende advertentie van de Noordelijke Hypotheekbank, gevestigd te Zorgvliet, gemeente Diever.

Noordelijke Hypotheekbank, gevestigd te Zorgvlied, gemeente Diever.
Commissarissen:
mr. W. Terpstra, Ridder der Orde van den Nederlandschen Leeuw, President van het Gerechtshof te Leeuwarden, President-Commissaris.
L.M. de Laat de Kanter, Ridder der Orde van den Nederlandschen Leeuw, Burgemeester te Leiden, Vice-President.
Mr. D.J.R. Brants, Lid der Rechtbank te Heereveen.
J.F.H. Bekhuis, Lid der Provinciale Staten van Friesland, te Leeuwarden.
Mr. B.H.M. Driessen, Ridder der Orde van den Nederlandschen Leeuw en van de Leopoldsorde, Wethouder te Amsterdam.
Mr. H.W. de Blocq Scheltinga, Burgemeester van Schoterland, te Oranjewoud.
Dr. R. Wartena, te Noordwolde.
Mr. L.G. Verwer, Advocaat te Zorgvlied.
Directeuren:
L.W. van Os, Burgemeester van Diever.
E. Venhuizen.
De bank leent gelden uit op onroerende goederen onder verband van eerste hypotheek, hoogstens tot een bedrag van 50 procent der waarde van de gebouwde en 65 procent der waarde van de ongebouwde eigendommen.
Zij geeft 4 procents pandbrieven uit, welke, voor zooverre de voorraad strekt à part verkrijgbaar zijn ten kantore van de Twentsche Bankvereeniging te Amsterdam, en verder, door tusschenkomst van alle Kassiers en Commissionairs in effecten, ten kantore der Bank.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In het pand met de naam Aurora (Latijn = dageraad) aan de Dorpsstraat op Zorgvliet was in de tijd van mr. Lodewijk Guillaume Verwer het hoofdkantoor van zijn Noordelijke Hypotheekbank gevestigd.
Leonard Willem van Os (geboren op 6 juli 1844 in Sneek, overleden op 28 mei 1900 in Deever, zoon van Pieter van Os en Johanna Nicolasina Romswinckel, gehuwd geweest met Leentje Mulder) kon blijkbaar binnen de wettelijke en ambtelijke ruimte van het burgemeesterschap zonder problemen de ongetwijfeld niet slecht betaalde bijbaan of hoofdbaan van mede-directeur van de Noordelijke Hypotheekbank aanvaarden en uitoefenen. Hij woonde in die tijd ook op Zorgvliet.
Directeur Egge Venhuizen woonde in Zorgvliet in het pand met de naam Aurora.
In de webstee van het Streekarchief van Voorne Putten en Rozenburg is een verwijzing naar een notariële actie met als datum 5 augustus 1887 te vinden, waarbij het volgende is vermeld:
Gerrit Machiel Louter, koffiehuishouder te Geervliet, bekent aan Leonard Willem van Os, burgemeester van Diever, en Egge Venhuizen, beiden wonend te Zorgvlied gemeente Diever, vormend de directie van de Noordelijke Hypotheekbank, een schuld van f 2250. Hij verleent hypotheek op een huis annex herberg, waarin tevens de metselaarsaffaire wordt uitgeoefend, met erf en tuin te Geervliet, kad. B 861.
Bijgaand afgebelde kleurenfoto van het netjes opgeknapte, maar levensloos ogende pand met de naam Aurora is gemaakt op 11 april 2013.

Posted in Gemiente Deever, Lodewijk Guillaume Verwer, Noordelijke Hypotheekbank, Villa Aurora, Zorgvliet | Leave a comment

Jan Winters hef de rove van de rechter klompe of

In het in 1999 verschenen fotoboekje ‘Diever, ie bint ’t wel …’ is opgenomen als afbeelding 54 een foto van de leerlingen van de Witteler skoele. Juffrouw Christina Augusta Johanna ter Horst maakte deze foto in het voorjaar van 1930. In de tekst bij de afgebeelde foto zijn alle leerlingen genoemd. Een afbeelding van de betreffende bladzijde uit het fotoboekje ‘Diever, ie bint ’t wel …’ is in dit bericht opgenomen.

54 – Wittelte – Bij de Berg – Voorjaar 1930
Deze foto van de leerlingen van de Wittelter school is genomen door Christina Augusta Johanna ter Horst. Zij was van 1 maart 1930 tot 1 maart 1937 onderwijzeres aan deze school.
Onderste rij van links naar rechts:
Lambert Jonker, Hendrik Berends, Jan Tabak Jzn., Hendrik Boerhof, Steven Jan van de Berg, Jan Winters, Albert Jongbloed, Etje Slot, Aaltje van Leeuwen, Annigje Jonker, Geertje Vrielink, Marinus Odie, Martinus Lensen en Jacoba Tabak.
Tweede rij van links naar rechts:
Jans Ofrein, Gelmer Siemens, Geert Kok, Sieme Jongbloed, Jan Kok Lzn., Jan Thijs Thijen, Harm Hessels, Klaas (Koos) Smak, Klaas van de Berg, Jantje Tabak en Albertje Berends.
Derde rij van links naar rechts:
Karel van Kooten, Hendrik Berends Jzn., Wim van Kooten, Wietske van Leeuwen, Griet Ofrein, Aaltje Hendrikje Tabak, Jantina Kok, Anna Koning, Albertje Lensen, Roelofje Vrielink.
Bovenste rij van links naar rechts:
Aaltje Thijen, Jentje Berends, Roelie Soer, Anna van Leeuwen, Willempje Siemens.
Harm Hessels zat niet op de Wittelter school, maar woonde in de boerderij tegenover de Baarg en kwam natuurlijk aangelopen toen deze foto werd genomen.
De kinderen hebben bekende Wittelter achternamen, behalve de broertjes Van Kooten. Zij zijn de zonen van de beheerder van het werkverschaffingskamp dat toen bij de Dwingeler Stroom stond.
De kinderen poseren bij de sterk in verval geraakte berg in het land van Klaas van de Berg. Op de berg staan een paar hulsebossen. Wittelters kunnen zich nog herinneren dat de platte bovenkant van de berg veel groter was.
Bij de berg bevond zich in die tijd nog een drinkenskoele. De berg werd steeds lager door afbrokkeling, boeren haalden grond weg voor het vullen van gaten in wegen, ook kinderen en koeien hebben zo het een en ander verropt.
Klaas van de Berg heeft de berg later bijna helemaal afgegraven, want op die bult wilde geen gras groeien en die hulsebossen stonden ook maar in de weg.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie heeft in verschillende berichten aandacht besteed aan de Witteler Baarg.
Juffrouw Christina Augusta Johanna ter Horst was van 1 maart 1930 tot 1 maart 1937 werkzaam in de Witteler Skoele.
Zij moet de hier afgebeelde schoolfoto kort na 1 maart 1930 hebben gemaakt. Alle kinderen dragen kniekousen en dikke truien
De leerling Jan Winters die van links af gezien de zesde jongen op de voorste rij is, mist van zijn rechter klomp de kap.
In ut Deevers: Hee hef de rove van de rechter klompe of.




1.   Aaltje Thijen
Zij is geboren op 2 februari 1917. Zij is overleden op 14 juni 1999.
Zij trouwde met Albert Westerveen. Zij woonde in Wittelte.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van haar

2.  Jentje Berends
De redactie moet haar gegevens nog uitzoeken.

3.  Roelie Soer
De redactie moet haar gegevens nog uitzoeken.

4.  Anna van Leeuwen
De redactie moet haar gegevens nog uitzoeken.

5.  Willempje Siemens
Zij is geboren op 11 maart 1917. Zij is overleden op 15 december 2002. Zij was getrouwd met Jantinus Klok. Zij woonde bij de Wittelterbrug in Wittelte.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van haar.

6.  Karel van Kooten
Hij is een broer van Wim van Kooten, die ook op deze foto staat.
Zijn vader was beheerder van het kamp voor werkloze Utrechtse arbeiders van het werkgelegenheidsproject voor het recht trekken van de Dwingeler Stroom in de dertiger jaren van de vorige eeuw. De barakken stonden op het terrein waar nu een camping is gevestigd bij de Drentse Hoofdvaart.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar gegevens van hem.

7.  Hendrik Berends Jzn.
Hij is geboren op 2 juli 1922. Hij is overleden op 27 april 2004. Hij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever. Hij woonde in Wittelte.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van hem.

8.  Wim van Kooten
Hij is een broer van Karel van Kooten, die ook op deze foto staat.
Zijn vader was beheerder van het kamp voor werkloze Utrechtse arbeiders van het werkgelegenheidsproject voor het recht trekken van de Dwingeler Stroom in de dertiger jaren van de vorige eeuw. De barakken stonden op het terrein waar nu een camping is gevestigd bij de Drentse Hoofdvaart.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar gegevens van hem.

9.  Wietske van Leeuwen
Zij was getrouwd met Helprig Smit.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van haar.

10.  Griet Ofrein
Zij is geboren op 21 mei 1917. Zij is overleden op 26 september 1994. Zij was getrouwd met Jan Bolding. Zij woonde op Wapservene.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van haar.

11.  Hendrikje Tabak Jdr.
De redactie moet haar gegevens nog uitzoeken.

12.  Jantina Kok
Zij is geboren op 9 september 1918 op ’t Noord. Zij is overleden op 30 januari 1996. Zij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever. Zij is niet getrouwd geweest. Zij heeft altijd achter op ’t Noord gewoond, samen met haar zuster Jantje en haar broer Jan.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van haar.

13.  Anna Koning
De redactie moet haar gegevens nog uitzoeken.

14.  Albertje Lensen
De redactie moet haar gegevens nog uitzoeken.

15.  Roelofje Vrielink
De redactie moet haar gegevens nog uitzoeken.

16.  Jannes (Jans) Ofrein
Hij is geboren op 27 november 1919. Hij is overleden op 10 juni 1996. Hij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever. Hij had wel een vriendin, maar is niet getrouwd geweest. Hij woonde achter op het Noord.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van hem.

17.  Gelmer Siemens
De redactie moet zijn gegevens nog uitzoeken.

18.  Geert Kok Lzn.
De redactie moet zijn gegevens nog uitzoeken.

19.  Sieme Jongebloed
Hij is geboren op 8 juli 1916. Hij is overleden op 25 juni 1977.
Hij trouwde met Jantje Weide.
De redactie moet nog meer gegevens van hem uitzoeken.

20.  Jan Kok Lzn.
De redactie moet zijn gegevens nog uitzoeken.

21.  Jan Thijs Thijen
Hij was getrouwd met Aaltje Thijen. Hij was boer in Wapse.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van hem.

22.  Harm Hessels
De redactie moet zijn gegevens nog uitzoeken.

23.  Klaas (Koos) Smak
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van hem.

24.  Klaas van de Berg
De redactie moet zijn gegevens nog uitzoeken.

25.  Jantje Tabak Jzn.
De redactie moet haar gegevens nog uitzoeken.

26.  Albertje Berends
Zij is geboren op 24 oktober 1922. Zij is overleden op 12 juli 2003. Zij was getrouwd met Egbert Rink. Zij woonde in Havelte.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van haar.

27.  Lambert Jonker
De redactie moet zijn gegevens nog uitzoeken.

28.  Hendrik Berends
De redactie moet zijn gegevens nog uitzoeken.

29.  Jan Tabak Jzn.
De redactie moet zijn gegevens nog uitzoeken.

30.  Hendrik Boerhof
De redactie moet zijn gegevens nog uitzoeken.

31.  Steven Jan van de Berg
Hij is geboren op 28 maart 1921 in Wittelte. Hij is overleden op 3 mei 2003.
Hij woonde aan de Wapserveenseweg in Wittelte.
De redactie moet nog op zoek naar meer gegevens van hem.

32.  Jan Winters
Hij is geboren op 7 september 1920. Hij is overleden op 19 augustus 2003. Hij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever. Hij trouwde met Jantje Liezen. Hij heeft altijd in Wittelte gewoond.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van hem.

33.  Albert Jongebloed
De redactie moet zijn gegevens nog uitzoeken.

34.  Etje Slot
De redactie moet haar gegevens nog uitzoeken.

35.  Aaltje van Leeuwen
De redactie moet haar gegevens nog uitzoeken.

36.  Annigje Jonker
Zij is geboren op 24 september 1920 in Wittelte. Zij is overleden op 24 oktober 2002.
Zij was getrouwd met Hendrik Punt. Zij woonde aan de Peperstraat in Diever.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van haar.

37.  Geertje Vrielink
De redactie moet haar gegevens nog uitzoeken.

38.  Marinus Odie
De redactie moet zijn gegevens nog uitzoeken.

39.  Martinus (Tinus) Lensen
De redactie moet zijn gegevens nog uitzoeken.

40.  Jacoba (Coba) Tabak
Zij is overleden op 17 februari 2004. Zij was getrouwd met Jan ten Buur. Zij woonde in Dwingel.
De redactie moet in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van haar.

Posted in Alle Wittelers, de Witteler Baarg, Diever, ie bint 't wel ..., Witteler skoele | Leave a comment

See hept wièr alle rogge uut de meule usteul’n

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant van 30 december 1854 verscheen het navolgende berichtje over een grote diefstal van rogge uit de korenmolen van Wapse.

Wapse, 28 december, Heden nacht is de molen alhier weer bestolen. De dieven (er zijn zeker meer dan één geweest) hebben al de in de molen aanwezige rogge er uitgehaald, zoveel zij konden medegenomen, en de overige buiten den molen op den grond geworpen, terwijl ze de ledige zakken, insgelijks mede genomen hebben. Tot nu toe heeft men de daders niet ontdekt.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In 1854 zal Jan Klaassen Haveman (zie vijfde generatie Haveman in het navolgende artikel) de mulder van de Wapser korenmolen zijn geweest. De redactie van ut Deevers Archief publiceerde het navolgende artikel in Opraekelen 02/2. Opraekelen is het nog steeds bestaande blad van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de lokale heemkunduge vurening.

De molenaarstak van de familie Haveman in Wapse
Het navolgende artikel is een reactie op het artikel ‘Toen en nu – De korenmolen van Veldhuizen’ in Opraekelen 01/4. In dat artikel is toegezegd dat enig onderzoek zou worden gedaan naar de molenaarstak van de familie Haveman in Wapse. Het onderstaande is een samenvatting van genealogisch onderzoek dat uitgevoerd is door Bert Haveman uit Hoogezand en Egbert Sinkgraven uit Dieverbrug.

Eerste generatie Haveman
Tot nu toe kan Jan Klaesen Haveman de ‘oervader’ van de Wapser molenaarsfamilie Haveman worden genoemd. Zijn geboortedatum is niet bekend, maar hij moet omstreeks 1670 zijn geboren. Hij was getrouwd met Lummechien Pieters. Een zoon van het echtpaar was Klaas Jans (zie tweede generatie Haveman).

Tweede generatie Haveman
Klaas Jans Haveman werd geboren op 17 februari 1697. Hij trouwde met Claesjen Jans. Een van hun kinderen was Jan Klaas (zie derde generatie Haveman).

Derde generatie Haveman
Jan Klaas Haveman zal in 1732 geboren zijn, want hij werd op 3 november 1732 gedoopt. Hij stierf op 24 mei 1811. Hij was getrouwd met Jantjen Hendriks Gerrits. Een zoon van het echtpaar was Klaas Jans (zie vierde generatie Haveman).

Vierde generatie Haveman
Klaas Jans Haveman moet in 1767 zijn geboren. De geboortedatum is niet bekend, maar uit de kerkelijke boeken is wel bekend dat hij op 3 mei 1767 werd gedoopt. Hij is in 1831 overleden. Klaas Jan was landbouwer en mulder te Wapse. Uit de archieven is niet te achterhalen of zijn voorvaders ook mulder zijn geweest. Hij trouwde met Aaltien Alberts Fokken, die rond 1750 werd geboren en in 1812 overleed. Zij was een dochter van Albert Fokken Veenhuis. De kinderen uit dit huwelijk waren Annigje (geboren rond 1794) en Jan Klaassen (zie vijfde generatie Haveman).

Vijfde generatie Haveman
Jan Klaassen Haveman werd geboren op 7 januari 1799 te Wapse. Hij was landbouwer en mulder te Wapse. Hij was in 1832 eigenaar van de windkoornmolen te Wapse. Hij trouwde op 9 juni 1822 op 23-jarige leeftijd met Geesje Mighiels, geboren op 11 september 1800, dochter van Michiel Roelofs en Klaasje Jans. Hun kinderen waren Klaas Jans (geboren rond 1823), Mighiel Jans (Michiel) (zie zesde generatie Haveman), Hendrik Jans (geboren rond 1834), Geesje (geboren rond 1836), Annigje (geboren rond 1838) en Berend (geboren rond 1840).

Zesde generatie Haveman
Landbouwer en korenmolenaar Migchiel Jans (Michiel) Haveman werd geboren op 9 juli 1826 te Wapse. Hij trouwde op 30 april 1853 te Diever met Stijna Roelofs van Noord, geboren op 9 maart 1827 te Lhee, dochter van Roelof Gelmerts van Noord, landbouwer te Lhee, en Klaasje Jans Wesseling. Uit dit huwelijk werd Roelof Machiel (zie zevende generatie Haveman) geboren.

Zevende generatie Haveman
Roelof Machiel Haveman was landbouwer en de laatste mulder van de Wapser molen. Hij werd geboren op 18 februari 1858 en overleed op 9 oktober 1941. Hij trouwde vóór 1900 met Jantje de Ruiter (overleden vóór 1900). Uit dit huwelijk werd zoon Michiel Jans in 1894 geboren, die op 2 juli 1952 overleed en niet getrouwd is geweest. Roelof Machiel Haveman hertrouwde op 41-jarige leeftijd op 21 januari 1900 te Diever met Aaltje Muggen, geboren op 21 augustus 1871 te Dwingelo, overleden op 22 april 1935, dochter van Lucas Muggen en Jantje Duker. De kinderen uit het tweede huwelijk waren: Stina (geboren op 28 november 1900, overleden op 11 augustus 1993), Lucas (geboren op 17 december 1902, overleden op 5 juni 1991) (zie achtste generatie Haveman), Lutina, geboren in 1905, overleden op 15 januari 1991) en Jantinus(geboren in 1907, overleden op 18 september 1988) (zie achtste generatie Haveman). Stina trouwde met Hendrik van der Berg (geboren in 1895, overleden op 12 juli 1967). Lutina trouwde met Klaas Snoeken (geboren op 29 september 1902, overleden op 28 november 1974).

Achtste generatie Haveman
Lucas Haveman trouwde met Roelofje Barelds (geboren op 13 november 1902, overleden op 19 mei 1948). Uit dit huwelijk werden geboren: Aaltje (geboren op 3 juni 1935) en Alida (geboren op 13 februari 1934). Jantinus trouwde met Trijntje Snoeken (geboren op 1 augustus 1907, overleden op 10 september 1972). Kinderen van hen waren Aaltje (geboren op 17 oktober 1936) en Jacob (geboren op 9 maart 1940, overleden op 31 maart 1992) (zie negende generatie Haveman).

Negende generatie Haveman
Jacob Haveman trouwde met Stijna van Zomeren (geboren op 16 januari 1940). Uit dit huwelijk werden twee kinderen geboren: Jantinus Albertus (geboren op 13 september 1962) en Albertus Jantinus (geboren op 4 mei 1964). Beiden zijn getrouwd, maar hebben geen mannelijke nakomelingen.

Bronnen:
Informatie van Bert Haveman, Hoogezand;
Informatie van mevrouw Aaltje Wink-Haveman, Wapse;
Informatie van Egbert Sinkgraven, Dieverbrug.

Posted in An de Deeverbrogge, Meule, Meule in Veldhuus’n, Opraekelen, Wapse | Leave a comment

Un trouwjurk van siede van un Fraanse parachute

De redactie van ut Deevers Archief ontving op 10 april 2016 bijgaande reactie van Carla Kragt, een dochter van Karel Kragt en Geertje van Gijssel. Haar reactie ging vergezeld van de hier afgebeelde scan van de trouwfoto van haar ouders. De redactie is haar bijzonder erkentelijk voor haar bijdrage aan het beschrijven van de geschiedenis van Deever. Alle beetjes helpen. Haar moeder Geertje van Gijssel is opgegroeid in ’t Aar’mhuus an de Grönnigerweg bee Deever. Geertje van Gijssel is een dochter van Albert van Gijssel en Aaltje Hagewoud.

Ik ben een kleinkind van Albert van Gijssel en Aaltje Hagewoud.
Het bevreemde mij dat het Armenwerkhuis door de gereformeerde gemeente was opgezet, maar voor zover ik weet waren mijn grootouders hervormd.
Sommige mensen die het over het Armenwerkhuis hadden, dachten dat daar arme mensen woonden, maar mijn grootouders waren niet arm. De mensen die verzorgd werden, die waren arm. Jans en Geert waren de laatste twee mannen, die in het Armenwerkhuis werden verzorgd.
Ook kwamen in de zomer groepen jongens (padvinders ?) naar het Armenwerkhuis. Daar herinner ik mij nog een voorval van. Enige jongens hadden zout in de custard pudding gegooid en werden voor straf naar huis gestuurd. Ik zie nog voor mij hoe mijn oma in hele grote gietijzeren potten kookte voor de jongens. De groepen jongens aten in de half open schuur. De tafels waren planken op balen stro. De jongens sliepen ook in die schuur, op balen stro.
Geertje van Gijssel is mijn moeder. Zij was gehuwd met Karel Kragt. Mijn vader gaf vroeger dansles, ook in Diever. Ik weet niet of hij in Diever ook dansles gaf tijdens de oorlog, maar ik denk het wel.
Geertje was de oudste van de vier dochters van Albert van Gijssel en Aaltje Hagewoud.
Ik weet dat mijn oma de scepter zwaaide in het Armenwerkhuis, mede omdat mijn opa een beroerte – wat nu een TIA wordt genoemd – had gehad en als gevolg daarvan was verlamd in zijn aangezicht.
Over het einde van de oorlog in april 1945 vertelde mijn moeder ooit, dat de lijkkoets toen wel erg vaak door de Groningerweg (toen nog een zandweg) kwam. Achteraf had ze het idee dat met de lijkkoets verzetsmensen werden verplaatst of parachutisten.
Mijn moeder vertelde mij dat mijn opa en anderen aan het einde van de oorlog parachutes van de Franse parachutisten uit de bomen in het bos tegenover het Armenwerkhuis haalden. Ook haalden ze daar een Franse parachutist, die in een boom hing, naar beneden. Dat werd in het donker gedaan om geen risico te lopen.
Mijn ouders Karel Kragt en Geertje van Gijssel trouwden op 30 oktober 1945. Op hun trouwfoto -zie de bijgaande afbeelding- is het niet goed te zien, maar de trouwjurk van mijn moeder is gemaakt van stof afkomstig van een van de parachutes van de Franse parachutisten. De eerste tijd na de Tweede Wereldoorlog was alles schaars. Dus stof van een parachute, die van echte zijde was gemaakt, was zeer gewild bij de dames.
Mijn grootouders Albert van Gijssel en Aaltje Hagewoud zijn na hun tijd in het Armenwerkhuis verhuisd naar Ruinerwold. Daar zijn zij ook in een boerderij gaan wonen. Die boerderij kon je bezichtigen, die is nog steeds te bezichtigen. Na het overlijden van mijn grootvader is mijn grootmoeder daar nog een aantal jaren blijven wonen, waarna ze naar het bejaardenhuis in Dwingelo is gegaan, waar zij is overleden.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De boerenknecht Albert van Gijssel trouwde op 15 augustus 1924 op 29-jarige leeftijd in Zuidwolde met de 20-jarige Aaltje Hagewoud.

Albert van Gijssel is geboren op 16 januari 1895 in Ruinerwold. Hij is overleden op 10 januari 1967 in Ruinerwold. Hij is een zoon van Jan van Gijssel en Geertje Ridderman. Albert van Gijssel ligt begraven op de kaarkhof van Runerwold.
Aaltje Hagewoud is op 6 juni 1904 geboren in Hoogeveen. Zij is op 8 maart 1992 overleden in Dwingel. Zij is een dochter van Theunis Hagewoud en Hilligje Schipper. Aaltje Hagewoud ligt begraven op de kaarkhof van Runerwold. 
Karel Kragt is geboren op 27 juni 1916 in Vledderveen. Hij is overleden op 30 januari 1990.
Geertje van Gijssel is geboren op 30 december 1924. Zij is op 9 augustus 2008 overleden in Deever.
Karel Kragt gaf in de Tweede Wereldoorlog dansles in het café van Klaas Marcus Balsma.
Boven de voordeur van het Armenwerkhuis is te lezen: Armenwerkhuis der Gereformeerde Gemeente van Diever, opgerigt in het jaar 1861′. In die jaren werd naast de term ‘Nederlands Hervormde Gemeente’ ook nog de term ‘Christelijk Gereformeerde Gemeente’ of ‘Gereformeerde Gemeente’ gebruikt.
Jan Havermans maakte bestek en tekeningen voor het Armenwerkhuis aan de Groningerweg, ver buiten het dorp Deever. Het Armenwerkhuis werd in 1861 gebouwd in opdracht van de diaconie van de Nederlands Hervormde Kerk. Voor de bouw van het Armenwerkhuis schreef hij met 750 gulden te hoog in. Aannemer werd Harm Roelfs Kuiper uut Deever voor het inschrijfbedrag van 725 gulden.

Abracadabra-1232

Posted in Aar'mhuus, Boerdereeje, Grönnegerweg, Kaarke an de brink, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

Breimer – In ’t goeie maark … is Centra staark

De redactie van ut Deevers Archief ontving naar aanleiding van zijn oproep in het bericht Breimer Zelfbediening op speldje van Tiktak thee de volgende reactie van de heer Tibbe Breimer, de oudste zoon van Jan Breimer en Lammigje Kloeze:
Ik kom puur toevallig op dit bericht. Ik lees het verzoek. Ik zal in mijn eigen archief moeten zoeken naar foto’s.
Ik ben uiteraard gaarne bereid nadere informatie te geven en naar foto’s te zoeken.
Waarschijnlijk beschikt mijn zuster Marianne over de meeste oude foto’s van de winkel.
De redactie van het Deevers Archief is de heer Tibbe Breimer bijzonder erkentelijk voor zijn reactie.
Zijn informatie is verwerkt in het bericht In de winkel van Jan Breimer en Lammigje Kloeze.
Ook bijgaande afgebeelde zwart-wit foto van een deel van het woongedeelte en het winkelgedeelte van het pand an de Peperstroate in Deever is afkomstig uit de foto-albums van mevrouw Marianne Breimer.
Bijgaand afgebeelde zwart-wit foto van het pand is gemaakt in 1964, ter gelegenheid van het 12½-jarig bestaan van Breimer’s bedrijf in levensmiddelen, verzorgde voeding, drogisterij-artikelen en tabaksartikelen; wat is af te lezen op de aankondiging achter de ruit van de rechter uitstalkast.
In 1964 hadden Jan Breimer en Lammigje Kloeze hun winkel al voor zelfbediening geschikt gemaakt en waren ze aangesloten bij de A&O-winkelformule. Dat is te zien aan de reclame achter de ruit van de twee uitstalkasten.
Jan Breimer en Lammigje Kloeze waren in 1953 nog kruidenier, drogist en chocolatist en waren toen aangesloten bij de Centra-winkelformule. Dat is te lezen in een advertentie uit het programmaboekje van het Openluchtspel uit 1953, toen voor de eerste en enige keer het lachstuk All’s Well That Ends Well van Sjakie uut Spier is opgevoerd. Zie de advertentie in bijgaande afbeelding. De advertentie vermeldt dat hun winkel als adres Kruisstraat 1 heeft, terwijl de ingang van de winkel aan de Peperstraat lag.

Posted in Alle Deeversen, Neringdoende, Peperstroate, Verdwenen object | Leave a comment

An de Jongedame Jantina Hendrika Pot in Coever’n

In de tweede helft van de dertiger jaren van de vorige eeuw (1937 ?) stuurden de jongedames Anna Zantinge, Hendrika Hessels en Grietje Timmerman bijgaand afgebeelde zeer fraaie ansichtkaart -een topstuk- van de Kruusstroate in Deever aan de Jongedame Jantina Pot, per adres Den Heer R. Lotterman, Sallandschestraat, Coevorden.
De redactie van ut Deevers Archief heeft het vermoeden dat het gaat om vier Witteler jongedames uit de gereformeerde geloofsgemeente, die waarschijnlijk vriendinnen van elkaar waren en die ter kerke gingen in de olde griffemiède kaarke an de Kruusstroate in Deever, die is te zien in het midden van de afgebeelde ansichtkaart.
Anna Zantinge is geboren op 13 mei 1919 en is overleden op 22 december 2001. Zij was getrouwd met Hendrik Jan Klaassen (geboren op 15 februari 1918, overleden op 27 december 1995). Hun boerderij stond (staat nog steeds) op de hoek van de Wittelterweg en de Wapserveenseweg.
Jantina Hendrika Pot is geboren op 14 januari 1919 in Wittelte en is overleden op 21 april 2014 in Hoogeveen. Zij trouwde in 1946 met Willem Lanning uit Sleen.
De redactie heeft van de andere jongedames helaas nog geen gegevens kunnen vinden in de openbare bronnen. Wie helpt de redactie aan de juiste gegevens ?
Maar wat deed de jongedame Jantina Hendrika Pot in Coevorden, zo ver van Wittelte en haar Witteler vriendinnen ? Had ze een werkkring gevonden bij de heer R. Lotterman ? Had de heer R. Lotterman een boerderij ?

Posted in Alle Deeversen, Ansigtkoate, Griffemiède kaarke, Kruusstroate, Topstuk, Wittelte | Leave a comment

Huygen Groote Maeth, een veldnème uut 1639

In het Drents Archief komt in het archief van Cornelis Varlet uit de periode 1678-1720, onderdeel van de archiefstukken onder archiefnummer 0603 ‘Hollandse Participanten Dieverder en Leggeler Smildervenen’ een document uit 1639 met inventarisnummer 154 voor, zijnde de akte van transport door Hermanna Arents, weduwe van Berent Ketel, en haar zoon Hendrick Ketel, aan Steven Henricx Huygen en Hilbrant Henricx Huygen van 1/4e part van een stuk land Huygen Groote Maeth geheten, in de marke van Diever gelegen bij Vledder. Huygen Groote Maeth zal ongeveer te betekenis hebben gehad van ‘Grote Hooiland van Huygen’, het stuk land van de familie Huygen zal daarom in de buurt van de Vledder Aa hebben gelegen. In het kadasterloze tijdperk van vóór 1832 was het gebruikelijk dat elk stuk land of veld een eigen naam had. Bij de verkoop van een stuk land of veld was het blijkbaar voldoende de naam van het betreffende stuk land in de verkoopakte en de akte van transport (akte van levering) te vermelden. Merkwaardig is dat Hermanna Arents en Hendrick Ketel een deel van het stuk land met de naam Huygen Groote Maeth verkochten aan Steven Henricx Huygen en Hilbrant Henricx Huygen. Kochten de Huygen’s een stuk land dat al eerder eigendom was van de familie Huygen ?

Posted in Boermarke van Deever, Cultuurhistorie, Veldnème, Wapse | Leave a comment

Kiender van de U.L.O.-skoele op de foto

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag zoveel mogelijk oude schoolfoto’s van alle scholen in de gemiente Deever. De redactie schat in dat de hier afgebeelde foto van leraren en leerlingen van de U.L.O.-skoele an de Tusschendarp omstreeks 1957/1958 is gemaakt. Zijn het leerlingen van een examenklas ?
De redactie herkent enige leraren, te weten Van Laar, Hendrik (Henk) van den Bos, Berend (Bé) Bieleveld, Vermaat, Bos, Pieter (Piet) Zijlstra en Hendrik Jan Klumpers.
De redactie heeft geen flauw idee wie de leerlingen op de hier afgebeelde schoolfoto zijn. Een aantal leerlingen zal binnen de grenzen van de gemiente Deever hebben gewoond. Maar is de jongen met het geblokte overhemd in de bovenste rij tussen twee meisjes misschien Jan Kuiper ?
Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief herkent personen op de hier afgebeelde schoolfoto ? De redactie verzoekt die namen snel door te geven, aarzel daar vooral niet mee, opdat een volledige lijst van leraren en leerlingen bij de hier afgebeelde schoolfoto kan worden opgenomen.

Posted in Alle Deeversen, U.L.O.-skoele | Leave a comment

Ut huus van de koen’ndokter Van der Eijk

Op de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart is rechts een deel van het huis van veearts Wijnand van der Eijk en zijn gezin an de Tusschendarp in Deever te zien. Daarachter is een deel van de U.L.O.-school 1.0 te zien en daar weer achter een deel van de legere skoele (openbare lagere school) 5.0.
Op de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart is rechts onder nog net het begin van het weggetje naar de ingang van het gemeentelijke sportveld achter de tuin bij het huis van veearts Wijnand van der Eijk te zien.
De hier afgebeelde ansichtkaart is in 1955 uitgegeven door JosPé Fotodrukindustrie in Arnhem en was te koop in de kantoorboekhandel van Roelof (Roef) van Goor an de Kruusstroate in Deever.

Posted in Ansigtkoate, Tusschendarp, Verdwenen object | Leave a comment

Hept de wol’m die Spaanse koon’n al utemoort ?

Op de drie bijgaand afgebeelde kleurenfoto’s van topfotograaf Bas Dekker zijn enige Spaanse Sayaguesa runderen bij een bosrand in ut Wapser Saand te zien. De drie bijgaand afgebeelde kleurenfoto’s zijn omstreeks 2018 gemaakt, dus in het pré-probleemwolven tijdperk.
De grote vraag is natuurlijk of deze kudde grote grazers nog in de gevarenzone in ut Wapser Saand rondgraast of ondertussen al is doodgebeten door het beruchte roedeltje moordzuchtige en bloeddorstige exotische probleemwolven in de Deeverse bos ?
Of hebben de cultuurnatureluurbeheerders wegens het overdonderende succes van de bloeddorstige exotische wolvenmoordmachine aan de rand van de Deeverse bos eieren voor hun geld gekozen en hebben zij de kudde Sayaguesa runderen al stiekem en achterbaks en stilzwijgend verplaatst naar een veilig gebied waar de exotische moordbrigade nog niet huishoudt ?  Misschien wel zo van: laat die exotische probleemwolven maar lekker en zoveel mogelijk al die Wapser schapen vermoorden, maar van onze exotische runderen blijven ze af. Maar al die wanhopige schapenboeren in Wapse zijn helaas niet in die gelegenheid.

Posted in de Deeverse bos, Wapse, Wolf | Leave a comment

De Veentiesweg an de kaante van de Kastanjelène

Vlak na de Tweede Wereldoorlog is het dorp Deever uitgebreid met de Veentiesweg en zijn direct daarna gelukkig alleen aan de Deeverse kant van de Veentiesweg gemeentelijke huurwoningen gebouwd.
De hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart werd vanaf juni 1952 verkocht door drogist en huisschilder Hendrik Mulder (die in de Deeverse volksmond altijd Moessie Peep of Henduk Moessie werd genoemd; alle Mulders in Deever hadden een bijnaam). Op de zwart-wit ansichtkaart is van de Veeentiesweg het deel vanaf de Kastanjelaan in de richting van de Tusschendarp te zien.
Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief weet wie de eerste bewoners van de huizen van dit deel van de Veentjesweg waren ?
In een van de huizen moet de familie Jan Oostenbrink en Aaltje van der Helm hebben gewoond. Maar in welk huis ? En tot wanneer ? Wellicht kan een van de kinderen van Jan Oostenbrink en Aaltje van der Helm dat melden.

Posted in Ansigtkoate, Veentiesweg | Leave a comment

Un witte boswal an de Ten Darperweg in Wapse

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag mooie landschapsfoto’s, die gemaakt zijn in de gemiente Deever. Op bijgaand afgebeelde erg fraaie kleurenfoto van topfotograaf Bas Dekker is een zwaar berijpte boswal in het ochtendlicht aan de Ten Darperweg in Waose te zien. Bas Dekker heeft deze foto gemaakt op 22 december 2007, dat is alweer een hele tijd geleden..
De grote vraag is natuurlijk: waar precies aan de Ten Darperweg in Wapse heeft Bas Dekker deze foto heeft gemaakt ?
De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief die het antwoord op deze vraag weet, die wordt verzocht dit aan de redactie door te geven.

Posted in Landschap, Ten Darperweg, Wapse | Leave a comment

Un dood espeut’n lappe baulaand

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag mooie foto’s van niet meer bestaande objecten, bijvoorbeeld boerenschuren in de gemiente Deever. Op bijgaand afgebeelde erg fraaie kleurenfoto van topfotograaf Bas Dekker is een ingestorte boerenschuur op een doodgespoten stuk grasland an de Wittelerweg in Oll’ndeever te zien. Bas Dekker heeft deze foto gemaakt op 30 november 2007, dat is alweer een hele tijd geleden.
Gebruikte de eigenaar of huurder van dit bouwland of weiland herbiciden, toxische pesticiden, fungiciden, nematiciden, insecticiden of een combinatie van deze ciden om de begroeiing (gras ?) en de insecten in de begroeiing dood te spuiten ?
De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief die het een en ander weet te vertellen over de geschiedenis van de ingevallen boerenschuur, die wordt verzocht deze geschiedenis aan de redactie door te geven.

Posted in Oll'ndeever, Verdwenen object | Leave a comment

Wilde swienties op Woater’n

Opraekelen is het papieren blad van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever.  De redactie van ut Deevers Archief las onlangs in Opraekelen, nummer 18/2, uitgebracht in juni 2018, een berichtje over wilde zwijnen in Wateren. Dit berichtje stond in de Friese Koerier, onafhankelijk dagblad voor Friesland en aangrenzende gebieden, van 23 december 1959.
De oude-krantenknipsel-snuffelaar van de Historische Werkgroep Zorgvliet, Wateren en Oude Willem, zeg maar van het heemkundug genootschap op Zorgvliet, zeg maar een soort van filiaal van de heemkunduge vurening uut Deever an de aandere kaante van de Deeverse bos, vond dit bericht de moeite van het opnemen in Opraekelen waard. Zij nam het bericht om voor de redactie onduidelijke redenen helaas niet helemaal over. Ook de daarbij geplaatste onscherpe afbeelding laat te wensen over, ook daar is een deel van de oorspronkelijke foto weggelaten.
De redactie vindt het uiteraard vanzelfsprekend de lezers van Opraekelen tegemoet te komen met het hier opnemen van het volledige artikel ‘Wilde zwijnen in Wateren’ en een volledige afbeelding van de ansichtkaart ‘Zorgvlied, Wilde zwijnenfarm’, want aan de linkerkant van de afbeelding was ook nog een wild swientie (zwijntje) te zien.

Wilde zwijnen bij Wateren
In augustus kreeg de heer Th. Broekema te Wateren vreemde klanten thuis: zes jonge wilde zwijnen, die hij met veel moeite had losgekregen van de Jagermeester van Hare Majesteit voor Gelderland, jonge zwijnen, geboren en gezoogd in de bossen van het Kroondomen bij het Loo te Apeldoorn.
De heer Broekema woont sinds een paar jaar op de boerderij ‘Klein Eikhof’ onder Wateren, is eigenlijk makelaar van beroep, maar wilde graag wat rustiger wonen en leven. Hij heeft een tijdlang op het Kroondomein Hoog Soeren gewoond en had daar de wilde zwijnen al leren kennen. En omdat hij op zijn boerderijtje varkens hield, kwam deze zomer plotseling de gedachte aan die wilde bosbewoners bij hem boven. Om wilde varkens te fokken en om wat te kruisen met de landvarkens, misschien zat er iets in.
Zes jongen werden opgehaald uit Hoog Soeren, maar één heeft al gauw het loodje gelegd, vermoedelijk omdat de heer Broekema wat gekookte aardappelen had gevoerd. Niet veel, maar toch al te veel. Daarom staan aardappels voor de ruige beesten nu op de zwarte lijst en voert de heer Broekema eikels en slachtafval van een kippenslagerij. Dat gaat heel best, de zwijntjes zien er prima uit, en blijven goed gezond.
Reeds komen er van hier en daar kopers opdagen, maar Broekema wil niet verkopen: hij hoopt het volgende voorjaar mooie jonge wilde zwijnen te hebben.
Als speelgoeddieren
Het zijn mooie dieren, deze wilde zwijnen. Al hebben zij niet meer de helle strepen van het jeugdkleed over hun ruige borstels en harige flanken; de gitzwarte intelligente oogjes in hun ruige koppen; het dropzwarte neusje; de kleine stijve ruigbehaarde oren, ze zien er als leuke speelgoeddieren uit. Pas echter maar op, want reeds nu zijn de beide beertjes heel agressief en al stoten zij niet meer door tot het stevige harmonikagaas, zij probeerden gisteren nog wel, om ons op de vlucht te krijgen.
Hun hok is dan ook van een extra stevige afrastering voorzien en bovendien is er een gedeelte afgezet met hoge stobben, om de wilde dieren meer rust te geven. Hun ‘hol’ is eveneens een ruig stuk van allemaal grote stobben en graag schuilen zij daaronder, als er mensen in de buurt zijn.
Als het helemaal stil is, wordt er gespeeld; daarvoor zijn het jonge dieren. En als zij honger hebben, horen zij de voeremmer heel goed, al blijven zij altijd nog op een afstand, wanneer de heer Broekema voer in de trog doet. Is Broekema dan een eindje uit de buurt, dan rennen de dieren op hun hoge poten naar het voerhok en kijken, of er wat lekkers te vinden is.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De zwart-wit ansichtkaart ‘Zorgvlied, Wilde zwijnenfarm’ was bij het levensmiddelenbedrijf van neringdoende J. Veenstra op Zorgvliet, an de aandere kaante van de Deeverse bos, verkrijgbaar. Het exemplaar in de verzameling van ut Deevers Archief is in juni 1962 uitgegeven.
De heer Th. Broekema kocht het boerderijtje/keuterijtje van Marie Donker, de weduwe van Klaas van der Veen. Marie Donker is geboren op 2 juli 1909 en is overleden op 4 januari 1977. Klaas van der Veen is geboren op 29 juni 1907. Hij was oorlogsinvalidde en is al jong overleden op 30 juni 1957. Beiden liggen begraven op de kaarkhof aachter Obadja op Zorgvliet.
De heer Th. Broekema heeft de naam ‘Klein Eikhof’ voor zijn boerderijtje natuurlijk zelf verzonnen.

Posted in Alle Deeversen, Ansigtkoate, De aandere kaante van de Deeverse bos, Woater’n | Leave a comment

De greinse tussen de gemient’n Deever en Vledder

De redactie van ut Deevers Archief acht het als zijn historische plicht aandacht te besteden aan de grenzen van de gemiente Deever met zijn omliggende gebieden.
Het gekanaliseerde en gestuwde riviertje de Vledder Oa is de grens tussen de gemiente Deever en de gemiente Vledder. Op bijgaande afgebeelde kleurenfoto is de Vledder Oa (in de Deeverse volksmond gewoon de Oa genoemd) in de richting van de Wapserveense Oa te zien bij het begin of het einde (ut is moar hoe aij’t bekiekt) van de zo genoemde Ten Darperweg. Op de voorgrond is de aparte brug voor voetgangers en fietsers over de Vledder Oa te zien.
De redactie heeft het altijd merkwaardig gevonden dat het gekanaliseerde en gestuwde riviertje de Vledder Oa wordt genoemd en niet de Vledderse Oa. De redactie vindt het nog merkwaardiger dat het riviertje niet de naam de Veenhuuser Oa of de Veldhuuser Oa heeft, want de Wapser kluften Veenhuizen en Veldhuizen liggen dichter bij het riviertje dan het dorp Vledder en bovendien lagen de hooilanden van de boermarke van Wapse langs het riviertje.
De Ten Darperweg begint of eindigt (ut is moar hoe aij’t bekiekt) bij de Vledder Oa en begint of eindigt (ut is moar hoe aij’t bekiekt) bij de Bosweg in Deever en is daarmee in de gemiente Deever helaas de weg die over de grootste lengte dezelfde naam heeft. Dat is te veel eer voor een weg die niet eens van de gemiente is, maar van de provincie Drente.
De redactie vindt het beter het gedeelte tussen Wapse en de Vledder Oa de Vledderseweg te noemen, het gedeelte tussen de Bosweg en de Heufdstroate gewoon weer de Betonweg te noemen, het gedeelte tussen de Heufdstroate en Soerte de Kalterseweg te noemen en dan het gedeelte tussen Soerte en Wapse inderdaad de Ten Darperweg te blijven noemen.
Het is met de pet in de hand en met gebogen hoofd slechts een nederig en bescheiden voorstel van de redactie aan de Hoge Dametjes en Heertjes Van De Voorkant Van Het Straatnamen Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan. Ech wè.

Afbeelding 1
De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde kleurenfoto van de Vledderse AA gemaakt op 26 april 2018.
Afbeelding 2
De Vledderse AA met een elzenbosje en een dreigende avondlucht (© Bas Dekker, 20 februari 2010).
Afbeelding 3
De Vledderse AA met een elzenbosje en een dreigende avondlucht (© Bas Dekker, 20 februari 20).

Posted in Greinse, Stroatnaème, Vledder Oa, Wapse | Leave a comment

De paus hef Henduk Bos ok un goll’n medallie egee’m

In de Olde Möppeler (Möppeler Kraante) van 1 mei 1981 verscheen een artikeltje over boer in ruste Hendrik Bos uit Zorgvliet. De tekst van het artikeltje luidt als volgt.

De 77-jarige Hendrik Bos in Zorgvlied is onderscheiden met de eremedaille in goud, verbonden aan de Orde van Oranje Nassau.
De heer Bos, thans rustend landbouwer, was van 1921 tot 1976 organist van de Rooms Katholieke te Zorgvlied en van 1925 tot 1976 kerkmeester van deze kerk.
Sedert 1962 is hij ook voogd van de Stichting Sint Anthony Gasthuis te Zorgvlied en in die functie was hij tot voor kort ook belast met de dagelijkse zorg voor de provenierswoningen naast de Rooms Katholieke kerk (welke binnenkort worden gerestaureerd).
Naast zijn jarenlange activiteiten voor de Rooms Katholieke kerk in Zorgvlied was hij ook hulp en toeverlaat voor de bewoners van de proveniershuisjes en voor vele anderen in de kleine dorpsgemeenschap.
Voor zijn verdiensten ontving de heer Bos enige jaren geleden reeds de pauselijke onderscheiding Pro Ecclesia et Pontifice.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het was vroeger goed zo nu en dan eens een middagje bij het archief van de Olde Möppeler (Möppeler Kraante) langs te gaan en materiaal te verzamelen dat de moeite waard is op te nemen in ut Deevers Archief.  Tegenwoordig is het archief van de Olde Möppeler (Möppeler Kraante) via het internet te raadplegen. De Olde Möppeler (Möppeler Kraante), de krant van ‘de aandere kaante van de Deeverse bos’ publiceert wel degelijk over zaken van ‘de aandere kaante van de Deeverse bos’.
In ut Deevers Archief  moet zeker ook aandacht moeten worden besteed aan ‘de katholieke kerk’ op Zorgvliet en ook aan de rol van Hendrik Bos (geboren op 2 juli 1903, overleden op 9 januari 1983). Hij is onderscheiden met de eremedaille in goud verbonden aan de Orde van Oranje Nassau en de medaille in goud verbonden aan Pro Ecclesia et Pontifice 
(Latijn voor: Voor Kerk en Paus)Hendrik Bos was drager van een respectabele wereldlijke en kerkelijke onderscheiding.
Burgemeester Hermen Gerrit Overweg reikte de gouden eremedaille van de Orde van Oranje Nassau uit aan Hendrik Bos.
De zwart-wit foto is gemaakt door boer, dorpsfiguuur en dorpsfotograaf Harm Hessels uut Deever, dat ligt an de aandere kaante van de bos.

Abracadabra-1568Abracadabra-1567

Posted in De aandere kaante van de Deeverse bos, Haarm Hessels, Kattelieke Kaarke, Lodewijk Guillaume Verwer, Sint Anthonij Gasthuis, Zorgvliet | Leave a comment

Un fragmentie uut ut vurlee’n van Hotel Villa Nova

De redactie van ut Deevers Archief nam bij één van zijn regelmatige bezoeken aan Zorgvliet, en dan iets drinken en eten bij Hotel Villa Nova van de familie Krans an de Dorpsstroate, in 2012 een exemplaar mee van de jubileumkrant ‘Villa Nova – 1952-2012’, uitgegeven in februari 2012 in een oplage van 5000 exemplaren. Op de eerste bladzijde van deze jubileumkrant is over Villa Nova het fijne berichtje ‘Een stukje geschiedenis’ te lezen. De redactie heeft toestemming van mevrouw Renate Krans dat bericht op te nemen in ut Deevers Archief. De redactie is haar daarvoor uiteraard bijzonder erkentelijk.

Een stukje geschiedenis
In 1952 was de villa vanaf de weg nagenoeg aan het oog onttrokken, zoveel struiken en heesters groeiden tot aan de voordeur toe. Het leek wel een jungle ! Het gebouw zelf verkeerde in een zeer slechte staat van onderhoud: verveloos aan de buitenkant, binnenin jurken als behang aan de muur. Bij de koop hebben opa en zijn vader, wel vastgesteld dat het hout van deuren en kozijnen van uitstekende kwaliteit was. Een mes van het merk Herder werd er tegenaan gedrukt en kwam nog geen millimeter naar binnen: het hout leek wel van graniet.
Rondom het huis was de tuin verwilderd. Er groeide van alles. Maar de oude kern was duidelijk te onderscheiden: de majestueuze rij lindebomen, prachtige beuk, kastanje, reusachtige tua, rododendrons… Een boomgaard met heerlijke appels. er waren allerlei soorten bessenstruiken, een grote moestuin. De vijver met eenden en in het midden een eilandje met een hunebedje van echte zwerfkeien. Vooral in de lente was het met bloeiende boomgaard en ontluikend groen een lustoord.
Achter de villa stond een houten schuur, waar opa een stal van heeft gemaakt. Hij was tenslotte ook nog boer, al was dat niet van ganser harte. Het was echt geen uitzondering dat de melkbussen te laat aan de weg stonden. Er zijn ansichtkaarten van ‘Vita Nova’ met de melkbussen op de voorgrond. In die tijd werd de melk bij de boerderijen opgehaald door een melkrijder met paard en wagen en naar de zuivelfabriek De Drie Gemeenten gebracht. Opa had land in Zorgvlied, maar ook in Vledder, tien kilometer verderop, aan de andere kant van de Koloniebossen. Dat Vledderse land was de erfenis van de ouders van oma. Er hoorde ook een boerderij bij. Die staat daar met rieten dak nog steeds, maar is nu verbouwd tot een appartementencomplex. Het was met paard en wagen een hele reis naar Vledder. Heerlijk was het te liggen bovenop een wagen met geurig hooi, terwijl het bladerdak van een tunnel van eikenbomen vlak boven je hoofd voorbij schoof. Weer iets anders was het verweiden van koeien. We moesten door bossen heen, wel over zandpaden, maar er wilde nog wel eens een beest de vlucht nemen. Alleen de voorste koe zat namelijk aan een touw vast, de andere liepen er los achteraan. Het leek soms wel Wild West.
Zorgvlied was weliswaar een klein dorp, maar… er waren twee kruidenierswinkels en een echte bakker in het dorp, en ook nog eens een bakker uit Elsloo, die het brood langs de huizen bracht. Zoals nu was er een kerk en een kapel, maar toen was er ook een pastoor en een predikant. De eerste woonde in een riante pastorie met grote tuin en de andere in het zogenaamde Amsterdamse Huis.
De pastorie is later op afbraak door opa gekocht. De stenen zijn stuk voor stuk gebruikt voor de bouw van de grote kelder, waar nu de vergaderzaal is.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Van Villa Nova zijn na de Tweede Wereldoorlog in het tijdperk van de zwart-wit foto enige ansichtkaarten uitgegeven, waaronder de bijgaande afgebeelde ansichtkaarten. Aan de rechterkant van de ansichtkaart zijn de melkbussen van pensionhouder en ook nog boer Jan Krans te zien.
De tweede afbeelding (afbeelding 2) toont een zwart-wit ansichtkaart met witte rand met de titel ‘Zorgvlied. Huize Vita Nova’, deze is in juli 1955 uitgegeven. Achter op deze ansichtkaart staat niet vermeld bij wie op Zorgvliet de ansichtkaart te koop was. Het ligt voor de hand aan te nemen dat dit bij pensionhouder Jan Krans in Villa Nova was.
In augustus 1955 verscheen een tweede druk van deze zwart-wit ansichtkaart, nu zonder witte rand, maar wel met de juiste titel ‘Zorgvlied. Huize Villa Nova’. Zie afbeelding 3.
In het op vrijdag 9 juli 2021 uitgegeven Magnus Opus Fragmenten Uit Het Verleden Van De Vroegere Gemeente Diever van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever is in het hoofdstuk Zorgvlied op bladzijde 204 een afbeelding van een exemplaar van de hier afgebeelde ansichtkaart (afbeelding 2) opgenomen.
In het op vrijdag 9 juli 2021 uitgegeven Magnus Opus Fragmenten Uit Het Verleden Van De Vroegere Gemeente Diever van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever is in het hoofdstuk Zorgvlied op bladzijde 203 en 204 het bijgaand weergegeven bericht ‘Een stukje geschiedenis’ opgenomen.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3

Posted in Ansigtkoate, Dorpsstroate, Zorgvliet | Leave a comment

Bee ut winkeltie van Jan ter Heide an de Heufdstroate

Drukkerij en Boekhandel Roelof (Roef) van Goor an de Kruusstroate in Deever heeft het boek De historie en pre-historie van Diever in woord en beeld in januari 1975 uitgegeven. De Deeverse boerenzoon Arend Mulder is de schrjjver/samensteller van dit boek. In het boek is op bladzijde 89 is een afbeelding van een ansichtkaart uit 1919 te zien. Onder de afgebeelde ansichtkaart staat de volgende tekst.

Hoofdstraat
De Hoofdstraat van Diever loopt vanaf deze driesprong richting Dieverbrug.
Op de voorgrond rechts zien wij de kruidenierswinkel van schilder Jan ter Heide.
Daarachter het huis van kleermaker Roelof van Kampen en op de achtergrond, duidelijk uitkomend, de boerderij van Jan Manden, later bewoond door z’n schoonzoon Dirk Vording.
Vooraan links, onder de bomen, de boerderij van de heer Harm Hessels, boer en vele jaren wethouder der gemeente Diever.
Bij Jan ter Heide kwam elke jaarmarkt juwelier Hemmes uit Assen om oorijzers, horloges en verdere sieraden te verkopen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Kruidenier en schilder Jan ter Heide is geboren op 13 mei 1864 in Havelte. Hij is overleden op 27 oktober 1941 in Assen. Hij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever. Hij trouwde met Wilhelmina (Mina) Merk. Zij is geboren op 5 januari 1863 in Zuidlaren. Zij is overleden op 13 april 1940 an de Deeverbrogge. Zij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever.
Kleermaker Roelof van Kampen is geboren op 24 september 1863. Hij is overleden op 21 mei 1933. Hij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever.
Boer Jan Manden is geboren in Steenwijkerwold. Hij is overleden op 3 maart 1920 op zeven en zestigjarige leeftijd in Deever. Hij was getrouwd met Roeloffien Timmerman. De redactie is in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van Jan Manden.
Boer Derk Vording is geboren op 12 december 1885. Hij is overleden op 2 augustus 1959 in Deever. Hij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever. Hij was getrouwd met Barta Henderika Manden.
Juwelier Hemmo Hemmes is geboren op 15 oktober 1858 in Assen. Hij is overleden op 7 september 1932 in Assen.
De redactie verzoekt de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief aanvullende gegevens van de vermelde personen aan te leveren. 

Posted in Heufdstroate, Publicatie | Leave a comment

Roadsstokk’n lees’n in Ut Winkeltie op Zorgvliet

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 21 november 1996 het volgende kort berichtje bij een interieurfoto van het laatste winkeltje op Zorgvliet.

Raadsstukken te lezen in dorpswinkel
De sluiting van de openbare lagere school Groot en Klein Wateren in augustus dit jaar, betekende voor de inwoners van die dorpen ook dat de leestafel voor de raadsstukken wegviel. Deze lagen altijd in de school ter inzage. Plaatselijk Belang Zorgvlied-Wateren-Oude-Willem liet het er niet bij zitten en vanaf deze week kunnen de inwoners van de drie dorpen de stukken van de gemeenteraad lezen aan de paktafel van Us Winkeltie in Zorgvlied.
Plaatselijk Belang heeft er ook een stoel geplaatst, zodat de mensen in alle rust de raadsstukken kunnen doornemen. Dat moet dan met de papieren op schoot, want de paktafel is te hoog om aan te lezen. De vereniging is daarom nog op zoek naar een barkruk.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het laatste winkeltje op Zorgvliet (an de aandere kaante van de Deeverse bos) stond niet op Groot Wateren of op Klein Wateren, maar an de Dörpsstroate op Zorgvliet. Het pand is na een flinke verbouwing en vernieuwing nu een woonhuis.
De schrijver van de tekst bij de foto van het interieur van het laatste winkeltje op Zorgvliet moet wel een op Friesland georiënteerd persoon zijn geweest of moet gedacht hebben dat de dörp’m an de Freese kaante van de Deeverse bos bij Fryslân horen, want hij of zij heeft het winkeltje de naam Us Winkeltie gegeven, terwijl de eigenaren zelf aan het winkeltje de naam Ut Winkeltie hadden gegeven, want op Zorgvliet en op Woater’n wordt of misschien beter gezegd werd Weststellingwerfs gesproken.
Het jaar 1996 ligt nog zo’n beetje in het vóór-digitale papieren tijdperk. Tegenwoordig zijn de raadsstukken van de gemeente Westenveld, waarin de gemiente Deever gedwongen is ondergebracht, gewoon thuis achter de vaste computer, op de schootcomputer, op de tablet of op de slimme telefoon te lezen in de webstee van de Hoge Dames En Heren Van De Voorkant Van Het Grote Gigantische Gelijk In Het Raadhuis Van De Gemeente Westenveld Aan De Gemeentehuislaan In Deever..
Maar waar zijn de eigenaren van Ut Winkeltie gebleven ?
Wie kan de redactie een goede scan van de interieurfoto van Ut Winkeltie doen toekomen ?
Hebben de eigenaren van Ut Winkeltie andere foto’s van het interieur van hun winkeltje ?

Posted in De aandere kaante van de Deeverse bos, Neringdoende, Zorgvliet | Leave a comment

Ièste plattegrond van ut onderdukershol

De gemeentelijke architect Albert Wiglema had -het kon ook niet anders- een vaste hand van tekenen. Hij tekende, niet bekend is wanneer, maar het moet vlak na het einde van de Tweede Wereldoorlog in Deever zijn geweest, een mooie plattegrond van het als schier onvindbaar beschouwde onderduikershol aan de Wouwenaarsweg in de bossen op Berkenheuvel.
Toch omsingelden de Duitsers in de ochtend van die fatale 22 november 1944 de schuilplaats. De verzetsmannen Hermannus Vos, Hilbert Gunnink, Roelof Eggink en Gerhardus Koster, die op dat moment in het hol zaten, zouden vanwege de Duitse omsingeling geen schijn van kans hebben gehad via het korte nooduitgangetje te vluchten.
De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief wordt tevens verwezen naar de pagina over het onderduikershol in de webstee van het Nationaal Comité 4 en 5 mei.

Posted in Landgoed Berkenheuvel, Onderduikershol, Tweede Wereldoorlog, Verzet | Leave a comment

Wie hef fotoos van ut SHELL-tankstation in Wapse ?

De redactie van ut Deevers Archief is wel in het bezit van een sukersakkie van café-restaurant Het Witte Huis met daarbij afgebeeld het Shell-tankstation van E. Land, maar heeft in zijn verzameling geen foto’s van het Shell-tankstation en café-restaurant Het Witte Huis.
Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan de redactie helpen aan een paar goede scherpe digitale scans van foto’s van het Shell-tankstation en café-restaurant Het Witte Huis  ?
Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief weet tot wanneer E. Land de café- en restauranthouder was van Het Witte Huis ? Wat was de voornaam van E. Land ?
Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief weet tot wanneer het Shell-tankstation in gebruik is geweest ? Wanneer is het Shell-tankstation gesloopt ?

Posted in Café-Restaurant Het Witte Huis, Sukersakkie, Verdwenen object, Wapse | Leave a comment

Un deeglukke, staarke en welbeklaante meule

Advertentieblad van het Departement van de Wester-Eems van 7 oktober 1811 vermeldt het volgende bericht over de verkoop van dd hechte, sterke en welbeklantte korenmolen, staande tusschen Diever en Oldendiever.

G.A. DE JONGE te Diever is voornemens, ten overstaan van den ondergeteekende KEIZERLYKEN NOTARIS, op Donderdag den 7 november 1811, des avonds met het opsteken der Kaars, ten huize van DANIËL HANSEN te Diever, publiek bij Strykgeld te doen inzetten, en Woensdag den 13 November daar aan volgende, by toeslag aan de meestbiedende te Verkoopen: een hechte, sterke en welbeklantte KOREN-MOLEN, staande tusschen Diever en Oldendiever, in het voormalig Departement Drenthe. Kunnende den Kooper (des begerende) de halve Koopprys tegens behoorlyke intrest, en op voor te lezen Conditien, over het gekochtte behouden.
S.J. van Royen, Keizerlyke Notaris.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In de advertentie gaat het natuurlijk om de verkoop van de korenmolen, die tegenwoordig molen ‘de Vlijt’ wordt genoemd.
In 1811 was Geert Aalderts de Jonge de mulder van de korenmolen op de Westeresch tussen Deever en Oldendeever. Hij overleed op 22 mei 1815 op 69-jarige leeftijd. Hij was getrouwd met Geesje Hessels.
Stephanus Jacobus van Royen (gedoopt op 8 april 1764 in Vledder, overleden op 3 augustus 1834 in Bentheim) was notaris in Vledder. Hij was in de Franse tijd ook burgemeester en schulte van Deever.
Strijkgeld is een beloning die de verkopende partij van een onroerend goed uitlooft aan de hoogste bieder
.
Het departement Wester-Eems was de naam van een Frans departement in de Nederlanden ten tijde van het eerste Franse keizerrijk. Het departement werd gevormd op 1 januari 1811 na de annexatie door Frankrijk op 9 juli 1810 van het koninkrijk Holland. Het bestond uit de voormalige Hollandse departementen Groningen en Drenthe en het Duitse deel van het Reiderland.

Posted in Deever, Meule, Meule van Oll’ndeever | Leave a comment

Ut hüsie van de broggewaagter an de Gowe

Tijdens een stevige wandeling an de Deeverse kaante van de Gowe werd de aandacht van de redactie van ut Deevers Archief plotsklaps in het voorbijgaan getrokken door het bordje onder het huisnummer van het brugwachtershuisje met adres Riekseweg 10. Het bordje geeft aan dat het pandje een gemeentelijk monumentje is, bij nadere inwinning van gegevens blijkt het pandje een vrijwillig gemeentelijk monumentje te zijn.

Op de betreffende bladzijde van de webstee van de Hoge Dametjes En Heertjes Van Voorkant Van Het Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever is de volgende intrigerende uiterst merkwaardige stok-achter-de-deur-tekst te lezen:
Wat betekent de opname van uw pand of object voor u ?
De ‘vrijwillige’ status impliceert dat zaken, waarvoor u normaal gesproken geen vergunning nodig hebt, ook na opname op de vrijwillige gemeentelijke monumentenlijst niet mag veranderen. Wel zal de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit bij voorkomende aanvragen voor een omgevingsvergunning kijken of er eventueel cultuurhistorische waarden in de knel komen.
Door de opname van uw pand of object op de vrijwillige gemeentelijke monumentenlijst, vervalt voor u de verplichting voor het energielabel.

Dus in het geval de eigenaar van het brugwachtershuisje an de Gowe het door de heer Bernard Stikfort, die de beleidsregisseur (beleidsdirecteur ?) voor erfgoed, cultuurhistorie en monumenten van de Voorkant Van Het Gelijk is, en de Hoge Leden Van De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit goedgekeurde vrijwillige gemeentelijke monumentje besluit loek’n in de witgeverfde maar zichtbare haken in de raamkozijnen op te hangen en deze overdag te vergrendelen achter de witgeverfde maar zichtbare grendels, dan moet de eigenaar van het pandje eerst nederig en met de pet in de hand toestemming vragen aan de heer beleidsregisseur (beleidsfluisteraar ?) Bernard Stikfort en de Hoge Leden Van De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit. Dan wordt natuurlijk in een speciale vergadering het nieuwe voorgevelbeeld diepgaand en uitputtend vergeleken met de nul-situatie van de voorgevel, dan zou het best eens zo kunnen zijn dat na ampel beraad voor het plaatsen van loek’n geen toestemming wordt gegeven.
De heer Bernard Stikfort, die de beleidsregisseur (beleidsknutselaar ?) voor erfgoed, cultuurhistorie en monumenten van de Voorkant Van Het Gelijk is, heeft het vrijwillige gemeentelijke monumentje opgenomen in zijn ogenschijnlijk erg persoonlijke hobby.
Dus in het geval de eigenaar van het brugwachtershuisje an de Gowe na de goedkeuring van het vrijwillige gemeentelijke monumentje door de heer Bernard Stikfort, die de beleidsregisseur (beleidsleider ?) voor erfgoed, cultuurhistorie en monumenten van de Voorkant Van Het Gelijk is, en de Hoge Leden Van De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit, de loek’n uit de witgeverfde maar zichtbare haken in de raamkozijnen heeft verwijderd, dan moet de eigenaar van het pandje met grote vreze vrezen (the fear in the policy-director is the beginning of wisdom), want de eigenaar had daarvoor eerst nederig en met de pet in de hand toestemming moeten vragen aan de heer beleidsregisseur (beleidsuitstippelaar ?) Bernard Stikfort en de Hoge Leden Van De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit. Na de eerstvolgende inspectie van het gemeentelijke monumentje wordt natuurlijk in een speciale vergadering het nieuwe voorgevelbeeld diepgaand en uitputtend vergeleken met de nul-situatie van de voorgevel, dan is het schier zeker dat na ampel beraad het brugwachtershuisje uit de Bernard-Stikfort-lijst van vrijwillige gemeentelijke monumenten wordt geschrapt.
En dan geldt volgens beleidsregisseur (beleidssouffleur ?) Bernard Stikfort voor de eigenaar van het brugwachtershuisje de verplichting van het hebben van het energielabel. Maar dat is arrogante volksverlakkerij, dat is een stinkende sigaar uit eigen doos, want die wettelijke verplichting had de eigenaar al, daarvoor verwijst de redactie naar www.energielabel.nl/woningen.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de twee hier afgebeelde kleurenfoto’s gemaakt op 26 april 2018.


Posted in de Gowe, Gemientelijk monument, Toevallige waarneming | Leave a comment

Mien nème is Rob Koghee. Wie kent mee nog ?

De redactie van ut Deevers Archief ontving op 11 juni 2018 van Rob Koghee bijgaande wel erg korte bijdrage aan de beschrijving van het verleden van het jongenskamp ‘de Eikenhorst’ an de Gowe. De redactie is hem daarvoor bijzonder erkentelijk.

Ik heb ook op ‘de Eikenhorst’ in de oude barakken gewoond.
Samen met Jan Houtman en Henk de Ruiter en Frank Uding.
Wij hadden een hut gebouwd bij de gymzaal, die stond op een berg kan ik me nog herinneren.
Ik zat daar in de tijd van de treinkaping bij de Punt in juni 1977. Er was toen ook een kaping van een school aan de gang.
Mijn naam is Rob (Robertino) Koghee.
Ik ben nu 56 jaar oud.
Wie kent mij nog uit die tijd ?

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Wellicht kunnen zijn barakmaten Jan Houtman, Henk de Ruiter en Frank Uding en anderen barakgenoten reageren op dit korte bericht van Rob Koghee. In welke barak zaten de jongens ?
Rob Koghee maakt in zijn berichtje gewag van een gymzaal. Deze zaal moet in latere jaren zijn gebouwd, want op de plattegrond van het kamp uit het begin van de zestiger jaren is geen gymnastiekzaal te vinden.
De redactie heeft bijgaande kleurenfoto gemaakt op 26 april 2018.
Op de afbeelding is aan de linkerkant de Pastoorszandweg in de richting van de Voart te zien. De Pastoorszandweg was een zandweg, maar is nu helaas een verharde weg. De naam van de Pastoorszandweg zou voor wat betreft het verharde gedeelte moeten worden gewijzigd in Pastoorsstraatweg of kortweg Pastoorsweg.
Aan de rechterkant is de toegangsweg naar het voormalige jongenskamp ‘de Eikenhorst’ te zien. De naam van deze nu verharde weg is omgedoopt tot ‘de Eikenhorst’. Weer een voorbeeld van een helaas verdwenen zandweg.
De voorkant van het gelijk is helemaal niet zuinig op zandwegen, te koesteren cultuurhistorisch erfgoed in de gemiente Deever. Echt wel.


Posted in de Gowe, Jongenskamp de Eikenhorst | Leave a comment

A&O-winkel van Jan Breimer en Lammigje Kloeze

De redactie van ut Deevers Archief ontving naar aanleiding van zijn oproep in het bericht Breimer Zelfbediening op speldje van Tiktak thee de volgende reactie van de heer Tibbe Breimer, de oudste zoon van Jan Breimer en Lammigje Kloeze:

Ik kom puur toevallig op dit bericht. Ik lees het verzoek. Ik zal in mijn eigen archief moeten zoeken naar foto’s.
Ik ben uiteraard gaarne bereid nadere informatie te geven en naar foto’s te zoeken.
Waarschijnlijk beschikt mijn zuster Marianne over de meeste oude foto’s van de winkel.

De redactie van ut Deevers Archief is de heer Tibbe Breimer bijzonder erkentelijk voor zijn reactie.
Zijn informatie is verwerkt in het bericht In de winkel van Jan Breimer en Lammigje Kloeze.
De zwart-wit foto bij dat bericht en bijgaande zwart-wit foto van het winkelgedeelte en het woongedeelte van het pand an de Peperstroate in Deever zijn afkomstig uit de foto-albums van mevrouw Marianne Breimer.
Bijgaande zwart-wit foto van het pand, dat vóór de verschillende verbouwingen ooit een boerderijtje was, is volgens de heer Tibbe Breimer omstreeks 1968 gemaakt.
Toen hadden Jan Breimer en Lammigje Kloeze hun winkel al voor zelfbediening geschikt gemaakt en waren ze aangesloten bij de A&O-winkelformule. Dat is te zien boven in de etalageramen aan de kant van de Peperstroate en aan het A&O-uithangbord aan de muur (of aan de lantaarnpaal ?).
Let vooral ook op het fietsenrekje met de reclame voor Persil-zeeppoeder. Op de zwart-wit foto is rechts achter de zijgevel aan de rechterkant het dak van een zijvleugel van de olde griffemeerde kaarke te zien. Aan de linkerkant is links naast het woongedeelte van het pand een stukje van de boerderij van varkenskoopman Marinus Bel en Jantje Bentum te zien.
Op de stee waar op de zwart-wit foto de lantaarnpaal staat, daar ongeveer staat op de kleurenfoto de paal met bruine richtingborden. De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto op 26 juni 2018 gemaakt.
Het verkeersbord voor de aanduiding van een éénrichtingweg (RVV-C03) stond op 26 juni 2018 ongeveer op dezelfde stee als in  ± 1968. Dus de Peperstroate is al meer dan een halve eeuw een éénrichtingsweg !! Voorwaar een Deevers geschiedkundig verkeerskundig feitje. Ech wè.

Posted in Alle Deeversen, Neringdoende, Peperstroate, Verdwenen object | Leave a comment

De saandweg hen Ellert en Brammert

De hier afgebeelde kleuren ansichtkaart is in 1977 uitgegeven door vakantiecentrum Ellert en Brammert, Dieverbrug, telefoon 5219-1207-1298.
Recreatiecentrum Ellert en Brammert, later vakantiecentrum Ellert en Brammert, lag tussen de Deeverbrogge en de Gowe an de Riekseweg bij het huis met de naam ‘de Wildschut’.
De inrijlaan is het eerste stukje van de openbare Grönnegerweg, De feitelijke ingang was bij de plek waar de Grönnegerweg en de Olde Grönnegerweg bij elkaar komen.
Het op de ansichtkaart zichtbare deel van de Grönnegerweg was gelukkig in die jaren nog un saandweg. Dit stukje Grönnegerweg is tegenwoordig helaas verhard en geteerd met asfalt.
De redactie van ut Deevers Archief stelt voor dit stukje milieuonvriendelijk asfaltweg op te breken en de olde saandweg in ere te herstellen. Zandwegen zijn tegenwoordig goed en duurzaam te stabiliseren, bovendien is het resterende onderhoud praktisch zonder kosten bij dorpskrachten aan en uit te besteden. De zandwegen binnen de grenzen van de gemiente Deever moeten gekoesterd worden als groot cultureel erfgoed.
Op de ansichtkaart is de toegangspoort en de twee masten met de Nederlandse en de Drentse vlag te zien. Vacantiecentrum Ellert en Brammert had blijkbaar nog steeds toestemming van de ambtenaren op ut gemientehuus an de brink in Deever om de houten ereboog aan het begin van de Grönnegerweg te plaatsen. Merk op dat in 1977 de elektrische energie voor het vacantiecentrum niet meer boven de grond via leidingen aan palen werd getransporteerd.

Abracadabra-1213

Posted in Ansigtkoate, Ellert en Brammert, Toeristenindustrie | Leave a comment

Ur was gien wèter en de braandspuite was kapot

In onder meer de navolgende kranten verscheen een bericht over de felle brand in manufacturenmagazijn ‘de Toekomst’ van de heer Philippus (Flip) Zaligman an de Heufdstroate in Deever.
– De Gooi- en Eemlander : nieuws- en advertentieblad van 21 februari 1940;

– Nieuwsblad van het Noorden van 21 februari 1940;
– De Banier: staatkundig gereformeerd dagblad van 21 februari 1940;
– Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant : staats-, handels-, nieuws- en advertentieblad van 21 februari 1940;
– Nieuwe Provinciale Groninger Courant van 21 februari 1940;
– Nieuwsblad van Friesland: Hepkema’s courant van 21 februari 1940;
– Utrechts Volksblad: sociaal-democratisch dagblad van 21 februari 1940;
– De Tijd: godsdienstig-staatkundig dagblad van 21 februari 1940;
– De Residentiebode van 21 februari 1940;
– De Maasbode van 21 februari 1940;
– De Standaard van 21 februari 1940;
– Delftsche Courant: nieuwsblad voor Delft en Delfland van 21 februari 1940;
– Limburgs Dagblad van 22 februari 1940.

In de Provinciale Overijsselsche en Zwolsche-Courant van 21 februari 1940 werd het volgende -hierna afgebeelde- bericht gepubliceerd.

Felle brand te Diever
Er was geen water en de brandspuit was defect.
Gistermiddag heeft een felle brand gewoed in het manufacturenmagazijn ‘de Toekomst’ van den heer P. Zaligman, aan de Hoofdstraat te Diever. Het vuur, dat op de bovenverdieping is ontstaan, kon in verband met gebrek aan bluschwater, niet worden bestreden. Bovendien bleek de brandspuit van Diever niet in orde te zijn, weshalve de burgemeester, de heer J.C. Meiboom, gezien den omvang, welke de brand dreigde aan te nemen, de brandweer van Dwingelo en later die van Assen, om assistentie verzocht.
Inmiddels was ook het benedengedeelte van het manufacturenmagazijn door het vuur aangetast. Men slaagde er nog in het huisraad en enkele bescheiden in veiligheid te brengen. Evenwel deelde het vuur zich korten tijd later mede aan de naast gelegen copieerinrichting van den heer Van Goor, terwijl aan de achterzijde de vlammen oversloegen op het woonhuis van den landbouwer Vierhoven.
De brandweer slaagde er in samenwerking met de intusschen ter plaatse verschenen brandweer van Dwingelo en Assen in, het huis van den landbouwer behouden, evenals twee daar aan grenzende woonhuizen.
Het manufacturenmagazijn en de copieerinrichting brandden echter geheel uit. Slechts een gedeelte van den inventaris van de copieerinrichting wist men te redden.
De schade wordt door verzekering gedekt. De oorzaak van den brand is niet bekend.

In het Nieuwsblad van het Noorden van 21 februari 1940 werd het volgende bericht gepubliceerd.

Twee huizen te Diever afgebrand
Gevaar voor uitbreiding kon nog worden voorkomen.
Te Diever is gistermiddag brand uitgebroken door tot dusver onbekende oorzaak in het manufacturenmagazijn ‘de Toekomst’ van den heer Ph. Zaligman aldaar.
Het vuur, dat in de bovenverdieping woedde, was niet te blusschen, voornamelijk door gebrek aan bluschwater. Na korten tijd stond het gehele pand in lichterlaaie. Alleen de boeken en enig huisraad kon men redden.
Doordat de brandspuit niet werkte, geraakte ook het naastgelegen huis, waarin de copieerinrichting van den heer R. van Goor is gevestigd, in brand.
De burgemeester der gemeente, de heer J.C. Meyboom, achtte het toen geraden de brandweer van Dwingelo en later die van Assen te hulp te roepen. Het was een kritiek moment, want een drietal aan de overzijde van de Peperstraat gelegen gebouwen liepen ernstig gevaar. Het huis van den landbouwer A. Vierhoven (Albert Vierhoven) vatte zelfs even vlam. Gelukkig slaagde men er echter in deze huizen te behouden.
Toen later ook de bedoelde brandweren van Dwingelo en Assen arriveerden en werden aangesloten op de nieuw geslagen nortonput voor het gemeentehuis, was het gevaar spoedig bezworen.
De huizen en de inboedels waren verzekerd. De inventaris van de copiëer-inrichting werd nog gedeeltelijk gered.

Aantekeningen van redactie van ut Deevers Archief
R. van Goor is Roelof van Goor, de uitgever van het Deeverse Blattie. Zijn copieerinrichting was gevestigd in een pand dat eigendom was mejuffrouw L. Oostenbrink. De landbouwer A. Vierhoven is Albert Vierhoven, die an de Peperstroate woonde.
Het mag duidelijk zijn dat met een oude niet-werkende brandspuit (een betere naam voor dit materieel is waterspuit) en zonder water geen branden kunnen worden geblust. Voor de bestelde maar nog niet geleverde moderne brandweerwagen was al een nortonput vóór het gemeentehuis geslagen. Een nortonput is een inrichting voor het onttrekken van water aan diep gelegen grondlagen via buizen.
De artikelen melden dat het verbrande manufacturenmagazijn ‘de Toekomst’ van den heer Ph. Zaligman (Philippus Zaligman) is. Of de joodse familie Zaligman toen nog in de woning boven de winkel woonde, dat is de redactie niet helemaal duidelijk, omdat deze familie in 1936 naar Meppel verhuisde. Het kan zijn dat het pand toen aan iemand was verhuurd. Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan hier duidelijkheid over verschaffen ?
Op de grond van het verbrande pand van Philippus (Flip) Zaligman an de Heufdstroate is in de Tweede Wereldoorlog het gebouw van de Boerenleenbank gebouwd en in gebruik genomen. Heeft de Boerenleenbank de grond van de familie Zaligman direct na de brand gekocht ? Waar is het puin van het verbrande pand van de familie Zaligman en van mejuffrouw L. Ooostenbrink gebleven ?
Op de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart uit 1948 is de Boerenleenbank met woning voor de kassier aan de rechterkant van de afbeelding te zien. Helemaal rechts achter de leilinden staat café Trompetter. Aan de linkerkant is op de voorgrond de schilderswinkel van Geert Koster te zien. Achter de Boerenleenbank is nog net een stukje van de smederij van Albert Kloeze zichtbaar. Het hoekige gebouw met het platte dak achter de smederij is het postkantoor (Deever had toen nog een postkantoor).

Abracadabra-1215
Abracadabra-1212

 

Posted in Ansigtkoate, Boer’nlienbaank, Braandwièr, Café Trompetter, Deever, Heufdstroate, Joodse inwoner, Neringdoende, Verdwenen object | Leave a comment

Giet ut husie van de fumilie Andree teeg’n de vlakte ?

De redactie van ut Deevers Archief heeft bijgaande afgebeelde kleurenfoto op 2 november 2017 gemaakt.
Op de foto is de voorgevel van ut husie op ut Kastiel in Deever te zien waar vroeger de familie Aubut Andree (Albert Andreae) woonde: Albert Andreae en Jantje Oost en hun kinderen Annaeus, Roelofje (Roelie), Hendrik (Henkie), Jan en Tinus.
De redactie weet niet wie de huidige bewoners van het huisje zijn.
Aan een oud en mooi maar niet authentiek gerestaureerd pandje zou een einde kunnen komen. Op ut Kastiel in Deever gingen begin 2021 de geruchten dat de woning met adres Kasteel 10 tegen de vlakte zal gaan.
Dat is gelukkig niet gebeurd, maar als dat wel zo was geweest, dan hadden de dorpskrachten van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever zich met geschwinde spoed en in gestrekte draf en in groten getale en gewapend met foto- en filmcamera’s en slimme telefoons naar het genoemde pandje moeten begeven om de binnenkant en de buitenkant grondig en uitgebreid te bestuderen, te fotograferen, te filmen en te documenteren. Voor het te laat zou zijn geweest.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief.
De redactie ontving op 29 januari 2021 de volgende zeer gewaardeerde reactie van mevrouw Sonja ten Kroode, één van de twee huidige bewoners van het pand.
Met verbazing heb ik deze tekst gelezen. Wij hebben eind 2015 dit pand gekocht. Vanaf het begin hebben wij aangegeven dat wij het karakteristieke van dit pand juist willen behouden. En dat is het ook na de verbouwing. Voor de verbouwing is natuurlijk een vergunning aangevraagd (waarop u had kunnen reageren )en deze is door de gemeente verstrekt. Wij vinden het ongepast zoals het nu in Deevers Archief is opgenomen.

Posted in Alle Deeversen, Deever, Keutereegie, ut Kastiel | Leave a comment

De Gèper boo’m de drogistereeje Henduk Moesie

De twee hier afgebeelde zwart-wit foto’s van de Gaper aan de gevel boven de winkeldeur van de drogisterij van Hendrik Mulder an de Heufdstroate in Deever zijn afkomstig uit een collectie foto’s van Monumentenzorg, die aanwezig is in het Drents Archief in Assen. De twee foto’s van de Gaper zijn op 2 april 1959 gemaakt.

Hendrik Mulder (Hendrik Moesie; alle Mulders in Deever hadden een bijnaam; hij werd vanwege zijn astma ook wel Moesie Peep genoemd) en zijn vrouw Christina (Stina) Klok openden in 1933 in Deever in een nieuw pand drogisterij De Gaper, Hoofdstraat 17, nu Hoofdstraat 43. Hendrik was ook huisschilder, zijn vrouw Christina (Stina) deed de drogisterij. Hendrik maakte ook graag foto’s. Hendrik Mulder is geboren op 24 mei 1905 en is overleden op 30 januari 1977. Zijn vrouw Christina (Stina) Klok is geboren op 24 januari 1910 en is overleden op jonge leeftijd op 28 oktober 1961. Beiden zijn begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever.

Per 1 januari 1966 deed Hendrik Mulder (Hendrik Moesie) zijn zaak over aan zijn neef Hendrik Koopman. In juni 1993 is Hendrik Koopman met zijn drogisterij verhuisd naar de Peperstraat. Zowel Hendrik Mulder als Hendrik Koopman waren verkoper van heel veel mooie ansichtkaarten met afbeeldingen uut de gemiente Deever. De redactie van ut Deevers Archief is hen daar veel dank voor verschuldigd.

De Gaper, het beeld met de houten kop met de gapende mond en de tong uit de mond, is gemaakt door een beeldhouwer uit Veendam. In de tachtiger jaren van de vorige eeuw moest de fraaie kop worden verwijderd. Hij was totaal verrot.

Het gevelobject Gaper maakt steeds minder deel uit van het straatbeeld in dorpen en steden in Nederland. Er is al een webstee die zich speciaal richt op Gapers in Nederland. In deze webstee is ook een kleurenafbeelding van de Gaper van Hendrik Mulder aanwezig. Boven in het scherm van de webstee Gapers in Nederland op de hoofdletter D klikken en vervolgens naar beneden ‘scrollen’.

De nu niet meer aanwezige Gaper boven de winkeldeur van de drogisterij van Hendrik Mulder kan beschouwd worden als een jammer genoeg verloren gegaan Deevers kitschobject van historische waarde. Wellicht kan een groepje dorpskrachten van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever of een groepje dorpskrachten van de vereniging van neringdoenden uut Deever in samenwerking met de huidige eigenaar van het pand een kleine inspanning doen om te komen tot het plaatsen van een nieuwe Gaper. Als in Deever daken van pothokken opgetuigd kunnen worden met lichtgevende dakpannen, dan behoort het opnieuw plaatsen van een Gaper zeker tot de mogelijkheden. Wellicht zou deze Gaper bij wijze van experiment met behulp van een 3D-printer kunnen worden gemaakt van een duurzame kunststof en zou een lokale kunstenaar de zo ontstane Gaper kunnen beschilderen.

De redactie van ut Deevers Archief stelde ten behoeve van de zeer gewaardeerde leden van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever de zo genoemde ‘historische kalender’ (hoe kan een kalender historisch zijn ?) voor het jaar 2004 samen. Zie het kalenderblad voor de louwmaand 2004, dat wil zeggen het kalenderblad voor januari 2004.

De zwart-wit foto van de gevel van de drogisterij met de Gaper is omstreeks 1962 gemaakt en is afkomstig uit het archief van de gemiente Deever.

De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde kleurenfoto van het nog steeds bestaande pand gemaakt op 3 oktober 2012. Deze kleurenfoto heeft inmiddels al enige historische waarde. Boven de winkeldeur is de ondersteuning van de Gaper nog aanwezig. Op die ondersteuning kan zo weer een Gaper worden geplaatst ?!

Abracadabra-1207Abracadabra-1206

Posted in Deever, Heufdstroate, Historische kalender, Kitsch in de gemiente Deever, Neringdoende, Verdwenen object | Leave a comment

Hoe ai’j könt boerk’n op aarme grond

Jan Hessel van Wolda werd geboren op 3 oktober 1790 in Midwolde (Midwolle). Hij trouwde op 10 juli 1825 in Vledder met Roelofjen Eleveld. Roelofjen Eleveld is in 1798 geboren. Zij is op 1 maart 1882 op 83-jarige leeftijd overleden in Arnhem. Op 22 augustus 1831 werd Henderica Johanna van Wolda op Woater’n geboren.
Jan Hessel van Wolda gaf al een aantal jaren les aan de hoofdschool van Vledder, toen in 1818 de eerste kolonie van de Maatschappij van Weldadigheid werd opgericht. Hij ging in zijn vrije tijd van vier uur ’s middags tot zeven uur ’s avonds ook les aan de openbare lagere school (rijksschool) in Frederiksoord. Hij was schoolmeester aan de hoofdschool van Vledder van 1812-1824 en schoolmeester aan de openbare lagere school (rijksschool) in Frederiksoord van 1818-1824.
In 1823 werd op Woater’n het Instituut voor Landbouwkundige Opvoeding der Maatschappij van Weldadigheid opgericht.
Op 15 juli 1824 gaf hij het schoolmeesterschap van de hoofdschool van Vledder op om geheel in dienst van de Maatschappij van Weldadigheid te treden als adjunct-directeur voor het magazijn en voor het toezicht op het lager onderwijs in de koloniedorpen en de gestichten.
In 1831 werd hij aangesteld als instituteur van het Instituut voor Landbouwkundige Opvoeding der Maatschappij van Weldadigheid op Woater’n. Zijn jaarsalaris bedroeg f 1000,- op 15 juli 1832. Hij genoot een toelage van f 200,- per jaar voor het toezicht op het lager onderwijs in de koloniedorpen en de gestichten.
Jan Hessel van Wolda is overleden op 21 april 1844 op Woater’n. De redactie heeft de begraafplaats van Jan Hessel van Wolda nog niet kunnen achterhalen.
In de Opregte Haarlemsche Courant van 25 april 1844 verscheen het navolgende overlijdensbericht:
Instituut te Wateren, 21 april 1844. Heden middag verloor ik, door den dood, aan eene hevige ziekte, mijnen geliefden Echtgenoot J.H. van Wolda, hoofd van dit gesticht en van het Onderwijs in de Koloniën der Maatschappij van Weldadigheid, zijn leven was Gode gewijd, het sterven zij hem gewin. 
R. Eleveld. Weduwe van Wolda.

Blijkbaar werd het Instituut voor Landbouwkundige Opvoeding der Maatschappij van Weldadigheid te Wateren ook wel Gesticht van Opvoeding voor den Landbouw der Maatschappij van Weldadigheid of ook wel Kweekschool voor den Landbouw der Maatschappij van Weldadigheid genoemd. Ook werd wel de naam Instituut voor de Opvoeding der Koloniale Ambtenaren gebruikt.

Op 12 juni 1841 verscheen in de Opregte Haarlemsche Courant het volgende bericht:
Bij J. Oomkens, te Groningen, is gedrukt:
Beknopte Schets van den Landbouw in min vruchtbare streken. Een Leesboek voor jonge lieden en kinderen ten Platten Lande, door J.H. van Wolda, Instituteur aan het Gesticht van Opvoeding voor den Landbouw der Maatschappij van Weldadigheid, te Wateren. Tweede druk, á 20 Cents.
Deze tweede druk verschijnt, zonder dat van den eersten eene algemeene verzending heeft kunnen plaats hebben, dewijl deze door den algemeenen bijval direct verdeeld is geworden.

Instituteur is een Frans woord en betekent gewoon lesgever, onderwijzer, leraar of schoolmeester. Iemand die een leesboek boek schrijft voor zeker niet-Frans sprekende jonge lieden en kinderen van arme en weinig geletterde boeren op de voor een groot deel nog niet ontgonnen zandgronden in het oosten en noorden van het land, zou zichzelf niet instituteur, maar gewoon schoolmeester of hoofdmeester moeten noemen.

J.H. Siddré gaf in 1853 in Utrecht een herdruk uit van de tweede druk van het hiervoor genoemde boek onder de titel:
Beknopte schets van den Landbouw in min vruchtbare streken. Een Leesboek voor jonge lieden en kinderen ten Platten Lande, door J.H. van Wolda, Instituteur aan de Kweekschool voor den Landbouw der Maatschappij van Weldadigheid, te Wateren.
Het uit vier paragrafen bestaande tweede hoofdstuk met de titel ‘Beschouwing van den landbouw in min vruchtbare streken’ luidt als volgt:
Paragraaf 1
De oude bouwakkers liggen meestal hoog, op de zoogenaamde essen, onmiddellijk bij de dorpen en gehuchten, terwijl de groenlanden in eene andere buurt en veel lager gelegen zijn.
Om de gezelligheid der menschen zijn de huizen, van ouds her, tamelijk digt bij elkanderen gebouwd, met eenige kampjes land, daarnevens, opdat er bij huis tuinvruchten zouden kunnen worden verbouwd, en het rundvee een gedeelte van den dag, of ook wel een gedeelte van den zomer, geweid. Vele der afgelegene groenlanden geven van nature gras, en van daar, dat men zulk land natuurlijk groenland noemt.
De koeijen en schapen komen des avonds te huis en gaan des morgens weer naar de weide. Dit te huis halen wordt gedaan om den mest, die op de hooge bouwlanden volstrekt onontbeerlijk is. De bouwlanden liggen onder elkanderen verstrooid. Elke boer heeft doorgaans bouwland vooraan en ook achteraan op de esse. De bouwakkers zijn zeer verschillend in grootte. Sommige zijn één schepel land, andere twee, drie, vier en meer schepels groot. Die vóóraan op de esse, en dus het digtst bij huis, gelegen zijn, zijn meestal de beste.
Ieder dorp of gehucht heeft één of meer schaapherders, die eene gansche kudde, zelfs tot 1000 toe, met eenen hond, hoeden en oppassen. Ook zijn er plaatsen, waar iedere boer, wegens de afstand zijner woning van andere, zijne eigene schapen doet hoeden.
Hier en daar worden ook nog gemeene weiden voor het jongvee gevonden, dat is groenland en heideveld door elkander, bontland genaamd, waar de jongbeesten van het dorp of gehucht geweid en opgepast worden.
Paragraaf 2
Behalve het schadelijke, dat de ligging der landelijke eigendommen, door elkanderen, heeft, is daarin ook eenig goeds gelegen. En het is vooral de naijver der menschen, die hier gunstig werkt. Ieder wenscht zijne granen en ook zijne schapen en koeijen, boven die zijner naburen, te doen uitmunten. Daartoe wendt hij alle pogingen aan, zoo met zijn land te mesten, als het vee te voederen.
Het huishoudelijke wordt met overleg en met de meeste zuinigheid behartigd, anders zouden de landlieden niet kunnen bestaan, veel minder nog tot eenige welvaart komen. Algemeen wordt er niets nutteloos uitgegeven. Men beschouwt de dienstboden, knechten en meiden, indien dezelve eerlijk en trouw zijn, als leden van hetzelfde huisgezin, doch geeft hun, behalve kleeding en kost, geene hooge loonen. De kinderen, die al heel vroeg onderwezen en met de godsdienst bekend gemaakt worden, leeren van jongs af aan bezig te zijn, zelfs vóór en tusschen de schooltijden, hetwelk hen als van zelf aan den arbeid gewent, en de gewoonte toch is eene tweede natuur.
Paragraaf 3
Zijn de hofsteden of boerderijen daarentegen zóó aangelegd, dat de landerijen rondom het huis en alle aan elkanderen gelegen zijn, dan is dat voor het vee en den landbouw veel voordeeliger. De spreekwoorden: verre van zijn goed, is nabij zijne schade, en: land bij huis heeft eene dubbele waarde, gelden overal, maar ook hier.
Zoo heeft het vee dan ook minder te loopen, geniet het naauwkeuriger toezigt, meerderen tijd tot eten en rust, en verliest minder mest op den weg of op het veld. De mest behoeft niet zoo ver vervoerd te worden, de paarden kunnen derhalve meer doen en de bebouwde akkers zijn meer onder het gezigt. Is het nodig, dat de granen en andere veldvruchten gewied of schoon gemaakt worden, dan is men er digt bij en behoeft geenen tijd te verloopen. Is het hooiland nabij huis gelegen, dan krijgt het veel gemakkelijker eenigen mest, waardoor het grasgewas veel vermeerderd wordt en eene veel hoogere waarde verkrijgt; – en zoo hiertoe al geenen mest voorhanden mogt zijn, er wordt dan ten minste op gewerkt, en al bestond ook dat werk alléén in het overaarden van slootaarde of aarde uit greppen of andere grond, ook dit brengt reeds vele voordelen aan. Bestaat een stuk lands uit verschillende aardsoorten, bij voorbeeld is er op de ééne plaats leem, op eene andere veen, op eene derde alleen zandgrond, dan ondergaat het land eene groote verbetering, zoo de sloot- en grepaarde altijd op eene andere soort van grond gebragt wordt. Of wel, is er in de nabijheid van een stuk lands eene andere aardsoort gemakkelijk te krijgen, dan mag men zich de moeite van het er over te brengen wel getroosten: wijl zand op veen, en veen op zand, en leem op die beide zeer veel tot de meerdere vruchtbaarheid van het land toebrengt.
Paragraaf 4
Uit de verschillende bewerkingen van het land, de mindere of meerdere vlijt daar aan besteed, de betere of slechtere voeding van het vee, leert men den grond en het bestaan der huisgezinnen kennen. Heerscht er orde, worden alle dingen met overleg gedaan, is men ijverig en getrouw, dan woont er ook algemeen welvaart, voorspoed en zegen; terwijl daarentegen dáár, waar men des morgens lang slaapt, niet gaarne veel doet, en om zoo te spreken: Gods water over Gods akker laat loopen, bijna altijd armoede en schraalheid gevonden wordt, zowel voor de menschen als voor het vee, dat de Schepper aan de menschelijke zorg heeft toevertrouwd. Het bekende spreekwoord: armoede in de stal, armoede overal, wordt door alle landlieden nog niet genoeg geloofd, of liever er wordt nog geene moeite genoeg gedaan, om het nuttige rundvee ruim en goed te voeden: want welgevoed vee geeft vetten mest, terwijl schraal gevoed vee, magere beesten, ook minder krachtigen mest geeft.
Het vee geeft in volle ruimte alles terug, wat hetzelve ontvangt, zoowel aan zuivel als aan mest. Het eerste brengt geldelijke voordeelen aan, en de laatste maakt het land bekwaam, om rijken oogsten te geven. Beiden zijn van even veel belang.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In de paragrafen 1 en 2 geeft instituteur Jan Hessel van Wolda zijn visie op het reilen en zeilen in een Drents esdorp.
Met name de inhoud van de derde paragraaf is belangwekkend. Met enige goede wil is Jan Hessel van Wolda op basis van zijn uiteenzetting in de derde paragraaf te beschouwen als de lokale uitvinder van de ruilverkaveling. Met zijn ideeën over het verhogen van de doelmatigheid van de werkzaamheden binnen een boerenbedrijf was hij zijn tijd ver vooruit.
In zijn geheel komt de beschouwing van den landbouw in min vruchtbare streken van de niet-landbouwkundig geschoolde instituteur Jan Hessel van Wolda erg prekerig en belerend over, de tekst lijkt niet zo erg geschikt voor jonge lieden en kinderen op de Drentse zandgronden.
Het is bij de Hoge Dames en Heren Van De Voorkant Van Het Ontegensprekelijke Gelijk Van De Gemeente Westenveld an de aandere kaante van de
Deeverse bos aan te bevelen, een straat, een steeg, een weg, een zandweg, een rijwielpad, een ruiterpad, een bospad, een boslaan, een plein of een park op Zorgvlied te vernoemen naar Jan Hessel van Wolda, eerste instituteur van het Gesticht van Opvoeding voor den Landbouw der Maatschappij van Weldadigheid op Woater’n.
De ruimte vóór de vier huisjes naast het gebouw van de rooms-katholieke geloofsgemeente zou bijvoorbeeld Jan Hessel van Wolda Hof kunnen worden genoemd.

Reactie van Carol Jan Klok van 23 december 2018
Beste mensen, De tekst van het boekje van Jan Hessel van Wolda is in zijn geheel te lezen op books.google.nl. Enige tijd geleden heb ik nog een exemplaar van het boekje, dat is gedrukt in 1840, kunnen aanschaffen.

Abracadabra-1630Abracadabra-1629Abracadabra-1620

Posted in Boer'nlee'm, Boermarke, De aandere kaante van de Deeverse bos, Maatschappij van Weldadigheid, Woater’n | Leave a comment

Gebient’n van de skulteboerdereeje bee ut skultehuus

In de sinds 1936 los van het skultehuus an de brink van Deever helaas los staande skulteboerdereeje zijn in het gedeelte waarin nu atelier en cadeauwinkel Hare Majesteit is gevestigd nog prachtige oude gebinten van de skulteboerdereeje te zien.
In het atelier en de cadeauwinkel krijgen mensen met een verstandelijke beperking de gelegenheid om met ondersteuning op een volwaardige manier deel uit te maken van de samenleving. Daarvoor driewerf hulde: hulde, hulde, hulde.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op 3 oktober 2012.

Posted in Boerdereeje, Deever, Skultehuus | Leave a comment

Hiele olde boerdereeje braant of in Oll’ndeever

Op 28 december 1981 verscheen in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante) het navolgende bericht over een grote brand in de woonboerderij met adres Holtenweg 2 in Oll’ndeever.

Diever.
Een felle brand heeft in de nacht van zaterdag op zondag de kapitale woonboerderij van de familie Ten Cate in Oldendiever gedeeltelijk verwoest. De schade loopt in de tonnen. Het pand dat uit het midden van de zeventiende eeuw dateert, stond op de Monumentenlijst. Het is enige jaren geleden gerestaureerd.
De brandweer van Diever werd even voor twaalf uur gealarmeerd. Omdat het er erg slecht uitzag, werden spuitgasten van Dwingelo voor assistentie opgeroepen. Men kon echter niet voorkomen dat het voorhuis in een rokende puinhoop veranderde. De zwart geblakerde resten staken erg schril af tegen het rondom de woonboerderij liggende sneeuwtapijt…
Veel antieke voorwerpen en boeken liepen waterschade op.
De brand brak uit juist op het moment dat de familie Ten Cate bij de open haard aan het kerstdiner zat. Vermoedelijk zijn  vonken uit deze open haard de oorzaak geweest.
De blussingswerkzaamheden werden door een zeer groot aantal belangstellende gevolgd.
De brandweer heeft de hele nacht bij het perceel gewaakt.
Dat er van het voorhuis van de monumentale boerderij niet veel overbleef blijkt duidelijk uit bijgaande zwart-wit foto.

Het onderschrift bij de foto van de verbrande boerderij luidt als volgt:
Dat er van het voorhuis van de monumentale boerderij niet veel overbleef blijkt duidelijk uit deze foto.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De toen nog bestaande nabije vrijwillige brandweer uut Deever heeft deze woonboerderij slechts voor een deel kunnen redden. Dit met riet gedekte pand zou zeer zeker volledig zijn afgebrand, als Oll’ndeever toen enkel aangewezen zou zijn geweest op de vrijwillige brandweer van Dwingel of Vledder of Havelte, vanwege de langere aanrijtijden.
Klaas Hofstee had het pand tot in het begin van de zestiger jaren van de vorige eeuw in gebruik als boerderij. Klaas Hofstee werd geboren op 30 juli 1902 in Wapse en overleed op 21 mei 1988 in Dwingel. Hij was getrouwd met Jentje Schoenmaker, zij werd op 9 mei 1911 in Dwingel geboren en overleed op 3 juni 1996 in Dwingel.
Klaas Hofstee was de broer van Lamkjen en Saakje Hofstee.
In de in 1773 gebouwde boerderij heeft ook V.V.D.-coryfee Hans Wiegel (het oraekel van Deever) gewoond.
Dorpsfiguur en dorpsfotograaf Harm (Haarm) Hessels uut Deever is de maker van de zwart-wit foto.
Wijlen Hendrik (Henk) van den Bos is de maker van de tweede foto, die toen al vlak bij de verbrande boerderij in Oll’ndeever woonde.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de derde foto van de teruggerestaureerde boerderij gemaakt op 4 april 2013.

 

 

 

Posted in Alle Deeversen, Boerdereeje, Braandwièr, Dorpskracht, Haarm Hessels, Oll'ndeever, Winter | Leave a comment

Van wie was de Opel Olympia Record – UD-10-18 ?

De redactie van ut Deevers Archief toont graag zijn topstukken aan zijn trouwe bezoekers. Tot zijn topstukken behoort ook bijgaande foto die gebruikt is op een zwart-wit ansichtkaart, die in 1955 is uitgegeven. Bij de redactie zijn slechts drie exemplaren van deze ansichtkaart bekend.
De ansichtkaart is in de zomer van 1956 verstuurd. Op de achterkant van de ansichtkaart is het volgende te lezen. Vacantiecentrum Ellert en Brammert. Dieverbrug, telefoon 05219-207, Correspondentieadres van october tot april: Burgemeester Praamsmalaan 4, Bolsward, telefoon 05157-229 of 372.

Op de foto is het zomerhuisje met de naam De Dankber te zien. Het huisje stond op het terrein van vacantiecentrum Ellert en Brammert an de Deeverbrogge. Het is waarschijnlijk een achtpersoons huisje, want voor het huisje zitten drie kinderen en drie volwassen vrouwen. Maar waar zijn de mannen ?
Bij het huisje staat de trots van de vacantievierende familie: een Opel Olympia Record. Wie kon zich in de tweede helft van de bijna autoloze vijftiger jaren van de vorige eeuw zo’n auto veroorloven ? De redactie is op zoek naar de toenmalige eigenaren van deze auto, met kenteken UD-10-18, of kinderen van de eigenaren.
Boven de nummerplaat zijn drie schildjes te onderscheiden. De eigenaren waren zeker lid van de A.N.W.B. (Koninklijke Nederlandsche Toeristen Bond) en de W.W. (Wegen Wacht). Wellicht en hopelijk is de auto als old-timer bewaard gebleven.
Op de zichtbare witgeschilderde zijmuur van het huisje staat de naam: De Dankber. Op het vacantiecentrum Ellert en Brammert had elk zomerhuisje een naam, zo ook dit huisje. Dankber is een niet meer gebruikt woord uit het dialect van Zuidwest-Drenthe en betekent jeneverbes.
Veel vacantievierders bewaren geweldige herinneringen aan dit prachtige vacantiecentrum. Gezinnen keerden vaak jaren lang elk jaar voor een paar weken terug naar Ellert en Brammert en vaak ook nog in hetzelfde huisje. Over het terrein liepen zandpaden. Bij regenachtig weer konden spelletjes worden gedaan in de kantine. Voor de boodschappen was een gezellige kampwinkel aanwezig. En dan was er die altijd mooie natuur.

Abracadabra-1639

Posted in An de Deeverbrogge, Ansigtkoate, Ellert en Brammert, Topstuk | Leave a comment

De lèèste melkbuss’n, de lèèste melkrit ……

In de Olde Möppeler (de Möppeler Kraante) van 24 december 1979 verscheen het navolgende berichtje over de laatste melkrit van de laatste melkrijder uut Deever. Het is goed zo nu en dan eens in het archief van de Olde Möppeler (de Möppeler Kraante) rond te neuzen en wat historisch archiefmateriaal tegen te komen.

De laatste bussen ….
Diever. De heer J. Kiers uit Diever maakte dezer dagen zijn laatste rit naar de Domo-fabriek in Beilen. Hij was 11,5 jaar melkrijder. De eerste zeven weken deed hij het met paard en wagen, daarna met de tractor.
Hij bracht eerst de melk naar de fabriek in Diever, maar toen die werd opgeheven, achtereenvolgens naar Dwingelo, Wapserveen, Kolderveen en de laatste jaren naar Beilen.
In de eerste jaren moest hij de melk afhalen bij 50 boeren, de laatste jaren nog maar bij 20 boeren. De komende jaren komt er een auto om de melk af te halen en dan moeten alle boeren in het bezit zijn van een tank.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De toen vijfenveertigjarige melkrijder Jan Kiers (Jan Kiersie) werd an de Veentiesweg in Deever op de foto gezet. Voor de show had hij eerst een gedeukte melkbus van de wagen gehaald om deze voor de foto op de wagen te kunnen slingeren, zogenaamd de laatste melkbus…..
Op de plek waar dorpsfiguur en dorpsfotograaf Harm Hessels deze prachtige foto heeft gemaakt, is echter geen melkveehouder te vinden, want Jans Kruid, die woonde in de boerderij die te zien is rechts achter de melkbussen, was toen al gestopt met zijn boerderij.
Het lijkt wel of de melkbussen leeg zijn, want ut lid 
van sommige melkbussen is niet helemaal aangedrukt. Jan Kiers moet de melk al naar ‘de Domo’ in Beilen hebben gebracht en is bezig aan zijn echt laatste rit, te weten het afleveren van de lege melkbussen bij de boeren van zijn melkrit.
Het nummer op sommige melkbussen begint met een 4…, waaruit de melkrit van Jan Kiers (Jan Kiersie) ongeveer zou kunnen worden afgeleid.
Melkbussen doen in Deever op oudejaarsdag gelukkig nog steeds dienst als carbidkanon. En dat moet vooral zo blijven. Die traditie mogen de Hoge Dametjes En Heertjes
 Van De Voorkant Van Het Grote Oudejaarsgelijk Van De Gemeente Westenveld vooral niet betuttelen, kapotregelen en verpesten.
Melkrijder Jan Kiers (Jan Kiersie) leeft niet meer. Zie de hier getoonde rouwadvertentie die op maandag 10 december 2018 in de Olde Möppeler (de Möppeler Kraante) is gepubliceerd.


 

 

Posted in Alle Deeversen, Haarm Hessels, Kebied skeet’n, Overlijdensbericht, Süvelfubriek Deever, Veentiesweg | Leave a comment

Saandige en hadde saandige heide en saandduun’n

Bernardus Schotanus à Sterringa kreeg in 1682 opdracht van Gedeputeerde Staten van Frieslandt om nieuwe kaarten te maken van alle grietenijen in de provincie Frieslandt. Eerder had hij zijn vader Christianus Schotanus geassisteerd bij het maken van de kaarten en plattegronden in de Beschrijvinge van de Heerlyckheydt van Frieslandt (1664).
De opdracht van Gedeputeerde Staten resulteerde in de Friesche Atlas uit 1698. Een tweede, verbeterde druk daarvan werd in 1718 samengesteld door François Halma, drukker voor de Friese Staten.
Op bijgaande afbeelding is een stukje van de verbeterde Schotanus-Halma-kaart van de grietenij van Ooststellingwerf te zien. Op deze afbeelding is linksonder (in het grijze deel van de afbeelding) ook een stukje van een uithoek van de gemiente Deever in Drente te zien.
In het grijze deel zijn de gehuchten Klein Woater’n en Groot Woater’n ingetekend als stemhebbende plaatsen met huizen (lees boerderijen). Het gehucht Klein Woater’n zal zo genoemd zijn, omdat daar minder stemhebbende plaatsen met huizen waren dan in Groot Woater’n.
De webstee van de heemkundige vereniging uut Deever vermeldt over de naam Woater’n.
In 1493 to Waethoeren genoemd. De plaatsnaam is samengesteld uit waet = nat en horn = hoek, wat natte hoek betekend.
Dat Woater’n de betekenis van natte hoek zou hebben, dat klinkt belangwekkend, echter lijkt volstrekt ongeloofwaardig, omdat Klein Woater’n en Groot Woater’n op hoogliggende sandige heyde en hoogliggende harde sandige heyde lagen; bovendien kon al het hemelwater snel afwateren via de veelal droogstaande bedding van de rijkelijk aanwezige beekjes.
De op de afbeelding zichtbare Wech over de Heyde tussen Klein Woater’n en Ter Wisga ligt heel dicht in de buurt van de huidige wegen met de namen Appelschaseweg en Canada.
Grazende schaapskudden hebben al ver voór 1700 een flink deel van de hoogliggende sandige heyde en de hoogliggende harde sandige heyde vernield met als gevolg dat de streek woestijnificeerde en sand duinen ontstonden.
Dat het uitgeplaatste Staatsboschbeheer nu door grootschalige vernieling van het cultuurbos de sand duinen weer te voorschijn heeft laten halen, heeft niets met herstel van oude bijna middeleeuwse natuur te maken, maar alles met decorbouw, met kunstnatuur, met een mentaliteit van wij bepalen wel wat goed voor u is.
Het uitgeplaatste Staatsboschbeheer vindt het eenvoudigweg niet voldoende dat de toevertrouwde terreinen goed worden beheerd. Waar het bij het uitgeplaatste Staatsboschbeheer om gaat is dat zij de decors willen bouwen, dat zij willen bepalen wat goed is voor het belastingbetalende publiek, dat zij bepalen waar het publiek van moet gaan genieten.
De externe positionering van Staatsboschbeheer heeft bee Woater’n geen publieksbetrokkenheid bij besluitvorming tot gevolg gehad. De noodzakelijke maatschappelijke participatie is hier niet van de grond gekomen. Maatschappelijke participatie kan leiden tot maatschappelijk draagvlak, wat de legitimatie moet zijn voor financiering uit de openbare middelen. Geen maatschappelijk draagvlak, geen belastinggeld als inkomstenbron.

Abracadabra-1209

Posted in De aandere kaante van de Deeverse bos, Staatsbosbeheer, Woater’n | Leave a comment

Ut ende van ut laandgood Baark’nheuvel

In 1851 verkocht de boermarke van Wapse 50 hectare grond aan Johannes Bernardus Stoop (1781-1856). Het is niet meer na te gaan of deze de naam Berkenheuvel voor het eerst gebruikte, of dat dit al een bestaande streeknaam was.
Het bezit werd geleidelijk uitgebreid en wisselde enige keren van eigenaar. In 1890 kwam het in handen van mr. Albertus Christiaan van Daalen uit Bennekom. Van Daalen had het landgoed leren kennen als jachtvriend van de eigenaren en was zeer getroffen door het grote natuurschoon. Toen hij het verwierf was het landgoed 954 hectare groot: 500 hectare zand, 320 hectare bos, 130 hectare heide en 4 hectare bouwland.
In Drenthe waren in die tijd nog zandverstuivingen aanwezig, Soms werd een dorp bedreigd door het oprukkende zand. Enkele zandverstuivingen lagen op het landgoed Berkenheuvel. Waren die bij de overheersende zuidwestenwinden een bedreiging voor Diever of Wapse ? Van Daalen heeft echter geijverd voor het vastleggen van deze zandverstuivingen. In 1925 was dat doel bereikt: op het landgoed, toen 1360 ha groot was nog slechts 20 ha zand, dat geen gevaar meer opleverde. In de dertiger en veertiger jaren van de vorige eeuw is nog ongeveer 30 hectare heide ontgonnen tot bouwland, voornamelijk in de Hertekamp en deels langs de Doldersumsweg.
Het landgoed was doorsneden door smalle, langgerekte stroken grond van andere eigenaren. Door koop of door ruiling heeft Van Daalen het landgoed tot een aaneensluitend geheel gemaakt.
Op de arme gronden van Berkenheuvel was bosbouw een armoedig bedrijf. Van Daalen heeft veel geëxperimenteerd met exotische boomsoorten in de hoop, dat hij een soort zou vinden, die het ook op de schrale grond wat beter zou doen. Daardoor is een zeer gevarieerd bosbeeld ontstaan met een grote afwisseling van boomsoorten.
Er zijn veel plannen gemaakt om het landgoed meer rendabel te maken: exploitatie van een hotel, paddestoelenkwekerijen (cantharel en eekhoorntjesbrood kwamen in overvloed voor), enzovoort.  Het enige wat enig resultaat heeft gehad is de aanschaf van een houtzaagmachine geweest, die planken zaagde, zowel voor eigen gebruik als voor afnemers.
In 1927 kreeg het landgoed de juridische vorm van naamloze vennootschap: N.V. Maatschappij tot exploitatie van het landgoed Berkenheuvel.
Door aan- en verkoop van grond wisselde de grootte van het landgoed vrij sterk. Toen Van Daalen in 1939 overleed, was het ongeveer 1200 hectare groot. Het beheer werd overgenomen door zijn jongste zoon, ir. Mello van Daalen. Deze was zich zeer bewust, dat hij niet zoveel tijd in het beheer kon steken als zijn vader, maar ook dat hij veel minder van bosbouw en landbeheer afwist dan zijn vader. Mr. A.C., zoals hij in de familie werd genoemd, had het beheer gevoerd met de goede boswachters Marten Wouwenaar en Wolter Smit. Ir. Mello van Daalen vond meer deskundige hulp in de persoon van ir. W.K.J. de Wit, gepensioneerd opperhoutvester uit het voormalige Nederlands-Oost-@Indië. De Wit en Wolter Smit maakten in 1940 het eerste vijfjarenplan en in 1946 een tienjarenplan.
Berkenheuvel heeft in de Tweede Wereldoorlog weinig te lijden gehad van directe oorlogshandelingen, echter wel werd enorme schade geleden in de laatste oorlogswinter, toen de bezetter willekeurig door het hele landgoed heen het beste en zwaarste hout velde. Na afloop van de oorlog is slechts een deel daarvan teruggevonden en daarvan is weer een groot deel gestolen en in beslag genomen.
De sterke steiging van lonen en sociale lasten en de daling van de houtprijzen, samen met de sluiting van de mijnen (Berkenheuvel leverde veel mijnhout) maakten na de Tweede Wereldoorlog, dat de exploitatie steeds meer verliesgevend werd. In 1969 besloot de N.V. het landgoed te verkopen. Staatbosbeheer en Natuurmonumenten verwierven elk ongeveer de helft.
De nakomelingen van mr. Albertus Christiaan van Daalen bezitten nog ongeveer 26 ha.

Posted in Landgoed Berkenheuvel | Leave a comment

De olde kapelle van Obadja op Zorgvliet

In het in 1999 verschenen Deeverse fotoboekje ‘Diever, ie bint ’t wel …’ is de volgende tekst opgenomen bij afbeelding 15, zijnde een afbeelding van de oudste ansichtkaart van het kerkje van de ‘Vereniging tot behartiging van Godsdienstige belangen der Hervormden’  op Zorgvliet. Deze vereniging werd later ‘Evangelisatievereniging Obadja’ genoemd. Deze ansichtkaart is in 1908 uitgegeven.

15 – Zorgvlied – Kapel van de Evangelisatievereniging Obadja – 1908
Op 4 februari 1904 werd onder leiding van predikant dr. Arnold Izak Kan de ‘Vereniging tot behartiging van Godsdienstige belangen der Hervormden’ opgericht in het boerencafé van Wolter Benthem. De vereniging werd goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 10 mei 1904.
Al op 18 oktober 1904 werd begonnen met de bouw van een eenvoudige kapel.
Deze is ontworpen door architect O.M. Meek uit Donkerbroek. De prijs van de houten kapel met stenen fundamenten, met uitzondering van het schilderwerk en het meubilair, werd begroot op duizend gulden.
Het werk is uitgevoerd door aannemer B. Offringa uit Makkinga. Het grondwerk is door de leden zelf gedaan. Andere leden voerden met boerenwagens de bouwmaterialen aan.
Al op 14 december 1904 werd de kapel in gebruik genomen. In het begin werd eens in de twee weken ’s avonds een dienst gehouden, omdat de evangelisatieverenigng te weinig geld had om alleen een voorganger te kunnen betalen.
In 1908 werd het bos rond de kapel gerooid en werd bij de weg een hek geplaatst.
In 1915 werd de zondagschool opgericht.
In 1916 werd de erfpacht van het terrein voor 10 gulden afgekocht van mevrouw Johanna van Wensen, weduwe van mr. Lodewijk Guillaume Verwer.
In 1918 werd achter deze kapel een begraafplaats aangelegd. De gemeente Diever gaf daarvoor een subsidie van 250 gulden.
In 1928 kon eindelijk samen met de rechtzinnig Hervormde Kerk in Boijl een eigen evangelist worden aangetrokken.
De vereniging kocht het Amsterdamse huis van Paulus Mulder om de voorganger te kunnen huisvesten. Het huis werd in 1929 in gebruik genomen door evangelist Hendrik Betten en zijn gezin. Hij bleef de kerkgemeenschap tot aan zijn dood op zondag 2 februari 1947 dienen.
In 1932 werd het fraaie torentje door een blikseminslag vernield. Daarvoor in de plaats kwam een degelijk rechtlijnig exemplaar.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Uit het Beleidsplan 2015-2015 van de Hervormde Gemeente te Diever van de Kerkenraad van de Hervormde Gemeente Diever van 8 oktober 2014 is het volgende belangwekkende citaat overgenomen:
De hervormde houten kapel te Zorgvliet is van de Nederlandse hervormde evangelisatievereniging. De kapel dateert uit 1904 en werd gebouwd door de ‘Vereniging tot behartiging van Godsdienstige Belangen der Hervormden’, later kreeg zij de naam Obadja.
De evangelisatievereniging is opgezet vanuit de hervormde gemeente Diever als afstandsevangelisatie. Later is de evangelisatie meer een richtingsevangelisatie geworden.
Tussen de evangelisatievereniging en de kerkenraad van de hervormde gemeente Deever is een plaatselijke regeling opgesteld. De kerkenraad van de hervormde gemeente Deever heeft 1 (één) boventallige ouderling en 1 (één) boventallige diaken ten behoeve van de evangelisatievereniging Obadja. Eén keer per jaar worden de ambtsdragers met een bijzondere opdracht en het bestuur van de evangelisatievereniging Obadja uitgenodigd voor een moderamenvergadering.
Het bijbelboek Obadja is het vierde boek van de kleine profeten en is volgens het opschrift van het boek geschreven door de profeet Obadja. Zijn naam betekent ‘Dienaar van God’.
Op 14 juli 1932 verscheen in de krant ‘de Telegraaf’ het volgende korte bericht over de brand in het houten torentje van de houten kapel van de hervormde evangelisatievereniging:
In Zorgvlied sloeg de bliksem in een kerktoren welke in brand geraakte, doch met vereende krachten wist men het vuur te blusschen.

Abracadabra-1636

 

Posted in Ansigtkoate, De aandere kaante van de Deeverse bos, Diever, ie bint 't wel ..., Lodewijk Guillaume Verwer, Obadja, Zorgvliet | Leave a comment

Plèties in heufdstok 3 van de Magnum Opus

tVrijdag 9 juli 2021 was een zeer heuglijke en gedenkwaardige en historische dag, want op die dag reikte de heer Homme Geertsma, toen nog steeds voorzitter van het hoofdbestuur van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, het eerste exemplaar van de in eigen beheer uitgegeven maar vet gesponsorde fotobijbel Fragmenten Uit Het Verleden Van De Vroegere Gemeente Diever uit aan zijn vroegere collega de heer doctorandus Hendrikus (Rikus) Jager, voorzitter van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westenveld. De uitreiking vond plaats in het krimpfiliaaltje van scholenmoloch Stad en Esch uut Möppel op de Westeresch van Deever.
De redactie van ut Deevers Archief beschouwt dit prachtige bijna 600 bladzijden tellende standaardwerk, let op, nota bene, mind you, toch echt wel als het Magnum Opus van de veteranen onder de vrijwilligers van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever.
De redactie betreurt het toch wel enigszins dat in het paar kilo zware boek geen overzicht van de opgenomen illustraties met bronvermelding is opgenomen. Teneinde deze omissie in enige mate te compenseren is in dit bericht het overzicht van de illustraties in hoofdstuk 3 opgenomen. Als een bepaalde illustratie aanwezig is in ut Deevers Archief, dan is een link naar deze illustratie aangebracht.

3. Ontginning land- en bosbouw
157 – Bladzijde 101 – Foto van het Monument op Berkenheuvel.
158 – Bladzijde 102 – Foto van de stoomtram an de Deeverbrogge.
159 – Bladzijde 102 – Foto van de gemeentelijke dokterswoning an de Heufdstroate in Deever.
160 – Bladzijde 103 – Foto van de gemeentelijke burgemeesterswoning an de Heufdstroate in Deever.
161 – Bladzijde 103 – Foto van Harm Smit en Jacoba Mones bij het huis op Berkenheuvel.
162 – Bladzijde 103 – Foto van zandduinen op Berkenheuvel.
163 – Bladzijde 104 – Tekening van mr. Albertus Christiaan van Daalen uit Bennekom
164 – Bladzijde 104 – Foto van de onthulling van het Monument door kleinzoon Bert Doorman.
165 – Bladzijde 104 – Foto van Bert van Daalen 75 jaar na onthulling van het Monument.
166 – Bladzijde 105 – Foto 1 van genodigden op boerenkarren na onthulling Monument op Berkenheuvel.
167 – Bladzijde 105 – Foto 2 van genodigden op boerenkarren na onthulling Monument op Berkenheuvel.
168 – Bladzijde 105 – Foto van de houten uitkijktoren op Kijkduin op Berkenheuvel.
169 – Bladzijde 106 – Foto van boschbaas Marten Wouwenaar.
170 – Bladzijde 106 – Foto van boschbaas Harm Smit.
171 – Bladzijde 106 – Foto van boschbaas Wolter Smit.
172 – Bladzijde 108 – Detail van de topografische kaart uit 1909 met het Adderveen.
173 – Bladzijde 109 – Foto van het Adderveen in 1891.
174 – Bladzijde 109 – Foto van het Adderveen in omstreeks 2020/2021.
175 – Bladzijde 110 – Tekening van het ontstaan van een pingo.
176 – Bladzijde 111 – Geomorphologische kaart van de zandverstuivingen op Berkenheuvel.
177 – Bladzijde 111 – Doorsnede van de zandverstuivingen op Berkenheuvel.
178 – Bladzijde 112 – Ansichtkaart van de Koekoeksvijver.
179 – Bladzijde 112 – Foto van de Koekoeksvijver in de vijftiger jaren van de vorige eeuw.
180 – Bladzijde 112 – Ansichtkaart van een ven aan de Doldersummerweg.
181 – Bladzijde 112 – Ansichtkaart van het Mastenveldje aan de Bosweg.
182 – Bladzijde 113 – Ansichtkaart van de Veentjes.
183 – Bladzijde 113 – Ansichtkaart van de plas Studentenkamp aan de Studentenweg.
184 – Bladzijde 113 – Ansichtkaart Snoekveen in hoek Pastoorszandweg en Studentenweg bij Geeuwenbrug.
185 – Bladzijde 114 – Groepsfoto familie gWolter Smit met mr. Albertus Christiaan van Daalen uit 1934.
186 – Bladzijde 114 – Foto overdracht beheer van Berkenheuvel van Harm Smit naar Wolter Smit uit 1934.
187 – Bladzijde 115 – Nieuwsblad van het Noorden van 29-9-1949 – Waar zal het militair oefenterrein komen ?
188 – Bladzijde 115 – Ansichtkaart van paviljoen Berkenheuvel aan de Bosweg bij Diever.
189 – Bladzijde 116 – Ansichtkaart van de uitkijktoren aan de Bosweg.
190 – Bladzijde 116 – Foto van professor Van Giffen bij zijn zomerhuisje De Keet op de Heezerberg.
191 – Bladzijde 117 – Ansichtkaart van het openluchttheater aan de Heezeresch.
192 – Bladzijde 117 – Foto van bosexploitatie gebroeders Buitenhuis-Pleij.
193 – Bladzijde 117 – Foto van een ploeg eekschillers.
194 – Bladzijde 118 – Foto uit de fotoreportage Vereniging Het Grondbezit – 1936.
195 – Bladzijde 118 – Foto uit de fotoreportage Vereniging Het Grondbezit – 1936.
196 – Bladzijde 118 – Foto van het gezelschap Vereniging Het Grondbezit op bezoek op Berkenheuvel – 1936.
197 – Bladzijde 119 – Foto van een zandverstuiving met een bosje op Berkenheuvel.
198 – Bladzijde 120 – Foto van Harm Smit en Jacoba Mones bij het 25-jarig jubileum als boschbaas.
199 – Bladzijde 121 – Ansichtkaart met uitzicht vanaf de uitkijktoren over de Noorderesch en Deever.
200 – Bladzijde 121 – Detail van een wandel- en fietskaart uit 1952, uitgegeven door de V.V.V. in Deever.
201 – Bladzijde 122 – Foto van vrijwilligers van de Historische Vereniging Diever bij het fundament brandpaal.
202 – Bladzijde 122 – Foto van het fundament van de brandpaal op Berkenheuvel.
203 – Bladzijde 122 – Ansichtkaart restant van de zandverstuiving de Witte Bergen aan de Bosweg in 1957.
204 – Bladzijde 123 – Ansichtkaart van het Van Tienhovenpark op Berkenheuvel uit 1953.
205 – Bladzijde 123 – Detail wandelkaart Berkenheuvel met de Witte Bergen en het Van Tienhovenpark.
206 – Bladzijde 123 – Foto van de Koekoeksvijver aan de Melloweg uit 1949.
207 – Bladzijde 124 – Foto van de zuidzijde van het monument op Berkenheuvel uit 1925.
208 – Bladzijde 125 – Foto van de kogelvangers aan de Kogelvangerweg op Berkenheuvel.
209 – Bladzijde 125 – Foto van het de plaats van het verdwenen hunnebed Pottiesbaargie.
210 – Bladzijde 126 – Foto van vrijwilligers tijdens herstelwerkzaamheden aan het Onderduikershol.
211 – Bladzijde 126 – Foto Slangenbad op de hoek van de Ringweg en de Harm Smitweg op Berkenheuvel.
212 – Bladzijde 127 – Foto van de weg langs de Noorderesch van Deever gezien vanaf de Bosweg.
213 – Bladzijde 128 – Foto van een schaapskudde. Deze foto is niet in de gemiente Deever gemaakt.
214 – Bladzijde 129 – Tekening van de plaats van de essen rond Deever.
215 – Bladzijde 130 – Foto van arbeiders bij een lorrie en een paard in de ontginning van ut Olde Willemsveld.
216 – Bladzijde 130 – Foto van arbeiders in de ontginning van ut Olde Willemsveld.
217 – Bladzijde 130 – Foto van de familie Haveman bij een trekker in een ontginning op Woater’n.
218 – Bladzijde 130 – Foto van arbeiders bij een diepploegtrekker in ut Olde Willemsveld.
219 – Bladzijde 131 – Foto van Hendrik Offerein en Aaltje Smidt bij het aardappels rooien.
220 – Bladzijde 131 – Foto van Hendrik Offerein en Aaltje Smidt bij het aardappels rooien.
221 – Bladzijde 131 – Foto van Thomas Heiblom en Hilligje Liezen bij het machinaal rooien aardappelen.
222 – Bladzijde 131 – Foto van Thomas Heiblom en Hilligje Liezen bij het machinaal rooien aardappelen.
223 – Bladzijde 132 – Foto van Jaap Snoeken en Geesje van Zomeren bij het selecteren van aardappelen.
224 – Bladzijde 132 – Foto van N.A.D.-arbeidsmannen op een aardappelakker op de Noorderesch in 1942.
225 – Bladzijde 132 – Foto van Jan Pottie met zes van zijn kinderen bij het aardappelrooien.
226 – Bladzijde 133 – Foto van gebroeders Jan en Teunis Wesseling in de Wittellermoa bij het gras maaien.
227 – Bladzijde 133 – Foto van Hendrik Ofrein uit Oldendiever bij het grasmaaien.
228 – Bladzijde 133 – Foto van Jan Pottie en Harm Hessels bij het maaien van gras in Wittelte.
229 – Bladzijde 133 – Ansichtkaart met Anke Doggen-Goettsch en Froukje Moes bij het hooien.
230 – Bladzijde 134 – Foto van Jan Kok van ’t Noord bezig met het gras schudden met een trommelschudder.
231 – Bladzijde 134 – Foto van Hans Nijzingh uit Wapse bezig met het rillen van het hooi.
232 – Bladzijde 134 – Foto van Jan Kok met zuster Jantina Kok bezig met het inhalen van het hooi.
233 – Bladzijde 134 – Foto van gemaaid gras op de Noorderesch van Deever.
234 – Bladzijde 135 – Foto van Hendrik Offerein en Aaltje Smidt bij het rogge maaien met de zende.
235 – Bladzijde 135 – Foto van Hendrik Offerein en Aaltje Smidt bij het rogge maaien met de zende.
236 – Bladzijde 135 – Foto van roggemaaiers in het Oldendieverse veld.
237 – Bladzijde 135 – Foto van Reinder van der Helm bezig met het maaien van rogge.
238 – Bladzijde 136 – Foto van Roelof Bennen bij het rogge maaien op de Heezeresch.
239 – Bladzijde 136 – Foto van Aaltje Offerein-Smidt en Teunis Mulder bij het rogge maaien.
240 – Bladzijde 136 – Foto van Margje Klok-Westerhof, Jacob Oost en Cornelis Klok op de maaimachine.
241 – Bladzijde 136 – Foto van Roelof Bennen bij het rogge maaien op de Heezeresch.
242 – Bladzijde 137 – Foto van Roelof en Geert Bennen bij het roggemaaien op de Heezeresch.
243 – Bladzijde 137 – Foto van de familie Bult en arbeiders bij het rogge maaien in Oll’ndeever.
244 – Bladzijde 137 – Foto van Jan Willem Bakker, dochter Geertje en Roelie en een nicht van Jan-Willem.
245 – Bladzijde 137 – Foto van Hendrik Oost, Johannes Nijzingh, Hendrik Houwer, Jan Moes, ….
246 – Bladzijde 138 – Foto van kinderen op de Noorderesch bij het korengaasten.
247 – Bladzijde 138 – Foto van roggegaasten op de Heezeresch met op de achtergrond de toren van Diever.
248 – Bladzijde 138 – Foto van roggegaasten op de Heezeresch met op de achtergrond de uitkijktoren.
249 – Bladzijde 138 – Foto van het intrekken van de rogge op de Westeresch.
250 – Bladzijde 139 – Ansichtkaart van het intrekken van de rogge met twee paarden voor de wagen.
251 – Bladzijde 139 – Foto menner Berend Gruppen en vader Hendrik Gruppen bij intrekken van rogge.
253 – Bladzijde 140 – Foto van roggemieten op de Noorderesch met links de Bosweg.
254 – Bladzijde 140 – Foto van roggemieten op de Heezeresch, foto gemaakt door Harm (Haarm) Hessels.
255 – Bladzijde 140 – Foto van roggemieten op de Heezeresch, foto gemaakt door Harm (Haarm) Hessels.
256 – Bladzijde 141 – Foto van dorsen met loondorscherij H. Boonstra van de Deeverbrogge.
257 – Bladzijde 141 – Afbeelding van een rekening van loondorscherij H. Boonstra van de Deeverbrogge.
258 – Bladzijde 141 – Foto van Willem Elting in Wittelte.
259 – Bladzijde 141 – Foto van een maisveld op de Heezeresch met de nu verdwenen Heezerbergweg.
260 – Bladzijde 142 – Foto van Jan Tabak in Wittelte, bij het inspannen van het paard.
261 – Bladzijde 142 – Foto van Hennie Nijzingh uit Wapse op de Ten Darperweg.
262 – Bladzijde 142 – Ansichtkaart in kleuren van een ploegende boer op de Heezeresch.
263 – Bladzijde 142 – Foto van Jantinus Gerrits, Berend Gruppen, Ronkje van Nijen en Aafje van der Weij.
264 – Bladzijde 143 – Foto van Klaas Hofstee in Oll’ndeever met paard en wagen.
265 – Bladzijde 143 – Foto van Geert Bennen met paard en wagen in de Hoofdstraat.
266 – Bladzijde 143 – Foto van Tijme Bakker bij het ploegen op de Zandakkers an de Grönnegerweg.
267 – Bladzijde 144 – Foto van het echtpaar Van Ankorven-Oost met paard en wagen.
268 – Bladzijde 144 – Foto van het bestuur van het paardenfonds.
269 – Bladzijde 144 – Foto van Cornelis Klok en Margje Westerhof bij hun paarden.
270 – Bladzijde 144 – Foto van dekhengst Rigoletto van dekstation Oldendiever.
271 – Bladzijde 145 – Foto van boerderij aan de Ter Darperweg bij de weg naar Soerte.
272 – Bladzijde 145 – Foto Marinus Bakker, Hendrik Kloeze, Albert Kloeze, Roelof … , Albert Kloeze.
273 – Bladzijde 145 – Foto Jan de Ruiter, Saathof, Jans de Ruiter, Henk van den Bos, Albertje van de Berg.
274 – Bladzijde 146 – Foto van koeien op stal bij Cornelis Klok.
275 – Bladzijde 146 – Foto van de koeien van de familie Bult in de wei in Oll’ndeever.
276 – Bladzijde 146 – Foto van boeren die met de hand koeien melken bij Ten Have.
277 – Bladzijde 146 – Foto van Janna van Ankorven die met de hand een koe melkt.
278 – Bladzijde 147 – Foto van Harm en Geert Kok die met de hand een koe melken.
279 – Bladzijde 147 – Foto van Jans en Mina Bult die met de hand een koe melken.
280 – Bladzijde 147 – Foto van Jacob Smit die koeien melkt met de melkmachine.
281 – Bladzijde 147 – Foto van het melken met de melkrobot bij de familie Oosterhuis in de Broeken.
282 – Bladzijde 148 – Foto van boeren bij een jongveekeuring op het marktterrein.
283 – Bladzijde 148 – Foto van het verhandelen van een pink bij de boerderij van de familie Bult in Oll’ndeever.
284 – Bladzijde 148 – Foto van de kadaverbak op Ten Have.
285 – Bladzijde 148 – Foto van het bestuur van het veefonds Diever, foto van Harm (Haarm) Hessels.
286 – Bladzijde 149 – Afbeelding van de voorkant van een kalverboekje van het Nederlands Rundvee Stamboek.
287 – Bladzijde 149 – Afbeelding van de voorkant van een melkcontrole-boekje.
288 – Bladzijde 149 – Foto van het schetsen van een kalf bij Albert Winters aan de Wittelterbrug.
289 – Bladzijde 150 – Ansichtkaart van de voorgevel van de boerderij Kastanjelaan 20 met koeien.
290 – Bladzijde 150 – Foto van de keuring van een stier bij de familie Bult in Oll’ndeever.
291 – Bladzijde 150 – Foto van de zijgevel van de voormalige boerderij Oldendiever 6.
292 – Bladzijde 151 – Foto van de boerderij Wittelterweg 14.
293 – Bladzijde 151 – Foto van personeel bij de zuivelfabiek van Wapse in 1934.
294 – Bladzijde 152 – Ansichtkaart van de Wapser zuivelfabriek in de zestiger jaren van de vorige eeuw.
295 – Bladzijde 152 – Afbeelding van het briefhoofd van de Wapser zuivelfabriek.
296 – Bladzijde 153 – Foto van het personeel van de Wapser zuivelfabriek.
297 – Bladzijde 154 – Foto van hert personeel van de Wapser zuivelfabriek.
298 – Bladzijde 155 – Foto van het keuterijtje van Geert Kleene en Elisabeth van der Veen.
299 – Bladzijde 156 – Foto van Geert Kleene, die bezig is met de hand een koe te melken.
300 – Bladzijde 156 – Foto van Geert Kleene, Elisabeth van der Veen en hun kinderen in 1915.
301 – Bladzijde 157 – Foto van meester Groeneveld van de Wapser skoele.
302 – Bladzijde 158 – Foto van de stoomzuivelfabriek an de Deeverbrogge.
303 – Bladzijde 158 – Foto van het pand van de stoomzuivelfabriek in 2020.
304 – Bladzijde 158 – Foto van de zuivelfabriek en de beltmolen aan het Moleneinde in Deever.
305 – Bladzijde 159 – Ansichtkaart van de zuivelfabriek en de beltmolen aan het Moleneinde in Deever.
306 – Bladzijde 159 – Foto onthulling gedenkplaat bij het 40-jarig bestaan van zuivelfabriek Diever.
307 – Bladzijde 160 – Foto van bestuur en raad van commissarissen van de zuivelfabriek Diever.
308 – Bladzijde 160 – Foto van bestuur, raad van commissarissen en personeel van de zuivelfabriek Diever.
309 – Bladzijde 160 – Luchtfoto van LFN van de zuivelfabriek Diever, omstreeks 1952.
310 – Bladzijde 160 – Foto van de voorpersmachine in de kaasmakerij in 1959.
311 – Bladzijde 161 – Foto van de reünie ter gelegenheid van het 40-jarig bestaan van de zuivelfabriek Diever.
312 – Bladzijde 161 – Foto van een paard en wagen met melkbussen bij het café Jonkers an de Gowe.
313 – Bladzijde 161 – Foto van wagen met melkbussen op het Kasteel.
314 – Bladzijde 161 – Foto van Jan Kiers bij zijn laatste melkrit voor de zuivelfabriek Diever.
315 – Bladzijde 162 – Foto van de laatste trekkers met wagens met melk bij de zuivelfabriek Diever.
316 – Bladzijde 162 – Foto van de zuivelwinkel aan het Moleneinde in Deever.
317 – Bladzijde 162 – Afbeelding van een beschrijving van het schoonmaken van melkbussen.
318 – Bladzijde 162 – Afbeelding van een reclame voor de zuivelwinkel aan het Moleneinde.
319 – Bladzijde 163 – Foto van de kaasmakerij van de zuivelfabriek Diever.
320 – Bladzijde 163 – Foto van de kaasmakerij van de zuivelfabriek Diever.
321 – Bladzijde 163 – Foto van de kaasmakerij van de zuivelfabriek Diever.
322 – Bladzijde 163 – Reclame voor producten van de zuivelfabriek Diever.
323 – Bladzijde 163 – Reclame voor producten van de zuivelfabriek Diever.
324 – Bladzijde 164 – Foto van de attributen voor het monsternemen van melk voor de zuivelfabriek Diever.
325 – Bladzijde 165 – Afbeelding van een krantenfoto van Roelof Pot vanwege de ruilverkaveling.
326 – Bladzijde 165 – Foto van boer bij de stemming over ruilverkaveling Diever in de gereformeerde kerk.
327 – Bladzijde 165 – Foto van boer bij de stemming over ruilverkaveling Diever in de gereformeerde kerk.
328 – Bladzijde 165 – Afbeelding uit een krant van mensen in een zaal bij vergadering over ruilverkaveling.
329 – Bladzijde 166 – Foto Jantina en Jan Kok, Jan Arend Krol en Albertus Bel bij stemming ruilverkaveling.
330 – Bladzijde 166 – Foto van onder meer Harm Kerssies, Jan de Ruiter en Marinus Bakker.
331 – Bladzijde 166 – Foto van Geert Dolsma bij het laden van stalmest bij zijn boerderij Achterstraat 14.
332 – Bladzijde 167 – Afbeelding in een krant van Jacobus Kruid in verband met de ruilverkaveling.
333 – Bladzijde 167 – Afbeelding in krant van wethouder en boer … Bakker in verband met ruilverkaveling
334 – Bladzijde 168 – Foto Wolter Benthem en Rob Schuiling bij overdracht van grond aan Natuurmonumenten.
335 – Bladzijde 168 – Schilderij van de boerderij van de familie Benthem op Woater’n anno 1902.
336 – Bladzijde 169 – Ansichtkaart van de zandverstuivingen in het Ekingerzand.
337 – Bladzijde 170 – Foto van de boerderij Wateren 12 van de familie Benthem op Woater’n in 1991.
338 – Bladzijde 171 – Luchtfoto van de melkveehouderij, adres Wateren 12.
339 – Bladzijde 171 – Schets van de situatie in het Wapserveld.
340 – Bladzijde 172 – Foto van de boerderij Wateren 12.

Posted in Magnum Opus | Leave a comment

De kapelle van Obadja noa de uutbreiding

In het fotoboekje met de snorkerige titel ‘De historie en prehistorie van Diever in woord en beeld’ van de in Deever geboren en getogen, echter bij leven in Westervelde bij Norg wonende Arend Mulder (zoon van Jan Mulder, die in de volksmond Jan Boatie werd genoemd) is op de laatste bladzijde (bladzijde 140) enig aandacht besteed aan de houten kapel van de hervormde evangelisatievereniging op Zorgvliet.
Bij de foto op bladzijde 140 uit het genoemde boekje is de volgende tekst vermeld:
Dit zo vriendelijk aandoend houten kapelletje dateert van plusminus 1904 en werd gebouwd voor de vereniging tot behartiging van de godsdienstige belangen te Zorgvlied en kreeg later de naam Obadja. In 1968 werd vóór een gedeelte aangebouwd, zoals op de foto duidelijk is te zien. Eerste evangelist van de evangelisatievereniging was de heer Hendrik Betten te Zorgvlied, aldaar overleden op 2 februari 1947. Achter de kapel vindt men een klein kerkhof.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Op de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart is de houten kapel ná de verbouwing te zien. Duidelijk is aan de voorkant van het gebouw het nieuwe gedeelte te zien. De vraag is of bij de uitbreiding het oude torentje en de oude voorgevel zijn vervangen of weer zijn gebruikt ? Zo te zien is de verbouwing nog niet helemaal af, want bij het nieuwe gedeelte ontbreekt de dakgoot. De hier getoonde ansichtkaart is in juni 1969 is uitgegeven door Villa Nova, Zorgvlied, telefoon  05212-7212.
In het op vrijdag 9 juli 2021 uitgegeven Magnus Opus Fragmenten Uit Het Verleden Van De Vroegere Gemeente Diever van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever is in het hoofdstuk Zorgvlied op bladzijde 199 een afbeelding van een exemplaar van de hier afgebeelde ansichtkaart opgenomen.
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto van de kapel van Obadja, compleet met het haantje op het torentje, gemaakt op 17december 2022.

Abracadabra-1638

Posted in Ansigtkoate, De aandere kaante van de Deeverse bos, Obadja, Zorgvliet | Leave a comment

De kapelle van Obadja veur de uutbreiding

In het fotoboekje met de snorkerige titel ‘De historie en prehistorie van Diever in woord en beeld’ van de in Deever geboren en getogen, echter bij leven in Westervelde bij Norg wonende Arend Mulder (zoon van Jan Mulder, die in de volksmond Jan Boatie werd genoemd) is op de laatste bladzijde (bladzijde 140) enig aandacht besteed aan de houten kapel van de hervormde evangelisatievereniging op Zorgvliet.
Bij de foto op bladzijde 140 uit het genoemde boekje is de volgende tekst vermeld:
Dit zo vriendelijk aandoend houten kapelletje dateert van plusminus 1904 en werd gebouwd voor de vereniging tot behartiging van de godsdienstige belangen te Zorgvlied en kreeg later de naam Obadja. In 1968 werd vóór een gedeelte aangebouwd, zoals op de foto duidelijk is te zien. Eerste evangelist van de evangelisatievereniging was de heer Hendrik Betten te Zorgvlied, aldaar overleden op 2 februari 1947. Achter de kapel vindt men een klein kerkhof.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De foto die op bladzijde 140 van het fotoboekje van Arend Mulder staat, is hier niet afgebeeld.
Op de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart is de houten kapel van vóór de uitbreiding te zien. De betreffende ansichtkaart is in 1968 verzonden, dus vlak vóór de verbouwing van de houten kapel. Deze ansichtkaart is aanwezig in de verzameling van ut  Deevers Archief. De ansichtkaart is uitgegeven door A. van der Heide, Levensmiddelenbedrijf, Zorgvlied, telefoon 7242. Deze ansichtkaart is nota bene ná de verbouwing in juni 1972 en augustus 1973 nog een keer uitgegeven door A. van der Heide, Levensmiddelenbedrijf, Zorgvlied, telefoon 7242.


Posted in Ansigtkoate, De aandere kaante van de Deeverse bos, Obadja, Zorgvliet | Leave a comment

Kuunstmest veur de boer’n uut Wapse

Op 9 februari 1908 schreef de secretaris J. Haveman van de coöperatieve landbouwvereniging Ons Belang aan de firma Van Hoorn, Luitjens en Kamminga in Groningen het volgende bericht op een briefkaart:

Mijn Heeren,
De coöperatieve landbouwvereniging Ons Belang te Wapse wenscht nog te ontvangen 10600 K.G. kaïniet en 7100 K.G. thomasslakkenmeel te leveren binnen 1 maand (bij open water) in balen van 100 K.G. franco Dieverbrug. Onderzoek gratis.
Indien U offerte wilt maken, wordt deze ingewacht voor 16 Februari a.s. bij de secretaris J. Haveman.

De firma Van Hoorn, Luitjens en Kamminga exploiteerde een superfosfaatfabriek die zich bevond in Hoogkerk bij Groningen. Deze fabriek heeft bestaan van 1882 tot 1919.

Maar wie was secretaris J. Haveman. Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan de redactie gegevens van hem verschaffen ?

Kaïniet en thomasslakkenmeel zijn minerale kunstmeststoffen voor de landbouw. Deze kunstmeststoffen werden per schip via het Noord-Willemskanaal en de Drentse Hoofdvaart naar de löswal an de Deeverbrogge vervoerd. Vandaar werden de bepaald niet licht te hanteren balen van 100 kilogram ongetwijfeld met paard en wagen naar de opslag bij de fabriek in Wapse vervoerd.

Zo’n beschreven briefkaart is toch maar mooi weer een aardig fragmentje uit de geschiedenis van de melkfabriek van Wapse.

Posted in Süvelfubriek Wapse | Leave a comment

Woar is ut pothokke en woar is ut hüsie ?

De redactie heeft de foto, die is gepubliceerd op bladzijde 15 van nummer 22/1 (maart 2022) van het onvolprezen papieren blad Opraekelen van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, gescand, teneinde deze foto (afbeelding 1) hier aan de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief te kunnen tonen, met excuses voor de slechte grofpixelige kwaliteit van deze scan. Echter in de ‘Collectie Provinciale Monumentenzorg’ van het Drents Archief is gelukkig bijgaand afgebeelde scherpere niet bijgesneden zwart-wit foto (met kenmerk MZ10707000101) (afbeelding 2) aanwezig.
De foto van de boerderij is in het begin van de vijftiger jaren van de vorige eeuw gemaakt, waarschijnlijk vlak voor de afbraak van deze boerderij. Wie was de maker van deze foto ? In welke verzameling is deze foto aanwezig ? De redactie wil deze gegevens graag bij dit bericht vermelden.
De grote vragen zijn natuurlijk in welk jaar deze groot ogende boerderij (afbeelding 2) is gebouwd en in welk jaar deze boerderij is afgebroken. Klaas de Boer geeft hierover geen uitsluitsel in zijn schitterende boek Wittelte. Geschiedenis van de boerderijen vanaf 1770 tot heden, dat in 2018 is uitgegeven door de wakkere Dorpsvereniging Wittelte.
In de Collectie Agrarisch Erfgoed van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed is aanwezig een bouwkundige tekening (document SHBO-BT-0690) van de hier afgebeelde boerderij, adres Wittelte 11, zie afbeelding 2. Tekenaar Robert Cornelis Hekker is de maker van deze tekening. De tekening is gedateerd op 20 juli 1947. De tekenaar was werkzaam bij het Bureau Wederopbouw Boerderijen. De rijksoverheidsinstelling Bureau Wederopbouw Boerderijen was vanaf juli 1940 verantwoordelijk voor de wederopbouw van door oorlogshandelingen verwoeste boerderijen. Echter de boerderij van Jacob Snoeken en Aaltje van de Berg is in de Tweede Wereldoorlog niet verwoest of beschadigd door oorlogshandelingen. De grote vraag is daarom: wat is de reden dat het Bureau Wederopbouw Boerderijen deze boerderij heeft getekend ? Zaten ze om werk verlegen ?
Afbeelding 4 toont de plattegrond van de boerderij, het is een detail van afbeelding 3. Opvallend is dat in de plattegrond een karnhuis en een karnmolen zijn getekend. Echter in 1947 leverde de familie Van de Berg al heel lang de melk van zijn koeien aan de in 1899 opgerichte botterfubriek aan het Moleneinde in Deever. Het karnhuis en de karnmolen zullen in onbruik zijn geraakt, nadat de familie Van de Berg de melk ging leveren aan de botterfubriek en stopten met het zelf karnen van roomboter. Zie ut rikke mit de melkbuss’n op de hier afgebeelde foto (afbeelding 2).
Wellicht heeft de tekenaar getracht de oorspronkelijke indeling te tekenen. De tekenaar heeft bij het tekenen van de plattegrond ook een fout gemaakt. De pompestroate is breder, want de rechter deur in de zijgevel van het boerderijgedeelte aan de straatkant (zie afbeelding 2) gaf toegang tot de pompestroate. Dus de pompestroate had breder en de koestal had korter moeten zijn getekend.
Opvallend is de afwezigheid van ut pothokke, dat kenmerkende hüsie naast oude boerderijen in de gemiente Deever. Een  pothokke stond in het verlengde van de pompestroate, want er moest altijd met water van de pompe hen ut pothokke worden gesjouwd. En opvallend is de afwezigheid van ut hüsie, die kenmerkende toiletgelegenheid ín oude boerderijen in de gemiente Deever. Ut hüsie is niet ingetekend, maar moet wel aanwezig zijn geweest. Maar waar bevond zich dan ut hüsie ? Of is het de zeer kleine ruimte die bereikbaar is via de ruimte waar de karnmolen is ingetekend ?

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3

Afbeelding 4

Posted in Boerdereeje, Verdwenen object, Wittelte | Leave a comment

Roggemiet’n op de Noorderesch van Deever

Bijgaande prachtige foto is aanwezig in de collectie van het Drents Archief in Assen.
Om te vermijden dat de loonwerker zijn tractor en zijn döskaaste vaak moest verplaatsen van de ene miete naar de andere miete, zetten de boeren hun miet’n altijd in zo groot mogelijke groepen op de nes, in dit geval in het najaar van een jaar tussen 1930 en 1940 op de Noorderesch van Deever.
Op de voorgrond is nog ’n tippe heide te zien. Aan de linkerkant is de bebouwing langs de Bosweg en ut maarkturrein in Deever te zien. Tuss’n de miet’n deur is de gemeentelijke toren aan de helemaal niet-origineel-Saksische brink van Deever te zien. Deze is ingebouwd in het kerkgebouw aan de brink.
Een miete zett’n was een hele kunst. Als deze niet mooi gelijkmatig werd opgebouwd, dan kon het gebeuren dat deze scheef zakte en met palen moest worden gestut. Een paar van de hier zichtbare miet’n zijn wel scheef gezakt, maar blijkbaar niet zo erg dat ze gestut moesten worden. De schuine buitenkant van een miete was vergelijkbaar met een reet’n doake. In een goed gezette miete kon het regenwater net zoals bij een reet’n doake niet binnendringen.

De redactie van ut Dievers Archief is op zoek naar foto’s van boer’nwaark: rogge meej’n, miete zett’n, döss’n, enzovoort. De zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief worden verzocht deze foto’s te scannen en naar de redactie toe te sturen voor publicatie in ut Deevers Archief.

Abracadabra-1203

Posted in Boer'nlee'm, Bosweg, Deever, Miet'n, Noorderesch | Leave a comment

Un kuierrontie langes de Dikke Stien’n

Het boekje ‘Drie wandelingen rond Diever’ (dit leuke boekje is aanwezig in ut Deevers Archief), dat is uitgegeven door de Provinciale V.V.V. Drente, is voor de afwisseling verluchtigd met veel pentekeningen. De redactie weet nog niet in welk jaar het boekje is uitgegeven.
Bij route 1 begint de wandelaar bij de Olde Kaarke aan de brink de lopen, giet deur de Peperstroate, slat dan linksof de Kruusstroate in, löp dan véur de Eendeveever rechtsof de Grönnegerweg in, en ziet dan na zo’n acht minuten lopen aan de linkerkant hunnebed D52 op de Stienakkers liggen.
In het boekje is op bladzijde 10 de hier getoonde pentekening van hunnebed D52 opgenomen. Het is altijd weer aardig na te gaan welke ansichtkaart of welke foto de tekenaar als inspirerend voorbeeld heeft gebruikt. De redactie denkt dat de tekenaar in dit geval de hier getoonde zwart-wit ansichtkaart uit 1968 heeft gebruikt of eentje die daar op lijkt.
De hier getoonde ansichtkaart werd uitgegeven en verkocht door Boek-en Kantoorboekhandel Fa. van Goor an de Kruusstroate in Deever. Deever is Roelof (Roef) van Goor veel dank verschuldigd. Hij heeft immers onbedoeld in de loop van zeker meer dan dertig jaren een historisch zeer waardevolle verzameling ansichtkaarten uitgegeven en verkocht.
De tekenaar heeft de creatieve vrijheid genomen de steen die op de ansichtkaart net wel aan de linkerkant is te zien, niet op te nemen in zijn tekening. Een kniesorige hunnebeddoloog die daar op let.
De hunnebeddologen van de heemkunduge vurening uut Deever zijn op wetenschappelijke gronden tot het inzicht gekomen dat rond de Dikke Stien’n minder struweel en minder bomen mogen groeien, vandaar dat een groep dorpskrachten enige jaren geleden rond het hunnebed een flinke voorraad open haardhout heeft weggekapt en weggezaagd.
De redactie van ut Deevers Archief is van mening dat ál het struweel en álle bomen rond de Dikke Stien’n moeten worden verwijderd, opdat het kale terrein rond de Dikke Stien’n gewoon weer als bouwakker met de naam Stienakkers kan worden gebruikt.

Abracadabra-1642Abracadabra-1641

Posted in Deever, Grönnegerweg, Heezeresch, Hunnebedde D52, Oudheid, Stienakkers, Tiekening | Reacties uitgeschakeld voor Un kuierrontie langes de Dikke Stien’n

Eetsèle in un holt’n barak in kaamp De Eikenhorst

Op de hier afgebeelde  zwart-wit ansichtkaart, die aan het einde van de vijftiger jaren van de vorige eeuw, voor het eerst is uitgegeven, is goed de houten barak voor de eetzaal en de keuken van het Kamp voor Sociale Jeugdzorg ‘de Eikenhorst’ an de Gowe te zien.
Is de fotograaf voor het maken van deze overzichtelijke foto in een boom geklommen ?
De barak op de foto heeft waarschijnlijk in het werkkamp van de Nederlandse Arbeidsdienst (N.A.D.) ten tijde van de Tweede Wereldoorlog ook als keuken en eetzaal dienst gedaan.
Wie van de oud-bewoners van het jongenskamp wil zijn herinneringen aan de eetzaal en de keuken op papier zetten en in ut Deevers Archief publiceren ?

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds een verstokte liefhebber van afbeeldingen op papier is, kan de hier afgebeelde ansichtkaart van de eetzaal van het kamp voor sociale jeugdzorg ‘de Eikenhorst’ an de Gowe, ten zeerste bewonderen op bladzijde 54 van het in september 2007 verschenen papieren boekwerkje Voormalige gemeente Diever in oude ansichtkaarten, dat is samengesteld door een puike onvolprezen selectie van vrijwilligers van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Maar ja, dan moet je wel in het bezit van dat papieren boekwerkje zijn of dat papieren boekwerkje bij iemand in kunnen zien.

Posted in Ansigtkoate, de Gowe, Jongenskamp de Eikenhorst, N.A.D.-kamp | Leave a comment

In 1968 waar’n wee in ‘de Streuper’ op vukaansie

Van de heer Jan Oude Geerdink ontvingen wij bijgaande reactie op de berichten in het Deevers Archief, die betrekking hebben op het niet meer bestaande vacantiecentrum Ellert en Brammert an de Deeverbrogge.

Wij zijn twee jaar achter elkaar bij Ellert en Brammert geweest in 1967 en 1968. Ik ben geboren in 1957 en was dus een klein jochie, die veel minder te vertellen had dan de jeugd van tegenwoordig, haha.
Van het eerste jaar herinner ik mij alleen dat we een huisje hadden onder aan de bult in het park. In 1968 zijn we in het huisje op de bult geweest, omdat mijn vader dat huisje helemaal geweldig vond. Dat huisje had de naam ‘de Streuper’. Ik sta op de foto bij het naambord aan de muur.
Ik heb uit die tijd alleen nog wat foto’s waarop ik vol in beeld sta en waarbij je niets van de omgeving ziet.
Ik kan mij nog herinneren dat in 1968 veel werd georganiseerd, zoals spelletjes, speurtochten, een volleybal toernooi. Ook was er een wedstrijd wie met natuurlijke materialen een mooie kaart van Drenthe op de grond kon maken. Ons gezin werd derde, haha. Mijn vader en moeder zijn al overleden. Helaas zijn geen andere foto’s uit die tijd bewaard gebleven. Je was al dolgelukkig dat je met vakantie ging. Een fototoestel was zeker in die tijd nog bijzonder.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie is de heer Jan Oude Geerding bijzonder erkentelijk voor zijn reactie en hoopt dat deze reactie voor mensen, die ooit in Ellert en Brammert op vakantie zijn geweest, een mooie aanleiding is ook te reageren.
Op bijgaande foto uit 1968 staat de 11-jarige Jan Oude Geerding bij het naambord van de bungalow met de naam ‘de Streuper’
Elk stenen kampeerhuisje, ook wel bungalow genoemd, had een eigen naam in het Deeverse dialect. Op heel veel ansichtkaarten komen namen voor, zoals de Baander, de Blekbèr, de Brummel, de Dankbèr, de Deel, de Dobbe, de Eveltas, ’t Hemeretien, de Hilde, de Karnmeule, ’t Knienegat, de Nes, de Schoapvoalt, de Sikke, ’t Spinwieffien, de Streuper, de Zödde. 

Aan deze opsomming ontbreken nog heel veel namen, omdat zeker meer dan veertig huisjes op Ellert en Brammert stonden. Wie kan deze lijst verder aanvullen ? Wie heeft foto’s of ansichtkaarten van deze huisjes ? Wie heeft een ansichtkaart van ‘de Streuper’.
De redactie vraagt aan de zeer gewaardeerde bezoekers van deze webstee, die het Deeverse dialect nog machtig zijn, de Nederlandse vertaling van de hiervoor genoemde namen van de bungalows door te geven.

Abracadabra-1210

Posted in An de Deeverbrogge, Ellert en Brammert, Recreatie, Toeristenindustrie | Leave a comment

De drogistereeje van Moesie Peep an de Heufdstroate

De redactie van ut Deevers Archief stelde ten behoeve van de zeer gewaardeerde leden van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever de zo door deze vereniging zi genoemde ‘historische kalender’ (hoe kan een kalender historisch zijn ?) voor het jaar 2004 samen. De redactie herinnert zich het samenstellen van deze kalender als een leerzame wandeling op de wegen der vrijheid.

De hier afgebeelde zwart-wit foto (afbeelding 2) van de voorgevel van de vroegere drogisterij, met boven de winkeldeur de Gaper, stond op het kalenderblad voor de louwmaand 2004, dat wil zeggen januari 2004. Deze zwart-wit foto (afbeelding 2) is omstreeks 1962 gemaakt en is afkomstig uit het archief van de voormalige gemiente Deever. De hier afgebeelde zwart-wit foto (afbeelding 3) van de voorgevel van de vroegere drogisterij, zonder de Gaper boven de voordeur, heeft Coen Broekema in het najaar van 2003 gemaakt.

Hendrik Mulder (Hendrik Moesie; alle Mulders in Deever hadden een bijnaam; hij werd vanwege zijn astma ook wel Moesie Peep genoemd) en zijn vrouw Christina (Stina) Klok openden in 1933 in Deever in een nieuw pand drogisterij De Gaper, Hoofdstraat 17, nu Hoofdstraat 43. Hendrik was ook huisschilder, zijn vrouw Christina (Stina) deed de drogisterij. Hendrik maakte ook graag foto’s. Hendrik Mulder is geboren op 24 mei 1905 en is overleden op 30 januari 1977. Zijn vrouw Christina (Stina) Klok is geboren op 24 januari 1910 en is overleden op jonge leeftijd op 28 oktober 1961. Beiden zijn begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever.

Per 1 januari 1966 deed Hendrik Mulder (Hendrik Moesie) zijn zaak over aan zijn neef Hendrik Koopman. In juni 1993 is Hendrik Koopman met zijn drogisterij verhuisd naar de Peperstraat. Zowel Hendrik Mulder als Hendrik Koopman waren verkoper van heel veel mooie ansichtkaarten met afbeeldingen uut de gemiente Deever. De redactie van ut Deevers Archief is hen daar veel dank voor verschuldigd.

De Gaper, het beeld met de houten kop met de gapende mond en de tong uit de mond, is gemaakt door een beeldhouwer uit Veendam. In de tachtiger jaren van de vorige eeuw moest de fraaie kop worden verwijderd. Hij was totaal verrot.

In de etalages en aan de zijmuur wordt reclame gemaakt voor pleegzuster Bloedwijn, Akkertjes pijnstillers, Babyderm, Vicks tegen hoest, Chefarine 4 en meer van dat soort merken uit de zestiger jaren van de vorige eeuw.
Let vooral ook op de fraaie reclameborden van email aan de zijmuur van de winkel. Let vooral ook op de voorgevel die niet haaks op de zijmuur staat.

Reactie van Ricardo Marlo Ruiter van 3 mei 2016
Mijn naam is Ricardo Marlo Ruiter. Mijn familie en ik zijn de huidige bewoners van deze voormalige drogisterij.
Wij wonen hier sinds 2003 en zijn erg gelukkig met het huis. Het is heel groot en het heeft een leuke kelder.
Inmiddels is binnenshuis heel veel verbouwd.
De zolder is in drie slaapkamers verdeeld met drie opbergkasten. De schuur is in tweeën gedeeld. De ene helft is nu de woning van mijn oma. De andere helft is onze schuur. De winkelruimte is nu onze woonkamer.
Wij vinden het heel leuk dat de historie van ons pand op internet staat, dan kan iedereen wat lezen over ons huis.

Afbeelding 1

Afbeelding 2
De hier afgebeelde zwart-wit foto is omstreeks 1962 gemaakt en is afkomstig uit het archief van de gemeente Deever.
In de etalages en aan de zijmuur wordt reclame gemaakt voor pleegzuster Bloedwijn, Akkertjes pijnstillers, Babyderm, Vicks tegen hoest, Chefarine 4 en meer van dat soort merken uit de zestiger jaren van de vorige eeuw.

Abracadabra-1204
Afbeelding 3
De voorgevel van de voormalige drogisterij in het najaar van 2003 (© 2003, Coen Broekema, Deever).

Posted in Heufdstroate, Historische kalender, Neringdoende | Leave a comment

Disse ansichtkoate van de Dikke Stien’n is un topstuk

In 1952 bevonden de Dikke Stien’n an de Grönnegerweg bee Deever zich nog in hun fraaie verzakte en vervallen staat. Niks mis mee. Zo hadden deze er nog steeds bij moeten liggen. Oude verzakte en vervallen tekens in oude esgrond. En overwoekerd met brömmels. Het is wel jammer dat ook in die tijd de Stienakkers niet regelmatig volledig en grondig vrij werden gemaakt van bomen en struiken.
Wat op de deze zwart-wit ansichtkaart uit 1952 is te zien is Deeverse nostalgie in het kwadraat.
Fraaie verzakte Dikke Stien’n in de Stienakkers. Wat rustgevend.
Wat een prachtig klauterspeelgoed veur kiender uut Deever. Wat rustgevend.
De Grönnegersaandweg. Wat rustgevend.
Twee pauzerende trekkers. Wat rustgevend.
Met gewone fietsen. Wat rustgevend.
En met de bepakte fietsen tegen elkaar gezet. Wat rustgevend.
Een slootwal mit brömmels. Wat rustgevend.
Roggeschoven op een bouwakker. Wat rustgevend.
Geen onrustige betuttelbordjes en betuttelpaaltjes en betuttelhekjes en betuttelstenen te bekennen. Wat rustgevend.
Geen merkwaardig en amechtig gedoe en gehijg van de hunnebeddologen van de Oerclub uut Deever. Wat rustgevend.
Geen merkwaardig en amechtig gedoe en gehijg van de vrijwilligers van de heemkundige club uut Deever. Wat rustgevend.
Nog geen resultaten van het geknutsel van de zeer hooggeleerde en doorgestudeerde professor en doctor in de oudheidkunde en Drentsch kampioen dikke stien’n stapelen Albert Egges van Giffen te zien. Wat rustgevend.
Deze ansichtkaart – een echt topstuk – is in 1952 uitgegeven door Jan Brugging (de Wiba) an de Heufdstroate in Deever. Postuum hulde veur Jan Brogg’n en Griet Oost. Wat een rustgevende kaart.

De verstokte liefhebber van afbeeldingen van ansichtkaarten op papier kan de hier afgebeelde foto van ut hunnebedde an de Grönnegerweg bee Deever ook ten zeerste bewonderen op bladzijde 28 van het in 2007 uitgegeven papieren boekwerkje Voormalige Gemeente Diever in oude ansichten, dat is samengesteld door vrijwilligers van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Maar ja, dan moet je wel in het bezit zijn van dat papieren boekwerkje of dat papieren boekwerkje bij iemand in kunnen zien.

Posted in Ansigtkoate, Grönnegerweg, Hunnebedde D52, Topstuk | Leave a comment

Un olde foto van un Deeverse en un Wittelterse

Posted in Griffemiède kaarke | Leave a comment

Un tiekening van ut huus Zorgvliet op Woater’n

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen van objecten in de gemiente Deever. De redactie heeft al heel wat afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen opgenomen in ut Deevers Archief. Maar hoe meer afbeeldingen van schilderijen en tekeningen en etsen van objecten in de gemiente Deever de redactie in ut Deevers Archief kan tonen, hoe liever het hem is.
In de collectie met de naam ‘Collectie Topografische Foto’s’ van het Drents Museum en aanwezig in het Drents Archief  in Assen is bijgaand afgebeelde en begin 1900 gemaakte fotografische reproductie (nummer DM3202488) van een tekening van Huize Zorgvliet op Woater’n aanwezig. De redactie zou wel bijzonder graag willen weten of de originele tekening bewaard is gebleven en zo ja waar deze is.
De kunstenaar H.P.L.G. de Kruijff heeft deze tamelijk amateuristisch aandoende tekening in 1867 gemaakt. Wellicht deed hij dat in opdracht van Jacobus Franciscus de Ruiter de Wildt, de eigenaar van Huize Zorgvliet. Die was zelf ook een verdienstelijk amateur-kunstschilder.
De redactie weet niet of de kunstenaar H.P.L.G. de Kruijff in 1867 zijn tekening ter plekke heeft gemaakt of gebruik heeft gemaakt van de bouwtekeningen en dan met name de tekening van de voorgevel en dat hij de rest van de tekening er bij heeft verzonnen.
Wel schijnt het zo te zijn geweest dat Jacobus Franciscus de Ruiter de Wildt bij de aanleg van het landgoed Zorgvliet gebruik heeft gemaakt van de lanen, bosschages en percelen met onder andere fruitbomen, die door de Maatschappij van Weldadigheid zijn aangelegd.
De redactie verwijst voor enig vergelijkingsmateriaal naar een foto van Huize Zorgvliet.

De redactie vervangt zo nu en dan voor de verandering ut kopplaètie van ut Deevers Archief.
Als jij in het bezit bent van een mooie afbeelding uut de gemiente Deever en jij acht een uitsnede van deze afbeelding wel geschikt als kopplaètie voor deze webstee, aarzel dan niet een goede scan van deze afbeelding naar de redactie te sturen.
Als jij vind dat een getoond kopplaètie te lelijk is als kopplaètie van ut Deevers Archief, aarzel dan niet jouw mening aan de redactie kenbaar te maken.
Als jij een reeds getoond kopplaètie graag nog een keer als kopplaètie van ut Deevers Archief wilt zien, aarzel dan niet dit aan de redactie kenbaar te maken.
De redactie heeft de hier afgebeelde uitsnede van de tekening van Huize Zorgvlied op 14 juni 2023 geplaatst als kopafbeelding van ut Deevers Archief.

Posted in de Ruiter de Wildt, Huize Zorgvliet, Kopplètie, Kuunst, Tiekening | Leave a comment

De rogge steet an de gaaste teeg’nover De Eschhorst

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag afbeeldingen van ut boer’nlee’m, ut boer’nwaark en de bau in de gemiente Deever, zoals hij dat in zijn jeugd gelukkig nog heel goed heeft gekend. De redactie heeft al heel wat afbeeldingen van gaast’n rogge op de nes opgenomen in ut Deevers Archief. Maar hoe meer afbeeldingen van de bau in de gemiente Deever hij kan tonen, hoe liever het hem is.
In de collectie met de naam ‘Collectie Topografische Foto’s’ van het Drents Museum en aanwezig in het Drents Archief in Assen is bijgaand afgebeelde zeer nostalgische zwart-wit foto (nummer DM3202499) van lange rijen van gaast’n rogge op un bauakker op de Westeresch van Deever aanwezig. De naam van de maker van de foto is helaas niet bekend.
Nu was de Westeresch van Deever een grote es, dus behoeft de plaats van de akker wel nader te worden beschreven. De akker ligt aan de Hoofdstraat tegenover de gemeentelijke burgemeesterswoning met de naam De Eschhorst. Dus de tegenwoordige Broekemastraat en de Van Nootenstraat zijn aangelegd op deze akker. De redactie moet de oude veldnaam van deze akker nog uitzoeken.
De redactie heeft nogal moeite met de datering van de hier afgebeelde foto, beter gezegd het lukt hem niet deze foto precies te dateren. Het echtpaar Jan Cornelis Meiboom (die in de Deeverse volksmond altijd ome Kees werd genoemd) en Nellie Veldman (die in de Deeverse volksmond altijd tante Nel werd genoemd) noemde de gemeentelijke burgemeesterswoning De Eschhorst. Dus de hier afgebeelde foto moet ná 1939 zijn gemaakt. De redactie heeft het vermoeden dat de foto in de periode 1945-1950 is gemaakt. Wie van de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief kan gegevens van de hier afgebeelde foto aanleveren ?

Posted in Boer'nlee'm, Boer'nwaark, Westeresch | Leave a comment

Ut keutereegie van Gaarke Bakker’s jong’n in Deever

De auteur van het bijgaande bericht is de heer Lammert Joustra uit Zuidwolde. Hij gaf de redactie toestemming zijn bericht op te nemen in ut Deevers Archief. De redactie is hem daarvoor bijzonder erkentelijk.
Het bericht is eerder opgenomen in het papieren blad Opraekelen nr. 06/2 (jaargang 13, nr. 2, juni 2006) van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever.

Het boerenbedrijfje van de Bakker’s jong’n in Deever
In de eerste vijftien jaren na de oorlog kwam in de gemeente Diever aan het keuterboeren als gevolg van (inter)nationale ontwikkelingen totaal een einde.
Mijn opa heette Harm Mulder, maar iedereen noemde hem Haarm Bakker (redactie: alle Mulders in Diever hadden een bijnaam) [1]. Hij woonde met zijn broers Hendrik en Jacob in de Hoofdstraat van Diever. Ze werden de Bakker’s jongen genoemd. Zij hadden een boerderijtje in de Hoofdstraat met weinig eigen grond, daarom huurden ze akkerland en weiland om toch die paar koeien te kunnen houden om wat te verdienen. Ze huurden elk jaar weiland in de Oude Willem van de familie Gijs Jansen. De huurperiode was vanaf mei tot half november. Ze waren niet de enige huurders van weiland in de Oude Willem, ook andere keuterboertjes in Diever huurden daar weiland. Dat waren onder meer Albert Keizer, Jan Baaiman, Teunis Mulder (redactie: Teunis Kuper, alle Mulders in Diever hadden een bijnaam), Hendrik Jan Kiers, Roelof van Nijen en nog een aantal.
Als de koeien daar weer in het weiland liepen, dan fietsten mijn opa Harm en zijn broer Hendrik elke morgen en elke avond op en neer naar de Oude Willem. Ze hadden een transportfiets met voor op de fiets een vergrootte bagagedrager en aan de achterzijde van de fiets konden ze twee melkbussen aan de bagagedrager hangen. De gehele constructie was een verzwaarde fiets, soms vervoerden ze één melkbus, die hadden ze dan gewoon op de stang tussen het stuur en het zadel staan. Meestal was die stang omwikkeld met een jute zak. Mijn opa Harm en zijn broer Hendrik fietsten nooit naast elkaar, maar altijd achter elkaar aan naar het land in de Oude Willem en weer terug naar Diever.
Ze gingen elke dag op pad naar de Oude Willem, ondanks lichamelijke klachten. Mijn opa Harm had het op een dag zo in zijn rug, dat zijn wens was om nu maar vrij te nemen, want het op en van de fiets stappen was nu een probleem voor hem, maar toch moesten die koeien gemolken worden. De volgende oplossing werd besproken en vervolgens uitgevoerd. Jaap en Hendrik hielden de fiets schuin om mijn opa gemakkelijk op te kunnen laten stappen, zetten vervolgens mijn opa recht op de fiets en gaven hem een flinke drukker (redactie: duw, zet), zodat hij een beetje snelheid kreeg, waarna hij zelf door kon fietsen. Maar de weg terug naar Diever moest ook nog worden afgelegd. Bij het weiland van Gijs Jansen in de Oude Willem werd dezelfde opstapprocedure herhaald, waarna opa Harm met zijn transportfiets met de volle melkbussen naar Diever fietste. Hendrik fietste anders altijd achteraan, maar nu fietste hij als eerste vooruit het dorp in om zijn broer Jaap te roepen met de mededeling: ‘Hee komp ’r an.’ Jaap en Hendrik gingen vervolgens klaar staan om mijn opa Harm tijdens de rit op te vangen, waarna hij van de fiets werd geholpen.
De Bakker’s jong’n -Harm, Hendrik en Jaap Mulder- leverden hun melk aan de fabriek in Diever [2]. De zuivelfabriek stond aan het Moleneinde, waar nu garage Boer is gevestigd. De opbrengst van de geleverde melk werd één keer per veertien dagen contant uitbetaald [3]. In het begin werd de enveloppe met het geld, het zo genoemde melkgeld, aan de melkbus bevestigd, gewoon tussen de bus en het lid (redactie: het deksel van de melkbus). In die tijd dacht niemand er aan om dat geld te stelen, ondanks de armoede die er toch wel was. Later bezorgde Pieter Boelens het melkgeld bij de Bakker’s jongen, die ging met een tas met geld de boeren bij langs om het melkgeld uit te betalen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Lammert Joustra is de kleinzoon van Harm Mulder.

[1] Zie het bericht Het spinmoal en de snikke.
[2] In 1949/1950 kregen de gebroeders Mulder, Hoofdstaat 44 (nu Hoofdstraat 60) in Diever het melkbusnummer 45 toegewezen.
[3] Zie het artikel ‘Monsters nemen voor de Zuivelfabriek van Diever’ in Opraekelen 06/1, het papieren blad van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever.
De hier afgebeelde ansichtkaart uit 1934 is uitgegeven door de weduwe Johannes Vos an de Heufdstroate in Deever. Op de afbeelding is een deel van de Heufdstroate in Deever te zien.
Aan de linkerkant de smederij van de gebroeders Kloeze te zien. Naast de smederij staat Albertus (Battus) Kloeze. Naast de smederij staat achter de leilinden de woning met de klompenmakerij van Jouk van Goor. Roelof (Roef) van Goor begon in dit pand zijn drukkerij. Achter de klompenmakerij is de woning met de winkel van manufacturier Philippus (Flip) Zaligman te zien.
Aan de rechterkant is rechts op de voorgrond de woning en de winkel van de weduwe Johannes Vos te zien. Daarnaast staat de woning en het boerderijtje van de gebroeders Mulder (Garke Bakker’s jongen). Daarnaast staat de woning en het schildersbedrijf van Geert Koster. Aan het einde van de Heufdstroate is achter de leilinden de voorgevel van de boerderij van de familie Hessels te zien.

Posted in Alle Deeversen, Ansigtkoate, Boer'nlee'm, Dorpsfiguur, Heufdstroate, Keutereegie | Leave a comment

Un mooi uutsigt over de mooie Heezeresch

De redactie van ut Deevers Archief vervangt zo nu en dan voor de broodnodige variatie de kopafbeelding van ut Deevers Archief.
Als jij in het bezit bent van een mooie afbeelding uut de gemiente Deever en jij acht deze echt wel geschikt als kopafbeelding van deze webstee, aarzel dan niet deze afbeelding naar de redactie te sturen.
Het formaat van een kopafbeelding is 940 x 198 puntjes (300 dpi).
Als jij de hier afgebeelde kopafbeelding lelijk vind als kopafbeelding van ut Deevers Archief, aarzel dan niet jouw mening luid en duidelijk aan de redactie kenbaar te maken.
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto van de Heezeresch bee Deever met op de achtergrond de Heezebaarg gemaakt op 3 mei 2018. De smalle afbeelding is als kopafbeelding gepubliceerd op 21 juni 2018.

Posted in Heezerbaarg, Heezeresch, Kopplètie | Leave a comment

Vusiering van un groeve op de kaarkhof

Op de kaarkhof an het begun van de Grönnegerweg bee Deever zijn rustplaatsen te vinden, waarbij niet enkel en alleen een rustplaatssteen staat, maar die ook zijn versierd met dingen die herinneren aan de persoon die in de rustplaats ligt of de personen die in de rustplaats liggen.
Dit is ook het geval met de rustplaats van dorpsfiguur Albert (Aubut) Keizer (geboren op 14 augustus 1883, overledenx op 30 december 1979) en zijn vrouw Jantje (Jantie) Warring (geboren op 12 november 1888, overleden op 30 november 1972).
Hun kinderen en kleinkinderen (toen nog geen achterkleinkinderen ?) kwamen op de erg oorspronkelijke gedachte de rustplaats van vader en moeder en opa en oma te versieren met een foto van hun oude keuterijtje an de Kruusstroate in Deever. Zie de afbeeldingen 1 en 2.
De redactie van ut Deevers Archief is helaas niet in het bezit van een mooie digitale kopie van de echte foto van dit keuterijtje.
Wel is in de verzameling van ut Deevers Archief de in afbeelding 3 getoonde ansichtkaart van het keuterijtje te zien. Deze kaart was in het begin van de zeventiger jaren van de vorige eeuw één van de eerste ansichtkaarten in kleuren uut de gemiente Deever en was te koop bij de boek- en kantoorboekhandel van Roelof (Roef) van Goor an de Kruusstroate in DeeverUt keutereegie van Albert (Aubut) Keizer en Jantje (Jantie) Warring stön toen nog op sien olde stee an de Kruusstroate in Deever. Ut keutereegie haar wel een siedbaander.
Blijkbaar hebben de nazaten van Albert (Aubut) Keizer en Jantje (Jantie) Warring voldoende rustplaatsrechtengeld in de kas van het kerkhofexploitatiebedrijf van de Voorkant Van Het Gelijk In Het Riante Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever gestort, want er staat (nog) geen paars sloopbordje bij het graf. Paars is een keizerlijke kleur, maar paars is ook de kleur van de rouw en de dood en de kleur van het verdwijnen in ruimte en tijd. Daarom lijkt de kleur paars voor een ordinair sloopbordje geen toepasselijke, maar wel een cynische kleur.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de twee hier afgebeelde kleurenfoto’s gemaakt op 16 juni 2018.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3

Posted in Alle Deeversen, Ansigtkoate, Baander, Kaarkhof an de Grönnegerweg, Keutereegie, Kruusstroate, Siedbaander | Leave a comment

Roefie en Jannoa van Ankör’m wöd eruumt

De redactie van het Deevers Archief besteedde tot nu toe in het bericht De olde krooie van Geert van Ankör’m, het bericht Tegen de winteravond op ’t Kastiel in januari 1979 en het bericht De oprichters van de koeperasie an de Heufdstroate aandacht aan de familie Van Ankorven, die op ut Kastiel in Deever woonde.

Geert van Ankör’m (Ankorven) is geboren op 10 februari 1877 in Leggel. Hij is overleden op 14 september 1956 in Deever.
Zijn echtgenote Lammigje Oost is geboren op 30 juli 1879 in Oll’ndeever. Zij is overleden op 28 juni 1967 in Deever.
Hun ongetrouwde dochter Jannoa van Ankör’m (Janna van Ankorven) is geboren op 20 januari 1903 in Deever. Zij is overleden op 10 juni 1990 in Deever.
Hun ongetrouwde dochter Roefie van Ankör’m (Roelofje van Ankorven) is geboren op 24 januari 1909 in Deever. Zij  is overleden op 23 juni 1996 in Deever.
Op de kaarkhof an ut begön van de Grönnegerweg bee Deever stiet nog de stien op de groeve van de susters Jannoa van Ankör’m en Roefie van Ankör’m. Nog, want ur stiet een poars bröttie bee de stien.
Blijkbaar hebben familieleden van Jannoa en Roefie van Ankör’m (Ankorven) geen of onvoldoende grafrechtengeld gestort in de kas van het kerkhofexploitatiebedrijf van de Hoge Dametjes En Heertjes Van De Voorkant Van Het Grote Begraafgelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan, want bij de scheefgezakte grafsteen staat een onheilspellend paars sloopbordje van de genoemde Hoge Dametjes En Heertjes. Paars is de kleur van de rouw en de dood en de kleur van het voor altijd verdwijnen in ruimte en tijd. Daarom lijkt de kleur paars voor een ordinair sloopbordje van de genoemde Hoge Dametjes En Heertjes een toepasselijke, maar wel erg cynische kleur.
Binnen afzienbare tijd zullen de laatste resten van de familie Van Ankör’m (Ankorven) in Deever zijn verdwenen. De familienaam Van Ankör’m (Van Ankorven) is gelukkig niet uitgestorven, want elders in Nederland leven mensen met deze achternaam.
De redactie van ut Deevers Archief heeft bijgaand afgebeelde kleurenfoto bij tegenlicht gemaakt op 16 juni 2018. De redactie verontschuldigt zich voor de slechte belichting van deze foto en zal deze -zo dat hopelijk nog mogelijk is- vervangen door een betere foto. Als dat niet het geval is, dan is de hier afgebeelde kleurenfoto, een geschiedkundig waardevolle funeraire foto.

Posted in Alle Deeversen, Kaarkhof an de Grönnegerweg, ut Kastiel | Leave a comment

Un tiekening van de olde kaarke an de brink

De redactie van ut Deevers Archief laat bijzonder graag getekende en geschilderde objecten uut de gemiente Deever aan de zeer gewaardeerde trouwe bezoeker van ut Deevers Archief zien. Hoe meer afbeeldingen van tekeningen en schilderijen de redactie kan tonen, hoe liever het hem is.

Onlangs vond de redactie op de website Kunst Wereldwijd Netwerk een prachtige tekening van de oostzijde van het kerkgebouw aan de brink van Deever. Deze tekening heeft als titel: Mijn dorp Diever Holland – My village Diever Holland.
De welbekende beeldend kunstenaar en schrijver Willem van Spronsen heeft deze tekening gemaakt. Hij is lid van de Gooise Kunstkring.
Willem van Spronsen heeft in het verleden in Deever gewoond en is daar nog voorzitter van de PvdA-fractie in de gemeenteraad van Deever geweest. Ook zijn kinderen zijn in Deever geboren. Hij komt nog regelmatig in Deever, omdat hij daar een atelier heeft.
De redactie toont deze tekening met toestemming van Willem van Spronsen. De redactie is hem daar bijzonder erkentelijk voor.
Daarbij stelde hij wel enige voorwaarden:
a) de afbeelding mag niet worden ingekort;
b) de afbeelding mag in de webstee ut Deevers Archief worden getoond, mits deze niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt.
c) alleen met schriftelijke toestemming van de maker mogen derden voor andere doelen van deze foto gebruik maken.
De redactie hoopt dat de kunstenaar Willem van Spronsen nog veel tekeningen en schilderijen (al dan niet in opdracht) van objecten in de gemiente Deever mag maken.
De redactie heeft bijgaand afgebeelde kleurenfoto gemaakt op 20 november 2005.

Abracadabra-1632

Posted in Kaarke an de brink, Kuunst, Tiekening, Willem van Spronsen | Leave a comment

Un blau sukersakkie van hotel Johan Blok

De redactie van ut Deevers Archief vindt bij het steeds verder digitaliseren van zijn papieren archief (papperrassies scannen en vervolgens die papperrassies in de container voor het oude papier gooien), dat vooral bestond uit veel dozen en veel mappen en veel ordners met veel foto’s, kranten- en tijdschriftenknipsels, reclamemateriaal, folders uut de gemiente Deever, en zo voort, en zo voort, en zo voort, zo nu en dan een door hem voor ut Deevers Archief belangwekkend geacht objectje.
In dit geval gaat het om een eenvoudig blauw suikerzakje van hotel Blok. Zie de bijgaande afbeelding. De redactie heeft dit suikerzakje uiteraard niet in de container voor het oude papier gegooid, maar met geschwinde spoed en in gestrekte draf toegevoegd aan zijn verzameling Deeverse sukersakkies.
In de vijftiger jaren en ook nog wel in de zestiger jaren van de vorige eeuw lag hotel Johan Blok an de Deeverbrogge an de deurgoande drokke Riekseweg langs de voat. De autosnelweg A28 van Meppel via Hoogeveen en Beilen naar Assen bestond in die tijd nog niet. Het was toen een druk beklant hotel met café-restaurant. Het hotel had net zoals zoveel andere hotels ‘eigen’ sukersakkies. De grote vraag is natuurlijk: in welk jaar is dit sukersakkie uitgebracht ?

Posted in An de Deeverbrogge, Hotel Blok, Sukersakkie | Leave a comment

Twee ansichtkoat’n van de Dorpsstroate op Zorgvliet

Zo te zien zijn de zwart-wit foto’s voor deze twee ansichtkaarten van dit café an de Dorpsstroate op Zorgvliet niet op dezelfde dag gemaakt. De redactie van ut Deevers Archief moet dit bericht nog uitbreiden met meer informatie.


Posted in Ansigtkoate, Dorpsstroate, Zorgvliet | Leave a comment

Legerplèse Deever – 15 september 1915

Het Frysk Fotoarchyf (Fries Fotoarchief) (webstee: friesfotoarchief.nl) bewaart een foto van een groep gemobiliseerde mannen uit Harlingen tijdens de mobilisatie van 1914-1915. Nederland was in de Eerste Wereldoorlog neutraal.
De foto is genomen op 15 september 1915 in de legerplaats bee Deever.
Op de foto zijn vaag de omtrekken van legertenten te zien.
Waar in de gemiente Deever het legerkamp stond, dat is in de tekst bij de foto niet vermeld, maar de redactie van ut Deevers Archief heeft het vermoeden dat dit kaamp ook de heidevelden op de Oeren tussen Deever en Wapse heeft gestaan.

Posted in de Kaamp op de Oeren, Ièste Wereldoorlog, Wapse | Leave a comment

Een annekkedote in ut Deevers van Jan Hessels

Toen Jan Hessels nog leefde sprak de redactie van ut Deevers Archief regelmatig met hem bij hem thuis in zijn boerderij over het oude Deever, over het boerenleven. Jan hield van het vertellen van annekkedotes, zoals hij die korte en altijd grappige verhaaltjes noemde. De redactie prijst zich gelukkig enige daarvan digitaal te hebben opgenomen. De ‘annekkedote’ is -het kan niet anders- opgeschreven in ut Deevers: Jan Hessels sprak het Deevers, net zoals Jantje Andreae-Oost dat deed, zoals je ut Deevers hoort te spreken. Het is jammer dat ut Deevers in het hedendaagse Deever bijna dood is.

De grond van de febriek
De ièste grond veur de febriek is deur de gemiente Deever veur vieftien gulden vukogt an de vutening. Aachter de fubriek langes laag een akker bouwlaand van Haarm Hessels. Disse Haarm Hessels hef joar’n in ut bestuur van de fubriek  eseet’n. Ik miene dat hee sölls vanof de oprichting in 1899 in ut bestuur hef eseet’n. As de fubriek weer uutebreid mös wödd’n, dan waar’n see vansöllls laand van Haarm Hessels neudug. Op de vugèdering van ut bestuur wödde dan seins teeg’n Haarm Hessels esègd: Haarm, we hept -seg moar- duusend veerkante meter neudig van oen akker, wat geet oens dat kost’n. Noa wat hen en weer geproat wödde de koop esleut’n, ut geld wödde betèlt en de sèke gunk wieder. In 1936 bee de vudi.eling van de aarfenis kwaa’m wee ur aaachter dat de halve febriek op grond van de familie Hessels stön. Ur was nooit wat bee de netoaris beschree’m. Ut is toe recht etrökk’n mit un akte van vujoaring.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Jan Hessels bedoelt met ‘vereniging’ de in 1899 opgerichte Coöperatieve Zuivelfabriek aan het Moleneinde (Katteneinde). Harm Hessels (geboren op 3 oktober 1862, overleden op 23 juni 1936) was getrouwd met Aaltje Hessels (geboren op 23 maart 1868, overleden op 15 januari 1941). Harm Hessels was de grootvader van Jan Hessels. Hun boerderij stond, staat nog steeds, aan het begin van de Kruisstraat, je kijkt tegen de voorgevel aan als je vanaf de brink door de Hoofdstraat naar de Kruisstraat gaat. De hier afgebeelde zwart-wit foto van deze boerderij is gemaakt in de strenge winter van 1979 De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op 16 november 2013.

Posted in Boerdereeje, Brink, Heufdstroate, Jan Hessels, Kruusstroate | Leave a comment

Beeld bee de kaarke kreg een skoonbraandbeute

De redactie van ut Deevers Archief leefde altijd in de veronderstelling dat het gemeentelijke metalen Shakespearitis-beeld van de verliefde elfenkoningin Titania, die de wever Spoel met de ezelskop smokt, maar wat stond weg te roesten op de kaarkhof bee de kaarke bij het helemaal niet-origineel Saksische brinkje van de gemiente Deever. Maar dat blijkt toch wel een vergissing te zijn, want de regionale beeldenschoonmaker brandt één keer per jaar de korstmosjes en de algjes en andere vervelende groene aangroei en de resten van de oude beschermende bekleding grondig weg met een stevige gasbrander, waarna hij het metaal bekwast met een nieuwe beschermende bekleding en vervolgens deze beschermende bekleding met behulp van de hete gasvlam hecht aan het metaal.
De redactie heeft de bijgaand afgebeelde kleurenfoto gemaakt op vrijdag 3 mei 2018.

Posted in Beeld, Brink, Eup’mlogtspel, Kuunst, Shakespearitis | Leave a comment

Palmpoas’n en poasvuur sleep’m in 1939 in Deever

In de krant ‘het Nieuwsblad van Friesland – Hepkema’s Courant’ verscheen op 5 april 1939 het volgende belangwekkende artikel over de tradities met Palmpaschen en Paschen in de gemeente Deever.

Palmpaschen-viering

De burgemeester van Diever geeft het goede voorbeeld
Verleden Zondag was het Palmpaschen en hier en daar is deze dag, vooral door de jeugd, weer naar den ouden trant gevierd. Van de Palmpaschenviering te Akkrum, die ook dit jaar weer gehouden werd, hebben we vorige jaren reeds uitvoerige overzichten gegeven. Ditmaal brengen we enkele beelden van het feest te Diever.
Ook hier dreigde het loopen met de Paaschhaantjes in onbruik te geraken, doch enkele kindervrienden hebben het tot nieuw leven gewekt. Het is de burgervader, de heer Van Os, die met zijn echtgenoote de aloude traditie zoveel mogelijk bevordert.
Zoo trekt de Dieverder jeugd dan in den vroegen ochtend op Palmzondag in kleurigen stoet met de versierde Palmpaaschhaantjes naar de burgemeesterlijke residentie, om den Palmpaaschwensch te brengen, waarna mevrouw ieder kind gelukkig maakt met een netje met een groot Paaschei er in.
Vorigen Zondag namen er wel tachtig kinderen aan den stoet deel.
Ook het Paaschfeest wordt te Diever nog naar oud gebruik gevierd met het ontsteken van grote Paaschvuren.

Onderschrift bij de eerste foto
De Palmpaasch-stoet wordt geformeerd.

Onderschrift bij de tweede foto
Mevrouw Van Os temidden der Palmpaasch-wenschers.

Onderschrift bij de derde foto
Het Paaschvuur-togen in Drenthe en wel in de gemeente Diever.
De brandstof wordt uit het bosch Berkenheuvel naar den weg gebracht, waar de wagen klaar staat.
Dan volgt het transport op den weg naar het dorp, waarvan hierbij de foto. Men moet ruim een half uur loopen om op den berg te komen aan de Burgemeester van Oslaan, waar het vuur zal worden ontstoken.
Zelf trekken de knapen den wagen.

Onderschrift bij de vierde foto
Als ze bij de bult zijn aangekomen, zijn ze flink moe en laten zich al gauw in het gras neervallen om uit te rusten.
Andere jongens maken dan den wagen leeg en bouwen de bult op.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Bij de redactie zijn nagenoeg geen foto’s van het poasvuur sleep’m bekend en zeker geen foto’s van vóór de Tweede Wereldoorlog. In het hiervoor gepubliceerde artikel zijn gelukkig wel twee foto’s van deze traditie opgenomen. Helaas moet de bezoeker van de webstee het doen met bijgaande afbeeldingen. De redactie weet bijna wel zeker dat het negatief van deze foto’s niet meer is te achterhalen.
Wie van de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief heeft wel een afdruk van deze foto’s ?

Wie kan de redactie informeren over de plek van de derde foto, met het boerderijtje op de achtergrond ?
Als de jongens op de foto’s jongens van de lagere school zijn in de leeftijd van 8 tot 14 jaar, dan zullen de jongsten in 2019 bijna 90 jaren oud zijn.
Wie van die oude generatie kan zich deze foto’s herinneren ?
Wie herkent de jongens op deze foto’s.
Wie kan een verhaal bij deze foto’s vertellen ?

De oeroude naam Kasteel van de weg over ut Kastiel  werd helaas bij de pensionering van burgemeester Hendrik Gerard van Os gewijzigd in Burgemeester van Oslaan.

Abracadabra-1613

Posted in Bosweg, Deever, Haentie op mien stokkie, Poasvuur sleep'm, Traditie, ut Kastiel | Leave a comment

Vèke liekt wee wat wee agin neet bint

In 2003 werd de zo genoemde Spoeltjespot in Deever aan de man of de vrouw gebracht. De Spoeltjespot was bij diverse neringdoenden in Deever verkrijgbaar. De redactie van ut Deevers Archief was al jaren naarstig op zoek naar een afbeelding van deze tijdens een hevige uitbraak van shakespearitis uitgevonden pot. De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief kan de zo genoemde Spoeltjespot nu ten zeerste bewonderen in de twee bijgevoegde afbeeldingen.
De hier afgebeelde Spoeltjespot is weliswaar leeg, maar was gevuld met ongeveer 180 gram snoepjes van het soort Getemde Feeks, bereid op natuurlijke basis. En het etiket van de deze Spoeltjespot was opgeleukt met een wijsvingertje-in-de-lucht-filosofietje uit het volledig versleten kluchtige blijspel The taming of the screw uit 1590/1592 van William Shakespeare: Vaak schijnen wij wat wij volstrekt niet zijn. Vollediger: Vaak schijnen wij wat wij volstrekt niet zijn, buig dus je trots en leg als onderpand je hand onder de voet van je echtgenoot. Kijk, dat is nou nog eens een axiomatische spreuk die toch tot diep en vrij nadenken dwingt. Maar is het zinnetje wel compleet ? Is het wellicht: Vaak schijnen wij te zijn wat wij volstrekt niet zijn. 
Het assortiment snoepjes bestond uit tien soorten. Zo had je ook Hamlet’s Super Snoepjes, een anijsachtige salmiak lekkernij. Op elk potje was een Deeverse nepmunt, het Spoeltje geplakt. Zie de twee bijgaande afbeeldingen. De nepmunt is genoemd naar Spoel de Wever uit het stokoude platgespeelde toneelstuk A midsummer night’s dream uit 1595 van William Shakespeare. Op het ‘gouden’ en ‘zilveren’ Spoeltje zijn Prospero en Ariel uit Shakespeare’s in 1610/1611 geschreven stuk The Tempest afgebeeld.
Die neringdoenden in Deever doen gelukkig meestal vergeefse verwoede pogingen het ondeponeerbare handelsmerk Shakespeare tot op het bot uit te benen op de golven van het succes van het jaarlijkse openluchtspel van de bulkend rijke toneelvereniging Diever. De Spoeltjes klotsen tegen de plinten op. Er is voor het geldelijk tot op het bot uitbenen van de naam Shakespeare zelfs een speciale stichting met de bepaald niet voor de hand liggende naam Village of Shakespeare opgericht. Het is onvermijdelijk te concluderen dat de shakespearitis in Deever chronische en epidemische vormen heeft aangenomen.
Vooral het feit dat ouderwetse Hollandse snoepjes in 2003 werden verkocht als bijvoorbeeld Hamlet’s Super Snoepjes of als Getemde Feeksen getuigd van echte Deeverse boerenslimheid. Maar hoe streekgebonden zijn ouderwetse Hollandse (niet Deeverse) snoepjes verpakt in een glazen of plastic pot te noemen ?
De grote vraag is: wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief heeft nog een al dan niet gevulde Spoeltjespot ? De kleine vraag is: is de Spoeltjespot nog steeds te koop in Deever ?

Posted in Shakespeare prullaria, Shakespearitis | Leave a comment

Old en nee bee de vreewilluge braandwièr in Deever

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 12 maart 1940, kort voor het begin van de Tweede Wereldoorlog, de hier afgebeelde foto met onderschrift over de aanschaf van een nieuwe brandspuit door de gemiente Deever.

De gemeente heeft een flinke nieuwe spuit aangeschaft, welke in uitvoering en capaciteit wel belangrijk verschilt van het oude romantische spuitje, dat nu, na jarenlangen arbeid, op stal wordt gezet.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Op de bovenste foto A is de oude brandspuit te zien, op de onderste foto B is de nieuwe brandspuit te zien. De redactie van ut Deevers Archief herkent op de onderste foto B recht voor de brandspuit Lambertus Rolden. Links naast de brandspuit staat Hendrik Jan (Henneman) Rolden, zoon van Lambert Rolden.
De vraag is of de brandspuit op de onderste foto B een nieuwe of een tweedehands brandspuit is, want het kenteken van het voertuig is niet te vinden in de kenteken-database van het Drents Archief. Wel is het voertuig voorzien van het Groninger kenteken A-11249.
Met de omstreden sluiting van de brandweerpost Deever per 1 januari 2014 door het bestuur van de gemeente Westenveld (Deever, wen ur moar an, de komende jaren zal nog veel meer worden weggekrompen) is een einde gekomen aan een periode van meer dan 120 jaar van snelle brandbestrijding door generaties betrouwbare en moedige vrijwilligers uut de gemiente Deever.
De vreewilluge braandwièr van Deever is helaas geschiedenis geworden. Een ‘mooie’ gelegenheid voor de dorpskrachten die lid zijn van de in Deever gevestigde heemkundige vereniging om met geschwinde spoed en in gestrekte draf een boekwerkje samen te stellen met ‘Fragmenten uit het verleden van de vrijwillige brandweer in de gemeente Deever’. Dan kan dit boekwerkje bijvoorbeeld in een maand november te koop worden aangeboden, mooi om te hebben, mooi om weg te geven als geschenk voor in de schoen of voor onder de kerstboom. Ech wè.
Maar de dorpskrachten die lid zijn van de in Deever gevestigde heemkundige vereniging zouden met gebruik van oude foto’s van de vrijwillige brandweer ook een zogenaamde ‘historische jaarkalender’ van de heemkundige vereniging kunnen samenstellen. Ech wè.

De heer Albert Koops, webmaster en systeembeheerder van de Groninger Archieven stuurde op 29 mei 2018 de volgende door de redactie van ut Deevers Archief zeer gewaardeerde reactie:
De brandweerauto, een Ford V8, op foto B heeft hier nog het kenteken A-11249 van de brandspuitenfabrikant Van Bergen uit Heiligerlee. Zie in de Groninger Archieven de gegevense# over dit kenteken A-11249.

Posted in Braandwièr, Dorpskracht, Gemiente Deever, Gemientebestuur, Krimpsignaal | Leave a comment

Scholte Niesingh woonde moar köt in ut scholtehuus

In de Ommelander Courant van 22 maart 1803 verscheen het volgende bericht van overlijden van scholte Lucas Nijsingh Hendrikszoon van Deever en Wapserveene. Lucas Nijsingh Hendrikszoon was de eerste scholte na de veel te lange regeerperiode van de dynastie van de Keteltjes van Hackfort uit Vorden in Gelderland.

Onze waarde Broeder L. Nijsingh, zedert den 18 maart 1736 Scholtes van Diever en Wapzerveen, kreeg op zijn verzoek van het Departementaal Bestuur van Overijssel, den 10 dezer zijn ontslag, en wierd ons heden avond 7 uuren, na een langzaam verval van kragten, in den hogen Ouderdom van 79 jaren door den dood ontrukt.
A.H. Nijsingh, mede uit naam van Broers en Zuster.
Diever den 19 maart 1803

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie citeert uit de onvolprezen maar onduidelijke webstee www.schultehuus.nl het volgende stukje tekst:
‘Lucas Nijsingh Hendrikszoon, geboren te Westerbork op 8 Januari 1725 en reeds op 18 Maart 1738 door Ridderschap en Eigenerfden aangesteld tot schulte, met Roelof Eleveld als verwalter (commissie van Drost en Gedeputeerden) en eed 3 Augustus 1747, nog in functie 14 April 1795 en overleden te Diever op 9 Maart 1803. Hij was tevens schulte van Wapserveen.’

De redactie citeert uit openbare bronnen op het internet het volgende over Lucas Nijsingh:
Hij is ongehuwd gebleven. Tot zijn meerderjarigheid trad op als verwalter Roelof Eleveld, waarop hij de eed aflegde op 3 augustus 1747. Ook was hij advocaat aldaar. Hij woonde met zijn zus Aleida tot haar huwelijk in het schultehuis in Deever. Hij trad in 1799 af als advocaat uit protest tegen een aan een zijner cliënten opgelegde boete van 75 carolusguldens. Een naar zijn mening voor een Drentse boer een te hoge aanslag. Vlak daarna werd hij als scholte ontslagen, maar kort daarop als patriot herbenoemd. Op 14 december 1802 werd hij officieel herbenoemd, maar kon wegens ouderdom en zwakheid twee weken later niet naar Hoogeveen reizen om beëdigd te worden. Hij verzocht daarom om ontslag, dat pas op 1 maart 1803 is verleend. Op de lijst van hoogstaangeslagenen van Drenthe in 1797 komt hij voor met 50.000 guldens. Zijn nalatenschap in 1803 bedroeg 51.195 guldens. Hij was verder lid van de Asser herensociëteit. Volgens het haardstedengeldregister van Deever betaalde hij over 2 carolusguldens over 1754/1764 en 3 carolusguldens over 1774/1784/1794.

Lucas Nijsingh Hendrikszoon was volgens het overlijdensbericht zelfs tot 10 april 1803 in functie als scholte van Deever en van Wapserveene. Volgens de advertentie overleed hij niet op 9 maart 1803, maar op 19 maart 1803.
A.H. Nijsingh is Albertus Hermannus Nijsingh.
De zusters zijn de in 1803 nog levende zusters Maria Nijsingh en Gesina Nijsingh.
De broers zijn de in 1803 nog levende broers Fredericus Nijsingh, Jan Tijmen Nijsingh en Roelof Willem Nijsingh.
De redactie verwijst voor gegevens over het departementale bestuur van Overijssel in de Franse tijd naar de betreffende bladzijde van Wikipedia.
Lucas Nijsingh Hendrikszoon woonde in het schultehuis tot zijn zuster Aleida Nijsingh op 27 december 1757 in Westerbork trouwde met Lucas Homan.
De grote vragen zijn natuurlijk: waarom verliet de ongetrouwde scholte Lucas Nijsingh Hendrikszoon het schultehuis an de brink van Deever en waar ging hij in 1857 in Deever of in Wapserveene wonen ?
Lucas Nijsingh Hendrikszoon was advocaat en was vast geen boer, maar aan het schultehuis zat een boerderij vast. De redactie heeft het vermoeden dat zijn zuster Alida Nijsingh en haar man Lucas Homan gingen wonen in het schultehuis en gingen boerken in de schulteboerderij. Maar werden het schultehuis en de schulteboerderij steeds doorverkocht aan de volgende schulte ? Dus kocht de familie Nijsingh het schultehuis en de schulteboerderij van de Ketel-dynastie ?

De redactie ontving op 31 mei 2023 de volgende zeer gewaardeerde reactie van de heer Ad van Ketel.
Het bericht eindigt met de vraag: Dus kocht de familie Nijsingh het schultehuis en de schulteboerderij van de Ketel-dynastie?
Het antwoord op deze vraag is: nee de familie Nijsingh kocht het huis niet van de Ketel-dynastie.
Pier Ketel (geboren op 10 september 1704, overleden in 1737) volgde zijn vader, die in 1713 stierf, op en werd toen schout van Diever en Wapseveen. Maar hij was nog minderjarig, zodat zijn oom Lambert Wijntjes optrad als verwalter, totdat hij op 28 april 1723 zelf schout werd. Pier Ketel overleed in 1737. Hij werd als schout opgevolgd door Arent Dannenberg. Deze vertrok op 18 maart 1738 als schout naar Meppel. Ik weet niet of Arent Dannenberg ook familie was, maar die was waarschijnlijk toen wel in het bezit van de schulteboerderij.

Afbeelding 1

Afbeelding 2
De redactie toont bijzonder graag mooie kleurenfragmentjes uit het verleden in de gemiente Deever aan de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief. Deze kleuren ansichtkaart van de 1935-1941-versie van het schultehuis is in 1983 uitgegeven door Van der Meulen Sneek b.v. De kaart was te koop bij de V.V.V. in Deever en bij Foto Janssens in Dwingel. In het gras voor het Schultehuis staat een bord met de tekst Schultehuis – Oudheidkamer. De -1935-1941-versie- van het schultehuis is nu -anno 2022- verworden tot een soort van door de oudheid geïnspireerd bezigheidstherapiecentrum. Bijgaand afgebeelde kleurenansichtkaart is eveneens -maar dan als zwart-wit afbeelding- opgenomen op bladzijde 70 en ook op bladzijde 399 van het op vrijdag 9 juli 2021 uitgegeven papieren Magnum Opus van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever.

Posted in Ansigtkoate, Bestuur, Skultehuus | Leave a comment

Poesie van de dood op un grafstien uut 1911

Op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever is het graf van Lamkjen Siegersdochter Hofstee en Saakje Siegersdochter Hofstee te vinden. Op het graf staat één grafsteen voor de twee meisjes. Zie de bijgaande foto, die de redactie van ut Deevers Archief op 4 april 2013 heeft gemaakt.

Wat deze grafsteen zo bijzonder maakt, is de aanwezigheid van zeldzame funeraire rijmelarij op de steen, deze luidt als volgt:
Arme ouders .
Waarom treurt gij.
Waarom weent gij om ons lijk.
Boven leven wij. 
Boven zweven wij.
Als Engeltjes van ’t Hemelrijk.

De literair onderlegde bezoeker van ut Deevers Archief wordt bij de kwaliteit van dit gedicht over de dood enkel ter vergelijking verwezen naar de welbekende en veel gelezen funeraire gedichten van Daniël Heinsius, Pieter Corneliszoon Hooft, Constantijn Huijgens en Joost van den Vondel.
Wellicht schreef William Shakespeare ook wel gedichten over de dood. To be or not to be, that’s the question. Zijn of niet zijn, dat is de vraag. Bestaan of niet bestaan, dat is de vraag. Het antwoord is: Wij zijn langer niet dan wel op deze aarde. Het antwoord is: Wij bestaan langer niet dan wel op deze aarde.

Aannemende dat het niet de diepbedroefde ouders zelf zijn geweest, die dit gedichtje op de grafsteen hebben laten zetten, rijst wel de vraag wie het dan wél heeft gedaan ? Waren het de zusters en de broeders van beide zusjes ? Waren het de zusters en de broeders van de beide ouders ?

Als de Hoge Dametjes En Heren Van De Voorkant Van Het Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever besluiten het perk, waarin deze prachtige cultuurhistorisch zeer waardevolle grafsteen staat, om geldelijke of wat voor voorkant-van-het-gelijk-reden dan ook te ruimen en de familie van Lamkjen Siegersdochter Hofstee en Saakje Siegersdochter Hofstee zou besluiten de grafrechten niet meer te betalen of niet weer te gaan betalen, dan nog zouden deze grafen met de prachtige cultuurhistorisch zeer waardevolle grafsteen duurzaam gespaard moeten worden voor volgende generaties.

Saakje Hofstee is geboren op 9 september 1897 in Wapse. Zij is op 13-jarige leeftijd overleden op 14 juli 1911 in Wapse.
Lamkjen Hofstee is geboren op 13 mei 1899 in Wapse. Zij is op 12-jarige leeftijd overleden op 24 juli 1911 in Wapse.
Beiden waren dochters van boer Sieger Hofstee en Akke van der Burg en zusters van Froukje, Klaas en Tjibbe Hofstee.

In de krant ‘het Nieuwsblad van Friesland: Hepkema’s Courant’ verscheen op 29 juli 2011 het navolgende overlijdensbericht:
Werden wij den 14den Juli in rouw gedompeld door het overlijden van onze dochter en zusje Saakje, heden werden wij weer opnieuw getroffen door het overlijden van onze dochter en zuster Lamkjen, op den nog jeugdigen leeftijd van 12 jaar en ruim 2 maanden, een ziekte van slechts 2 dagen maakte ook een einde aan haar voor ons zoo dierbaar leven.
Wapse, 24 juli 1911,
De diepbedroefde Ouders, Zusters en Broeders,
S.K. Hofstee, A. Hofstee-van der Burg en kinderen
Algemene kennisgeving aan vrienden en bekenden.

Abracadabra-1625Abracadabra-1626

Posted in Aarfgood, Deever, Kaarkhof an de Grönnegerweg, Overlijdensbericht, Wapse | Leave a comment

Andreas-parochie viert 100-jarig bestoan in 1984

In de Leeuwarder Courant van 29 september 1984 verscheen het navolgende artikel ‘Parochie in Zorgvliet ontstond uit liefdadigheid’ ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de rooms-katholieke Andreas-parochie op Zorgvliet.

Parochie in Zorgvlied ontstond uit liefdadigheid
De Andreas-parochie in Zorgvlied, waartoe ook een flink deel van Zuidoost-Friesland behoort, heeft al vele jaren geen eigen pastoor meer. Samen met Gorredijk en Oosterwolde, parochies die pas in de dertiger jaren ontstonden uit het initiatief van de paters Franciscanen, vormt de 100-jarige parochie een pastoraal verband onder leiding van pater Johan Meertens en pastoraal werkster Margaret Dekker.
De kiem van de parochie Zorgvlied werd gelegd door de Verwers, een rijke familie die veel aan liefdadigheid deed. Lodewijk Quillaume Verwer en zijn vrouw haalden arme Brabantse boeren naar het grensgebied tussen Friesland en Drenthe om kleine bedrijfjes te runnen op de grond die daar op grote schaal door de familie was aangekocht. In hun fraaie buiten ‘Huize Zorgvlied’ was ook een kapel ingericht en daar werden in 1880 de eerste kerkdiensten gehouden.
Al spoedig werd besloten één van de bijgebouwen van Huize Zorgvlied tot kerk om te bouwen. In september 1884 werd de eerste pastoor geïnstalleerd, Petrus Johannes Conradus van Haagen. Aan de Friese kant van de provinciegrens werkte hij onder meer in Appelscha, Haule, Oosterwolde, Donkerbroek, Makkinga, Noordwolde en Olde en Nieuwe Bercoop.
Een paar jaar later kocht de parochie een stuk grond van de familie Verwer op voorwaarde dat er een kerk, een pastorie en een eigen kerkhof zouden komen. De kerk verrees in 1923 en 1924, terwijl de pastorie werd gevestigd in ‘het Witte Huis’, dat de familie in 1919 aan de rooms-katholiek gemeenschap schonk.
Vanaf 1936 heeft Zorgvlied geen eigen pastoor meer gehad. Er ontstond eerst samenwerking met Veenhuizen, later met Wateren. Sinds de komst van pater Meertens, die tevens deken is van Heerenveen, werkt Zorgvlied samen met Oosterwolde en Gorredijk. De parochie telt ongeveer driehonderd zielen.
Het 100-jarig jubileum wordt morgen gevierd met een eucharistieviering om 10.00 uur en een receptie na afloop in ‘Villa Nova’. ’s Middags is er een feestprogramma voor de kinderen en ’s avonds samenzang en de opvoering van een revue. Over de geschiedenis van de jubilerende parochie is een boekje verschenen. 

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De familie Lodewijk Guillaume (dus niet Quillaume) Verwer gaf aan ‘Huize Zorgvlied’ de naam ‘Castra Vetera’ ?
De vraag is of de parochiegrond van de familie Verwer is gekocht of ten geschenke is gekregen ?
De eerste pastoor Petrus Johannes Conradus van Haagen is op 24 september 1847 in Nijmegen geboren. Hij overleed op 22 april 1933 in Groenlo. Hij was toen 85 jaren oud. Hij schopte het in de rooms-katholieke kerk tot deken.
Volgens het bijgaande bidprentje werd Petrus Johannes Conradus van Haagen op 18 september 1884 niet pastoor op Zorgvliet, maar pastoor te Wateren. Zelfs in 1884 was de naam van het dorp Zorgvliet nog niet gevestigd. Dus het 150-jarig bestaan van het dorp Zorgvliet voor alle zekerheid maar na 2034 vieren ?
Wie kan de redactie op het spoor zetten van het uit 1984 daterende boekje over de geschiedenis van de 100-jarige Andreas parochie ? Wie is in het bezit van dit boekje ? Wat is de titel van het boekje ?
De foto bij het artikel is gekopieerd van een ansichtkaart, die in 1935 is uitgegeven door de firma J.F. le Roux te Assen. Een scan van deze ansichtkaart is aanwezig in de verzameling van ut Deevers Archief, zie de bijgaande afbeelding. Het huis ‘het Witte Huis’ aan de linkerkant van de foto op de ansichtkaart is de pastorie van de rooms-katholieke geloofsgemeente.

Abracadabra-1616
Abracadabra-1615Abracadabra-1612Abracadabra-1611

Posted in Ansigtkoate, Bidplètie, De aandere kaante van de Deeverse bos, Kattelieke Kaarke, Sint Anthonij Gasthuis, Witte Huis, Woater’n, Zorgvliet | Leave a comment

Van de trouwstoet wödd’n oarig wat fotoos emeuk’n

In de krant ‘het Nieuwsblad van Friesland – Hepkema’s-Courant’ verscheen op 10 augustus 1904 het navolgende bericht over de festiviteiten op Zorgvlied ter gelegenheid van het kerkelijk huwelijk van Cecilia Johanna Verwer en Jacobus Livinus Joannes Meddens op 8 augustus 1904. 

Eerbetoon
Zorgvlied, 8 augustus. ’t Was feest in het dorp. De huizen met groen versierd, bijna overal de driekleur uit, eerebogen langs de wegen en ieder in feestelijke stemming. Wat was er aan de hand ? ’t Geld alles tot eerbetoon aan de hier zoo hooggeachte familie Verwer, van wie eene dochter in het huwelijk trad.
Een eerewacht geleidde den trouwstoet naar de kerk. Bij den terugkeer stond het hoofd der school met de onderwijzers en een aantal leerlingen het jonge paar op te wachten; een feestlied werd gezongen en het hoofd hield een toespraak.
Hierna werd een optocht met 17 versierde wagens gehouden, voorstellende het verleden en het heden. In volgorde stelde elke wagen voor:
1. Kweekschool voor zeevaart.
2. De goede oude tijd (een oude vrouw met spinnewiel op een ossewagen).
3. Het onderwijs.
4. Naaischool.
5. Veenderij.
6. Heidebewoners.
7. Boschcultuur.
8. Landbouw.
9. Zonder mij geen bier (hopteelt).
10. Het laatste voer.
11. Zorgvliedsche bouwtrant.
12. ’s Lands welvaren.
13. Voorheen en thans.
14. De gezonde apotheek (bakkerij).
15. Vliegende concurrent.
16. Leve de coöperatie (sigarenfabriek).
17. Zegewagen (handel en nijverheid)
Van deze prachtigen stoet werd menig kiekje genomen.
’s Avonds werd een vuurwerk afgestoken.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Dochter Cecilia Johanna van Lodewijk Guillaume Verwer en Johanna Cornelia Ludovica van Wensen trouwde dan toch nog op 31-jarige leeftijd met blijkbaar een acceptabele partij.
Cecilia Johanna Verwer is op 10 september 1872 in Leeuwarden geboren, zij is op 7 juni 1923 in Soest overleden, ze was toen pas 50 jaren oud.
Cecilia Johanna Verwer en Jacobus Livinus Joannes Meddens waren al op 3 augustus 1904 voor de wet getrouwd in Deever. Het echtpaar is kerkelijk getrouwd in de door Lodewijk Guillaume Verwer tot kerk verbouwde schuur, de voorganger van de huidige kerk van de rooms-katholieke geloofsgemeente op Zorgvliet.
Het eerbetoon van de Zorgvlieders/Zorgvlieters/Zorgvliedenaren/Zorgvlietenaren was wel bedoeld voor dochter Cecilia Johanna, maar goed beschouwd toch meer voor vader Lodewijk Guillaume Verwer.
De onderwerpen van de 17 versierde wagens laten mooi zien wat de Zorgvlieters rond de eeuwwisseling bezig hield: vooruitgang, vooruitgang, vooruitgang.
Het onderwerp van versierde wagen 10 trekt de aandacht. Voor de vele ‘not-native-speakers’ die tegenwoordig Zorgvliet en Woater’n bevolken: het Deeverse woord ‘voer’ betekent ‘vracht’ of ‘lading’. Het laatste voer betekent de laatste lading, wellicht reed in de optocht een boerenwagen volgeladen met hooi mee, ‘ut laèste voer heuie’, of was ‘de heuiing’ begin augustus 1904 nog niet voorbij ?
Het onderwerp van versierde wagen 11 trekt ook de aandacht. Wat was de Zorgvliedsche bouwtrant ? Was dat de architectuur van de villa’s van de familie Verwer ? Of betrof het de wederopbouw van de van her en der aangesleepte huizen en boerderijtjes, zoals het Amsterdamsche huis ?
De redactie kan de onderwerpen van de versierde wagens 14 en 15 niet duiden. Wie kan dat wel ?
De redactie vindt het verheugend dat tijdens de optocht menig kiekje is genomen. Was de in Deever geboren fotograaf Hans Kuiper uit Noordwolde – in betaalde opdracht van Lodewijk Guillaume Verwer – de maker van deze kiekjes ?
De redactie heeft de goede hoop dat vroeg of laat meer mooie afbeeldingen van Zorgvliet boven wateren zullen komen.
De hiervoor beschreven trouwerij vond op 8 augustus 1904 plaats. De hier afgebeelde zwart-wit-ansichtkaart is in 1904 verzonden, da’s ook toevallig. De pastoor had het gemakkelijk. Hij hoefde voor het inzegenen van het huwelijk niet ver te reizen, want hij woonde in het huisje direct rechts van de kerk.

Abracadabra-1599

Abracadabra-1601Abracadabra-641

Posted in De aandere kaante van de Deeverse bos, Hans Kuiper, Kattelieke Kaarke, Lodewijk Guillaume Verwer, Woaterse skoele | Leave a comment

Automobiel mit kentiek’n D1 red deur Deever

Bijgaande afbeelding is een beeld uit een film die in 1927 in de provincie Drente is gemaakt. Een filmploeg trok dat jaar de hele provincie door om het leven in de provincie in beeld te brengen. De film betreft de oudste film uit de verzameling van het Drents Archief in Assen.

De automobiel met het bijzondere kenteken D1 rijdt in de Heufdstroate van Deever in de buurt van ut Kleine Brinkie. Dit was de automobiel van het merk Daimler Benz van mr. Jan Tijmen Linthorst Homan, de commissaris van de koningin in de provincie Drente. In de boerderij aan de rechterkant woonden Roelof Hendrik Wesseling en Annigje Smidt.

Denk niet dat bij het eerste kenteken D1 van de provincie Drente ook de eerste auto in de provincie Drente hoorde.
Kenteken D1 werd op 12 januari 1906 afgegeven aan mr. Hendrik Gerard van Holthe tot Echten, woonachtig in de gemeente Assen.
Kenteken D1 is op 1 oktober 1924 vervallen.
Kenteken D1 werd op 28 november 1924 overgeschreven op naam van mr. Jan Tijmens Linthorst Homan, woonachtig in de gemeente Assen.
Kenteken D1 is op 9 augustus 1932 vervallen.
Kenteken D1 is op 9 augustus 1932 overgeschreven op naam van mevrouw Jeannette Madeleine Staal, de weduwe van mr. Jan Tijmens Linthorst Homan, woonachtig in de gemeente Havelte.

Kenteken D230 was het eerste kenteken dat werd afgegeven aan een inwoner van de gemiente Deever. Kenteken D230 werd op 20 juni 1911 afgegeven aan Gijsbertus Antonius Meijer, ontvanger der directe belastingen en accijnzen in Deever.
De vraag rijst of het motorvoertuig van Gijsbertus Antonius Meijer een motorfiets of een automobiel was ? Woonde Gijsbertus Antonius Meijer aan de brink van Deever ? Wie van de zeer gewaardeerde Deever-kenners kan de redactie van ut Deevers Archief hierover informeren ?

Abracadabra-1631

Posted in Automobiel, Deever, Heufdstroate, Olde auto | Leave a comment

Dieveren op un bröt uut Paries in ut Rieksmuseum

In zaal 1.12 van het Rijksmuseum in Amsterdam bevinden zich 18 porceleinen borden met het decor van een Nederlandse provincie. De maker van de borden en de porceleinschilder (monogrammist RD) zijn niet bekend. De borden zijn gemaakt in 1822 in Parijs in Frankrijk. Het Rijksmuseum verwierf de borden op 6 juli 2010.
De rand van de borden is gemaakt in onderglazuur blauw, op glazuur vergulding, het decor op de glazuur is ‘petit feu’. De gouden decoratie is in neoclassicistische stijl. De rand is voorzien van bloem/blad krullen en harpijen in de stijl van omstreeks 1820-1830. Aan de bovenzijde staat het Nederlandse Rijkswapen, aan de onderzijde de wapens van de provincie. De diameter van de borden is 22,1 cm.
Het bord met de afbeelding van de provincie Drentije behoort tot een serie van 18 borden met elke het decor van een provincie in de tijd dat Nederland en België samen het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden vormden (1815-1830). Het koninkrijk bestond uit 17 provincies plus het groothertogdom Luxemburg.
De eerst navolgende afbeelding laat een detail van het bord zien. Diever heette toen nog Dieveren. Dieverbrug heette toen Dieverbrug en blijkbaar niet Dieverenbrug. Het streekdorp Wapserveen heette toen nog Wapsterveen. Dwingelo werd gelukkig geschreven zoals het hoort. Gehuchten zoals Wapse en Wateren zijn niet weergegeven.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de foto van het bord met de afbeelding van de provincie Drentije op 25 mei 2014 gemaakt.



Posted in An de Deeverbrogge, Deever, Kuunst | Leave a comment

Ut bloem’mhuus Hofman steet leeg

In de vroegere woning van de hoofdmeester van de legere skoele an de overkaante van de Heufdstroate in Deever is vanaf 1 januari 1986 de bloemenzaak van Henk en Dicky Hofman gevestigd geweest.
Zij zijn eind 2022 gestopt met de bloemenwinkel en hebben zich volledig gericht op het online verkopen en verzenden van bloemen, boeketten en aanverwante artikelen via de webshop bloemenhuishofman.nl.
Zaterdag 26 november 2022 was de laatste dag dat in de winkel verse bloemen en planten konden worden gekocht.
In december 2022 en januari 2023 is de winkel nog een paar dagen open geweest voor de verkoop van restvoorraden. Na 37 jaar staat het pand leeg.
De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief leze ook het bericht Ut huus van de heufdmeister an de Heufdstroate.
De redactie van ut Deevers Archief mocht van de eigenaren van de bloemenwinkel van Hofman bijgaand afgebeelde kleurenfoto (afbeelding 2) van de bloemenwinkel in ut Deevers Archief tonen. De redactie is hen daarvoor bijzonder erkentelijk. De redactie weet niet wanneer deze kleurenfoto is gemaakt.
De redactie realiseerde zich pas bij het zien van deze kleurenfoto (afbeelding 2) dat bij de ingang van de bloemenwinkel in het openbare voetgangerspad een rode vierkante tegel ligt; dat is zo’n tegel, waarop ooit de naam van een toneelstuk van Shakespeare was te lezen. De redactie weet nog niet wat de naam was van dit toneelstuk. Ook op afbeelding 1 is deze tegel te ontwaren. De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief leze het bericht De zwalk langs de Sjakie uut Spier tegels in Deever.
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto (afbeelding 1) van de leegstaande bloemenwinkel gemaakt op woensdag 17 mei 2023. Rechts van de uitbouw en boven de uitbouw is duidelijk vorm en omvang van de vroegere woning van de hoofdmeester van de lagere school te zien. De redactie weet niet wat de volgende bestemming is van dit gebouw.
De redactie is uiteraard op zoek naar oude foto’s, met name uit de begintijd, van bloemenhuis Hofman.

Posted in Neringdoende | Leave a comment

Un nee uurwaark in de toor’n van de gemiente

In de Olde Möppeler (Möppeler Kraante) van woensdag 10 februari 2010 verscheen het korte bericht ‘Renovatie cijfers en wijzers Pancratiuskerk in Diever’ over het renoveren van de wijzerplaten van de klok in de gemeentelijke toren aan de brink van Deever en in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante) van 30 april 2010 verscheen het korte bericht ‘Toren Diever geeft weer de juiste tijd aan’ over de afgeronde renovatie van de wijzerplaten en het uurwerk.

Renovatie cijfers en wijzers Pancratiuskerk in Diever
Diever – De wijzers en de cijferplaten van de vier uurwerken op de Pancratiuskerk aan de Brink in Diever worden gerenoveerd. Eén cijferbord wordt zelfs volledig vervangen. De andere drie borden krijgen een opknapbeurt. Ook de mechanische werken achter de wijzers worden vervangen en de bestaande verlichting gecontroleerd.
De renovatie van de uurwerken op de Pancratiuskerk start komende donderdag. Wanneer de weersomstandigheden meewerken moeten de werkzaamheden eind maart afgerond zijn. Vanaf die tijd kan een ieder weer vertrouwen op de aangegeven tijd op de toren van Diever.
De renovatiewerkzaamheden worden uitgevoerd door Koninklijke Eijsbouts uit Asten, Klokkengieterij en fabriek van torenuurwerken.
Het slaan van de klok op de hele en halve uren staat los van de uurwerken en gaat tijdens de werkzaamheden gewoon door. Ook het klok luiden voor de kerkdienst en begrafenissen ondervindt geen hinder van de werkzaamheden.

Toren Diever geeft weer de juiste tijd aan
Diever – De kerktoren in Diever geeft sinds deze week weer de juiste tijd aan.
De uurwerkinstallatie is weer teruggeplaatst. De kerktoren deed het vanaf 11 februari zonder tijd en verlichting.
Alle vier cijferborden op de Pancratiuskerk aan de Brink in Diever zijn vervangen. In eerste instantie zouden de wijzerplaten gerenoveerd worden.
Bij het demonteren bleek van dichtbij dat de conditie van de wijzerplaten minder goed was dan verwacht. Hierdoor is besloten tot vervaardiging van geheel nieuwe wijzerplaten volgens het bestaande model, met de bestaande cijfertekens.
De wijzers en verlichting zijn opgeknapt en waar nodig gerepareerd, verstevigd en uitgebalanceerd, weerbestendig behandeld.
Goud
Ook zijn ze met 23,75 karaats bladgoud verguld, net als de cijfers van de wijzerplaat.
De motorwijzerwerken voor de aandrijving van de wijzers zijn gemoderniseerd en worden nu aangestuurd door een computer. De vier cijferborden van circa 1,80 bij 1,80 meter zijn met een kraan naar boven gehesen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Voor alle duidelijkheid moet wel onderscheid blijven worden gemaakt tussen de toren en het kerkgebouw aan de brink van Deever. De toren was eigendom van de gemiente Deever en is nu eigendom van de gemeente Westenveld. Daar is geen ontkomen aan. Het kerkgebouw is eigendom van de hervormde geloofsgemeente van Deever.
De hervormde geloofsgemeente van Deever heeft de gemeentelijke toren volgens gegevens van de gemeente Westenveld weliswaar in erfpacht van de gemeente Westenveld, maar de flinke kosten voor het vernieuwen van de vier wijzerplaten zullen ongetwijfeld voor rekening van de gemeente Westenveld zijn gekomen. De gemeente Westenveld heeft dit bevestigd.

In beide artikeltjes in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante) was helaas geen duidelijke foto van de gemeentelijke toren zonder wijzerplaten geplaatst. De redactie van ut Deevers Archief was toevallig in de gelegenheid op 26 maart 2010 in het voorbijgaan bijgaande kleurenfoto van de gemeentelijke toren aan de brink van Deever zonder wijzerplaten te maken en toont deze graag aan de trouwe bezoekers van ut Deevers Archief. Voor wat deze foto waard is.
De redactie heeft – staande op een hoge bouwsteiger bij de muur van de kerk aan de kant van de Peperstroate – de hier afgebeelde kleurenfoto van de wijzerplaat in de oostelijke en noordelijke torenmuur gemaakt op woensdag 17 mei 2023.



abracadabra-533

Posted in Gemeente Westenveld, Kaarke an de brink, Toevallige waarneming, Toor'n an de brink | Leave a comment

Shakebeer or not Shakebeer, that’s not a question

De Deeverse bevolking zit sinds 15 juni 2018 helaas opgescheept met een schier onbetaalbaar middelmatig bierbrouwseltje met de naam Shakespeare. Een cultuur-historisch dieptepunt van de eerste orde. Het biertje is let wel van het type pale ale en wordt door zwaar belanghebbende neringdoenden onterecht aangeprezen als ‘heerlijk en verrassend’. Want de echte bierdrinker bepaalt zelf wel wat de smaak van een bierbrouwseltje is.

Laten we niet interessanterig doen, want pale ale betekent gewoon blond bier. Dronk Willum Shakebeare uit Stratford-upon-Avon zelf ook pale ale ? Nee natuurlijk, die dronk van dat heerlijke traditionele schuimloze lauwe donkere Engelse bier.
In de zelfbedieningswinkel op de hoek van de Heufdstroate en de Tusschendarp in Deever is het bierbrouwseltje met de naam Shakespeare ook verkrijgbaar. To beer or not to beer, that’s a silly question, but the answer is: no Shakebeer.

Het bierbrouwseltje wordt gesleten door verschillende neringdoenden in de gemiente Deever. Tijdens de op 15 juni 2018 gehouden Nachtelijke Beleving was het Shakebier voor het eerst verkrijgbaar in Deever. Bezoekers van het zo genoemde Midzomernachtdroomfestival konden het Shakebier op de schapemarktbrink bij de Oude Kerk van Deever kopen.
Het Shakebier is bedacht om de omzet en daarmee de winst van neringdoenden in de gemiente Deever en de bierbrouwer verder te verhogen. De Jan Met De Pet in de gemiente Deever zal er geen cent rijker van worden.
Stel je toch eens voor dat de 20.000 jaarlijkse bezoekers van het openluchtspel aan de Shakebearebrink (voorheen Bolderbrink) in ut Grünedal an de Heezeresch tijdens hun bezoek aan Deever allemaal een sikspekje Shakebier mee naar huis zouden nemen !
Van de Stichting Diever, Village of Shakebeer, met steun van de Dametjes en Heertjes Van De Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemeente Westenveld, de provincie Drenthe en het bestuur van het bijna commercieel opererende openluchtspel zelf zijn de komende jaren veel meer voor de hand liggende commercieel gerichte activiteiten te verwachten, want de neringdoenden moeten snel en veel geld kunnen verdienen aan ‘dé plek in Nederland waar Shakebeer (Sjakie uut Bier) kan worden beleefd’. De naam Shakespeare zal in Deever commercieel tot diep in het bot worden uitgebeend. En dat zal Jan Met De Pet In De Gemiente Deever voorgoed weten. Hij draagt de lasten en profiteert niet van de lusten. En in elk Nederlands huis moet ten minste één veel te duur Shakespeare-prul uut Deever op de schoorsteenmantel komen te staan. Dat mogen ook volle of lege Shakebier-flesjes zijn.
De shakespearitis zal onder de Dametjes en Heertjes Van De Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemeente Westenveld en de neringdoenden in de gemiente Deever met schier aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid epidemische vormen gaan aannemen.

Afbeelding 1
In die Co-op winkel kostte de inhoud van een flesje van 0,30 liter op woensdag 19 september 2018 het ‘heerlijke en verrassende’ actiebedrag van € 2,69 (geschatte winstmarge ten minste € 1,345). Dat komt overeen met een literprijs van € 8,97 ! En dat komt overeen met een literprijs van 19,73 guldens !
Afbeelding 2
In die Co-op winkel kostte de inhoud van een flesje van 0,30 liter op woensdag 11 september 2019 nog steeds het ‘heerlijke en verrassende’ bedrag van € 2,69 (geschatte winstmarge ten minste € 1,345). Dat komt overeen met een literprijs van € 8,97 ! En dat komt overeen met een literprijs van 19,73 guldens ! De ‘actieprijs’ in 2019 was geen ‘actieprijs’, maar de ‘gewone’ prijs. 

Afbeelding 3
In die Plus winkel kostte de inhoud van een flesje van 0,30 liter op woensdag 17 mei 2023 het ‘heerlijke en verrassende’ bedrag van € 2,89 (geschatte winstmarge ten minste € 1,425). Dat komt overeen met een literprijs van € 9,63 ! En dat komt overeen met een literprijs van 21,17 guldens ! 

Posted in Neringdoende, Shakespearitis | Leave a comment

De fagus sylvatica atropunicera an de Aagterstroate

Het was de redactie van ut Deevers Archief nooit opgevallen dat aan de voorkant van het huis met adres Achterstraat 6 in Deever een rode beuk (fagus sylvatica atropunicera) staat. Totdat de redactie op woensdag 17 mei 2023 op de hoge bouwstelling bij het kerkgebouw in de kaarketuun an de brink van Deever klom en in de richting van de Aagterstroate  keek en een rode beuk zag. De beuk staat bij het huis waar vroeger de familie Mulder woonde. Kan het zijn dat Anne Mulder deze boom al vóór de Tweede Wereldoorlog heeft geplant ?
Dat moet toch wel een gedurfde daad zijn geweest, want in een bekrompen semi-feodale vooroorlogse samenleving, zoals de Deeverse samenleving, stonden rode beuken alleen bij woningen van de dorpse bovenlaag, zoals de burgemeester, de dominee, de notaris, de belastingontvanger, de dorpsdokter en de dikke boeren. De rode beuk was een statussymbool. De rode beuk kon zeker niet bij het huis van een keuterboer an de Aagterstroate in Deever staan. Maar gelukkig was het jonge rode beukje vanaf de Achterstraatkant jarenlang niet te zien. En dat zal zijn redding zijn geweest.
Het is te hopen dat deze rode beuk niet het slachtoffer zal worden van de beruchte rode-beuk-vergiftiger, die enige jaren geleden de twee rode beuken in de tuin vóór het huis met adres Brink 5 in Deever om zeep heeft geholpen.

Afbeelding 1
De redactie heeft bijgaand afgebeelde ‘luchtfoto’ gemaakt op woensdag 17 mei 2023

Afbeelding 2
Opnamedatum maart 2022 (© google.com/maps).

Posted in Aagterstroate | Leave a comment

Skildereej’n van ut boer’ncafé van Wolter Benthem

De redactie van ut Deevers Archief mocht bij de gratie van het bestuur van de Histerische Vereniging Vroegere Gemeente Diever in 2004 de zo genoemde ‘historische kalender’ voor het jaar 2005 maken. In het begin van 2008 kwam een einde aan het jaarlijkse ‘historische kalendertje’ maken. Toen kreeg de redactie bij monde van de steeds maar niet weg te branden voorzitter Homme Geertsma en zijn paladijnen van het genoemde bestuur zo maar vanuit het niets een vuile trap in zijn rug en kon hij oprotten. Want het argument was: ‘we gaan het totaal anders doen’. De redactie bleef achter ‘with just another filthy memory!’
De redactie heeft die ‘historische kalenders’ met heel veel plezier gemaakt. Uiteraard niet voor het bestuur van de Histerische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, maar voor de toen nog vele en contente leden van de hiervoor genoemde vereniging. De redactie toont in dit bericht het kalenderblad voor de maand maart van het jaar 2005. Per slot van rekening heeft de redactie van ut Deevers Archief het copyright van die kalender op zijn naam staan.

Wateren – Boerencafé van Wolter Benthem en Baukje Stelma – 1906
In dit boerderijtje, toen met adres Wateren 6, was het café van Wolter Benthem (geboren: 11-7-1850, overleden: 1-7-1925) en Baukje Stelma (geboren: 16-6-1854, overleden: 28-12-1929) gevestigd. Vanaf 1 mei 1900 mocht in de voorkamer sterken drank in het klein worden verkocht. De drank stond op een buffetkast, die nog steeds in de familie aanwezig is. Baukje maakte zelf ook steernties (zoete likeur van steranijs en brandewijn).
Na de dood van Wolter Benthem stond de vergunning met ingang van 1 mei 1926 op naam van Baukje Stelma. In de laatste jaren van haar leven hielden haar zoon Albert Benthem en zijn vrouw Evertje Goettsch het café. Evertje stond overdag in het café. Albert was ’s avonds en ’s zaterdags de caféhouder. Op zondagen was het café gesloten. De vergunning verviel met ingang van 1 mei 1930.
Dominee Arnold Kan heeft het in zijn publicatie Uit verre eenzaamheid uit 1904 over een ouderwetse gezellige dorpsherberg met een lage gelagkamer aan de rand van een grote heide. Boeren, die met paard en wagen op weg waren naar Diever, dronken hier eerst een jonkie, voordat ze aan de oversteek begonnen.
Op het schilderij van A. van Schayk uit 1906 staan van links naar rechts: Albert Benthem, Lutske Benthem, Sjouke Benthem, Wolter Benthem, Baukje Stelma, Hendrikje Benthem, de kleine Aaltje Benthem en Egbertje Benthem.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie is op zoek naar gegevens van de kunstschilder A. van Schayk. Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan de redactie over hem informeren ?
De familie Benthem bestond uit de volgende personen.
Wolter Benthem
Hij is geboren op 11 juli 1850 op Woater’n. Hij is overleden op 1 juli 1925 op 74-jarige leeftijd op Woater’n. Hij is begraven op de kaarkhof op Zorgvliet. Hij trouwde op 17 mei 1877 in Deever met Baukje Stelma.
Baukje Egberts Stelma
Zij is geboren op 18 juni 1854 in Makkinga. Zij is overleden op 28 december 1929 op Woater’n. Zij is begraven op de kaarkhof op Zorgvliet.
Jan Benthem
Hij is geboren op 22 mei 1878 op Woater’n. Hij is overleden op 24 mei 1966 in Steenwijk. Hij trouwde op 12 juni 1909 in Steenwijk met Annegje Stroop. Toen hij trouwde was hij sigarensorteerder. Hij staat niet op het schilderij. Hij was in 1906 al het huis uit.
Hendrikje Benthem

Zij is geboren op 25 februari 1880 op Woater’n. Zij is overleden op 16 december 1963 in Steenwijk. Zij trouwde in  1903 met Lammert van Zanden. Zij trouwde in 1920 met Albert Ekkels.
Jantje Benthem
Zij is geboren op 14 maart 1882 op Woater’n. Zij is overleden op 29 juni 1907 in Groningen.
Zij trouwde op 29 april 1905 in Deever met boer Wietze Donker.
Jantje Benthem staat niet op het schilderij. Ze was in 1906 al het huis uit.
Lutske Benthem
Zij is geboren op 7 november 1884 op Woater’n. Zij is overleden op 30 mei 1938 in Kerkbuurt.
Zij trouwde op 3 november 1906 met politieagent Meeles Koopstra.
Egbertje Benthem
Zij is geboren op 20 juli 1887 op Woater’n. Zij is overleden op 13 april 1957 in Meppel.
Zij trouwde op 30 mei 1912 met wagenmaker Jannes Mos uit Deever. Zij woonden in Deever an de Heufdstroate vlak bij de brink.
Albert Benthem
Hij is geboren op 20 november 1889 op Woater’n. Hij is overleden op 28 januari 1962 in Oosterwolde.
Hij trouwde op 30 april 1921 in Deever met Evertje Goettsch.
Sjouke Benthem
Hij is geboren op 23 december 1891 op Woater’n. Hij is overleden op 2 oktober 1976 op Woater’n. Hij is begraven op de kaarkhof op Zorgvliet.
Hij trouwde op 3 mei 1919 in Deever met Suzanna Christina Bos. Zij was een dochter van Pieter Bos en Wemke Egberts Donker, die een kruidenierswinkel hadden aan de Dorpsstraat op Zorgvliet.
Aaltje Benthem
Zij is geboren op 24 april 1897 op Woater’n. Zij is overleden op 17 september 1976 op Zorgvliet. Zij is begraven op de kaarkhof op Zorgvliet. Zij trouwde op 26 september 1926 in Deever met Klaas Hielkema.

De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die nog steeds graag kijkt naar zwart-wit afbeeldingen op papier uut de gemiente Deever, kan het hier afgebeelde kleurenschilderij ten zeerste in zwart-wit bewonderen op het kalenderblad voor de maand maart van het jaar 2005 (zie afbeelding 5) van de zo genoemde ‘historische kalender’ van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever.. Voor de afbeelding op dit kalenderblad is afbeelding 1 gebruikt.
In het op vrijdag 9 juli 2021 uitgegeven Magnus Opus Fragmenten Uit Het Verleden Van De Vroegere Gemeente Diever van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever is in het hoofdstuk Ontginning Land – en Bosbouw (Hoofdstuk 3) op bladzijde 168 opgenomen een afbeelding van een sepia-kleurige foto (zie afbeelding 3), die kunstschilder A. van Schayk als voorbeeld heeft gebruikt voor het maken van de twee kleurenschilderijen (zie afbeelding 1 en afbeelding 2).
De kunstschilder A. van Schayk heeft in 1906 het boerencafé van Wolter Benthem en zijn bewoners geschilderd. Deze schilder maakte van een schilderij op bestelling het aantal gewenste exemplaren. Van dit schilderij bestaan twee exemplaren. Eén exemplaar hangt bij een nazaat van het echtpaar Jan Benthem en Annegje Stroop (afbeelding 2) aan de muur en het andere exemplaar hangt bij een nazaat van Hendrikje Benthem en Albert Ekkels (afbeelding 1) aan de muur. De twee schilderijen verschillen wel in enige mate van elkaar. Men vergelijke de afbeeldingen 1 en 2.
Afbeelding 3 is een afbeelding van de sepiakleurige foto, die kunstschilder A. van Schayk als voorbeeld heeft gebruikt voor het maken van de twee kleurenschilderijen (afbeelding 1 en afbeelding 2). Het is aannemelijk dat kunstschilder A. van Schayk de maker is van deze foto.

Afbeelding 1
Dit schilderij (versie 1) is in het bezit van de nazaten van Wolter Benthem en Baukje Stelma.

Afbeelding 2
Dit schilderij (versie 2) is in het bezit van de nazaten van Wolter Benthem en Baukje Stelma.

Afbeelding 3
De hier afgebeelde foto is in het bezit van de nazaten van Wolter Benthem en Baukje Stelma.

Afbeelding 4
Van het voormalige boerencafé is na diverse verbouwingen in de loop van de tijd niets meer te herkennen.
(© 21 september 2004, Coen Broekema, Diever)


Afbeelding 5
Kalenderblad voor de maand maart van het jaar 2005 van de zo genoemde ‘historische kalender’ van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever.

Posted in Kuunst, Skildereeje, Woater’n | Leave a comment

Ut olde boer’ncafé van Jan Boarels an de brink

In het in 1999 verschenen fotoboekje ‘Diever, ie bint ’t wel …’ is als afbeelding 12 een zwart-wit ansichtkaart van het boerencafé Brinkzicht van Jan Barelds aan de brink van Deever afgebeeld. Deze zwart-wit ansichtkaart is in 1906 verstuurd. In de tekst bij de afgebeelde ansichtkaart is onder meer enige aandacht besteed aan café Brinkzicht en andere cafés in het binnendorp van Deever. Een afbeelding van de betreffende bladzijde uit het fotoboekje ‘Diever, ie bint ’t wel …’ is in dit bericht opgenomen.

12 – Diever – Café van Jan Barelds aan de Brink – Zomer 1906
Uit het ‘Register der Localiteiten waar vergunning voor den verkoop van Sterken drank in het klein in de Gemeente Diever is verleend’ blijkt dat Burgemeester en Wethouders op 18 maart 1893 aan Harm Pieter Hummelen een vergunning ‘voor den verkoop bij hoeveelheden van minder dan tien liter voor gebruik ter plaatse of elders’ verleenden.
Het boerencafé aan de brink had als adres Diever 6. Het verlof gold voor de beide voorkamers. Op 19 april 1906 werd de vergunning ingetrokken, omdat Harm Pieter Hummelen verhuisde naar de Peperstraat.
Het café werd voortgezet door Jan Barelds. Burgemeester en Wethouders verleenden hem daartoe met ingang van 6 mei 1906 een vergunning voor de grote voorkamer aan de westkant, dat wil zeggen voor de kamer aan de kant van de Hoofdstraat.
Op 6 juni 1922 werd in de vergunning een wijziging aangebracht, zodat deze ook gold voor de ten noorden aan de voorkamer grenzende kamer.
De vergunning verviel op 5 januari 1927 door het overlijden van Jan Barelds en de daaraanvolgende afbraak van de localiteit.
Links is de schaapskooi van Hendrik Roelofs Hessels te zien. Dit deel van de Hoofdstraat was vroeger een drift, waarlangs de schapen door het Dieverder Zand naar de heidevelden Aachter ’t zaand werden gedreven.
De beeldbepalende kastanjeboom bij het café is helaas in 1997 gekapt.
Diever was in die tijd nog een belangrijke marktplaats. Bij veehandel horen drank en café’s. Andere localiteiten met een sterkedrank-vergunning waren in 1906 de boerencafé’s van Klaas Bennen (Diever 52), Albert Egberts Mulder (Diever 75), Jan Blok (Diever 76), Cornelis Offerein (Diever 112), Reinder Hummelen (Diever 114), Roelof Seinen (Diever 121), Teunis Wesseling (Diever 144), Albert Trompetter (Diever 148) en Willem Huiskes (Diever 150). Uiteraard waren er ook niet geregistreerde stille kroegjes.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het feit dat in het dorp Deever zoveel localiteiten met een sterkedrank-vergunning waren, had alles te maken met de drukbezochte vee- en jaarmarkten. 

Het boerencafé van Klaas Bennen was gevestigd in de nog steeds bestaande boerderij, nu met adres Achterstraat 10 in Deever.
Het boerencafé van Albert Egberts Mulder was gevestigd in een niet meer bestaande boerderij, op die plek staat nu ’t Nieuwscafé, Kruisstraat 5 in Deever.
De redactie moet nog uitzoeken waar het café van Jan Blok was gevestigd (wie het weet mag het zeggen).
De redactie moet nog uitzoeken waar het café van Cornelis Offerein was gevestigd (de redactie vermoedt op ’t Kastiel in Deever ?) (wie het weet mag het zeggen).
De redactie moet nog uitzoeken waar het café van Reinder Hummelen was gevestigd (wie het weet mag het zeggen)..
Het boerencafé van Roelof Seinen was gevestigd in een boerderij, waar nu de boerderij met adres Hoofdstraat 57 in Deever staat. In dit pand was in de tijd van Roelof Seinen in een voorkamer ook het gemeentehuis ondergebracht.
Het boerencafé van Teunis Wesseling was gevestigd in de boerderij op de plek waar nu zelfbedieningswinkel met adres Hoofdstraat 82 is gevestigd.
Het boerencafé van Albert Trompetter was gevestigd in de nog steeds bestaande boerderij, nu met adres Hoofdstraat 53 in Deever
Het café van Willem Huiskes was gevestigd in een niet meer bestaand pand tussen de huidige pand met adres Hoofdstraat 49 en het huidige pand met adres Hoofdstraat 51.
De zwart-wit ansichtkaart, in 1906 uitgegeven, is op 21 juni 1908 verstuurd.
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto op vrijdag 30 november 2018 gemaakt.


Posted in Alle Deeversen, Ansigtkoate, Brink, Café Jan Barelds, Diever, ie bint 't wel ... | Leave a comment

Un Duutse annemer leg Spaanse lei’n op de doake

Vrijgekomen leien van het dak van het kerkgebouw in de kaarketuun an de brink van Deever zijn te koop. Ze kosten € 5,- per stuk. De koper draagt op die manier bij aan het bestrijden van de kosten voor de vervanging van het in 1956 aangebrachte leien dak. De voorbijganger die graag voor een habbekrats een meesterwerk van een Deeverse topamateurschilder aan de muur wil hebben hangen, kan voor € 25,- een beschilderde lei kopen van het kerkbestuur. Maar dan heb je tot in lengte van jaren wel wat.
De redactie van ut Deevers Archief heeft bijgaand afgebeelde kleurenfoto’s gemaakt op woensdag 17 mei 2023.
De werkzaamheden zijn begonnen en de kerk staat an de kaante van de Peperstroate in de steigers.
De redactie mocht van de mannen van bouwbedrijf Moes op de steiger klimmen en boven op de steiger enige foto’s maken.
Eerst wordt het grote dak an de kaante van de Peperstroate aangepakt. In 2024 worden de leien op het kleine dak aan de kant van de brink vervangen, want voor in één keer vervangen van alle leien op alle daken van het kerkgebouw is vooralsnog te weinig geld. De financiering gaat niet zo maar van een leien dakje.
Inmiddels zijn de leien van het grote dak an de kaante van de Peperstroate verwijderd. Deze leien zijn nu te koop.
Bouwbedrijf Moes an de Gowe is bezig met het repareren van het houtwerk en het aanbrengen van speciaal dakleer. Na deze werkzaamheden leggen Duitse leidekkers de nieuwe uit Spanje afkomstige leien op het dak.


Posted in Kaarke an de brink | Leave a comment

Woar is ut pièdeheufdbaankie van Jan Haarm Pol ?

De op Woater’n geboren Jan Haarm Pol, meer bekend van de tillevisie als ‘the incredible dr. Pol’ (‘de ongelooflijke dr. Pol’), heeft alweer enige tijd geleden bij Obadja an de Dorpsstroate op Zorgvliet, an de aandere kaante van de Deeverse bos, van de gemeente Westenveld een eigen zitbankje aangeboden gekregen. Jan Haarm Pol was nota bene zelf hoogstpersoonlijk aanwezig bij de aanbieding van dit paardehoofdbankje.
De redactie heeft de drie hier afgebeelde kleurenfoto’s gemaakt op woensdag 17 mei 2023. Op die dag stond het paardehoofdbankje van Jan Haarm Pol niet meer voor Obadja. Zo te zien hebben de Hoge Dametjes En Heertjes Van De Voorkant Van Het Grote Genadeloze Zitbankjes Gelijk In De Gemeente Westenveld In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever vervangen door een oersaai standaard bankje van geperst plastic.
Weet dr. Jan Haarm Pol van deze schoffering af ?  Of heeft hij ingestemd met de verwijdering van zijn eigen paardehoofdbankje ?
Maar waar is het paardehoofdbankje gebleven ?
Is het bankje teruggegeven aan de maker van het bankje, te weten kettingzaagkunstenaar Henri Koeling (die zichzelf woodcarver noemt) uut de Peperstroate in Deever ?
Of is het bankje verplaatst naar elders ? Als dat zo is, wie van de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Achief kan dan de nieuwe staplaats van het Jan-Haarm-Pol-bankje melden ?
De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief leze vooral ook het bericht Ut pièdeheufdbaankie van Jan Haarm Pol.

Posted in Dr. Pol, Jan Haarm Pol, Kuunst, Obadja, Verdwenen object, Zorgvliet | Leave a comment

See hept ut maarktturrein nog wieder vurinnewièt

Volstrekt passend binnen de bewust voortdurende en verdergaande vernieling van ut maarktturrein an de Bosweg in Deever zijn drie volstrekt onverklaarbare, volstrekt onbegrijpelijke en volstrekt overbodige ‘dingen’ op ut maarktturrein neergezet. Zo’n ‘ding’ bestaat uit een metalen frame waaraan houten balken verticaal zijn bevestigd. De argeloze voorbijganger kan ook in een ‘ding’ gaan staan. Maar wat heb je daar aan ? Misschien kan je via het metalen frame ook op een ‘ding’ klimmen ? Maar wat heb je daar aan ? De redactie kon ook niet een aan een eikeboom vastgespijkerd bordje met enige uitleg over de drie ‘dingen’ ontwaren. Zijn de drie ‘dingen’ als kunst of onvervalste kitsch bedoeld ? En gemaakt van biologisch en ecologisch verantwoord duurzaam verbouwd fair-trade inheems hout van traceerbare bron uut de Deeverse bos ? En gemaakt in Deever ? Want Deever zit heden ten dage vol met pensionados die de kunstenaar, de kitschenaar of de kunstenmaker menen te moeten uithangen. En vooral niet te vergeten de plaatselijke timmermannen en de plaatselijke aannemers die dit soort houten ‘dingen’ ook wel in elkaar kunnen knutselen.
De redactie van ut Deevers Archief weet dus nog niet wie dit heeft gedaan, wanneer dit is gedaan en waarom dit is gedaan. Teneinde daar achter te komen zal de redactie per e-mail bericht enige vragen stellen aan de Dametjes En Heertjes Goeroes Van Het Grote Gelijk Van De Inrichting Van De Openbare Ruimte In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan in Deever.
Maar is met het plaatsen van de drie ‘dingen’ het plaatsen van het politiek gevoelige hangjongerenontmoetingskotje 3.0 nu definitief en voor altijd van de baan ? De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief leze vooral het bericht Is dit hangjongerenontmoetingskotje 3.0 ?
De redactie heeft bijgaand afgebeelde kleirenfoto gemaakt op woensdag 17 mei 2023.

Posted in Maarktturrein | Leave a comment

Un kattelieke jeugdhaarbaarg van de K.V.C.

De redactie van ut Deevers Archief laat de bezoekers van de webstee van ut Deevers Archief graag meegenieten van al het moois uut de gemiente Deever. De redactie toont hier een exemplaar uit zijn verzameling ansichtkaarten. 
De historische werkgroep Zorgvliet-Groot-en-Klein-Wateren-Oude-Willem, deel uitmakend van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever uut Deever, heeft in de beschrijving van een historische wandeling door Zorgvliet en Wateren de volgende tekst (voor wat deze waard is) over het op bijgaande zwart-wit ansichtkaart afgebeelde pand opgenomen.

Dit huis stond aanvankelijk in Oldeterp. Een tegenover het huis wonende freule vond het een lelijk huis en wilde dat het afgebroken zou worden. Dat geschiedde rond 1900. Timmerman Dalstra kocht het huis en bouwde het in Zorgvlied weer op. Daarna was het een timmerwinkel en een boerderij, annex kruidenierswinkel. Ook was het enige tijd een jeugdherberg voor Rooms Katholieke jongeren.

In de Heerenveensche Koerier van 17 februari 1950 verscheen het volgende korte berichtje

Een katholieke jeugdherberg te Zorgvlied 
Diever. Naar we vernemen, ligt het in de bedoeling van de Katholieke Vacantiehuizen- en Jeugdherbergencentrale een jeugdherberg te stichten te Zorgvlied in de gemeente Diever. De mooie omgeving leent zicht uitstekend voor dit doel.


In het Limburgsch Dagblad verscheen op 19 juli 1952 de volgende advertentie van de Katholieke Vacantiehuizen- en Jeugdherbergen Centrale (K.V.C.), waarin ook de jeugdherberg van Zorgvlied wordt genoemd. Aardig is te lezen wat destijds de kosten voor het verblijf in een katholieke jeugdherberg waren.Abracadabra-1578
De katholieke jeugdherberg op Zorgvlied, adres Zorgvlied 3, bestond nog in 1965, gelet op de volgende advertentie, die op 9 april 1965 verscheen in de krant De Telegraaf.Abracadabra-1577Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Er is op Zorgvliet heel wat afgesjouwd met panden !
Het afgebeelde pand zou afkomstig zijn uit Oldeterp ?
Het Amsterdamse huis aan de Dorpsstraat zou helemaal vanuit Amsterdam zijn versleept naar Zorgvliet ?
Villa Laanzicht is vanaf de Dorpsstraat op Zorgvliet versjouwd naar de Deeverbrogge.
Het is van groot belang dat de historische werkgroep ‘Groot-en-Klein-Wateren-Oude-Willem-Zorgvlied’ in een mogelijk aanstaand populair-wetenschappelijke boek over de geschiedenis van Zorgvliet, Groot- en Klein Woater’n en de Olde Willem aandacht besteedt aan de invloed van de katholieke kerk in deze streek, een katholieke jeugdherberg is daar een exponent van.

Posted in Ansigtkoate, De aandere kaante van de Deeverse bos, Kattelieke Kaarke, Zorgvliet | Leave a comment

De streek Wittelte hef in 1928 stroom ekreeg’n

Op 22 juni 1928 verscheen in het Nieuwsblad van het Noorden het volgende bericht over de aanvang van de aanleg van het elektriciteitsnet in de streek Wittelte.

Diever, 21 juni. Wederom zal een nieuw gedeelte dezer gemeente binnen afzienbaren tijd van electrisch licht zijn voorzien. Met de voorbereidende maatregelen voor den bouw van het electriciteitsnet te Wittelte is dezer dagen aangevangen. De gemeenteraad besloot voor eenigen tijd dit dorp van electrischen stroom te voorzien. De geheele gemeente kan straks van de electrificatie profiteeren. Behalve Zorgvlied, waar de stroom van de Friesche centrale wordt betrokken, komt in de heele gemeente de electriciteit van de centrale te Groningen. Wittelte is het laatste dorp in zuidelijke richting, dan van Groningen uit bediend wordt.

Op 15 september 1928 verscheen in het Nieuwsblad van het Noorden het volgende bericht over de voortgang van de aanleg van het elektriciteitsnet in de streek Wittelte.

Diever, 14 september. Binnenkort zal onze gemeente geheel van electrisch licht zijn voorzien. Het net te Zorgvlied -het eenige, dat de stroom van de centrale te Leeuwarden betrekt- is bijna voltooid. De straatverlichting is er dezer dagen ook in werking gesteld. Te Wittelte vordert de aanleg eveneens mooi. Het bovengrondsche net is bijna gereed. De transformator moet nog geplaatst worden. Tegen den aanstaande winter echter zal alles gereed zijn.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De vraag is waar in Wittelte de transformator van het bovengrondse elektriciteitsnet heeft gestaan ? Bij de Wittelterbrug ? Wie heeft foto’s bewaard, waarop het bovengrondse Wittelter elektriciteitsnet is te zien ?

 

 

 

 

 

 

 

 

Posted in Electrificatie, Wittelte | Leave a comment

Gien stoplogt’n moar un deurrierotonde

De ‘groote passage’ langs de Drentse Hoofdvaart was de eerste verharde weg in de provincie Drente. Op 9 december 1839 werd de straatweg in zijn geheel opengesteld.
Het kruispunt an de Deeverbrogge moest vanaf 1900 door het al maar groeiende gemotoriseerde verkeer steeds worden aangepast aan de veranderende eisen.
In 1938 was het kruispunt nog een eenvoudig ingericht kruispunt. Zie afbeelding 1. De weg van Deever hen Dwingel liep nog vlak langs hotel Blok. De Deeverbrogge was toen nog een draaibrug.
In 2000 kruisten an de Deeverbrogge de provinciale weg N371 langs de Drentse Hoofdvaart en de provinciale weg N855 tussen Deever en Dwingel elkaar door middel van een rotonde. Zie afbeelding 2. Met de aanleg van de rotonde waren de daarvoor aanwezige verkeerslichten overbodig geworden. De verkeerskundige inzichten over de inrichting van kruispunten waren veranderd. De relatief beperkte hoeveelheid verkeer op de twee provinciale wegen rechtvaardigde de aanleg van een rotonde an de Deeverbrogge.

Afbeelding 1
Een in 1938 uitgegeven zwart-wit ansichtkaart van de kruising an de Deeverbrogge. Op de voorgrond is nog een stuk rails van de in 1933 opgeheven stoomtramlijn langs de Drentse Hoofdvaart te zien.

Afbeelding 2
De heer Coen Broekema heeft op 8 februari 2000 de hier afgebeelde zwart-wit foto van de rotonde an de Deeverbrogge gemaakt.

Posted in An de Deeverbrogge, Verkeer en vervoer | Leave a comment

N.S.B.’er Posthumus wödde burgemeister van Deever

Diverse kranten melden in een bericht over nieuwe burgemeesters dat de commissaris-generaal voor bestuur en justitie de N.S.B.’er Pier Obe Posthumus met ingang van 1 januari 1945 benoemde tot burgemeester van de gemiente Deever.

In Het Vaderland van 2 januari 1945 verscheen het volgende bericht.
Burgemeesters-benoemingen
De commissaris-generaal voor bestuur en justitie heeft tot burgemeester benoemd de heeren: J.C. Wesseling te Voorst, J. Vleeming te Herwen en Aerdt, P.O. Posthumus te Diever, W.A. Pijbes te Westerbork, Joost van der Bent te Zweelo en Th. A. Dijksman te Zuilen.

In het Drentsch Dagblad van 2 januari 1945 verscheen het volgende bericht.
Nieuwe burgemeesters
’s Gravenhage, 30 december. De commissaris-generaal voor Bestuur en Justitie heeft tot burgemeester benoemd de heeren: J.C. Wesseling te Voorst, J. Vleeming te Herwen en Aerdt, P.O. Posthumus te Diever, W.A. Pijbes te Westerbork, J. van der Bent te Zweelo en Th. A. Dijksman te Zuilen.

In de courant Het Nieuws van den Dag van 2 januari 1945 verscheen het volgende bericht.
Burgemeesters benoemd. 
Door den Rijkscommissaris zijn benoemd tot  burgemeester van Diever de heer P.O. Posthumus, van Westerbork de heer W.A.M. Pijbes, van Zweelo de heer J. v. d. Bent, thans waarnemende-burgemeesters van de betrokken gemeenten.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Pier Obe Posthumus was in 1944, nadat het Deeverse verzet burgemeester Jan Cornelis Meiboom had gedwongen vooral toch maar onder te duiken, waarnemend burgemeester van de gemiente Deever geworden.
Commissaris-generaal voor bestuur en justitie Friedrich Wimmer van het Duitse burgerbestuur benoemde de N.S.B.’er Pier Obe Posthumus met ingang van 1 januari 1945 tot burgemeester van de gemiente De
ever. Aan zijn burgemeesterschap kwam op 8 april 1945 een einde, toen Franse parachutisten (para’s, luchtcommando’s) van de geallieerde Special Air Service (S.A.S.) hem in een snelle actie en op klaarlichte dag tijdens het middageten in het café van de beruchte N.S.B.’er Klaas Marcus Balsma aan de brink van Deever gevangen namen.

 

 


Posted in Brink, Gemiente Deever, Pier Obe Posthumus, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

Veur wie in de gemiente Deever de klokk’n luut

Uit de nalatenschap van de heer Hendrik Onstee, die schoolmeester in Wapse en Zorgvlied was, is het volgende artikel afkomstig. Uit zijn nagelaten aantekeningen kon helaas niet worden opgemaakt welke bronnen hij voor dit artikel heeft geraadpleegd. De redactie heeft het vermoeden dat het een document uit het kerkelijke of het gemeentelijke archief betreft.
Het artikel werd de redactie ter beschikking gesteld door wijlen Hendrik Onstee uit Vledder, de zoon van Hendrik Onstee. 
Het artikel sluit mooi aan bij wat dorpsfiguur Jan Hessels in nummer 99/3 van Opraekelen, het blad van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever, in het artikel ‘Naoberhulp bij geboorte, ziekte en overlijden’ schrijft over het luiden van de klokken.

Bij overlijdensaangiften
Dit ging tot 1943 als volgt. De aangevers van een overlijden gingen eerst naar het gemeentehuis voor het doen van de aangifte en daarna gingen ze naar de kerk voor het ver luiden. Dan was een veel gestelde vraag op het dorp: ‘Wie zul ‘r verlut weed’n ?’.
Bij het overlijden van een man werd met de grote klok driemaal geklept, dat wil zeggen er werd drie keer geslagen met de klepel. Daarna werd met beide klokken enige tijd geluid.
Bij het overlijden van een vrouw of een kind werd met de kleine klok drie keer geklept. Daarna werd met beide klokken enige tijd geluid.
Heel vroeger kende men nog een derde wijze van verluiden. Die werd toegepast bij het overlijden van een kraamvrouw. Er werd dan drie keer geklept met de kleine klok en daarna enige tijd met beide klokken. Dit kleppen en luiden werd daarna nog twee keer herhaald.
Het drie keer kleppen en luiden bij al deze gevallen was bedoeld om het geloof in de heilige Drie-eenheid (God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest) aan te geven.
Sedert 1946 wordt bij overlijdensaangiften, zowel bij mannen als bij vrouwen en kinderen, gedurende korte tijd geluid met de klok. Vanaf die tijd werd niet meer geklept.

Bij begrafenissen, ongeacht de geloofsrichting van de overledenen
Eerder werd met beide klokken en nu wordt alleen met de grote klok geluid, voor zover het sterfhuis in het dorp Diever was gelegen, vanaf het moment dat de lijkstoet zich in beweging zet tot aan het ogenblik waarop de stoet weer bij het sterfhuis was teruggekeerd van het kerkhof.
Voor het geval het sterfhuis buiten het dorp Diever was gelegen, begon men te luiden vanaf het moment dat de lijkstoet de grens van het dorp Diever was genaderd tot aan het ogenblik waarop de lijkstoet de grens van het dorp Diever weer had bereikt.
Zodra op de dag van de begrafenis het graf gereed was, werd hiervan vroeger den volke kond gedaan door gedurende enige tijd met de grote klok te kleppen.

Bij openbare verkopingen en boelgoeden
Bij dit soort gebeurtenissen op doordeweekse dagen werd tot 1943 ongeveer dertig maal geklept met de grote klok.

Bij brand
Vroeger werd zowel overdag als ’s nachts verluid, dat wil zeggen dat het luiden en kleppen werd afgewisseld om het volk op de noodzaak tot het verlenen van hulp bij brand te wijzen.

Bij het zoekraken van kinderen
Als er een kind zoek was, dan werd vroeger enige tijd geklept met de grote klok.

Bij het sneeuw ruimen
Als er sneeuw moest worden geruimd, dan werd vroeger enige tijd geklept met de grote klok.

Bij boerwerken
Als men moest gaan boerwerken (redactie: boerwerken is werkzaamheden verrichten voor de boerschap), dan werd vroeger enige tijd geklept met de grote klok.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie heeft het artikel van Hendrik Onstee ook gepubliceerd in nummer 00/2 van Opraekelen, het blad van de heemkundige vereniging uut Deever. Toen de redactie besloot het artikel van Hendrik Onstee in Opraekelen te publiceren, was hij niet bekend met de inhoud van het in 1999 verschenen boekje ‘Het mirakel’ van Klaas Kleine. In dat boekje heeft Klaas Kleine het luiden van de klokken ook beschreven. Klaas Kleine baseerde zich daarbij op het artikel in de Meppeler Courant van 5 september 1955, getiteld ‘Diever – In en om de oude dingspilkerk’. De schrijver van dat artikel is vermoedelijk Jan Poortman.
De redactie heeft bijgaande kleurenfoto van de klok van de gemeentelijke toren aan de brink van Deever op 8 februari 2006 ’s avonds om 18.52 uur onder winterse omstandigheden gemaakt. Gelukkig was het die avond niet nodig enige tijd met de grote klok te kleppen; het had niet zo veel gesneeuwd.

Abracadabra-1608

Posted in Brink, Kaarke an de brink, Klaas Kleine, Opraekelen, Toor'n an de brink, Winter | Leave a comment

Dörpsgesigte vanof ut Swatte Pattie

De redactie van ut Deevers Archief vervangt zo nu en dan voor de verandering de kopafbeelding van ut Deevers Archief. Als jij in het bezit bent van een mooie afbeelding uut de gemiente Deever en jij acht deze echt wel geschikt als kopafbeelding van deze webstee, aarzel dan niet deze afbeelding naar de redactie te sturen. Het formaat van een kopafbeelding is 940 x 198 puntjes (300 dpi).
Als jij vind dat de hier getoonde kopafbeelding te lelijk is als kopafbeelding van ut Deevers Archief, aarzel dan niet jouw mening luid en duidelijk aan de redactie kenbaar te maken.
Als jij een reeds getoonde kopafbeelding graag nog een keer als kopafbeelding van ut Deevers Archief wilt zien, aarzel dan niet dit luid en duidelijk aan de redactie kenbaar te maken.
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto van het dorpsgezicht met de gemeentelijke toren gemaakt op 6 augustus 2010.
De uitsnede van deze foto is gebruikt als kopafbeelding van 14 december 2015 tot en met 2 februari 2016.


Posted in Dorpsgesigte, Kopplètie | Leave a comment

Waètervaarftiekening van de Peperstroate in Deever

De kunstenaar Jan Planting maakte in de tweede helft van de veertiger jaren van de vorige eeuw (waarschijnlijk in 1948) met waterverf op papier een tekening van de toen nog fraaie en tekenwaardige Peperstroate in Deever. Zie de bijgaande afbeelding. Het resultaat van deze kunstzinnige werkzaamheid hangt in Drachten in het Museum Dr8888 (Museum Drachten).
Gegevens over deze waterverftekening zijn te vinden in de Collectie Nederland: Museum, Monumenten en Archeologie.
De redactie van ut Deevers Archief neemt voor alsnog aan dat de kunstenaar Jan Planting wel een foto als voorbeeld voor zijn waterverftekening heeft gebruikt, maar de redactie is helaas niet bekend met deze foto.
Om de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief toch een indruk te geven van de situatie in de Peperstroate rond 1948 verwijst de redactie naar een zwart-wit ansichtkoate van de Peperstroate.
Flink wat olde huus’n an de Peperstroate werden in de zestiger en zeventiger van de vorige eeuw gründlich en rücksichtlos gesloopt door de megalomanistische burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de volksmond altijd ome Kees werd genoemd, zijn hond werd altijd Krentestoete genoemd) en zijn gelijkgestemden onder de Hoge Heren Van De Meedogenloze Voorkant Van Het Gelijk In Het Gemeentehuis Aan De Brink Van Deever. Alleen al de bestrating van de Peperstroate had op zijn minst beschermd Deevers aarfgood moeten zijn geworden.

Posted in Aarfgood, Kuunst, Peperstroate, Tiekening, Topstuk | Leave a comment

De parechutist’n koomt de ièste Deeves’n teeg’n

De redactie kreeg in de jaren 2000-2008 bij zijn bezoeken aan wijlen Anne Mulder – een echte Deeverse uut de Aachterstroate – die eerst an de Kloosterstroate in Deever, daarna in Gasselte, later in Assen woonde en overleden is in Voorburg bij zijn dochter – steeds van hem verhalen, schrijfsels, artikelen, krantenknipsels, documenten en foto’s over Deever ter hand gesteld met de bedoeling deze voor hem al dan niet in geredigeerde vorm te publiceren en zo mogelijk van zijn foto’s te voorzien.
Het is de redactie bij het leven van Anne Mulder helaas niet gelukt al zijn Deeverse berichten, artikeltjes, documenten en foto’s in het papieren blad Opraekelen van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever, te publiceren, dan maar postuum – en met alle respect – en beetje bij beetje opnemen in de webstee van ut Deevers Archief.
De redactie heeft het direct navolgende artikeltje van Anne Mulder ook gepubliceerd in nummer 2002/1 van het papieren blad Opraekelen van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever.

De Franse parachutisten ontmoeten de eerste Dieversen
Op zondagmorgen 8 april 1945 maakten mijn broer Egbert, onze vriend Hendrik Jan Kiers en ondergetekende een wandeling door het bos bij de Hezeresch. Het was die ochtend prachtig weer. Op een gegeven moment stond er plotseling een parachutist in complete oorlogsuitrusting voor ons. We bleven als aan de grond genageld staan. De man hield een grote zware revolver op ons gericht.
Hij gaf een goedkeurend knikje, nadat mijn broer Egbert hem zijn persoonsbewijs had getoond. Vervolgens gaf hij ons een teken dat wij maar met hem mee moesten lopen. We liepen in de richting van de Haarweg. Naar ons bleek gingen we naar ‘het bosje van Jan Wesseling’.
Ik vroeg hem onder het lopen: “Are you an Englishman ?” (“Bent u een Engelsman ?”, redactie), waarop hij kort antwoordde: “I am a French patriot” (“Ik ben een Franse patriot”, redactie). En prompt voegde hij er aan toe: “We are friends” (“Wij zijn vrienden”, redactie). Ik dacht toen nog: “Dat is gauw.”
We belandden bij een groep parachutisten. De commandant (luitenant Edgard Thomé, redactie) was omringd door parachutisten met machinegeweren. Hij vroeg mij op een kaart aan te geven waar we ons bevonden. Dat deed ik, waarop hij direct zei dat zoiets niet het geval kon zijn. Ik werd toen giftig en vroeg hem of hij soms ook in Diever was geboren. Dat bleek te helpen.
Hij dacht in de buurt van het sanatorium in Appelscha te zijn. Daaruit trokken wij de conclusie dat ze de avond ervoor acht kilometer te vroeg waren gedropt. Op zijn kaart gaf ik aan dat de Dieverbrug, de Oldendieversebrug en de Wittelterbrug waren opgeblazen. Verder legde ik hem uit dat in de boerderij van Harman Bennen aan de Hoofdstraat in Diever en in de boerderij van Hendrik Haanstra te Wateren 26 een tentwagen met Duitsers was neergestreken.

Een andere min of meer overeenkomende versie van het verhaal van Anne Mulder is weergegeven in het artikel ‘Bevrijding van Diever’ op bladzijde 5 van het nummer 1995/1 van het papieren blad Opraekelen van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Deze luidt als volgt.  

Anne Mulder, zijn broer Egbert en hun vriend Hendrik Jan Kiers liepen tijdens een ochtendwandeling in de armen van de Franse para’s. Een militair die plotseling met een getrokken, grote, zwarte revolver voor hun stond, verzocht hen, in het Engels, op vriendelijke toon met hem mee te komen. Op de vraag van Mulder “Are you an Englishman?” werd zeer verheugd gereageerd met “Yes, I’m a French patriot ! We are friends !”.
Deze ontmoeting vond plaats nabij de Haarweg ter hoogte van de Hezenes. De para’s lagen in een ring in “het bosje van Jan Wesseling”, met de mitrailleurs naar buiten gericht. Het bleek al snel dat men wilde weten waar men zich precies bevond. Toen Mulder op de kaart Diever aanwees, waren de Fransen stomverbaasd en wilden het eigenlijk niet geloven. Zij wezen een plaats aan nabij het sanatorium in Appelscha, waar zij zich moesten melden. Na verloop van tijd wist Mulder hen te overtuigen dat ze inderdaad in Diever waren.
Ook wist hij de commandant uit te leggen dat de bruggen over de Drentse Hoofdvaart waren vernield en dat er Duitsers met huifkarren waren ondergebracht bij Harman Bennen aan de Hoofdstraat in Diever en bij Hendrik Haanstra in Wateren.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Stick 19 van de Franse parachutisten, onder commando van luitenant Edgard Thomé, had in de nacht van zaterdag 7 op zondag 8 april 1945 moeten landen in het Willemsveld bij Appelsga, één kilometer oostelijk van de jeugdherberg Us Blau Hiem, nu Boscamping Appelscha, maar kwam met een afwijking van zes kilometer naar het zuid-zuid-westen op de Hezeresch bij Diever neer.
Anne Mulder, zijn broer Egbert Mulder en Hendrik Jan Kiers kwamen de Franse parachutisten daar op zondagmorgen 8 april 1945 bij toeval tegen.
Anne Mulder is geboren op …..  in Deever en is overleden op … in Voorburg.
Egbert Mulder (Eppie Bas) is geboren op 14 januari 1913 in Deever en is overleden op 8 december 1984 in Deever. Hij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever.
Hendrik Jan Kiers is geboren op 3 december 1898 in Deever en is overleden op 22 september 1979 in Deever.

De trouwe bezoeker van ut Deevers Archief wordt tevens verwezen naar de vele berichten betreffende de Franse parachutisten in ut Deevers Archief, zij het dat de twee hier weergegeven korte artikelen de ervaringen van Anne Mulder zelf weergeven.

Deze onbekende Franse parachutist werd tijdens de operatie ‘Amherst’ ergens in Drenthe op de foto gezet (foto uit de verzameling van J. Kroesinga).

Posted in Fraanse parachutist, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

In Oll’ndeever stiet nog un Deeverse greinsstien

Het direct na de Tweede Wereldoorlog door de voorkant van het gelijk bij elkaar gefantaseerde en op 3 september 1946 door de Hoge Raad van Adel goedgekeurde wapen van de gemiente Deever is her en der binnen de grenzen van de gemiente Deever gelukkig terug te vinden op bewaard gebleven grensstenen.
Zo staat een door de eigenaar zeer goed onderhouden exemplaar – daarvoor driewerf hulde – op zijn originele betonnen sokkeltje bij de zijgevel en bij de zo te zien nog steeds in gebruik zijnde regenput van een woonboerderij an de Wittelterweg in Oll’ndeever.
Hulde aan de bewoners van dit pand, die deze grenssteen gelukkig hebben gered uit de sloopgrage handen van de gezagsgetrouwe medewerkers van de voorkant van het gelijk.
Zie de twee hier afgebeelde kleurenfoto’s die de redactie van ut Deevers Archief op 26 april 2018 van de bewoners mocht maken en in ut Deevers Archief mag tonen; daarvoor hartelijk dank.
Dit stuk versierd beton heeft, tot vóór de dag waarop de gemienten Deever, Dwingel, Vledder en Oavelt helaas gedwongen opgingen in de gemeente Westenveld, langs een weg op de grens van de gemiente Deever en een aangrenzende gemeente gestaan.
Wellicht weten de eigenaren van deze grenssteen langs welke weg deze grenssteen stond ?

Posted in Aarfgood, Gemiente Deever, Oll'ndeever, Woap'm van Deever | Leave a comment

Veul heil en seeg’n in 1906

In het onvolprezen populair-niet-wetenschappelijke bladerboek ‘An de Brogge. Geschiedenis van Dieverbrug in woord en beeld’ (het boek is merkwaardig genoeg niet voorzien van een ISBN-nummer), dat de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever, in 2015 heeft uitgegeven ter gelegenheid van haar 20-jarige bestaan, is enige aandacht besteed aan het huis van den opzichter van den Waterstaat bee de sluus an de Deeverbrogge.
De navolgende tekst moet beschouwd worden als een mineure en bescheiden aanvulling op het hiervoor vermelde bladerboek. In dat bladerboek is op bladzijde 27 bijgaand afgebeelde ansichtkaart zonder enige uitleg opgenomen.

Cornelis Leendert Dalebout is geboren op 21 juni 1874 te Goedereede op het Zuid-Hollandse eiland Goeree-Overflakkee als zoon van Hendrik Dalebout, die was opzichter van den Waterstaat, en Pieternella van Beveren. Cornelis Leendert Dalebout trouwde op 14 augustus 1902 op 28-jarige leeftijd in Arnhem met de 27-jarige Anna Agatha Christina Rothfusz. Cornelis Leendert Dalebout is niet oud geworden. Hij is op 57-jarige leeftijd op 5 juni 1932 in Haarlem overleden. Zijn vrouw is op 78-jarige leeftijd op 24 juli 1953 in Arnhem overleden.

Rijksopzichter Cornelis Leendert Dalebout werd met ingang van 1 november 1905 overgeplaatst van de standplaats Wieringen naar de standplaats an de Deeversluus. In het ‘Vliegend blaadje: Nieuws- en advertentiebode voor Den Helder’ (hoe vind je zo’n blaadje) verscheen op 21 oktober 1905 het navolgende berichtje onder de korte berichten van het eiland Wieringen:
De heer C.L. Dalebout, opzichter van den Waterstaat alhier is met ingang van 1 november aanstaande overgeplaatst naar Dieverbrug in Drenthe.

Het echtpaar Dalebout kwam te wonen in het huis van den opzichter van den Waterstaat bee de sluus an de Deeverbrogge. De Drentse Hoofdvaart en de weg langs de vaart (de Riekseweg) waren toen in beheer bij de Rijkswaterstaat. Het huis van de opzichter werd gebouwd in 1903. Cornelis Leendert Dalebout heeft dat huis op bijgaande ansichtkaart met de titel Sluis te Dieverbrug aangegeven met een pijl met daarbij de tekst ‘Onze woning’. In het huis bee de sluus werd op 25 april 1908 Johanna Maria Dalebout geboren. Wie hebben van 1903 tot 1 november 1905 in het nieuw gebouwde huis gewoond ?

Aan het einde van 1905 stuurde Cornelis Leendert Dalebout bijgaande ansichtkaart (deze is als topstuk opgenomen in het Deevers Archief) bij wijze van nieuwjaarskaart naar den heer A. Dijkshoorn in het buurtschap Belt op het eiland Wieringen in Noord-Holland. De kaart  met de fraaie afbeelding is bij verzending gestempeld in het postkantoor an de Deeverbrogge en is bij ontvangst op 1 januari 1906 op het postkantoor van Wieringen nog een keer gestempeld.
In die tijd mocht de adreskant van een briefkaart nog niet worden beschreven. Op de voorkant van de kaart was daarom onder de afbeelding ruimte voor een korte tekst uitgespaard, waar Cornelis Leendert Dalebout gebruik van heeft gemaakt. Dat maakt deze kaart nog fraaier. Het volgende bericht is op de voorkant te lezen:
Waarde familie Dijkshoorn,
Met de Uwen onze beste wenschen bij de intrede van 1906. Wij hopen dat het U in alle opzichten naar wensen moge gaan. Het begint hier zachtjes aan te wennen.
Onze groeten, Dalebout

Cornelis Leendert Dalebout kreeg bijna meteen na zijn begin als opzichter van de Waterstaat an de Deeverbrogge te maken met het toezicht op een voor die tijd stevige klus. Het Nieuwsblad van het Noorden schrijft daarover op 21 april 1906 het volgende bericht:
Op Woensdag 6 mei, des voormiddags om 11½ uur, zal aan het gebouw voor het Provinciaal Bestuur te Assen, worden aanbesteed: Het aanbrengen van voorzieningen aan de draaipijlers van de drie draaibruggen over de Drentsche Hoofdvaart, genaamd de Geeuwenbrug, de Dieverbrug en de Oude Dieverbrug, het afbreken van een der landhoofden en het daarvoor in de plaats maken van een aanbrug met een ijzeren juk en gemetseld landhoofd voor elk dezer bruggen; een en ander behoorende tot de werken van de Drentsche Hoofdvaart. Raming f. 9070. Het bestek ligt na 25 April ter inzage aan de lokalen der provinciale besturen, en is voorts, op franco aanvrage, tegen betaling te bekomen bij de firma Gebroeders van Cleef te ’s Gravenhage. Nadere inlichtingen zijn te bekomen bij den hoofdingenieur-directeur jonkheer De Jong van Beek en Donk te Zwolle, bij den ingenieur du Croix te Assen en bij den opzichter Dalebout te Dieverbrug. De nota van inlichtingen ligt op 3, 4 en 5 mei ter inzage bij den ingenieur van den Waterstaat du Croix te Assen.

De fraaie horizontaal draaibare Deeverbrogge is op bijgaande afbeelding op de voorgrond te zien. Aan de rechterkant is achter de leilinden het witte café-logement van Sjoert Benthem te zien. Links daarvan is de opslagloods van Sjoert Benthem te zien. Links naast de loods is achter de leilinden het huis van de brugwachter te zien.
Het is drok an de Deeverbrogge  Voor het café-logement ligt de snikke van Sjoert Benthem afgemeerd. Voor de löswal liggen vrachtschepen. Op de löswal staat een grote wagen bij een vrachtschip, waar mannen bezig zijn met het laden of het lossen van het schip. Zijn ze bezig met het lossen van törf  ? Tussen de masten van de schepen is het huis van den opzichter van den Waterstaat te zien. Dit pand bee de sluus bestaat nog steeds.

De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde kleurenfoto van de woning van den opzichter van den Waterstaat bee de sluus an de Deeverbrogge gemaakt op 23 oktober 2012. In het pand was toen nog visrestaurant ‘Huis aan de Dieversluis’ gevestigd.

De redactie attendeert de zeer gewaardeerde geïnteresseerde bezoeker van ut Deevers Archief voor meer gegevens graag op het bericht De snikke an de loswal bee café-losement Benthem.

Abracadabra-1621Abracadabra-1624Abracadabra-1622
Abracadabra-1623

Posted in An de Deeverbrogge, Ansigtkoate, Ansigtkoate uut 1905, Café-Logement Sjoert Benthem, Deeverse sluus, Löswal, Scheepvaart, Snikke, Topstuk | Leave a comment

In de winkel van Jan Breimer en Lammigje Kloeze

De redactie van ut Deevers Archief ontving naar aanleiding van zijn oproep in het bericht Breimer Zelfbediening op speldje van Tiktak thee de volgende reactie van Tibbe Breimer, de oudste zoon van Jan Breimer en Lammigje Kloeze:
Ik kom puur toevallig op dit bericht. Ik lees het verzoek. Ik zal in mijn eigen archief moeten zoeken naar foto’s. Ik ben uiteraard gaarne bereid nadere informatie te geven en naar foto’s te zoeken. Waarschijnlijk beschikt mijn zuster Marianne over de meeste oude foto’s van de winkel.

Van Tibbe Breimer is de navolgende tekst over de winkel van zijn ouders an de Peperstroate in Deever.
Foto’s van de winkel
Ik ben ondertussen bij mijn zuster Marianne geweest. Ze heeft enige foto’s van de winkel gedigitaliseerd, die ik hierbij stuur. Op twee foto’s is mijn moeder in de winkel te zien, die twee foto’s zijn gemaakt in 1951.
Ik heb geen foto’s van de achterkant van de winkel.
De winkel
Mijn ouders hadden in het begin van de vijftiger jaren een kruidenierswinkel op de hoek van de Peperstroate en de Kruussstroate. Zij kochten deze winkel in 1951 van de familie Albert Fledderus.
Zij hebben de winkel later omgebouwd tot een zelfbedieningswinkel.
Aanvankelijk was aan de achterkant van de winkel een behoorlijk grote moestuin met een pruimenboom en nog een stukje met keien geplaveid (voor de waterput). De tuin is ook nog benut geweest voor de noodwinkel van Rinse Kamp. Of dat voor of na de aanbouw van het magazijn was, dat weet ik niet meer.
Later is dit terrein gedeeltelijk bebouwd met het magazijn en nog weer later door een nieuwe uitbreiding van de winkel. Toen kwam de ingang aan de Kruisstraat. Deze verbouwing vond plaats, nadat mijn ouders de winkel hadden verkocht.
Mijn ouders verkochten de winkel in 1970 aan Henk ten Hoor, de latere textielbaron (al is hij dat nu niet meer).
Mijn ouders zijn in 1970 verhuisd naar Assen. Mijn vader ging toen werken bij de grossier Firma Van Dijken. Ze zijn daarna nog een keer binnen Assen verhuisd. Daarna zijn ze verhuisd naar Vries en in 1989 zijn ze verhuisd naar Beilen, de geboorteplaats van mijn vader.
De winkel is al vrij kort na 1970 door Henk ten Hoor doorverkocht, als ik het mij goed herinner aan de grossier Firma Van Dijken, die na een fusie opereerde onder de naam Flevozoom.
De familie van mijn moeder Lammigje Kloeze
Mijn moeder is de oudste dochter van Jan Kloeze en Trijntje Gerding.
Jan Kloeze was een broer van Albert en Hendrik Kloeze. Opa Jan had een smederij in Wittelte, die is later overgenomen door oom Harm, de jongste broer van mijn moeder (er was nog een jongere broer, die is op jeugdige leeftijd).
Albert en Hendrik Kloeze namen de smederij van mijn overgrootvader in Diever over. De zonen van Hendrik Kloeze, Albert en Rikus (mijn achterneven) leven nog en wonen in Diever. Albert nam ooit de smederij in Diever over en maakte er een garage van. Deze werd later verplaatst van de Hoofdstraat naar het Moleneinde, tegenover de voormalige zuivelfabriek.
Mijn oom Harm Kloeze is overleden en dit jaar is ook zijn vrouw Jannie overleden. Hun tweede dochter Geke, mijn nicht dus, woont samen met haar man Rien Hage in het huis in Wittelte. Het huis is wel grondig verbouwd, maar de smederij is intact gelaten. Deze smederij was dit jaar en ook al eerder te bezichtigen tijdens de open monumentendag. Van de smederij aan de Hoofdstraat in Diever is niets of nauwelijks iets meer te zien.
De geschiedenis van onze winkel in Diever
We kunnen proberen de geschiedenis van onze winkel in Diever te reconstrueren. Dat zal niet zo eenvoudig zijn. Mijn ouders, de belangrijkste bron, leven niet meer. Mijn eigen geheugen en dat van mijn zus zijn naast foto’s en nog vindbare archiefstukken relevante bronnen. Mijn zuster Marianne is een tijdlang werkzaam geweest in de winkel. Ik heb zelf in de vakanties ook meegeholpen. Mogelijk kunnen ook nog in leven zijnde Dievenaren uit die tijd worden geraadpleegd.
Landverhuizers
Mijn ouders hebben de winkel in 1951 gekocht van de familie Albert Fledderus, zoals ik al aangaf. Ik weet daar weinig van. Mij staat bij dat de familie Fledderus is geëmigreerd naar Canada.
Emigreren was, met name onder Gereformeerden, in die tijd nogal in zwang. Ik geef een voorbeeld. Van de 10 kinderen van mijn opa Tibbe en mijn oma Marchien zijn twee jongens en twee meisjes geëmigreerd. Drie zijn naar Canada gegaan en één is naar Nieuw Zeeland gegaan.
Of de familie Fledderus echt naar Canada is geëmigreerd durf ik niet te zeggen. Dat zou mogelijk uit een andere bron kunnen worden bevestigd.
Andere levensmiddelenwinkels in de gemeente Diever
Ik kan mij uit mijn jeugd nog herinneren, dat in de voormalige gemeente Diever in de vijftiger jaren van de vorige eeuw meerdere levensmiddelenzaken waren.
In Diever: de coöperatie (tevens bakkerij) en de winkel van Bram Moesker (Vivo) in de Hoofdstaat en Albert Kuiper (met een vestiging in Dieverbrug, tevens bakkerij) in de Peperstraat.
In Geeuwenbrug: annex aan café Jonkers.
In Zorgvlied: Hunse (tevens bakkerij).
In Wapse: een winkel naast de school.
In Wittelte: Klaas Echten (tevens bakkerij).
De meeste levensmiddelenwinkels bestonden in 1970 niet meer. De winkel van Klaas Echten in Wittelte bestond nog wel. Gerard Krol (eigenaar van de winkel van Albert Kuiper) ging zich specialiseren als bakker. Of dit voor of na 1970 gebeurde weet ik niet meer. In 1970 was ik student in Groningen en volgde ik de ontwikkelingen in Diever op afstand.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie is Tibbe en Marianne Breimer bijzonder erkentelijk voor hun bijdrage aan de geschiedschrijving van de gemiente Deever.
De toezegging van Tibbe Breimer leverde mooie oude foto’s van de dorpswinkel op, die de redactie in ut Deevers Archief met veel plezier gaat plaatsen, te beginnen met bijgaande prachtige zwart-wit interieurfoto van Lammigje Kloeze achter de toonbank in de kruidenierswinkel op de hoek van de Peperstroate en de Kruusstroate. De andere foto’s zullen in andere berichten worden gepubliceeerd in ut Deevers Archief.
Deze foto is gemaakt in 1951 en is aanwezig in de fotoboeken van de familie Breimer, die worden bewaard door Marianne Breimer, zuster van Tibbe Breimer.

Jan Breimer (geboren op 24 juni 1922 in Beilen, overleden op 10 december 2012 in Assen) en Lammigje Kloeze (geboren op 12 februari 1927 in Wittelte, overleden op 30 juni 2011 in Assen).
De redactie kent helaas geen foto’s die in de interieurs van winkels in de gemiente Deever zijn gemaakt. En dat is toch wel erg te betreuren. Elke goed gemaakte foto in het interieur van een oude niet meer bestaande winkel in de gemiente Deever behoort wat de redactie betreft direct tot het fotografische erfgoed van de gemiente Deever. Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief zou foto’s van het interieur van winkels kunnen en willen insturen ?

Op de hier afgebeelde zwart-wit foto (echt een topstuk) is een stralende en zelfverzekerde Lammigje Kloeze achter haar toonbank te zien. Op de toonbank staan een machine voor het snijden van vlees en kaas (?) en twee weegschalen. Een schaal voor het wegen van kleinere en lichtere hoeveelheden en een schaal voor het wegen van grotere en zwaardere hoeveelheden ? De redactie heeft het vermoeden dat de weegschalen van het merk Berkel zijn.
Aan de rechter weegschaal hangt een blaadje met de weekaanbiedingen: Patent tarwebloem 59 cent, G
roene erwten 35 cent en Theekransjes 45 cent. Het echtpaar Breimer zal vast en zeker elke week ook reclame hebben gemaakt in Van Goor’s Blattie.
Op de toonbank staan doosjes Aspirin van Bayer, Royco, de echte krachtige erwtensoep en Friesche tafelkoeken in een blik met de Friesche vlag. En -let op- aan de rechterkant op de toonbank staat -echt wel- een tonnetje met Hollandsche nieuwe haring.
De redactie kan in de schappen achter Lammigje Kloeze helaas maar een aantal producten van bekende merken onderscheiden: Honig’s vermicelli, Honig’s macaroni, Nescafé en Maggi-blokjes……. Maar misschien kan Tibbe of Marianne Breimer met het vergrootglas op de originele foto wel meer namen van producten onderscheiden.
De familie Albert Fledderus emigreerde inderdaad naar Canada.
Op bijgaande afbeelding van een fraaie zwart-wit ansichtkaart uit de verzameling van ut Deevers Archief, die in 1948 is uitgegeven (door Albert Fledderus ?), is in het midden achter de leilinden de kruidenierswinkel van Albert Fledderus en Reintje Timmerman te zien. Zo moet de situatie ook nog ongeveer zijn geweest in 1951, toen Jan Breimer en Lammigje Kloeze eigenaren van de winkel waren geworden. De winkel is pas later verbouwd tot een zelfbedieningswinkel.
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op 26 april 2018.

Posted in Alle Deeversen, Ansigtkoate, Kruusstroate, Landverhuizer, Neringdoende, Peperstroate, Topstuk | Leave a comment

In ut café van Jan Pot an ut Wittelerschut

Op 10 december 1868 verscheen in de Drentsche en Asser Courant het navolgende korte bericht over de verkoop van hout op stam ten huize van Jan Pot an ’t Wittelterschut.

De notaris mr. W.O. Servatius te Dwingelo zal, op vrijdag den 18 december 1868, des morgens om elf uren, ten huize van Jan Pot, aan het Wittelterschut publiek verkoopen: Eenige perceelen schel- en weekhout en dennen, op stam staande te Wittelte, in de gemeente Diever, en toebehoorende aan de markegenooten van Wittelte en aan B.H. Barelds te Dwingelo, kunnende van die perceelen aanwijzing worden bekomen bij H.L. Barelds te Wittelte.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In dit bericht wordt Dwingel geschreven, zoals het in het Nederlands met één o behoort te worden geschreven: Dwingelo.
In 1868 bestond ut Wittelerschut in de Dreinse Heufdvoat nog. Dit overbodige en te smal geworden schut werd tussen 1 juli 1880 en 15 augustus 1880 afgebroken.
Ten huize van Jan Pot was ten huize van de schutmeester Jan Pot van ut Wittelerschut. Jan Pot zal in één van de voorkamers (de voorkamer aan de kant van de Wittelterbrug) van de schutmeesterswoning (de sluiswachterswoning) een café hebben gehad, waar de publiek verkoop van hout op stam plaats moet hebben gevonden. Jan Pot was naast schutmeester (sluiswachter) ook landbouwer.

Jan Pot werd op 22 juli 1835 geboren in Wittelte, als zoon van Jan Pot en Aaltje Jans Duiker. Hij overleed op 21 januari 1920 in Wittelte. Hij was getrouwd met Christina Henderika Leonora Bakker. 
De schutmeesterswoning, die eigendom was van het Rijk, werd in 1905 op een openbare veiling verkocht.
Het pand heeft tegenwoordig als adres: Rijksweg 74, Wittelte. In het pand was jarenlang het Old Timer Museum van Gerard de Boer gevestigd.
H.L. Barelds was Hendrik Lefferts Barelds (geboren op 1 april 1834, overleden op 11 mei 1895).
Met weekhout wordt bedoeld hout van de populier. Dat hout was geschikt voor het maken van klompen.

abracadabra-146

Posted in de Voat, Witteler skut, Wittelte | Leave a comment